rustig het nieuwe jaar in
II
I
ov 7'"'r
„Dode” IJmuidenaar wandelt
C*'
i*-O:w
B x
fen toe^aa'd 1
Sït
It w
HET HART STOND STIL
o
Bf
I
13
5»
O
T I-
.SENjl
Veel tot
3
5»
v
W-,
Z
g
5
o
8 S
z I
e
1
,V001 derom i
.x
Mi In Zee^Ok ri,
X conUolercaroetn±r
'8 'iet ""C
X '■X,
ii a er,d
11 S Ge/X"’*
a
Hr a„
ZATERDAG
30
DECEMBER
1972
Erbij
23
„Geachte Heren,
1
2: sS
r.
a
KT
p><
Te druk
Boom van een vent
Wij zouden het zéér op prijs stellen, wanneer u beiden eens
een kopje koffie bij ons zou komen drinken. Dat het u beiden
in uw functie goed moge gaan
„Dank zij uw doorzettingsvermogen, uw vasthoudendheid,
uw geduld en uw opofferingsgezindheid, mocht het u na grote
inspanningen gelukken de strijd tegen de dood te overwinnen
én mij tot leven te brengen”.
Nogmaals, mijn oprechte dank voor alles wat u voor mij hebt
gedaan, ook natuurlijk mede namens mijn vrouw, kinderen en
familieleden.
Pl
‘n
co
O
Ruim honderd leerkrachten uit Velsi
melle verecnvp»^ W Spelling
KoW Koka
tnet zon vi -
„U zult kunnen begrijpen, dat het voor mij bijzonder moeilijk
is, om mijn dankbaarheid en erkentelijkheid omtrent mijn ge
voelens jegens u beiden, tot uitdrukking te brengen. Ik ben na
viereneenhalve week, op 12 oktober, uit het ziekenhuis ont
slagen. Ik moet het voorlopig nog kalm aan doen.
7^0
■w
Z.
O
-
|*«ogovens partied
I
c
O
”5 b-
r**
Ti r
Z i
ZN
z
z
7'.
5
"W "-^77 iiwiiïii i.. -iÉ-
*z 'A'
ie Hoog(wens-Hi>e»^
ONDERNEMINGSRA X' -
ADVIES
-//Z
Na enig speurwerk ben ik er uiteindelijk achter gekomen
wie op zondag 10 september jl. mijn redders zijn geweest. Vol
gens ooggetuigen was mijn toestand die zondag precair. Dat
zullen jullie als deskundigen eveneens wel hebben geconsta
teerd. Maar ondanks die toestand, heeft u beiden de strijd tegen
de dood aangeboncten”
«--A
Tk T;
B’
r
8
“1
dalbewoners
3
I‘.G*
fe.'
V
bii ontstok
'fe XX <A‘ vj»
Va t U'" Politie Velsen wil verkeer
r,i*r
Chinese
aqZ
-
Hubert rn
S i
Eetalo bezoek
IJmond 1
1
Wé’
7 -"Sf
tF111
1
•V'/V* 'A’M'/VVVXAA/VVVWWVVVVVVWWX/WVVVVVVVVVVWVVVV»
“t
•-A
/VVVVVWVVVVVVVVWWVVVVVVVVVWWWWVV\AAAA/VVVWVVWWIAAAA/WVWVVVVVVVVVVV\/MVVVVVVVVVWVWVWVVVVVVVV
'ar^
Ml
'I,
die zondag teveel zijn geworden. Ha,
„De Beul” noemden ze me vroeger
tijdens de trainingen die ik aan voet
balclubs gaf, tja.hoe bestaat het”.
bruinbebladerde heuvels lopen, is hij
zichtbaar gelukkig dat hij zijn bossen
weer ziet. We moeten hem wat tem
peren, want hij wil graag laten zien
dat hij weer helemaal „de oude” is,
schopt eens tegen een dode tak en
aarzelt niet een steile heuvel te be
klimmen.
Zijn vrouw stelt tijdens het gesprek
even duidelijk: „Hij hoeft niet meer
naar Telstar. Hij is met veel dingen
veel te druk, dat jagen altijd, het
windt hem allemaal teveel op. Hij
sloeg geen wedstrijd over en elke
keer weer was hij helemaal geladen
van de spanning”.
Chris Noortman: Wandelen in de bos
sen van Duin- en Kruidberg en zon
dags voortaan rustig naar de radio
luisteren
hij ook wel weer graag eens een eind
wandelen, naar zijn groentetuin in
Driehuis bijvoorbeeld, waar hij al
weer spruitjes heeft geplukt.
I
•p t
w
I
A.
V tfM! tN WB-VBLSEN
De brief hiernaast, die getuigt van een diepe dankbaarheid, ontvingen
verpleger Jos Jansen en ziekenautochauffeur Ab van der Laan van een
zielsgelukkige patiënt, die vooral dank zij het pijlsnelle en doortastende
optreden van dit tweetal, nog leeft. Die patiënt is de IJmuidenaar Chris
Noortman, vijfenzestig jaar oud. Zijn verhaal begint als hij op zondag
10 september als fervent Telstarsupporter de wedstrijd TelstarFeyen-
oord bijwoont, een felle maar sportieve ontmoeting, die Noortman echter
bijna fataal zou worden. De gemoederen op het sportpark Schoonenberg
waren die zondag hoog opgelaaid. De supporters van Telstar vonden dat
hun club verreweg de meerdere van de Rotterdammers was, maar door
een door velen dubieus genoemd doelpunt waren de Telstarspelers in de
eerste helft van de wedstrijd met één-nul achter komen te staan. Toen de
spanning op een gegeven moment te snijden was, zakte Chris Noortman
in elkaar. De spanningen waren hem teveel geworden. Bijna levenloos
werd hij naar de kleedkamers gebracht en onmiddellijk was clubarts De
Koning van Telstar er bij Terwijl hij uitwendige hartmassage toepaste,
werd ook Velsens ziekenvervoerder Kloosterhuis gealarmeerd, doch toen
de hartrenwagen, een ambulance uitgerust met speciale hartrenappara-
tuur, op Schoonenberg aankwam, ademde Noortman niet meer en ook zijn
hart stond stil.
Chris Noortmans ademhaling bleef
gedurende de rit naar het Zeeweg
Ziekenhuis in IJmuiden redelijk
doorgaan. In het ziekenhuis werd hij
opgevangen door dokter Schreuder,
een jonge specialist.
S3
Als we een foto gaan maken, 'geeft
hij de voorkeur aan het landgoed
„Duin- en Kruidberg”, waar hij zo
mers controleur is. Als we er over de
3
Thuis, tijdens het koffieuurtje ver
telt hij opgeruimd dat hij zich van de
hele geschiedenis maar weinig herin
nert. „Het meeste heb ik van horen
zeggen”, zegt hij, „ik begrijp er eigen
lijk nog niet zoveel vah. Mijn hele
leven heb ik steeds aan sport gedaan”
ik ben een oud-politieman en heb
ook het diploma van C.I.O.S. in mijn
zak. Bij de politie heb ik de hoogste
sportonderscheidingen gehaald. Ik heb
nog gebokst tegen Karei Miljon uit
Bloemendaal, die in achtentwintig’
Olympisch, brons haalde. Maar ik
denk inderdaad dat de spanningen me
Dokter De Koning: „Zo precies
weet ik het niet meer, maar ik dacht
dat het toch wel zo’n klein halfuur
geweest is, dat ik met uitwendige
hartmassage en mond-op-mondbeade-
ming de bloedcirculatie op gang kon
houden”.
Toen verpleger Jansen en chauf
feur van der Laan binnenkwamen
troffen zij dokter De Koning aan,
bezig met de hartmassage. De twee
ervaren mannen aarzelden geen mo
ment, vroegen de dokter electro
shock te mogen toepassen. Deze stem
de toe de defibrillator te gebruiken.
Jansen weet het zich nog heel goed
te herinneren: „Mijn collega en ik
stelden onmiddellijk de zuurstofappa-
ratuur en de defibrillator op. Toen
we voor de eerste maal vierhonderd
volt gelijkstroom door het lichaam
van de patiënt lieten gaan, begon zijn
hart zowaar weer iets te kloppen.
Maar het was nog niet voldoende om
hem op te pakken en naar het zie
kenhuis te brengen. Nadat we hem
voor de tweede keer gedefibrilleerd
hadden, begon hij ook weer iets te
ademen. We sloten hem toen aan op
de pullmotor, ofschoon hij toen eigen
lijk wel spontaan begon te ademen,
maar vooral om dat ademen op gang te
kunnen houden op weg naar het zie
kenhuis”.
Chris Noortman is zeker geen klei
ne man. Hij is een rijzige kerel.
Iedereen noemde hem altijd een
boom van een vent. Na zijn ongeval
is hij een stuk afgevallen, zo vertelt
hij zelf.
in plaats van „HIJ ANTWOORD -
Chris Noortman fietst weer. Twee
maal per week wordt hij gehaald om
naar de fysiotherapie i> het Zeeweg
Ziekenhuis te gaan. Maar als de auto
niet _prompt, op tijd voor de deur staat,
springt Noortman op de fiets om er
zelf maar vast naar toe te rijden.
Samen met zijn vrouw, die hem
nauwlettend in, de gaten houdt, wil
Toch kan hij er niet over uit, dat
hém, zo’n sportieve kerel, juist zoiets
overkwam: „Alles heb ik gedaan hr
de sport, speerwerpen, kogelstoten,
discuswerpen, noem maar op, ik heb
ook gevoetbald natuurlijk. Speelde
zelfs in het Nederlands politie-elftai”.
Maar hij is het met zijn vrouw
eens, dat hij bij Telstar beter weg
kan blijven voortaan: „Het grijpt me
teveel aan hè, daar schijn ik nu toch
voor te moeten oppassen. Ik luister
voortaan zondagsmiddags naar „Langs
de lijp", dat is ook gezellig en een heel
stuk rustiger
KO VAN LEEUWEN
V.
Heeft Jos Jansen de man die hij
samen met zijn collega redde daarna
nog eens ontmoet? Jansen: „Nee, we
hebben een schitterende brief van
hem gekregen, hij wilde ons wat
geven, maar onder geen beding ne
men we iets aan. Het is gewoon ons
werk. De heer Noortman heeft er al
verscheidene malen op aangedrongen
eens langs te komen, maar dat durf
ik eigenlijk niet zo goed. Ik ben bang
voor z’n reactie, misschien dat het
voor hem toch eigenlijk ook een te
emotionele ontmoeting zou zijn. Ik
ontwijk het eigenlijk zo’n beetje. Ik
zou ook niet meer weten hoe hij er
precies uitzag. Was het een grote of
een kleine man? Ik weet het niet.
f5
o
£F
A
I
bur>
«k> V(.>|scrftf,!nef
Vlss^,,
Jos Jansen: „Blijkbaar heeft de
heer Noortman zich wel heel erg
druk gemaakt. Ik schrok er eigenlijk
wel van, want vijfenzestig jaar vind
ik tegenwoordig toch vrij jong”. Over
het redden van een mensenleven
praat hij erg nuchter: „Je doet ge
woon wat je kan. Ik kan wel zeggen
dat het enorm inspannend is en het is
natuurlijk zaak dat we er kalm bij
blijven. Het is meer een kwestie van
gewoon rustig doorgaan. En als het
dan lukt, dan ben je ontzèttend blij,
vooral later als je weer thuisbent.
Dan dringt het pas goed tot je
door.
4
is
ït
'nS
N',ur<lz
■ee in
rintt
2 iu
«a
si
o®
jmm J