HOEVEEL TOPSPORTERS WETEN WAT
ER MET HUN LICHAAM GEBEURT?
In elkaar tremmen
Atleet Jos Hermens
„HEEL BLIJVEN OF DE LUCHT IN”
Doping
Eerlijk graag
ZATERDAG 2 DECEMBER
1972
Erbij
16
„Het ergste is eigenlijk, dat
de te interviewen speler.
y
y
accepteerd. Daarover ooit wel eens stormen van kritiek gehoord? En die ruim een
halve ton voor de voetballers. Dat is toch te gek om los te lopen. Maar ook hier:
Waar bljjven die stormen van kritiek?”
de
DICK LOMAN
van
STOPPER
zijn houding ten aanzien van de topsport. Tijdens het gesprek zelf ver
duidelijkt hij die gastvrijheid, die nogal schril afsteekt tegen de gang van
zaken, waarmee men met veel betaalde voetballers van doen heeft als het
om interviews gaat. Op zijn minst is dan toestemming van bestuur of trai
ner nodig, en heel vaak zelfs zet die trainer of dat bestuurslid zich naast
„Met die interviews heb je meteen al zo’n punt van sportkritiek bij de kop”, klinkt
het. „Zoals ook om even bij het betaalde voetbal te blijven die 65.000 gulden,
die de spelers van het Nederlands elftal toegestopt kunnen krijgen, zo’n punt is. In
het eerste geval wordt een soort beknotting van vrije meningsuiting gewoon ge-
één pure amateur te vinden. Het meest
angstwekkende is, dat we in een cirkel
zitten, waar we zonder tegenspel niet
meer uitkomen”, aldus Jos Hermens.
er
de
„Als ik weer eenmaal op het par
koers ben, geniet ik. Bovendien heb ik
tot nu toe weinig nadelige gevolgen -
weinig blessures bijvoorbeeld - van de
En als de spelen daar nu eens wat
minder pompeus worden?
tevreden was met de 80 gulden per
wedstrijd die hij ontving.
topsport ondervonden. Bovendien is er
die wetenschappelijke begeleiding. Ik
zie er ook nooit zo afgetraind uit als
vele anderen. Daarom wil ik door
gaan”.
vult: ,Je kunt dus of heel blij
ven of de lucht ingaan”.
Maar zit Jos Hermens zover
van die inderdaad niet zo ple
zierige waarheid? Zelf vindt hij
van niet, hetgeen voor hem ook
de aanleiding was om zich aan
te sluiten bij de in het Westen
al enige tijd actieve „Werk
groep Sportkritiek” en bij een
commissie, die zich na de tragi
sche gebeurtenissen in Mün
chen wil gaan bezinnen over de
topsport.
„Ik wil topsport blijven bedrijven,
gewoon omdat ik het graag doe. Maar
ik wil graag laten zien, dat het ook op
een andere manier kan. Zonder hormo
nen, zonder bloedbanken, zonder oog
kleppen. Ik zoek niet naar een sponsor
om rijk te worden. Ik wil ook gewoon
een deel van de dag werken, maar
daarnaast veel gaan trainen en boven
dien blijven praten met iedereen, die
maar luisteren wil, over zaken, waar
van ik er hier nog maar enkele heb
kunnen aanroeren”.
„De mens mag geen robot worden.
Niet in de maatschappij en niet in de
sport. Als het zover komt, dat niet de
sportman maar de wetenschapsmensen
gaan dingen naar het goud, dan hoeft
het voor mij niet meer. Die hele orga
nisatie rond de Olympische Spelen is
voor mij ook een onverantwoorde
zaak. Ik meen het echt, wanneer ik
zeg. dat ik niet naar Montreal ga”.
..Als topsporter kom je te
recht in een soort mijnenveld”.
Deze uitspraak is niet afkom
stig van iemand, die vanaf de
zijlijn het nationale en interna
tionale topsportgebeuren geïn
teresseerd, maar bovenal bij
zonder kritisch gadeslaat. Inte
gendeel. zelfs. Deze krachtige
uitspraak noteerden we uit de
mond van één van Nederlands
meest „pure” topsporters. Uit
de mond van de man. die er
zelfs op aast om via een per-
Die man is Jos Hermens, Ne
derlands sterkste lange afstand-
atleet, die tijdens het gesprek
ook pogingen doet om de lig
plaats van die mijnen aan te
wijzen.
soonlijke sponsoring zoveel in
trainingsuren om te zetten vrije
tijd te krijgen, dat hij de we
reldtop zo dicht mogelijk kan
benaderen.
onder een hoeraatje tezamen met
de gevangen nis in het ruim van
een trawler zagen storten. Ik wü
echter ook de mogelijkheid openla
ten dat er bij „tremmen” sprake is
van bargoens. Ook wat dat betreft
geeft Van Dale gelukkig uitkomst:
in het bargoens (letterlijk: dieven
taal) betekent tremmen namelijk
„op de baan gaan, voor hoer spe
len". Helaas is Van Dale op het
gebied van het bargoens niet hele
maal betrouwbaar, daarom prijs ik
mij gelukkig sinds kort het bar
goens woordenboek van drs. Enno
Endt in mijn bezit te hebben, dat
voor „tremmen” de betekenis geeft:
„neerslaan” in de uitdrukking „iets
of iemand in elkaar tremmen”
er een flink aantal mijnen on
vindbaar blijft, zodat je als
topsporter het risico blijft lo
pen, dat je er bovenop trapt. Er
is namelijk niemand, die de
doorsnee-topsporter zegt waar
die mijnen liggen. Het is zelfs
nog erger: zelfs die deskundi
gen kunnen niet elke mijn te
rugvinden”. Bepaald geen vre
delievend beeld, dat Jos Her
mens schildert. Eigenlijk meer
een schrikbeeld, zeker wanneer
de jeugdige Nijmegenaar aan
vallen op de reglementen. Alles con
form de regels, zonder je af te vragen
of die regels dan niet eens hoognodig
veranderd moeten worden”.
„Conformisme verplicht je tot aanpas
sing. Ja, ook op nationaal sportniveau
bij de sportbonden met hun regels. Een
voorbeeldje”.
„Normaal gesproken zou ik in aan
merking zijn gekomen voor de Rudo
Pravo-loop in Tsjechoslowakije. Maar
wat zei het bondsbureau? Op die dag
heeft jouw vereniging een competitie
wedstrijd, dus hoor je niet in Praag,
maar bij je club thuis. Begrijp me
goed, ik had er geen enkel bezwaar
tegen dat Roelof Veld nu ging. Dat
vind ik alleen maar leuk voor hem.
Maar laten ze dan op het bondsbureau
zeggen, dat ze Roelof ook die kans
willen geven. Akkoord maar dan niet
met verplichtingen schermen, die ik
zou hebben aan mijn vereniging. Een
vereniging, waarom ik nooit heb ge
vraagd. Ik ben helemaal geen vereni-
gingsman, maar toch word ik verplicht
volgens een of ander reglement me
aan te sluiten, want eerst buiten een
straal van een kilometer of tien, waar
binnen dan geen club te vinden is, zou
ik persoonlijk KNAU-lid kunnen wor
den. Blijkbaar zonder enig probleem
leggen ze je maar van bovenaf tal van
zaken op”.
„Nou dat wist ik zelf ook al voordat
ik naar München ging. Dan had ik de
reis helemaal niet behoeven te onder
nemen. evenals zo’n 90 pet van de
deelnemers in München. Ik had er
gewoon mijn goede vorm willen aanto
nen, en dat door middel van een per
soonlijk record. Dat was voor mij in
München evenveel waard als een me
daille voor een ander. Maar dit tekent
overigens wel de mentaliteit van een
deel van het thuisfront. Alleen medail
les tellen”.
Zeker niet, wanneer we
„Mag je je dan gaan afvragen, waar
mee we bezig zijn? Gelukkig zijn er
tekenen, die erop wijzen, dat de weten
schap zich niet meer overal voor laat
lenen. Maar er moet nog veel gebeu
ren, veel veranderen. Maar dan zul je
bij de mensen zelf moeten beginnen”.
Jos Hermens vindt het jammer, dat
hij tot nu toe als enige tospporter bij
die „Werkgroep Sportkritiek” is aange
sloten. „We willen nu meer actie, en
daarom de naam gaan veranderen in
Actiegroep”.
ven merkte ik daarom op: „Hij
heeft toch ook een prima doelpunt
van Sparta afgekeurd!” Weliswaar
is het niet zeker of je een scheids
rechter helpt als je zegt dat hij een
„prima” doelpunt heeft afgekeurd,
maar in dit geval zou het hebben
kunnen wijzen op Van Gemerts on
partijdigheid. Ik doelde op de voor
zet die Jan Klijnjan van links gaf,
hoog voorbij de laatste paal, waar
Bosveld hoger reikte dan Zwaan
(als ik mij goed herinner) en over
doelman Van der Meeren de bal
vanuit een uiterst moeilijke hoek
inkopte. Van Gemert wees al naar
het midden, maar kende daarna op
advies van zijn grensrechter het
doelpunt af. Zoals later bleek, om
dat Bosveld volgens die grensrech
ter in de rug van Zwaan had ge
duwd. Dus wat zei mijn IJmuidense
opponent in de menigte: „Of het
ook maar mag! Klijnjan was al een
meter achter de lijn voordat hij die
voorzet gaf! Daar kon hij dus moei
lijk onderuit.”
„Maar niet met oogkleppen voor, zo
als je die zeker in ons land vaak
opgezet krijgt. Iedere topsporter heeft
hier zijn volledige dagtaak, zijn school
werk enz. Soms moet hij daarnaast
nog studeren en dan natuurlijk die
steeds meer tijd eisende trainingen. Is
het dan een wonder, dat je voor maat
schappelijke en ook voor sportproble-
matiek geen oog hebt?” vraagt Jos
Hermens zich af.
Zo veel hoofden, zo veel onzin-
nen, zoals u ziet. De grootste grief
tegen Van Gemerts leiding betrof
echter de kans die hij Telstar-aan-
voerder Fred André in de tweede
helft ontnam. Alvorens daar nader
op in te gaan, wil ik echter het
gesprek reconstrueren dat ik met
Van Gemert had toen we van het
parkeerterrein naar het stadion lie
pen. Ik zei dat het wel een aardige
wedstrijd kon worden, met twee
technische ploegen die het de
scheidsrechter niet al te moeilijk
zouden maken. Van Gemert vertel
de me toen, dat Telstar (en vroeger
Fortuna Vlaardingen) vaak als test
case gebruikt wordt voor beginnen
de scheidsrechters. Als zij een
thuiswedstrijd van Telstar (bij hun
eerste optreden in het betaalde
voetbal) verknollen, is er weinig
hoop dat zij andere wedstrijden ooit
wel tot een goed einde zullen bren
gen. Vervolgens kwam het gesprek
op de betaling voor de scheidsrech
ters. Van Gemert zei dat hij heel
eerlijke concurrentie? Het hormonen
gebruik kan namelijk niet worden
aangetoond. Inmiddels heb ik ook al
gehoord, dat een soort kunstmatige
hoogtetraining ook al in zwang komt.
Dit in de vorm van een zogenaamde
bloedbank. Wanneer een atleet in goe
de conditie is wordt hem bloed afge
tapt, dat hem voor de wedstrijd weer
wordt toegediend. Dit, terwijl hij in de
tussenliggende periode al weer zijn
„oude” bloed ^erug heeft. Een extra
pepmiddel dus. En ook dat is niet te
controleren”, vertelt Jos Hermens.
„In het groot zijn er dus die waan
zinnige amateurbepalingen, bijvoor
beeld van het IOC. Desondanks is er
bij de Olympische Spelen nauwelijks
„De groep is nu zo’n twaalf man
sterk. Iedereen heeft er zijn eigen in
breng. Veel wordt er ook gepraat over
het spelelement, dat in de topsport
steeds meer plaats maatk voor de
(trainings)arbeid. Hoewel ik zelf nog
steeds meer plaats maakt voor de
het soms ook zo aan. Per dag loop je
dan zo’n vijftig kilometer, ’s Morgens
vind je het heerlijk in de bossen, zeker
op zo’n vroege herfstmorgen, maar
’s middags moet je je weer omkleden.
Dan denk je soms „nou, het zal er nog
wel zo mooi zijn”. Gelukkig vind ik
het nog fijn om te sjouwen”.
Toen Arie van Gemert zondag
middag een uur voor de aanvang
van TelstarSparta uit zijn zilver
kleurige, aan vervanging toe zijnde
Volkswagen stapte, kon hij nog niet
vermoeden dat krap drie uur later
een zilverharige, oudere dame (die
óók hoognodig aan vervanging toe
was) bij het verlaten van het Tel-
star-stadionnetje zou opmerken:
„En die scheidsrechter mogen ze
van mij ook in elkaar tremmen.”
Wij weten allemaal wat „tram
men" is (zich per tram van de ene
halte naar de andere begeven), we
weten sinds kort ook wat trimmen
is (zich te voet van de ene hindernis
naar de andere begeven), maar wat
tremmen is, zal lang niet iedereen
weten. Van Dale, het groot woor
denboek der Nederlandse taal, deelt
mede dat tremmen kan betekenen:
„De randen van gevormde pijpen
bijwerken en het rookkanaal wijder
maken” (een geraffineerde, duivelse
straf, die vele Telstar-aanhangers
Van Gemert zouden hebben toege
wenst, als zij die betekenis gekend
hadden, maar dat geloof ik niet).
Voorts kan tremmen betekenen:
„Gevangen vis in het ruim storten”.
Die laatste betekenis moet IJmuide-
naren niet onbekend zijn, dunkt me,
ik zou me eventueel kunnen voor
stellen. dat zij Van Gemert graag
„Ach daarin geloof je zelf toch niet.
Op zo’n korte termijn verander je
maar heel weinig. Maar we zijn al een
heel eind als de discussies nu eens in
alle hevigheid gaan losbarsten. En dan
met eerlijke argumenten. Alsjeblieft
geen argumentatie zoals ik die wel
hoorde toen ik vroegtijdig uit
München terugkwam. Dat kan hij ge
makkelijk doen, want hij had toch
geen kans op een medaille, werd er
toen gezegd”.
De Nederlandse scheidsrechters
schijnen in Europa, op twee landen
na, de „best betaalde” te zijn. „Mijn
werk en mijn gezin komen eerst,
scheidsrechteren blijft maar een
hobby voor me”, zei Van Gemert. Ik
zei toen, dat het in sommige opzich
ten misschien ook verstandiger voor
de scheidsrechters was als zij semi-
amateur bleven. Fouten kunnen hen
dan moeilijker worden aangerekend,
ze zijn immers amateurs, die voor
hun plezier fluiten, en geen keihar
de professionals aan wie je iedere
fout kunt verwijten. Ik vertelde
van het doelpunt dat Bochum de
dag tevoren tegen Bayern München
had gemaakt op het moment dat
het 1-0 voor Bayern stond. De
linksbuiten (zo toonden de televisie
beelden) schoot de bal in een verra
derlijk boogje over Sepp Maier
heen: 1-1, waarna Maier kwaad op
zichzelf de bal tegen de grond
smeet. Met andere woorden: ook
voor hem kwam het hoogst onver
wacht dat de scheidsrechter daarna
het doelpunt afkeurde! Wat bleek
achteraf? De scheidsrechter had
zonder dat iemand het blijkbaar
gemerkt had, net voor de linksbui
ten schoot (of de bal doel trof)
„Dit zijn maar een paar kleine voor
beelden van misvattingen in de top
sport. Er zijn er zoveel meer. Daarom
wil ik er graag over praten. Ik wil de
mensen aan het denken zetten, om
naar aanleiding van wat ik zelf te
horen krijg, mezelf weer aan het den
ken te zetten. En daarbij beperk ik me
niet tot de sportkring. Ik besef dat
sportkritiek ook maatschappijkritiek is.
Met dat laatste hou ik me al langer
bezig, maar vóór München was ik
ondanks dat eigenlijk een egoïst”.
Voor München heb ik ook alles
gegeven om tot topprestaties te komen.
Toen was ik ook ingeslapen, totdat na
het bloedbad in München m’n ogen
open gingen. Ja, vooral tijdens die
speech van Brundage tijdens de rouw
dienst. Ik kon het toen niet meer
aanzien. Ik ben weggelopen en later
naar huis gegaan. Toen pas heb ik
beseft waarmee we nu eigenlijk bezig
zijn. Te lang heb ik de sport los gezien
van de maatschappij en al de proble
men. Nu weet ik voor mezelf beter. Na
München heb ik er zelfs over gedacht
om helemaal te stoppen”.
„Maar wat zou ik daarmee bereikt
hebben? Nu ga ik werken naar 1976,
naar de volgende Olympische Spelen.
Dan hoop ik bij de wereldtop te zitten,
maar dan zeg ik wel dat ik bedank
voor Montreal. Voor mij nooit geen
Olympische Spelen meer”.
„Vooral het conformisme in de sport
wereld - en dat bleek in München
weer eens heel duidelijk - heeft mij
tot die beslissing gebracht. Het terug-
gefloten, omdat er een fles op het
veld geworpen was. Hij gaf dus een
scheidsrechtersbal. Een ongelukki
ger beslissing had hij natuurlijk
moeilijk kunnen nemen, te meer
omdat het 1-0 bleef voor Bayern.
Arie van Gemert was dat van
harte met mij eens. Twee uur later
breekt Fred André alleen door
daarmee de hele buitenspelval van
Sparta op het verkeerde been zet
tend, hij komt oog in oog met Pim
Doesburg te staan, maar Van Ge
mert blijkt al gefloten te hebben
voor een overtreding tegen.An
dré! Hij mag een vrije schop ne
men. Het was op dat moment 1-0
voor Sparta en het bleef 1-0 voor
Sparta. Een hoogst ongelukkige be
slissing natuurlijk, Van Gemert zou
graag bereid zijn bij een eventuele
demonstratieoptocht tegen zulke on
gelukkige beslissingen met een
spandoek voorop te lopen, maar een
eenmaal aan de fluit ontlokte toon
kun je niet meer terugfluiten, het
fluitje in, via de mond terug naar
de longen en via de longen door de
neus terug in de frisse IJmuidense
buitenlucht. Gebeurd is gebeurd
Pijnlijk blijft het en ze willen je na
afloop wel even in elkaar remmen,
dat begrijpt u.
en an-
Bij het schuifelen naar de uitgang
vielen andere IJmuidenaren (of
Velsenaren, of Beverwijkers, of
Haarlemmers, dat weet je maar
nooit bij Telstar) de zilverharige
dame bij. „Hij heeft ons zeker twee
doelpunten gekost. Maar ja, de gro
te clubs schijnen nu eenmaal meer
te mogen dan de kleinere”, voegde
een man daar fatalistisch aan toe.
Nu.is het van mij bekend dat ik
(omdat ik autoritair ben opgevoed)
altijd partij trek voor'de gezagsdra
ger, in dit geval dus de scheidsrech
ter, dus met gevaar voor eigen le-
„Een onredelijke en ook gevaarlijke
opvatting, waa - - en dat moet ik
ook kwijt de sportpers ook mede
verantwoordelijk 1« Heb ie er wel eens
bij stilgestaan, dat het eigenlijk
vreemd is, dat je in een krant aparte
sportpagina’s b"'t? Wn»-nm staat het
sportnieuws niet kris-kras door de
krant, zodat de mensen gemakkelijker
ook nog eens andere berichten lezen?”
vraagt Jos Hermens zich af.
Het is niet moeilijk om met Jos Hermens een afspraak te maken,
daarbij zeggen, dat we graag willen praten over
„Veel discussiëren over deze
dere zaken. Dat zou ik graag willen.
En een andere wens: Laten we het
rapport Topsport in het geding - het
eerste in zijn soort - nu niet in de
boekenkast zetten. Ik ben bang, dat het
nu al weer zover is. Laten we er
alsjeblieft wat mee gaan doen”, besluit
Jos Hermens.
„Hoeveel topsporters weten wat
met hun lichaam gebeurt? Wat
gevolgen voor de toekomst zijn? Zelf
weet ik het ook niet, al heb ik dan in
de persoon van Jan Vos naast een
trainer (die er echt niet op uit is via
mij zich op de voorgrond te plaatsen)
ook een wetenschappelijk begeleider.
Maar wie hebben die nog meer? Hoe-
velen zijn er niet die doping gebruiken
zonder zich af te vragen wat voor
uitwerking die op hun lichaam heeft?
Neen, alleen het verhogen van het
prestatieniveau telt. Ik wacht nog
steeds op de eerste bijeenkomst op
Papendal, waar over deze materie ge
sproken wordt”.
„Bovendien, is er nog sprake
„In de maatschappij is het al niet
anders. Het is gewoon een geaccepteer
de zaak, dat er tienduizenden mensen
jaar in jaar uit aan de lopende band
staan. Als moderne slaaf. Neem ook
eens een kijkje bij de werkende jeugd.
Dan schrik je. Die mensen moet je
bewust maken van him omstandighe
den. Maar niet alleen maar bewust
maken, want dan wordt de zaak voor
hen alleen maar ellendiger. Je zult ze
ook wat moeten bieden, waaraan ze
houvast hebben. Ik weet dat dat heel
moeilijk is, maar het minste is toch,
dat je daar eens over nadenkt”.
Jos Hermens is maatschappij-kri
tisch, „en dus ook sport-kritisch, want
in de sport is die maatschappij geïnte
greerd”, vult de Nijmegenaar aan. „De
voornaamste reden dat ik mij met de
sportkritiek ben gaan bezighouden, is
de angst die ik heb, dat alles te gek
wordt, dat de topsport tot verdwazing
leidt en dat dit ten koste van
mensen gaat”.
r
t