THOMAS SASZ LEVERT KRITIEK
OP PRETENTIEUZE PSYCHIATRIE
BARGOENS
BOEK
BOMENBOEK
ACTUEEL
JOURNAALLEZER KIJKT
NIET MEER OP PAPIER
1
5PIB
Moderne composities bij
Studenten Kamerorkest
Landschap „verbouwd” voor
Merijntje-Gijzenserie
‘in boeiend
1
Sius
geesteszieken
nieuwe
b.v. Automobielbedrijf W. Los Zn.
Maatschappij „maakt"
F -
IN BRABANT WORDT DE KLOK 70 JAAR TERUGGEDRAAID
Dank zij vernuftig apparaat
KIND IN DE KABEL
ZATERDAG 6
JANUARI
1973
(Van onze RTV-redactie)
Hoofdrollen
Orgelfront
M'
7 januari van 12.00 -18.00 uur
We vieren de opening van ons nieuwe bedrijf - aan de
Brink 24-26 - met een gastvrij „open huis”. U ziet er tevens
alle belangrijke modellen van Mercedes-Benz en Audi. En
ook een selectie uit het brede
Merqedes-Benz bedrijfswagenassortiment
KRITIEK OP DE OFFICIËLE
psychiatrie is de laatste jaren een
normaal verschijnsel geworden.
Maar zelden publiceerde iemand
woedender aanvallen op de psy
chiatrische inrichtingen en hun
artsen dan de Amerikaanse psy
chiater van Hongaarse afkomst
Thomas S. Szasz. Twee boeken
van hem „De waan van de waan
zin” en „Ideologie en waanzin”
zijn door Ambo in het Nederlands
uitgegeven. Szasz zit met zijn
denkbeelden op dezelfde golfleng
te als de Nederlandse psychiater
Jan Foudraine in zijn „Wie is van
hout?”. Het verschil is dat Fou
draine de institutionele psychia
trie met een ontleedmes behan
delt, terwijl Szasz de voorkeur
geeft aan een bijl.
Dealer voor Mercedes-Benz personenwagens en bedrijfswagens en Audi personenwagens.
U bent van harte welkom op:
5 januari van 15.00 - 22.00 uur
vrijdag
zaterdag 6 januari van 10.00 - 22.00 uur
zondag
Brink 24-26, Beverwijk, tel. 02510 - 2 7341
NIEUW-VOSSEMEER Lang
zaam maar zeker wordt de klok
aan het Benedensas in de gemeen
te Nieuw-Vossemeer en op enkele
andere plaatsen in het Westbra-
bantse polderlandschap 70 jaar te
ruggedraaid. Binnen afzienbare
tijd begint regisseur Kees van ler-
sel daar met de eerste buitenopna
men voor de televisieserie rond de
figuur van schrijver A. M. de Jong
„Merijntje Gijzen”.
11
ft
F
HEIN DIK
(Van onze rtv-redactie)
H.R.
ADVERT ENTIE
DE KRITIEK van Szasz richt zich
vooral op de medische pretenties van
de psychiatrie, die volgens hem geen
wezenlijke inhoud hebben. Bovendien
wordt stigmatisering van de patiënten
bevorderd, zo betoogt Szasz, door ze
te beplakken met etiketten waarop
ten onrechte gebruik wordt gemaakt
van een aan de medische wetenschap
ontleende terminologie. Szasz ziet dit
etiketteren en uitstoten van mensen
Van dit systeem wordt al in ongeveer
40 landen gebruik gemaakt. De NOS is
bij de BBC te rade ge'gaan en heeft van
de Britse ervaringen gebruik gemaakt.
Joumaalh'oofdredacteur Simons: „Op de
ze wijze brengen we een betere commu
nicatie met de kijker tot stand. Overi
gens zullen we de Autocue in het Jour
naal zaterdagavond uitgebreid demon
streren. jVoor de niet onbelangrijke
groep minder goedhorenden zal dit nieu
we systeem zeker een verbetering zijn.”
De nieuwslezers hebben tevoren duch
tig getraind. Fred Emmer: „Dat wil niet
zeggen dat we nu geen gebruik meer
maken van tekst op papier. Dat zou
onecht zijn. Je kunt de kijker niet
steeds blijven aankijken. Dat doe je ook
niet als je met iemand praat. Maar op
uitgeverij Erven
Amsterdam een
dat geen volkse
weg gaat: „Bar-
„Open huis” bij Los Zn
naar het min of meer beschaafd Ne
derlands zijn overgewaaid en daar
zijn, maar veel
In Zegge wordt in de r.k. kerk ge
filmd. Daar heeft men ook een groot
orgel nodig en aangezien er dat niet
stond, moest het er gezet worden. Door
deskundigen werd het voorpand van een
orgel uit een kerk in Den Haag gehaald
en dat staat nu in Zegge.
Jan van Dorst, die het verhaal van
Merijntje Gijzen op zijn duimpje kent,
Zo zag de holle boom bij Kraantje
Lek er voor de storm uit; in Kos
mos Bomen Boek staat deze boom,
een kurkiep, nog in volle glorie af-
gebeeld.
ALS JE NIET wéér met een asbak
je of een stropdas kan aankomen,
kun je altijd nog het boekje „Als er
maar geen kind in de kabel komt” in
deze geschenkenmaand geven. Zoals
de titel aangeeft, gaat het om enige
gezegden of spreekwoorden, die ko
misch verhaspeld worden Otto Dlcke
vereeuwigt dan zo’n verspreking in
een vlotte tekening. De inleiding van
Cees Buddingh’ moest het gevalletje
op wat hoger plan brengen. Vergeefs
Een fraai verzorgd flauwiteitje. Uit
gever Ad Donker, Rotterdam.
re-»
boekenboeken boekenboekenl
boekenboekenboeken boeken!
boeken boeken boekenboeken!
boekenboekenboekenhoekenl
boekenboeken
boekenboeken WIJ ONTVINGEN
boekenboeken
boekenboekenboekenboeken]
boekenboekenboeken boeken!
boekenboekenboekenboeken!
boekenboekenboekenboeken!
uit de samenleving naar de psychia
trische inrichting als een manoeuvre,
waarmee de maatschappij zich ont
doet van mensen die lastig zijn of te
kampen hebben met levensproblemen.
Szasz wijst erop dat nu geaccep
teerd gedrag, zoals bijvoorbeeld dat
van homoseksuelen, vroeger werd ge
kwalificeerd als geestesziek. De kwa
lificatie „geestesziek” wijst er volgens
Szasz veel meer op dat de samenle
ving een aantal gedragingen niet ac
cepteert dan dat er werkelijk sprake
is van ziekte in de medische beteke
nis van het woord. Szasz gelooft dat
de maatschappij op deze wijze steeds
nieuwe groepen „geesteszieken” cre-
eert. Als voorbeeld hiervan analyseert
hij de mode alle misdadigers het
etiket „geestesziek” op te plakken. Op
deze wijze ontwijkt de samenleving
zich een oordeel te vormen over ethi
sche en politieke aspecten van misda
dig gedrag. Ondertussen wordt wel de
samenleving optimaal beveiligd tegen
mensen met deviant gedrag door hen
op te sluiten in psychiatrische inrich
tingen.
modern tot zeer modern gecomponeerd
zijn.
De voorkeur van de studenten gaat
kennelijk uit naar stukken die span
nend zijn om te spelen, omdat er veel
eigen initiatief aan te pas komt. Zij hou
den er geen rekening mee, dat het in de
meeste gevallen minder spannend is om
er naar te luisteren, maar het is hun
goed recht. Zij vinden het heerlijk om
te grasduinen in partijen die allerlei
verrassingen kunnen opleveren en die
de ene keer beter uit de verf komen
dan de andere. Er zijn natuurlijk ook
stukken bij die nog in de grondverf zit
ten en die misschien nooit afgeschilderd
worden, zoals „Ludwig van” een com
positie van Mauricio Kagel, bewerkt
door Fred van der Kooy, die dit arran
gement zelf ten doop hield.. Wij hoorden
hierin een reeks Beethoven-citaten die
meer of minder herkenbaar waren en
die werden doorschoten met zeer bizar
re klankeffecten. Het resultaat is mis
schien het beste te vergelijken met de
„Nachtwacht” die onder handen geno
men is door Karei Appel.
Voorts was er een „Winterschlacht-
Suite” van Hanns Eisler, die volgens het
prodgramma het dichtst bij het socialis
tisch realisme staat, zoals dat vlak na
de oorlog in de Sovjet-Unie geformuleerd
werd. De dirigent Koos Terpstra legde
er al zijn energie in, maar dat deze mu
ziek bij draagt tot de opbouw van de so
cialistische staat kan ik mij niet voor
stellen. Daarbij werd de tekst vrij onbe
holpen gedeclameerd. Wil een dergelijk
stuk indruk maken, dan moet het voor
dragen door een goede vakman geschie
den. Dan was er nog een stuk „Impossi
ble Future”, gecomponeerd door Koos
Terpstra. Ik kan er niets anders van
zeggen dan dat de titel juist gekozen is.
Het Concertino voor clarinet van Lu
ciano Berio, werd uitstekend gespeeld
door Ben van Cranenburgh. Het is een
vakkundig geschreven werk, dat wel de
gelijk spannend is om naar te luisteren.
Vooral het langzame deel maakte diepe
indruk door de prachtige dialoog tussen
de solo-viool en de clarinet. Ook het
Scherzo van Charles Ives voor zes bla
zers en slagwerk bleek een goede keuze
te zijn. Het zit vol met originele ritmi
sche vondsten en het is goed genoteerd.
Overigens deden de oudjes Strawinsky
en Schönberg het nog best. De „Drei
Stücke” van laatstgenoemde zijn in 1910
geschreven zij zijn niet alleen verdien
stelijk kort, m^ar zij passen nog uitste
kend in deze tijd, hetgeen wel iets zegt
over de innerlijke kracht die erin
schuilt. Met de „Tango” van Strawinsky
in 1940 gecomponeerd werd het concert
besloten. Het is een aardig grapje, maar
een grapje moet je nooit twee keer ver
tellen en dat deden de studenten gister
avond wel voor mij was de mop eraf.
Over het algemeen genomen werd er
goed gemusiceerd. Maar het is niet juist
om zonder reden een lange pauze te
houden en dan haastig te beginnen, omdat
het al zo laat is. Muzikanten moeten
niet zo lang en ver van hun instrumen
ten weglopen, dat schaadt de concentra
tie en de stemming.
J. H. MOOLENIJZER
HAARLEM Het Amsterdams Stu
denten Kamerorkest, dat gisteravond in
de kleine zaal van het Concertge
bouw musiceerde, laat de programma-
keuze voor een groot deel aan de or
kestleden zelf over. Hierdoor ontstaat
een samenstelling van werken van zeer
uiteenlopend aard, die in hoofdzaak
HILVERSUM. Nieuwslezer Fred
Emmer zal de televisiekijker tijdens het
Journaal van acht uur vanavond bijna
voortdurend aankijken. Met ingang van
die datum heeft het NOS-Journaal de
beschikking over een zogenaamde Auto
cue. Dat apparaat projecteert de teksten
vlak voor de lens, waardoor de nieuws
lezer zich niet langer van papier hoeft
te bedienen.
Wie de rollen van personen als Me
rijntje, Blozekriekse enz. straks moeten
gaan spelen, blijft voorlopig geheim. Zo
wel regisseur Kees van lersel als de
VARA zwijgen daarover in alle talen.
Volgens de heer A. van Overveld,
gemeente-secretaris van Nieuw-Vosse
meer, heeft het vinden van geschikte
personen wel veel moeite gekost. „Men
heeft er zelfs een ogenblik aan gedacht
om de hoofdpersoon uit België te halen.
Men schijnt het echter nu toch voor
elkaar gekregen te hebben”, zo zegt de
heer Van Overveld, die ook wel een
verklaring heeft voor al die geheimzin
nigheid. „Kees van lersel wil erg voor
zichtig zijn. Zo’n jongetje dat Merijntje
moet gaan spelen, komt ineens midden
in de belangstelling. Psychologisch kan
dat voor het betrokken kind wel eens
fataal zijn”.
is eigenlijk al feen paar jaar met de serie
bezig. Omdat hij een verwoed amateur-
fotograaf is, werd regisseur Kees van
lersel, die al enige tijd door de streek
zwierf op zoek naar leuke plekjes, door
de gemeente naar hem verwezen. Op
diens verzoek maakte Jan van Dorst
voor de regisseur een paar honderd fo
to’s van leuke plaatsen. Kees van lersel
was enthousiast en vroeg de amateur-
fotograaf hem naar die plaatsen te „gid
sen”. Toen Kees van lersel ook nog
bleek dat hij timmerman-aannemer van
beroep was, was de zaak voor wat
betreft de decorbouw zo beklonken. Van
de VARA kreeg Jan van Dorst een
contract van een maand, dat inmiddels
is verlengd.
de dieventaal noemen. Ik moet zeg
gen, dat ik niet tot het bargoense
gilde behoor en dat ik deze sectari-
sche taal niet beheers. Natuurlijk
kent iedereen wel wat van de uit
drukkingen, die vanuit de penose
IN ONS MILIEU zijn de bomen
een belangrijke plaats gaan innemen.
Maakte men zich vroeger niet zo
druk over een boom meer of minder,
nu komen bewoners van een straat in
opstand als het groen moet wijken
voor parkeerhavens. Met moderne
middelen als infra-roodfotografie
worden ziekten in bomen opgespoord.
Boomheelkunde is een bekend begrip
geworden en als een storm Neerlands
beroemdste boom velt, de holle boom
bij Kraantje Lek in O verveen, wordt
een actiegroep tot behoud en herstel
van deze oude kurkiep opgericht.
De boom speelt een belangrijke rol
in het milieu en de leefbaarheid van
dat milieu. Steeds meer mensen gaan
dat beseffen.
Voor deze milieubewuste groep van
onze samenleving is een interessant
en actueel boek uit: het Bomenboek
van Th. H. Klinkspoor, waarvan bij
uitgeverij Kosmos nu de tweede druk
is verschenen. Op overzichtelijke wij
ze en rijk geïllustreerd behandelt het
boek de naald- en loofbomen in de
Lage Landen.
De vijfhonderd foto’s, waarvan en
kele in kleur, tonen 145 boomsoorten
maken het boek tot een gids in
bomenland. Het i s van de schrijver
een goede gedachte geweest in deze
tweede druk bij vele van 500 foto’s te
vertellen, waar de foto is gemaakt.
„Kosmos Bomen Boek” is een uitste
kend verzorgde uitgave.
zelfs ook geworteld
blijft toch duister.
Er is nu bij de
Thomas Rap in
boekje verschenen,
uitdrukking uit de
goens woordenboek” ondertitel „Klei
ne woordenschat van de volkstaal”.
Ik moet zeggen, dat ik in tijden rriet
meer een zo kostelijk boekje onder
ogen heb gehad. Wat je bij geen
enkel woordenboek verwacht, gebeurt
hier: je gaat het van a tot z lezen.
Dat wil dan zeggen: van Aambeeld
(„gezicht, voorbeeld: Hij gaf ’m muim
op zijn aambeeld”) tot en met zijkrid-
der (zie pisvrijer).
Drs. Enno Endt heeft er samen
met Lieneke Frerichs en de „Field-
workers” Dick de Veer, Inez van Eyk
en Peter Verstegen jaren over ge
daan om dit geinige (van gein-plezier,
afgeleid van het hebreeuwse cheen,
gunst) maar ook taalkundig interes
sante boekje samen te stellen. Er zal
zeker lood aan deze uitgave zitten,
om binnen het termveld te spreken,
want om te beginnen zal half-Am-
sterdam zijn volkstaal (het meest
komt uit de hoofdstad) nu wel eens
gedrukt willen zien, maar Amsterdam
niet alleen. Je krijgt door dit boek
een heel andere kijk op taal. En je
blijft zeggen: ik wist niet dat dat ook
nog dat betekende. Kijk maar eens in
het „Bargoens woordenboek” wat
stratemakersstoeltje óók kan beteke
nen.
W.v.L.
had regisseur Kees van lersel er een silo
van willen laten maken, maar die zou te
veel wind vangen.
„De meeste spullen die we gebruiken,
zoals hout, ramen, kozijnen en deuren
hebben we bij slopers in de streek
gehaald Ramen en kozijnen die jiaren in
het gras hadden gelegen, waren daarvoor
het beste Dat kostte nooit zoveel geld.
Merkwaardig was wel, dat zodra de
mensen wisten dat we het nodig hadden
voor televisie-opnamen, de prijs omhoog
schoot” aldus Jan van Dorst. Heel moei
lijk was het volgens hem om aan oude
geteerde planken te komen. Menserf die
dit materiaal nog kwijt willen zijn bij
hem hartelijk welkom.
Er wordt trouwens niet alleen aan het
Benedensas gefilmd. Ook op de boerderij
van de familie Moors in Nieuw-Vosse
meer worden opnamen gemaakt. Daar
heeft men een hoekje gevonden waaraan
niets veranderd behoefde te worden.
Langs de Vlietdijk heeft men een paar
onbewoonde woningen gevonden waar
beelden worden geschoten, terwijl ook
aan het Boven sas bij Steenbergen
wordt gefilmd. Hier komt een fabriek te
staan. De schets hiervoor heeft Jan van
Dorst al in huis.
DE BOEKERIJ-BAARN.
Herman Wouk, die zijn beroemd
heid hoofdzakelijk te danken heeft
aan zijn bekende boek: „Muiterij op
de Caine,” heeft weer een nieuwe
roman geschreven, die nu, vertaald
door Joke Westerweel-Ybema, ook op
de Nederlandse boekenmarkt is ver
schenen onder de titel: „Wereld
brand Een bewogen verhaal over
het drama van het leven in oorlogs
tijd. Twee Amerikaanse families,
waarvan de één het gezin is van een
beroepsmilitair en de andere dat van
een joodse uitgewezen schrijver, die
weer in contact komen met het gezin
van een Engelse oorlogscorrespon
dent vormen met elkaar de hoofd
personen. Daaromheen spelen de ge
beurtenissen en de oorlogshandelin
gen uit de Tweede Wereldoorlog zich
af in de periode van 1939, na de
ontwikkelingen in het Hitler-Duits-
land, tot eind 1941. het moment van
de Amerikaanse deelname aan de
oorlog Vier belangrijke gebeurtenis
sen staan centraal: Het beleg van
Warschau de slag om Engeland de
mars naar Moskou en de aanval op
Pearl Harbor.
deze manier kan de regisseur eventuele
opmerkingen ook kenbaar maken zonder
dat de kijker daar erg in heeft. Het
hoeft alleen maar tussen de tekst voor
de camera gevoegd te worden. Anders
moest hij altijd opbellen als bijvoorbeeld
een bepaald onderwerp vervalt. De Au
tocue is een apparaat dat bestaat uit een
tv-camera, een papierband met daarop
de tekst en een soort periscoop, die voor
de camera is bevestigd en die zich op de
nieuwslezer richt.”
„Een assistente beweegt de tekst lang
zaam onder de Autocue-camera door.
Via een gesloten circuit verschijnt die
tekst op een monitor, die haaks voor de
tv-camera is geplaatst. Een glasplaat
voor de lens, die dankzij de positie van
45 graden de tekst op de monitor weer
spiegelt, toont de getikte regels aan de
lezer. Die weerkaatsing van de geprojec
teerde. regels voor de lens is zo geraffi
neerd en vernuftig, diat de tv-camera ze
niet kan registreren. De lens ziet de
tekst niet en de nieuwslezer de lens
niet.”
De NOS heeft twee van deze appara
ten aangeschaft. Eén daarvan staat
voortdurend ter beschikking van het
Journaal, de andere is opgesteld in de
studio, van waar uit de actualiteitenru
brieken hun uitzendingen verzorgen.
„DE BOLLEBOF heeft hem aan drie
kerstbomen geholpen, ”zei de man,
een keiltje achterover gooiend. „Zo is
hij voor twee jennen opgegaan?” riep
een figuur aan de andere kant van de
toog. „Wat zal-ie-er de groep in heb
ben. Kan-ie niet meer kienen voorlo
pig.” „Wat? „Kan-ie niet meer aan de
bef gaan. Nou duidelijk?”
Gerrit, die zijn eigfen van binnen
had bekeken, schrok op, „Krijg de
beris. Kan-ie zijn hoogteroer op non-
actief stellen”. Er werd wat gekonke-
lefoesd. „Zou er gekoekeld zijn? Wat
voor kliemert zou ’m dat geflikt heb
ben?” Nou kan-ie in ieder geval
voorlopig geen klokkie aan zijn kont
krijgen”, riep Gerrit. Er kwam een
kedraaister binnen. Buiten speelde
een kast. „Een kaptein graag”, riep
het mens. „Dat is een karonje”,
bromde Gerrit obstinaat. En tegen de
baas: „Geef mij maar een kaptein-
luitenant. En heb je karton in huis?”.
„Kassian” was het antwoord, „jij met
je kapsones, kaneelduiker”.
De deur ging open: „Harrie de la
kaderrie, daar hei-je Jan”. „Zo, ben
ik hier weer bij de jongens van de
gouden ploeg? Wat moet die gondel
hier. Ze heeft anders wel een duive-
plat. Die zal wel duikboten binnenha
len. Maar zonder dollen: Heeft Fritsie
een dof slag gemaakt? Tja, en als je
dan doorkotst. Had-ie maar niet zo
veel moeten buizen. Zijn wijf zit nou
in de merode. Eén recht op en neer,
graag. Hé poepelepee, zit daar een
peper-err-zout-stelletje?” „Sorry, jon
gens, ik moet effe naar het vlees
kijken”.
Degene, die bovenstaand verhaal
juist kan vertalen (en denk niet te
vlug dat u de juiste betekenis van
woorden err uitdrukkingen kent), mag
zich een ingewijde in het bargoens,
Zij, die geregeld de omgeving van
Vossemeer bezoeken, zal het wel zijn
opgevallen dat er verschillende dingen
zijn omgetoverd of weggemoffeld. Jan
van Dorst uit Nieuw-Vossemeer, tim-
merman-aannemer van beroep, is door
de VARA, die de serie gaat uitzenden,
aangetrokken om diverse decors en ver
anderingen aan te brengen.
Het meeste werk heeft hij gehad met
»en bunker die erg in de weg stond,
omdat er in de tijd dat het verhaal
speelt van dergelijke bouwsels (nog)
geen sprake was. Het betonnen geval
werd helemaal betimmerd met oude
planken en stelt nu een houten schuur
voor. Aan een van de huizen was pas
een nieuwe keuken gezet. Jan van Dorst
heeft die keuken nu met houten planken
„bekleed” zodat er van de nieuwe ste
nen niets meer te zien is. Van een
olievat bij een andere woning werd een
kippenhok gemaakt. De grote motoren
bij de sluizen werden betimmerd, terwijl
de moderne lantaarnpalen een polyester-
jasje krijgen. Op de lagere technische
school in Steenbergen zijn de leerlingen
bezig armaturen te maken die er boven
op gemonteerd worden zodat het geheel
een namaak antieke lamp wordt.
Ter plaatse stonden ook nogal wat
coniferen en omdat Merijntje die niet
gekend heeft, zijn ze tot op enkele
centimeters afgezaagd. Ze worden straks
opgevuld met zand en er wordt dan een
moestuin van gemaakt. De ramen van
de huizen worden onderverdeeld in klei
ne ruitjes door er wat op te plakken.
TV-antennes moeten verdwijnen, terwijl
de brug en de sluizen een ander kleurtje
krijgen. Er staat ook nog een kraan die
moet worden afgebroken. Aanvankelijk
„DE WAAN van de waanzin” heeft
als ondertitel: „De psychiatrie als
voortzetting van de inquisitie.” Vol
gens Szasz is er nauwelijks verschil
tussen de heksenjachten uit de mid
deleeuwen en het opsluiten van men
sen tegen hun wil in psychiatrische
inrichtingen. Zowel de inquisiteur als
de institutionele psychiater houden
zich bezig met het verwijderen van
afwijkenden uit de samenleving, zegt
Szasz. Het enige verschil is dat de
inquisiteur zich bedient van een aan
de religie ontleende terminologie, ter
wijl de psychiater gebruikmaakt van
de medische wetenschap. De overeen
komst is volgens Szasz dat beiden
inquisiteur en psychiater de zon
debokken van de samenleving opspo
ren en uitstoten. „Zoals de middel
eeuwen hun ideale typen van goed
en kwaad hadden, zo hebben wij de
onze.
Zij hadden de ridder te paard en
de zwarte heks. Wij hebben de dokter
in de witte jas en de gevaarlijke
psychoticus. Zij hadden de nobele
Lancelot; wij hebben de dokter van
het damesblad.”
In „Ideologie en waanzin” zet Szasz
zijn denkbeelden over de psychiatrie
uiteen in een serie essays. Hij verdui
delijkt zijn standpunt dat de psychia
ter vaak opvolger is van de priester:
„In de Eeuw van het Geloof was de
ideologie christelijk, de techniek kle
rikaal en de specialist een priester,
terwijl in de Eeuw van de Waanzin
de ideologie medisch is, de techniek
klinisch en de specialist een psychia
ter”.
I i
i