OE GEMIDDELDE SURINAMER HEEFT GEEN VERTROUWEN IN TOEKOMST VAN ZIJN LAND I Geen vrouwtje e meer, maar mevrouw N REISBUREAU fl Bevrijding Voorlichting Uitzichtloos Rijk naar arm .Studenten” - «g 12 (Van onze redacteur in de West) r aar sen :unnen ding - ning een Wil irken. werk )loma r op- VQor- eslist Éing t de lem, L a .'‘-’-ZlNDcRiJ- 4 IMSTERCAM TM Altijd beter dan krot Achter de glazen deur lokt de AOW. Ondernemende Surinamer loopt zich te pletter tegen het regeringsapparaat PREMIER SEDNEY G. HABRAKEN Erbij Wat geldt voor de televisiefilmpjes, geldt evenzeer voor de alarmerende ar. tikelen, die de laatste tijd In de Nederlandse dagbladen verschijnen. De lokale dagbladen In Paramaribo nemen de stukken letterlijk over; erg veel Indruk maken ze niet. Men reageert erop met: „Die Nederlandse kranten schrijven dat. om ons in Suriname te houden, maar daar trappen wij niet in”. Tegenover vijl tot tien negatieve krantenartikelen, staan wekelijks meer dan 5.000 opgetogen brieven van familieleden in Nederland. I enig risico kan wagen. Werkloosheid of lage salariëring zijn dikwijls een aanlei ding, maar de diepere oorzaak schuilt in de uitzichtloze toekomst. ANWB wijst de weg naar vliegveld Zanderij, poort naar Nederland. verwachting op een betere toekomst Ze kijken hier tegen een muur. „In feite zijn het geen emigranten maar evacués”, stelt een psycholoog, die zich met het emigratievraagstuk bezighoudt. Veel koffers en een uitbundige en zeer kleurrijke handbagage: vogeltjes, bloe men en specifiek Surinaamse groenten en vruchten: want die kan je in Neder land niet krijgen. Opmerkelijk weinig tranen; bijna een feestelijke stemming. trouw heeft gevolgd en dat hij voor het vak Nederlands gemiddeld een zes heeft behaald. Onder aan het getuigschrift de naam van de professor als voorzitter van het instituut voor schriftelijk onder wijs. De gemiddelde Surinamer heeft geen enkel vertrouwen in de toekomst van zijn land. Het is de meest trieste erva ring, die je in Paramaribo opdoet en zonder enige twijfel ook de hoofdoor zaak achter het emigratievraagstuk. Het zijn niet de sociale voorzieningen die als de grote magneet werken. Deze dienen hooguit als valscherm, waardoor de emi grant de sprong over de oceaan zonder ■UWS „Voor Nederland waren 1943 en 1944 uitzichtloze jaren. Hoeveel Nederlanders zouden hun land in die tijd niet verlaten hebben, als zij daartoe in de gelegenheid waren geweest! In dezelfde situatie ver keren wij in Suriname nu. U moet de gemoedstoestand van de Nederlandse be volking vóór de invasie in Normandië overplanten op de Surinaamse bevolking van vandaag. Ze willen wel, maar ze zien het niet meer.” Aan de voorlichting ontbreekt nog wel het een en ander, of liever gezegd: er is praktisch geen voorlichting. Er is ook geen behoefte aan. Zodra een Surinamer het besluit genomen heeft om naar Ne derland te gaan, dan gaat hij. Van voorlichting wil hij niets weten, want dat kan de pret alleen maar bederven. De voorlichting, die hij zoekt vindt hij in de brieven van familieleden in Neder land, die het daar „gemaakt” hebben. „De begeleiding van de emigranten is geen taak voor sociale werksters, met alle respect voor hun opleiding. Het is een taak voor sociaal psychologen. Het Is geen kwestie van woongelegenheid of sociale begeleiding, maar het is een kwestie van de volledige herstructure ring van de man zijn geest” De Nederlandse televisiefilmpjes over de moeilijke omstandigheden waarin veel Surinamers in Nederland verkeren, komen ook op de beeldbuis in Para maribo, maar ztf hebben geen enkel afschrikkend effect. Het is natuurlijk min der prettig als een gezin van tien of meer personen in een flat in de Bijlmer zit samengepakt en de hand op moet houden bij Sociale Zaken. Zo’n zelfde gezin woont echter in Paramaribo in een éénkamerkrot en krijgt geen enkele bijstand. Zo’n televisiefilmpje houdt de aspirant-emigrant niet tegen; het is voor hem het bewijs, dat zelfs een Surinamer bij wie alles tegenzit, het in Amsterdam toch nog beter heeft dan in Paramaribo. Zolang de emigrant nog in Paramaribo zit, ijkt hij zijn situatie op die van de Surinamers in Nederland. Dan kan hij alleen maar de conclusie trekken, dat hij er beter op wordt. Als hij eenmaal in Nederland zit, ijkt h(j zjjn situatie op die van de overige Nederlanders. Dan ont staat de ontevredenheid en valt het woord discriminatie. „De Surinamer, die naar Nederland gaat, leeft in een soort oorlogsfrustratie. De excessen die zich nu voordoen in Nederland, moet u terugvoeren als u daar beelden van wilt hebben, naar de excessen die zich in Nederland voorde den vlak na de bevrijding. Het zijn dezelfde verschijnselen: mensen in span ning, die van de „bevrijding” ontzettend veel verwachten en die dan een enorme klap krijgen als die verwachtingen geen werkelijkheid worden.” Als je aan de vertrekkende passagiers vraagt, waarom ze naar Nederland gaan, is het antwoord in de meeste gevallen: „voor studie”. Het is de meest gebruikte uitvlucht om de aftocht voor zichzelf en voor de familie te dekken. In een rap port lees je dan ook, dat de meeste „studenten” niet de vooropleiding hebben gehad die nodig is voor de door hen opgegeven studierichting. De emigrant heeft dezelfde verwach tingen als de Nederlander na de oorlog. Hij verwacht een zekere waardering voor zijn werk en die waardering blijft uit. Ze zijn teleurgesteld, maar kunnen meestal niet zeggen waarover. Aan hun verwachtingen is niet voldaan, maar welke die verwachtingen waren? De be vrijding de grote mogelijkheden, die zij zelf niet kunnen concretiseren.” „Het zijn niet de misdadigers die weg trekken. Het percentage uit de zelfkant afkomstig, is zeer klein. Ze zijn beslist In de vertrekhal ontmoeten we een student, die zijn passage heeft verdiend achter de toonbank van een ijzerwaren winkel. Hij gaat in Amsterdam studeren voor de akte Nederlands M.O. Vooroplei ding: zes Klassen lagere school en een schrifteliijke cursus algemene ontwikke ling. „Maar ik heb een brief van een orofessor in Nederland, waarin staat, dat ik de cursus Nederlands M.O. kan vol gen.” Die brief blijkt dan een getuigschrift van een schriftelijk-onderwij sinstelling in Nederland, waarin staat, dat de kan didaat de cursus algemene ontwikkeling „Het emigratieprobleem is de tol, die wij moeten betalen aan onze Nederlandse opvoeding”, hoor je in Paramaribo van een sociaal werkster. „Het staat eigenlijk bij je geboorte al vast, dat je naar Nederland gaat, al leen het wanneer is nog niet vastgesteld”. Die Nederlandse opvoeding is niet het uitgesproken motief waarachter de Nederlandgangers hun aftocht dekken, maar wel één van de motoren, die de volksverhuizing met een een zijdig versnelde beweging op gang houdt. Veel meer dan de Nederlandse Antillen is Suriname een Nederlands bastion in Zuid-Amerika, waar de Nederlandse taal en cultuur door de grote massa als een vanzelfsprekend heid wordt aanvaard. In Suriname wonen semi-Nederlanders, die er pas achter komen, dat ze Surinamer zijn als zij in Den Haag of Amsterdam niet in een dancing worden toegelaten. Je hoeft een Surinamer niets over Nederland te vertellen, want hij kent het land uit zijn schoolboeken en uit de brieven van familieleden. Via advertenties en affiches wordt de adspirant-emigrant voor inlichtingen verwezen naar een filiaal van het depar tement van Sociale Zaken in de Domi neestraat. Er wordt zeer weinig gebruik gemaakt van de diensten van de sociale werkster, die daar haar kantoortje heeft: „Wij bereiken de mensen bijna niet. Er is een enorme drempelvrees”. „De adspirant-emigranten gaan er bij voorbaat van uit, dat wij hun zullen afraden om naar Nederland te gaan, maar onze voorlichting heeft niets te maken met het indammen van de emi- grantenstroom. Als ik echt objectief zou voorlichten, zou ik misschien bereiken, dat er nog meer mensen naar Nederland gaan.” Tegenover het droombeeld, dat de Su rinamer zich van Nederland heeft ge vormd, staat de realiteit van het Surina me van vandaag en dan wordt het „waarom” van de emigratie ook voor een buitenstaander al iets duidelijker. Driehonderdduizend Surinamers heb ben, relatief bezien, meer natuurlijke rijkdommen tot hun beschikking dan 13 miljoen Nederlanders in hun land. Toch is Suriname het meest hulpbehoevende deel van het koninkrijk. Veel armoedi ger nog dan de Nederlandse Antillen, die wat hun natuurlijke hulpbronnen be treft niet verder komen dan water en lucht. De mogelijkheden, die Suriname bezit op het gebied van de mijnbouw, bos bouw en landbouw worden óf niet opti maal benut óf zijn in handen van bui tenlandse ondernemingen. Suriname, een land in ontwikkeling, glijdt langzaam af naar het absolute nulpunt, ondanks de ruim 400 miljoen gulden, die Nederland in het kader van de meerjarenplannen naar Paramaribo heeft overgemaakt. Enorme bedragen zijn besteed aan infra structurele werken, maar verdere maat regelen, die de infrastructuur een zeker rendement zouden moeten geven, bleven achterwege. Vijftigduizend emigranten vormen de rekening,- die Nederland nu gepresen teerd krijgt voor het falen van de ont wikkelingshulp. De uittocht concentreert zich rond de zondagmiddag en -avond. Er vertrekken dan twee vliegtuigen naar Nederland: een Jumbo en een DC-8; meestal volge boekt. Met busladingen tegelijk komen de passagiers en afduwers naar het vliegveld Zanderij: 40 km van Parama ribo. Aan de loketten een zenuwachtig gedrang: de KLM heeft in Suriname de reputatie meer plaatsen te verkopen dan beschikbaar zijn. Er hebben zich in de vertrekhal al hele veldslagen afgespeeld. „Ten behoeve van ons land zou Ik tegen de meesten moeten zeggen: blijf hier, maar ten behoeve van de persoon moet ik meestal zeggen: ga. We moeten gewoon erkennen, dat de omstandighe den in Nederland beter zijn dan hier, al blijft het natuurlijk een trieste zaak, dat in dit deel van het koninkrijk het leef klimaat zoveel slechter is dan in Neder land." Nederland is het land, waar alles lukt, waar alles optimaal geregeld is, waar alles op tijd gebeurt en waar de wel vaart uit de fabrieken rolt. Een land waar je alles kunt kopen, met steden zonder krotten, met warenhuizen, schouwburgen, geasfalteerde wegen en treinen, die je precies op tijd van Den Helder naar Maastricht brengen. Ieder schoolkind tot ver buiten Paramaribo weet je precies te vertellen welke steden en rivieren je dan passeert. De foto’s in het aardrijkskundeboek tonen een wereld waarvan de Surinamer droomt. Iedere school is in feite een wervingsbureau voor emigranten. De blik van Suriname iê uitsluitend op Nederland gericht. Contacten met Zuid- Amerika en het Caraïbisch gebied zijn zeldzaam en liggen in de sfeer van buren, die geen belangstelling voor el kaar hebben, maar die zo nu en dan maar eens naar elkaar glimlachen om ruzie te voorkomen. Je ziet deze geëtaleerd op alle hoeken van de straten in Paramaribo. Voor de jeugd die daar de hele dag rondhangt staan twee wegen open: via straatroof of inbraak naar de gevangenis in Santa Boma of naar Nederland. Een normale ontplooiing is in Suriname praktisch on mogelijk. De ondernemende Surinamer loopt zich te pletter tegen een log rege ringsapparaat, dat aan de lopende band plannen maakt en vervolgens de groot ste sta-in-de-weg is bij de uitvoering van die plannen. Als iets toch nog moeizaam van de grond komt, loopt het dood op het groeiend onderling wantrouwen tussen de Creolen en Hindoestanen. Een carrière bij de overheid is niet afhankelijk van bekwaamheid of geleverde prestaties, maar uitsluitend van politieke hand- en spandiensten. Corruptie op grote schaal komt niet aan de oppervlakte, maar corruptief rit- selwerk is een dagelijks voorkomend verschijnsel waar ieder zich aan ergert, tot men zelf de kans krijgt om een graantje mee te pikken. „Het is niet het geld, dat de Surina mer naar Nederland drijft, maar de Bij het verbeteren van het leef klimaat gaat het niet alleen om een betere salariëring of sociale voorzie ningen. Er zijn andere aspecten die voor een Surinamer misschien nog wel zwaarder wegen: Vrouw Paul- tje is in de 70 en was vroeger dienstbode bij een Surinaamse fa milie raison van 60 per maand. Twee jaar geleden is ze naar haar zoon in Nederland vertrokken. Ie dereen verklaarde haar voor gek. Ze zou daar nooit wennen. Nu is ze terug in Paramaribo, op vakantie. Het sloofje van twee jaar geleden is een dame geworden met een pruik op en beladen met Hema- juwelen. Als je haar vraagt of ze niet liever in Suriname wil blijven, begint ze enorm hard te lachen: „Mijnheer, hier ben ik gewoon vrouw Paultje, maar in Rotterdam ben ik mevrouw. Iedere dag komt een witte melkboer bij mij de trap op om een fles melk te brengen en als ik open doe zegt hij: dag me vrouw. Als ik schoenen ga kopen, doet een wit winkelmeisje bij mij mijn schoenen aan en nooit krijg ik in Holland vieze voeten, want ze hebben overal trottoirs”. Argumen ten die een nuchtere Europeaan be lachelijk voorkomen, maar vrouw Paultje leeft in Rotterdam in een wereld waarvan ze in Suriname niet eens durfde te dromen. „De moeilijkheden rond de emi gratie zijn een Nederlands pro bleem”, is de slogan van premier J. Sedney. Een typisch voorbeeld van de wijze waarop de Surinaamse re gering de werkelijke problemen uit de weg gaat. Evenals dit het geval is bij de emigranten, moet de vlucht uit de werkelijkheid de oplossing brengen. De opvang van de emigranten mag dan een Nederlands probleem zijn, het „waarom” van de volksver huizing ligt toch meer op het ter rein van de Surinaamse autoriteiten. Het moet de Surinaamse overheid toch wel duidelijk zijn, dat men op een bevolking van 300.000 zielen geen 50.000 jongeren kan laten ver trekken, zonder dat dit een ver gaande terugslag heeft op de toe komst van het land. Het elimineert iedere mogelijkheid tot economische expansie. Hierbij komt dan nog, dat de inzet van de achterblijvers, die de grote stap niet kunnen of durven wagen, er ook niet beter op wordt. Van de Surinaamse regering is geen enkele maatregel te verwach ten om de emigrantenstroom ook maar enigszins in te dammen. Met kennelijke tevredenheid, ziet men apatisch toe hoe met een deel van de bevolking ook een deel van de problemen wordt geëxporteerd. Indien Nederland ertoe zou over gaan om de grens voor Surinamers te sluiten, kan men rekenen op een luide klacht van „discriminatie”, zo wel van de emigranten in Neder land, als de would-be emigranten in Paramaribo. Zelfs degenen die zich een tegenstander tonen van de emi gratie, willen niets weten van een door Nederland geproclameerde emigratiestop. Zij motiveren dit met de mening, dat een dergelijke maat regel voor Suriname niets oplost. De oplossing moet gezocht wor den in een volledige herstructure ring van het politieke, economische en sociale klimaat in Suriname. Geen oplossing op korte termijn, en van de huidige machthebbers hoeft men op dit punt niets te verwach ten. De emigratie is een hopeloze en uitzichtloze zaak, zowel voor Suri name als voor Nederland. Voorlopig zal Nederland aan de Surinaamse moeten wennen, misschien wennen deze dan ook nog wel eens aan Nederland.... „Dat begrijpt die Nederlandse be drijfsleider natuurlijk niet Hij zit met een evacué, die min of meer in een shocktoestand verkeert als hij aankomt. De meeste kneusjes vallen dan ook in de eerste maanden. Ze verwachten, dat ze anders behandeld zullen worden dan in Suriname en beslist niet minder. bereid om te werken als ze in Nederland aankomen, want met dat voornemen gaan ze weg. Maar de kilheid, die zij niet kennen en de zakelijkheid waarmee ze ontvangen worden, geeft hun een enorme domper.” PU S ‘i ’-’»h lil:! 'lil m’|« "I

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1973 | | pagina 13