Frans ZIJN DOEL Derks VOORBIJ GESCHOTEN h» A Voorlichting KNVB publiek gebrekkig’ Kovacs de Engelsen I t 1 „Je moet ruimte hebben een beslissing bij te sturen” Jaap Eden ZATERDAG 31 23 DECEMBER Erbij 1972 Reputatie Verwarring Richtlijnen R Frans Derks deed het als enige nog van behoud zeggen niemand gelukkig is. PETER HEERKENS STOPPER Hij leek zo onschuldig, de gele kaart die begin dit seizoen in het betaald voetbal werd geïntrodu ceerd. Een lichtgevend stukje slap karton van twaalf bij acht centi meter, zonder opdruk en water proof. Voor elke scheidsrechter in het betaalde voetbal twee exem plaren. Gebruiksaanwijzing: te to nen bij het uitdelen van een offi ciële waarschuwing. Doelstelling: serviceverlening aan het publiek, want het experiment tijdens de wereldkampioenschappen voetbal in Mexico was geslaagd. Vergis sing: in Mexico fungeerde de gele kaart meer als overbrugging van de taalbarrière tussen arbiter en speler dan als informatie voor de toeschouwer. „Want”, zegt Frans Derks, die er een hekel aan heeft onduidelijkheid te la ten bestaan over zijn mening, „de gele het Nederlandse elftal traint, waar mee de cirkel van zijn bewondering voor het huidige Nederlandse voet- ’bal gesloten is. het Engelse alle de Voor mij is dat een belangrijk punt, die marge om te denken: hoe pak ik „Eerst hadden we in de voetballerij zeven spelregels, toen elf, nu al zeven tien en daar bovenop worden nog eens richtlijnen op die reglementen gegeven. Ze zeggen dat het in deze tijd past om tegenover spelregels richtlijnen te stel len maar in mijn ogen doet dat af breuk aan wat voetbal is. Zo zie ik ook die gele kaart, waarmee dat mag je na een half jaar praktijk zonder voor- kaart is zijn doel voorbij geschoten. Ik vind het een complete mislukking”. Zijn kritiek raakt ook de rode kaart (voor het publiek een bewijs van de hardste maatregel die te nemen valt: veld uit) welk systeem Derks kraakt met: „dat heeft helemaal geen zin. Als een speler eruit wordt gestuurd, ziet dat toch zeker iedereen”. ruwer werd. Geen sprake van. Punt is gewoon dat die gele kaart te gemakke lijk voor het pakken is. Een greep in de broekzak en pats. Vroeger had je een hele ceremonie met dat noteren in een boekje. Dan kon een scheidsrechter zich nog eens corrigeren, daar had hij de tijd voor. Maar een kaart. die laat die ruimte niet”. heeft als manager van het nationale elftal naar Boekarest terug te ke ren, aldus Glanville), zou de ideale man zijn om bijvoorbeeld Arsenal te hervormen, meent Brian Glanvil le, die het al helemaal voor zich ziet. Jaap Eden, de Ard Schenk van de 19e eeuw. Als hij op 10 februari 1896 in Sint-Petersburg de feestelijkheden aanschouwt die voor de buiten landse gasten zijn aangericht, heeft Jaap Eden, 22 jaar oud, in het voorafgaande weekeind juist alle afstanden voor het wereldkampi oenschap gewonnen. Hij is voor de derde maal wereldkampioen op de schaats, en tweevoudig wereldkam pioen wielrennen. Op dat moment in Sint-Petersburg, bijna 11 jaar geleden, weet Jaap Eden dat hij een soortgelijke stap heeft gedaan als Ard Schenk dit jaar deed: hij heeft namelijk een contract getekend met de Humber-Dunlop-combinatie dat hem, behalve de opbrengst van zijn startgeld en prijzen als beroepswiel renner, een jaargeld van 5000 gul den zal opleveren. Een bedrag waar menige beroepswielrenner vandaag de dag tevreden mee zou zijn, laat staan driekwart eeuw geleden! H.M. de koningin, en vele toespra ken in wijlen café Brinkmann op de Grote Markt in Haarlem. Het artikel in het weekblad „Nederland- sche Sport” besluit met de volgende regels: „Waar men komt en waar men gaat, overal zweeft „Eden” over de lippen, doch voor hoelang? Voor zolang Edens chocoladetablet- ten, Edens sigaren en Jaap Eden bitter en de ijsclub „Jaap Eden” aan de Jan Gyzenvaart by Zandvoort nog zullen bestaan”. (In het verle den kwamen er ook „telefoon-fou- ten" voor: Santpoort werd verstaan als Zandvoort). do-, .iderhoude xiaspels, ver ver genoeg situatie ook bestrijden”. Ook een hoop scheidsrechters niet, dat weet ik zeker. In de wandelgangen kun je horen dat er veel zijn die er iets tegen hebben. Vooral omdat je geen tijd krijgt jezelf te corrigeren. Dat zie ik persoonlijk als grootste bezwaar voor de meeste scheidsrechters. We zijn allemaal mensen en vergissingen zijn daarom verklaarbaar. Je moet echter wel de ruimte hebben je beslis sing te kunnen bij sturen als dat nodig is, maar zo’n gele kaart is in feite onherroepelijk. De aantekening in het blocnootje vroeger gaf je de pauze om te overdenken wat je ging doen. Dat ding zat minder makkelijk voor het grijpen dan die kaart. Bovendien kon je achteraf, na een wedstrijd, altijd nog een wat te hard uitgevallen beoor deling af doen door te zeggen: „ach joh, dat was geen officiële waarschuwing”. nooit en wat dat betreft had hij al een reputatie. In 12 jaar gaf hij slechts twee officiële waarschuwingen in com- petitie-wedstrijden (beide bij de semi- profs), één bij een vriendschappelijke wedstrijd en hij stuurde slechts twee spelers van het veld. Een opmerkelijk zuinige balans voor het leiden van om en - nabij duizend wedstrijden. Een schrille tegenstelling tot wat veel van zijn collega’s presteerden. Kan Derks zich voorstellen dat spelers klagen over de diversiteit in de leiding? Maar waar het me nu om gaat is dat Klaas Peereboom vermeldt dat al drie jaar eerder, in 1893 dus, de heer W. H. Voet te Haarlem op de gedachte kwam een nieuw merk Het strafrechterlijke aspect van de scheidsrechtenij is een onderdeel waar op Frans Derks altijd een sterk gepro nonceerde mening heeft nagehouden, uitvloeisels van zijn karakterstructuur en diepgaande studie over het burger recht, een van zijn grootste hobby’s. Voor hem zijn wetten bepalingen waaraan geen instructies moeten wor den verbonden. Alle goede bedoelingen ten spijt, had het initiatief in Nederland een slechte start. De scheidsrechterscommissie leg de daarvan getuigenis af door een maand geleden de arbiters dringend te verzoeken niet zo vlug naar de kaart te grijpen. Een opzienbarend initiatief, geboren uit de cijfers van de strafza ken die in verhouding tot vorig seizoen AI te hard waren opgelopen. De gele kaart echter had bij spelers en suppor ters intussen een waarschijnlijk onuit roeibare slechte naam gekregen als „terreurwapen van de zwartjannen”, dat alle arbiters al hanteerden, op één na: Frans Derks. Die zag er In tegen stelling tot zijn negentien collega’s nog nooit aanleiding toe en wat hem be treft mogen ze de gele kaart vandaag nog afschaffen. Antwoord: „Ja, maar ik ben het er niet mee eens. Je hoort zo dikwijls: bij hem kun je dat en dat uithalen en van hem mag dat niet. Onzin. Om te begin nen moeten de voetballers ervan uit gaan dat wij regelaars zijn en niets anders. Daar zouden ze zich eens naar moeten gedragen door het spel clean te houden. En bij het beoordelen van overtredingen dient iedereen te besef fen dat alle scheidsrechterszieltjes ver schillend zijn. Die kun je geen unifor miteit opleggen, wel een konsekwent Kovacs, de succesvolste trainer die ooit Nederlandse voetbalbodem betrad, is een van de vier trainers die Brian Glanville in The Sunday Times van harte aanbeveelt om het Britse voetbal meer „flair” te geven. Na eerst op zijn oude vertrouwde wijze op de gebreken van het En gelse voetbal! te hebben gewezen (veel „stamina”, weinig fantasie, om kort te gaan) wijst Glanville op de deur die via de Common-Market geopend wordt voor buitenlandse managers. Onze trainers hebben in het verleden het voetbal aan de wereld gegeven (hij noemt Hogan in Oostenrijk en Hongarije, Garbutt in Italië, Raynor in Zweden, hij had ook Jack Reynolds en Bob Glen- denning in Nederland kunnen noe men), daarom zou het logisch zijn als „de wereld” nu omgekeerd zijn trainers aan ons afstaat, nu ons voetbal door de rest van de wereld is overvleugeld, zegt Glanville. Klaas Peereboom citeert vervol gens het authentieke verslag van het eerste wereldkampioenschap schaatsen dat (in 1893) in Amster dam werd gehouden. Het dooide 2 d 2,5 graad Réaumur (een graad of drie Celsius), het orkest van de heer Haun luisterde de feestelijkheid op, en de deelnemers kwamen uit Ha- mar, Oudkerk, Stockholm, Apel doorn, Leiden, Utrecht, Hamburg Deventer, Christiana, Leeuwarden, Hoogkarspel (J. J. Eden), Haarlem Amsterdam, Lochem, Zaandam, en opnieuw uit Leiden, te weten de heer M. M. die liever anoniem wilde blijven, en dat zo zorgvuldig door voerde dat hij de eerste dag ook niet aan de start verscheen. Jaap Eden wint de eerste drie afstanden en is wereldkampioen. Grootse huldiging, telegram sigaren in de handel te brengen, dat hij „Jaap Eden” noemde. Kistjes sigaren van de heer W. H. Voet bevatten allemaal een foto van Jaap Eden en een handtekening van de schaatsvorst op het dekpapier. Al dus Klaas Peereboom. De naam Jaap Eden misstond die sigaren overigens niet, want als Jaap Eden in 1891 voor een trainingsstage naar Hamar is gestuurd, schrijft Pim Mulier: „Hij heeft goed geoefend maar hij leeft niet bedaard genoeg en loopt de hele dag met een sigaar in zijn hoofd” beleid en dat gebeurt. Elke wedstrijd krijgt de scheidsrechter die hij ver dient, we zijn allemaal doordrongen vaA de noodzaak om ons in onze opdracht in te leven. Een belangrijke, bij voorbaat spannende, wedstrijd be nader je anders dan een eenvoudige partij. Je groeit mee met de culmina tiepunten en dan krijg je inderdaad afwijkende beoordelingen. Wat op een volkomen vredig moment in een wed strijd gebeurt kwalificeer je anders dan dezelfde overtreding in het heetst van de strijd. Geleid door de omstan digheden heeft de scheidsrechter in een wedstrijd tien verschillende gezichten, maar de attente speler en de kritische toeschouwer zal daar altijd een volle dige konsekwentie in terugvinden”. hem aan. Daarom creeër ik altijd een seconden-winst bij forse overtredingen, zeker als ik echt kwaad word want dan ontstaat er maar bij wie niet in een dergelijke situatie een irritatie die je even moet laten bekoelen. In zo’n geval roep ik de aanvoerder, dan heb ik bedenktijd. Komt zo’n jongen, dan zeg ik: wie is die jnan? Noemt hij zijn naam, weer seconden gewonnen. Vertel hem, zeg ik dan, dat hij die overtreding nooit meer moet maken. Dat doet die aanvoerder natuurlijk en in die tijd neem ik mijn definitieve beslissing waarop uiteraard altijd nog de gele kaart te geven is, want dan hoef ik alleen maar te roepen: en daarom krijgt hij dit”. Buitenlandse trainers kunnen nieuwe ideeën aandragen, gaat hij door en hij wijst op Ajax, dat op zijn „toppunt” de Roemeen Kovacs engageerde, terwijl Barcelona op zijn beurt de Nederlander Michels aantrok. Ernst Happel was daar naast een Oostenrijker die Feye- noord als eerste Nederlandse dut een Europa Cup bezorgde. Last but not least noemt Glanville „Fa- dhronc” de Tsjech van origine, die dit seizoen nader beraad over het kaart-effect, stoelt op twee punten: „Ten eerste bevordert het wer ken met kaarten een automatisme waardoor er veel meer officiële waar schuwingen vallen dan vroeger. Het aantal strafzaken steeg, maar ik weiger te geloven dat het voetbal harder of De aversie van Frans Derks, die de hoop uitspreekt dat er aan het eind van dit seizoen nader beraad komt U ziet het, zelfs voordat Jaap Eden, in 1893 in Amsterdam, voor de eerste maal wereldkampioen werd, droegen chocoladetabletten sigaren en sterke drank (en zelfs een ijsclub) al zijn naam! We leven tegenwoordig in de „eeuw van de reclame", maar ik ken geen choco laderepen, geen sigaren en geen je never die de naam van Ard Schenk dragen. Logisch, omdat hij pas sinds kort professional is? Maar Jaap Eden was in 1893 ook nog volbloed- amateur. Het verschil zal wel zijn dat die fabrikanten in de vorige eeuw Jaap Edens naam exploiteer den, zonder hem daarvoor iets te vergoeden, terwijl dat tegenwoordig niet meer mogelijk zou zijn. Wat overigens minder het geval is in het hanteren van de gele kaart, maar daarom zou Derks daar ook vanaf willen. „Ik veroordeel de scheidsrech ters niet die er al vijfentwintig trok ken. dat is ieder zijn recht, en ik zal niet schromen met dat ding te zwaaien als het echt nodig is, maar ga ik na wat de eerste ervaringen zijn dan kan ik niet anders concluderen dan dat de verwarring te groot is geworden en het publiek die kaart ziet als een provoce rend gebaar. De bedoeling was goed, maar het pakte verkeerd uit. Die kaart, dat vind ik het grote kwaad, zit te makkelijk voor het grijpen en dat bewijzen de gestegen strafzaken. Men zegt dat de gele kaart nogal eens ten onrechte wordt gebruikt door impulsie ve scheidsrechters en die zullen er ook wel zijn, want de grootste gemene deler van het Nederlandse volk gaat ook in de arbiterswereld op. Die men sen laten de gele kaart zien voor een overtreding waarvan ze l?*er in alle rust concluderen dat ie het eigenlijk niet waard was. Ze missen de tijd om hun menselijke irritatie te verwerken. Ik zeg altijd: het pistool en de gum miknuppel van de politie kunnen niet weg zitten. Je moet de zonder wapens weten te De camera zwenkt nu af naar het boek „Van Jaap Eden tot Ard Schenk”, geschreven door Klaas Peereboom. Het boek is zowel heel leesbaar als informatief, zoals het voor schaatssport betaamt, want schaatsen is zoals u weet een cijfer- sport bij uitstek. Wat die leesbare hoofdstukken betreft verwijs ik graag naar de hoofdstukken over Ajax heeft natuurlijk Cruyff, geeft Glanville toe, dus wat Kovacs ook doet, zonder Cruyff zal het onmogelijk zijn het Ajax-patroon slaafs na te volgen. Toch zou „de loutere waarde van de verrassing” van zo’n nieuwe tactiek veel profijt opleveren, meent Glanville, omdat het geruime tijd zou duren voordat de andere clubs een passende tegen- tactiek zouden hebben uitgedokterd. Kovacs is een coach met verbeel dingskracht en flexibiliteit (zegt Glanville), die besefte dat hij Mi chels alleen kon overtreffen doqr een ambitieuzer training en een tac tiek gebaseerd op meer onderne mingslust. Onderdeel van dat laatste was de aanvallende ausputzer (sweeper), terwijl hij de verdedigers aanmoedigde aan te vallen en zijn aanvallers op het middenveld crea tief liet spelen. „Michels!”, denk ik als ik dit lees, maar Glanville ziet er blijkbaar vooral de hand van Kovacs in, en hij is niet alleen de grootste kenner van voetbal, maar van alle Engelse sportjournalisten ook de grootste kenner van het Nederlandse voet bal! Tot de andere coaches die het Britse voetbal zouden kunnen „ver frissen en radicaliseren”, rekent hij Helenio Herrera (Roma), Gustavo Goagnoni (Torino) en Mario Lobo Zagalo (Braziliaans team en Fla mingo). Stefan Kovacs (die niet veel zin Tweede punt wat Derks dwarszit: „de gebrekkige voorlichting van de KNVB aan het publiek. Er zou, dat was het uitgangspunt, meer duidelijk heid voor de toeschouwers komen, maar er is te weinig informatie vooraf gegeven. De mensen zijn die gele kaart gaan zien als een bron van ergernis. Er is een enorme irritatie door ontstaan die het effect heeft van de rode lap op de stier. En wie worden erop aangeke ken? Wij. Niet de uitvinders van de kaarten en dat betreur ik”.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1972 | | pagina 31