JONKER SLEEPTE WETHOUDER
EN SECRETARIS VOOR GERECHT
or
Strijder tegen onrecht
of een Don Quichotte in
Haarlems politie kesalon?
MOSES SALVADOR
Koetsier
Dragonder
Zandweg
Zegetocht
Schandpaal
GAZ LICHT
L
Al
ftnifitrrtoi,
TERMIJ
7i
EEN SLAGTOFFER.
f
19
Erbij
ZATERDAG 2 DECEMBER 1972
Welk raadslid zou het vandaag de dag in zijn dwaze hoofd
haar irritante lengte incidentloos is verlopen. Goed, het was
eten uite
zijn vot
IEKER!
G
J A,
secretaris Meijsing als oplichters van de goegemeente voor
het gerecht te slepen? Een goeie mop, zal men in de Haar
lemse politieke salon zeggen om daarna te schuddebuiken
van het lachen. Men zal weten te vertellen, dat de gemeente-
SCHUURMANS,
1858,
een gezapige vertoning en het schaarse publiek zat op de
tribune te slapen, maar er is toch maar mooi geen onver
togen woord gevallen. De naam Mozes Salvador zal de mees
ten niets zeggen, maar het is toch niet veel meer dan honderd
jaar geleden, dat deze joodse jonkheer dergelijke streken wel
uithaalde en ook op andere manieren de ene na de andere
kei in de Haarlemse vijver plonsde.
halen om bij wijze van spreken wethouder Van Liemt en
4..,:
raad ondanks de vervloekte politiek een hechte vrienden
club is, waar zoiets potsierlijks nooit mogelijk zou zijn. Men
zal ook wijzen op de begrotingsbehandeling, die ondanks
J 1.) N K H IC F, 11
•f
Salvador uit gevang: toegejuicht door duizenden
van
BURGEMEESTER JORDENS
om
uur
i uur
16 uur
een ego-
I 16 uur
en an-
bijeen-
amelijk
iénjari-
uitgaan
hadden
tan de
situa-
sneinde
an een
op dit
tuigen in de werken der duisternis”.
Het is de tegen onrecht rebellerende
jonker ten voeten uit.
In 1852 als raadslid gekozen zorgt hij
al meteen voor de eerste rel door het
raadselachtige verdwijnen van het ka
pitale bedrag van f 41.606 en vijf stui-
Na een onderzoek ziet de rechtbank
te weinig bewijzen om tot vervolging
over te gaan. Dit ondanks de verkla
ring van raadslid Willen van Brëggen,
die heeft gezien dat de wethouder de
documenten heeft verbrand. Hij had
daar geen zaak van willen maken „om
een onaangename discussie te vermij
den en hij ongaarne beschuldigingen
wilde inbrengen tegen heer Quarles”,
Salvador: de dienaar van het volk?
Voor een deel wel ja, want hij schuwt
alle „plooien en knoeierijen en ia een
voorstander van echt liberalisme en dat
is zijn misdaad. Hij is de heren van de
oude sleur hatelijk met zijn op de vin
gers kijken. Hij is lastig met zijn volks
rechten en ook de andere raadsleden
onaangenaam met zijn serieuze behan
deling van zaken en die lastige jonker
moet zo niet vernietigd dan toch zeker
hardhandig worden verwijderd”, aldus
zijn zelfbekentenis.
dopen (ook dat ging niet zonder pro
blemen), het doelwit van minder parle
mentaire aanvallen.
eft een
1 waar-
foneren.
aagbaar
k waar-
n „tele-
de an
on van
ier met
6 uur
16 uur
lg TW
pfcn 1954
allen op
5 van
!t 5000
nrs. 4
m 1131,
B8. Met
rie 6564
m 3519,
6 van
1411 en
iligatiei
vers uit de (gemeentelijke) Bank van
Lening aan de schandpaal te prikken.
Dat is vervelend voor de publiciteits
schuwe bestuurders, omdat Salvador
ook luidkeels verkondigt dat zij dit te
kort („de provincie mag dat niet goed
keuren”) op „Jan Salie” willen ver
halen. Het succes is mager, want men
snoert hem de mond.
Hij brengt het tot officier, maar na
negen jaar heeft hij er schoon genoeg
van „bij een Onbeduidend wapen als
onze cavalerie in vredestijd als tweede
luit te vegeteren”. Hij wil strijden voor
de publieke zaak, want is het niet zo
dat Thorbecke net de grondwet uit de
hemel heeft geplukt?
„Door duizenden wordt hij begroet.
Op het Leidseplein kan men over de
koppen lopen en uit elk venster ziet
men wuiven met hoeden en doeken.
Onderweg naar Haarlem sluiten zich
twaalf rijtuigen aan bij de stoet. Zijn
Haarlemse aanhangers feesten uitbun
dig en bieden hem een zilveren dien
blad aan”.
Men zou hebben gedacht dat Quarles
van Ufford en Geerlings het glas op
deze goede afloop zouden heffen, maar
nee, nu de rollen waren omgedraaid,
komen zij met een aanklacht wegens
smaad jegens Salvador en zaakwaarne
mer Simon Fongers. Zij worden als
1a«to„aprs” npmnr^pelH «en maand
gevangenisstraf en 25 boete, terwijl
Salvador bovendien vijf jaar lang voor
het kiesrecht en het bekleden van een
openbare functie wordt uitgesloten. De
jonker is razend. De rechtbank heeft in
dit vonnis feiten verminkt en vervalst,
brult hij en dat komt hem op 15 dagen
Ondanks tegenstribbelen moet hij in
1858 de „bastielje” in met brood, ratje
toe en water als weinig nobele spijs.
De bevolking ook in Amsterdam
is door de hele affaire flink in beroe
ring gekomen en bereidt hem op de
dag van zijn vrijlating een zegetocht,
waarop volgens de correspondenten uit
die dagen zelfs koning Willem III zich
niet kan beroemen.
HF. K BK KN.
Een anonieme adverteerder laat we
ten. dat het toch maar goed is dat
Rebecca „uit het zaad van Salvador”
geen kinderen heeft gebaard, want het
zouden zijn „monsters op aard” Een
anti-joodse hetze van het ergste soort
In vlugschriften heet het, dat de
jonkheer als een vampier zijn slachtof
fers zolang weet te strelen, in zoete
dromen weet te wiegen; kortom te
begoochelen om tenslotte hun bloed uit
te zuigen. Spotversjes „door Tum-
Tum”. die voor tien cent in de winkel-
etalages opgestapeld liggen, doen daar
nog een schepje bovenop.
Een óud-aanhanger beschuldigt hem
ervan de lont in het revolutie-vat te
hebben willen steken. „Er moet eerst
bloed stromen voordat er veranderin
gen kunnen komen”, zou hij hebben
gezegd. Salvador: „Ik wilde de koning
niet onttronen. Ik wil slechts naast
hem staan om hem te leiden. Het zijn
andere kopstukken, die de ondergang
van Oranje wensen”.
Er is evenwel ook fanmail. De publi
cist Mohrmann schrijft helemaal uit
Winschoten: „Gij Salvador tart onver
saagd het lot en zij dat lot ook bal
lingschap of kerker geen nood, want gij
strijdt getrouw voor het recht en God
en dat maakt u nog sterker”.
De politiek lonkt, maar de inmiddels
met Rebecca Mendes getrouwde jonker
krijgt het in zijn garnizoenstad al direct
moeilijk, want jaloerse officieren eisen
zijn hoofd tijdens een rel in de invloed
rijke sociëteit Trou moet Blijcken. De
klappen, die de drieste Salvador uit
deelt, leiden in juli 1850 tot de „mili
taire arrestatie van een burger”.
In vliioschriften die hij later nnlr
het politieke toneel vèeivuldig zou la-
ten verspreiden, trekt hij fel van leer
tegen de achterlijke militaire recht
spraak. „Daar wordt geoordeeld”,
schrijft hij, „in het geheim van een
besloten kamer en zonder verdediging.
Het wordt tijd dat men ophoudt onze
militairen te verlagen tot blinde werk-
telingen
•s in de
de nu
:n ver-
i giste-
ig ver-
op de
De door zijn tegenstanders ver
ketterde „vampier” en „judas met
zijn tijgeraard” verloor het opzien
barende gevecht tegen de pure
Haarlemse regentenklasse en be
landde in het gevang. Het deed de
populariteit van de jonker geen
kwaad, want bij zijn vrijlating
werd hij door een duizendkoppige
menigte op vleugels van Amster
dam terug naar Haarlem gedragen.
Voor zijn onthullingen van on
democratische eehandalen moest
Salvador de advertentiekolommen
van de kranten kopen, omdat de
journalisten de pers was toen
nog niet zo vrij hem dood moes
ten zwijgen.
en Pietkoi
npl. p. ste
linastr. II
i
de raad voor het gewraakte tweetal te
schorsen. Hij krijgt vier raadsbroeders
mee, maar tien anderen weigeren zelfs
om het voorstel maar in overweging te
nemen. De jonker mag er niet meer
over praten. De pers kennelijk ook
niet, want Salvador verwijt de plaatse
lijke koningin der aarde, dat zij van de
raadsvergaderingen slechts onvolledige,
onjuiste en partijdige verslagen maakt.
Hij laat het er niet bij zitten en daagt
het tweetal voor de rechter.
Zijn felste tegenstander is een ande
re jonkheer, wethouder L. Quarles van
Ufford, die ook de touwtjes van do
bank in handen heeft. Salvador zint op
wraak en een jaar later oktober
1853 ziet hij zijn kans schoon als de
toch wel manipulerende Quarles de
onvergeeflijke blunder maakt in over
leg met gemeentesecretaris Herman
Geerlings authentieke stukken van
de financiële commissie te verbranden
en te vervangen door nieuwe.
Salvador steekt met deze falsificatie
meteen maar het hele stadhuis in
brand, want een maand later stelt hij
Hoe vergaat het Salvador in Haar
lem? Het is misschien goed te weten
hoe daar politiek gejongleerd werd. F.
A. M. Messing vertelt in zijn boek
„Werken en leven in Haarlem”, dat de
raad de ongeschonden veste van con
servatieve notabelen was. Ondanks
rijksvoorschriften was het er met de
openbaarheid droevig gesteld. De ver
gaderingen speelden zich meestal in
het geheim af en de burgemeesters
hanteerden de raad als een koetsier
zijn paarden. Het bontst maakte de
regent Jordens het. Deze katholieken
hater en socialistenvreter zetelde op
een podium en de wethouders zaten
tussen de raadsleden. Alleen Jordens
sprak, want politieke debatten be
schouwde hij als een vloek. Bezoekers,
zoals onder meer Pim Mulier, die hem
wilden spreken werden door een hekje
voor zijn kamer op passende afstand
van hem gescheiden. De raadsleden
waren honkvast: gemiddeld bleven ze
twintig jaar op de kussens zitten en de
komst van nieuwelingen werd niet op
prijs gesteld. In dat milieu was het
optreden van jonkheer Salvador verge
lijkbaar met de capriolen van een
olifant in de spreekwoordelijke porse
leinkast.
Salvador over dit verraad: „De leden
van de commissie hebben zich als
schurken gedragen om schurken te
redden”.
extra te staan. Het Hof en de Kroon
bevestigen het vonnis ondanks het feit,
dat Salvador de Koning een schitte
rend pamflet met de „ware feiten”
toestuurt.
Hij houdt briesende voordrachten in
de Amsterdamse politieke tempel Ode-
on. Het volksleven moet opgewekt en
krachtiger worden, wil men van de
grondwet goede uitkomsten verwach
ten, is zijn filosofie. Men moet het
volk beter en gelukkiger maken: niet
door onderdrukking doch door voor
lichting. Ook zijn vijanden zitten niet
stil. Ze verstoren de bijeenkomsten en
beledigen hem. Vaak moet de politie
tussenbeide komen. Er worden spot
liedjes op de „Kabeljauwse jonkheer”
op de toon van „Waar is Keesje met
zijn straatmeid” gezongen en in
Utrecht mag hij van do politio al
helemaal niet optreden, omdat de stu
denten hem naar het leven zouden
staan.
er over
Fri.fi» ©«n in
Maar wat kan een dienaar nog doen,
die geen raadslid meer mag zijn? In
1859 wordt hij opnieuw gekozen, maar
van een begroeting in de raad kan
geen sprake zijn. Men verzoekt hem
zijn geloofsbrieven in te dienen om
hem formeel gelijk weer naar buiten
te kunnen schoppen, maar dat heeft de
sluwe Salvador doorzien. Zijn geloofs
brieven bestaan uit witte vellen en met
dit foefje weet hij door de mazen van
de wet heen te glippen. Hoe het stads
bestuur van machteloze woede moet
hebben getrild, blijkt misschien nog
het treffendst uit de ijlboodschap aan
Den Haag, dat de grondwet voor dit
soort booswichten nodig moet worden
gewijzigd
Zo sukkelt de jonkheer voort op de
politieke zandweg. In het Haarlemse
laat men deze liberaal links liggen en
door al deze tegenslagen ontmoedigd
verlaat hij geruisloos de politieke are
na. Vrijwel onopgemerkt is ook zijn
overlijden op 30 oktober 1884 in zijn
huis in Bloemendaal. Het is dan alweer
dertig jaar geleden, dat hij de euvele
moed heeft gehad twee Haarlemse re
genten te laten hangen. Een dood zonder
franje, want zelfs de Haarlemsche
Courant die hij met zijn honderden
advertenties toch zo trouw beef' ge
steund wi’’’* -■ ev rtgei aan.
Sommige vrienden zijn het
eens, dat jonkheer Salvador i
centrisch man was, die in zijn zaakjes
vaak ook het algemeen belang meende
te zien. Aan de andere kant was deze
gepassioneerde oosterling volgens hen
toch ook een oprecht mens, die in de
politiek alleen de Don Quichotte tegen
zich had In zijn geval was dat genoeg.
ROLF STALLINGA
‘fir
Mozes Salvador, telg van een Portu-
gees-Israëlitisch geslacht en later be
vriend met schrijvers als mr. Isaac da
Costa en Conrad Busken Huet, wordt
in 1813 in Amsterdam geboren. Daar
wordt zijn grootvader (ook een Mozes)
kort daarna in de Nederlandse adel
verheven en de jonge Mozes voelt
daarom veel voor de militaire stand.
Zijn ouders verbieden dat, maar na
een korte rechtenstudie in Leiden mag
hij alsnog dienst nemen bij de lichte
dragonders.
Door alle schandalen de- jonkheer is
na Thorbecke zo ongeveer de meest
..staatsman” in die tijd, is
het met de politieke ambities van de
koopman (hij wilde ook nog de Tweede
Kamer bereiken) wel gedaan en het
zijn nu vooral de spotters, die hem
tijdens zijn verkiezingstournee door het
land begeleiden. Steeds meer wordt de
Haarlemmer, die zich inmiddels als
christen in de Waalse kerk heeft laten
ij u thuis
I Jm. Teil
- en spuit
13099.
-
Hm ft; ïvjEtt
TEN VOORDEELE VAN DE WEDUWE VAN HET SLAGTOFFER.
BKsB
Irs:
y*.
iüjiiiiÜitüüinlüiüiii