van Padvinderij evolueerde mee met maatschappij TUD VAN VLIEGENDE VAANDELS IS VOORBIJ Anti - autoritair schoolhoofd vertelt sprookjes samen |eu „Doorlichten met kritische jeugd f IN NEDERLAND 100.000 LEDEN SCOUTING NEDERLAND M ,.^21 Goede daad Niet dood Eigen opvoeding Erbil MAART 1973 1 O ZATERDAG 20 Is i- G. bv 275 in atie I E S IS g J 1 fff i wl V 23S5K vrij G lime st. W „Speculeren op HANS ROMBOUTS et in KKS3 slvink 14274 De dagelijkse goede daad waarvoor padvinders zich in het verleden gesteld low- keu- aap- ber- I k.k. Scouting Nederland. Meegegaan met de tijd. Buijtendorp: „Je hoort wel eens mensen die denken dat de padvinderij in s. id d. in n) sn g- I- Het instituut voor Toegepaste Sociologie heeft zich aan een lande lijk onderzoek onder de Nederlandse jeugd tussen de tien en vijftien jaar gezet. Van de jongens en meisjes van deze leeftijdscategorie hoopt het antwoorden te krijgen op vragen als: Wat doe je in je vrije tijd, waar heb je belangstelling voor en wat zou je in je vrije tijd graag willen doen? De opdracht voor deze „doorlichterij” is uitgegaan van Scouting Nederland, die aan de uitslag van de vragerij straks houvast hoopt te hebben bij het verder vorm en inhoud geven aan het werk dat zij beoogt te doen: Neerlands jeugd mogelijkheden geven voor een goede en fijne vrijetijdsbesteding waaraan het meer dan zestig jaar geleden door Lord Baden-Powell geïntroduceerde Spel van Verkennen nog steeds ten grondslag ligt, al dient daarbij wel te worden aangetekend dat veel van wat Baden-Powell destijds voor schreef is „vertaald”, aanspreekbaar is gemaakt, voor de jongens en meisjes van nu. „Dat zal geen gemakkelijke taak voor die commissie worden: het uniform heeft met zo veel meningen en zaken te maken. De ene leeftijdsgroep zal er geen probleem mee hebben, bij andere zal het tegenovergestelde het geval zijn. Vragen in dit verband zijn: willen we één uniform houden voor heel scouting, of geeft men de voorkeur aan helemaal geen uniform of aan uniforme kledij binnen de groep. Andere vraag daarbij: hoe moet die kleding of dat uniform er dan uitzien? Ontwerpers van een kle dingmagazijn hebben wat ontwerpen ge maakt: vlot gesneden, heel moderne kle ding met onder meer T-shirts en stic kers. Die ontwerpen geheel vrijblij vend gemaakt zullen wellicht in de nabije toekomst aan de betrokkenen worden voorgelegd. Ook hier zal echter de stem van de jongens en meisjes van doorslaggevende betekenis zijn.” F Scouting Nederland. Het is een nieuwe landelijke organisatie, die begin dit jaar Hl door de vier bestaande padvindersverenigingen (de Vereniging de Nederlandse Pad- vinder, de Katholieke Verkenners, het Nederlands Padvindsters Gilde en het Neder- H lands Gilde) van de grond werd getild. Eerdtr al werkten de padvindersorganisaties BB in federatief verband met elkaar samen. VVim Bujjtendorp uit Scherpenzeel, adviseur ïl voor voorlichting in het bestuur van Scouting Nederland opgenomen: „Die samen- 11 fill werking verliep zo goed, dat men uiteindelijk besloot geheel in elkaar op te gaan. JfS zichzelf te liquideren en één gezamenlijke, landelijke organisatie in het leven te BB roepen”. Aan de fusie is zestien maanden van intens overleg en beraad voorafgegaan. waarbij de achterban nauw betrokken was. Buijtendorp: „De fusie is nu een feit, BB maar dat wil niet zeggen, dat daarmee nu alle problemen uit de weg zijn geruimd. HRBUB Integendeel. Heel veel werk moet nog worden verzet. Werkzaamheden die in het ver leden afzonderlijk van elkaar werden verricht, moeten in elkaar worden gepast en tal van vraagstukken liggen er met betrekking tot het verder uitbouwen van de or ganisatie tot een eigentijdse, geheel op de jongeren van vandaag afgestemde be weging. We zullen duidelijke antwoorden moeten zien te vinden op vragen als: Wie zjjn we en als die vraag beantwoord is: willen we dat zijn wat bieden wjj in het kader van het jeugd- en jongerenwerk in Nederland voor specifieks, en welke elementen vormen samen het Spel van Verkennen?” op aarde geland, maken de dolste dingen mee, nadat ze ontdekt hebben, dat de wereld vol staat met versteende lieden en niet meer functionerende voertui gen, fabrieken enz. Ineens is de normale gang van zaken op aarde weggevallen. De dieren worden wild en stropen het land af. Het vrolijke gezelschap van de Summerhill-school is onderzoek. Een jaar of zeven geleden is er ook al zij het op beperkte schaal een enquête gehouden. Eén van de consequenties van toen was het afschaf fen van de verkennershoed. Die hoed werd als ouderwets ervaren.” Op dit moment staan tal van andere uit het verleden overgebleven za ken binnen Scouting Nederland ter dis cussie, zoals de wet en de belofte die moet worden afgelegd en het uniform. Buijtendorp: „Over dat afleggen van die wet en die belofte wordt verschillend gedacht. Er zijn hearings over geweest. Tot bindende afspraken is men niet gekomen. Bij die hearings bleek wel duidelijk, dat velen toch wel iets van een soort bereidverklaring wilden be houden. In de nabije toekomst zal er verder over worden gedacht en gespro ken. Wat het uniform betreft: er zal een commissie komen die zich daarmee bezig zal houden.” Nederland op sterven na dood is. Ze trekken die conclusie omdat ze weinig van scouting merken. Vroeger struikelde je zaterdagsmiddags in de stad over welpen en kabouters, tegenwoordig zie je er amper nog één.” „Dat men zo weinig van scouting merkt, komt echter doordat het tijdperk van vliegende vaandels en slaande trom, van het massaal optreden achter de rug is, doordat het bij sommige groepen al niet meer verplicht is om in uniform te verschijnen en doordat troepenhuizen en dergelijke bij voorkeur niet meer in het centrum van de stad worden gelokali seerd: vroeger was men als padvinders- groep al blij als men bezit kon nemen van een pakhuis dat in de stad vrij kwam, tegenwoordig heeft men de be schikking over goede accommodaties buiten het centrum met als het maar even kan een stukje weiland of bos grond erbij. Daar komt nog bij dat de activiteiten die ontwikkeld worden zo veel mogelijk buiten het stadsgewoel worden gehouden. Zeg nou zelf: wat zul je nou nog met kinderen gaan spoorzoe ken in de stad, de stad waar ze de hele week al in opgeborgen zitten?” Scouting Nederland. Geëvolueerd. Za ken die niet meer in dit tijdsbeeld pasten, zijn afgeschaft. Buijtendorp: „Het gaat erom wat de jongens en meisjes zelf willen. Vandaar ook dat Sprookjes vertellen is altijd een ple zierige bezigheid. Sprookjes voorlezen kan aardig zijn, als de sprookjes boeien. Maar veel boeken voor kinderen zijn zo saai, dat de ouders die ze voorlezen, zich gruwelijk vervelen. En dat is na tuurlijk niet zo prettig. Als voorlezer wil je dat met enige overtuiging doen. Wel nu, er is een heel bijzonder en bezighou dend boek verschenen: De groene wolk of De laatste mensen op de wereld. Het bijzondere aan dit moderne sprookje is a. dat het verteld wordt door A. Neill, de oprichter van de anti- autoritaire Summerhillschool in het En gelse Suffolk, b. dat de kinderen van die school aan wie het verhaal verteld wordt zelf met hun „baas” de hoofdper sonen zijn in het sprookje en c. dat die kinderen (van negen jaar) forse kritiek spuien na elk stukje dat ze te horen krijgen. Daarbij gaat het er niet zoetsap pig aan toe en kunnen ze hun „baas” en hoofdfiguur bijvoorbeeld uitmaken voor een lafaard en hem verwijten, dat hij bij het scheppen van situaties niet nauwkeurig tewerk gaat. Het één het verhaal zelf is net zo boeiend als het ander de kritiek van de lieverdjes. Het verhaal komt in het kort hier op neer: een bevriende miljonairlandt bij de Summerhill-school met een lucht schip. Hij nodigt directeur Neill plus de kinderen uit om een hoogterecord te vestigen. Het record wordt gebroken. Onder hen zien ze een groene wolk, die giftig blijkt te zijn en alle menselijke leven op aarde doodt. Men begrijpt wat er gebeurt. De luchtschipbewoners, weer kelt bij de jongens en het meisje vanzelf de sociale gerichtheid, die zich spelen derwijs omvormt tot verantwoordelijk heid voor de medemens en de gemeen schap.” Van Scouting Nederland zijn momen teel ruim 100.000 jongens en meisjes lid. Buijtendorp: „Nederland behoort tot de weinige landen waar sevouting niet groeit. We zitten hier de laatste jaren wat ledenaantal betreft steeds rond de 100.000. Met de gegevens van het onder zoek van het Instituut voor Toegepaste Sociologie in de hand, hopen we straks de ledenwerving flink ter hand te ne men. Er is nog een groot aantal plaatsen in ons land denk alleen al aan de nieuwe stadswijken waar beslist mo gelijkheden voor scouting liggen. Maar daar is veel tijd en met name ook veel mankracht voor nodig. En, het werven van nieuwe leiding is niet zo’n gemakke lijke zaak.” Die werving van vrijwillige leiding. Buijtendorp daarover: „We mikken daarvoor op jongeren tussen de 18 en 25 jaar, op jong volwassenen dus, een cate gorie die bepaald niet in de vrije tijd „zwemt” net bezig is zich een plaatsje in de maatschappij te veroveren, met studie zit of in militaire dienst moet. Vaak ook gaan jongeren van die leeftijd zich veroorloven, en ook dat maakt dat ze minder gauw een stukje van hun vrije tijd willen of kunnen geven.” „En bij scouting gaat het niet alleen om een zaterdagmiddag waarop je met de groep actief moet zijn, nee, daarnaast wordt ook nog eens van je verwacht, dat je in je eigen vrije tijd aan ouderbe- zoek doet, programma’s voorbereidt en de verplicht gestelde cursussen volgt. Leider of leidster van een padvinders- groep worden, is niet een kwestie van dat-doe-ik-wel-eventjes. Integendeel. Het vraagt de nodige tijd, de nodige inzet. Vandaar dat het niet zo makkelijk is om het leiders- en leidstersaantal uit te breiden.” Op dit moment weet Scouting Neder land zich rond de 18.000 leiders en leidsters rijk, voor een belangrijk deel „eigen kweek”, uit de padvindersbewe- ging zelf voortgekomen. Buijtendorp zegt te hopen (en te verwachten) dat dit aantal van 18.000 niet terug zal lopen: de vrijwilligers immers vormen de kurk waarop heel scouting drijft. Scouting anno 1973 wordt in Neder land gepresenteerd als „één van de vele mogelijkheden, waaruit de jongen en het meisje van vandaag kunnen kiezen om op een plezierige wijze hun vrije tijd te besteden”. Uit een recente folder het volgende citaat: „In scouting ontmoeten de jongens en meisjes leeftijdgenoten en spelen met hen, terwijl volwassenen op de achtergrond meespelen. Het spel van verkennen is geen opvoedkunde en vorming, maar gewoon een verhaal dat door jongens en meisjes steeds weer op hun wijze wordt verteld en uitgebeeld. Deze zelfwerkzaamheid is de „eigen op voeding en vorming”. Uit diezelfde folder: „Speculeren op het „instinct” tot groepsvorming ontwik- Er is de komende tijd voor Scouting Nederland dus nog heel wat werk aan de winkel. Werk, dat voor een belang rijk deel vanuit Amersfoort zal worden geregeld. Vanuit Amersfoort omdat daar het landelijk bureau van Scouting Ne derland zal worden gevestigd. Het ligt in de bedoeling de nieuwe bureauruimte binnenkort in gebruik te nemen. Het bureau zal worden bemand door een kleine 60 personeelsleden. Een deel er van zal zich bezighouden met de admi nistratie, de rest zal zich belasten met training en vorming van de vrijwillige leiding, en met publiciteit en voorlich ting. Voorlichting met name ook aan de buitenwacht, die in geringe mate nog steeds een vertekend beeld van padvin derij heeft en de uit Engeland overge waaide jeugdbeweging voor een belang rijk deel alleen maar kamperen, vuur tje stoken en primitief-doen toedicht. Buijtendorp: „Dat kamperen, dat vuurtje stoken, dat primitief-doen horen er wel iswaar nog steeds bij. maar als activi teiten van de padvinderij van vandaag de dag van scouting zoals we tegen woordig zeggen zijn ze slechts enkele mogelijkheden uit een heel omvangrijk pakket.” „Onze samenleving” aldus Buijten dorp, „is de afgelopen jaren sterk veran derd. De maatschappij van nu ziet er wel eventjes anders uit dan die aan het begin van deze' eeuw toen de padvinderij in Nederland van de grond kwam. De scouting wil niet alleen maar knopen Leggen, bouwsels van palen maken, en spoorzoeken, maar biedt ook mogelijkhe den om je met radiotechniek bezig te houden, om vliegtuigmodellen te maken, om te leren zweefvliegen, om actief te zijn met fototoestel en filmcamera en ga zo maar door.” B. P. Initialen, die niet alleen staan voor een benzinemerk, maar ook voor Baden Powell, voor Lord Baden Po well of Gillwell om wat vollediger te zijn. Baden Powell, geboren in 1857 en overleden in 1941, was een Engels officier, die in Brits-Indië en in Afrika de avonturen beleefde van zovele van zijn collega’s uit zijn tijd, maar zich van de anderen onder scheidde door een nieuw spel voor jongeren (aanvankelijk voor jongens, later ook voor meisjes) te bedenken, dat min of meer ontleend was aan zijn ervaringen te velde: het spel van verkennen. Een boek dat Baden Powell B.P. zoals hijzelf en anderen zeiden over dat spel schreef, en dat in 1908 verscheen, had over de gehele wereld zo’n succes, dat koning Ed ward VII van Engeland hem aanried zich geheel aan de praktische organi satie te wijden. Dat deed Baden Po well. Reeds twee jaar later waren er 100.000 boy-scouts bij de vereniging, die in Nederland bekendheid kreeg als de padvinderij, aangesloten. In 1911 installeerde Baden Powell op een reis door de wereld ook in Nederland een aantal jongens tot padvinder. Na de Eerste Wereldoorlog, in 1920, kwamen padvinders uit de gehele wereld in Richmond bijeen. Tijdens die bijeenkomst werd B. P. uitgeroe pen tot Chief Scout van de beweging. Tot op de dag van vandaag weet Baden Powell’s spel van verkennen zo’n 20 miljoen jongens en meisjes over de gehele wereld te boeien. In Nederland wordt het spel momenteel door ruim 100.000 jongeren gespeeld. Nu de landelijke padvindersorganisa ties tot samengaan besloten hebben, wordt navolging van dit voorbeeld op regionaal en plaatselijk niveau ver wacht. Buijtendorp: „Door een gezamen lijke aanpak kunnen meer en betere activiteiten ontwikkeld worden, wordt onnodig langs elkaar heenwerken voor komen. Dat komt de hele beweging, en dus de jongen en het meisje waar het om gaat, ten goede.” De toekomst voor scouting ziet hij bepaald optimistisch tegemoet. Het Spel van Verkennen heeft, zo meent hij, ook in de toekomst alle mogelijkheden om actueel te blijven. Hij wtfst in dit ver band naar de tijdens de viering van 60 jaar scouting in Nederland gedane uit spraak: „De padvindersbeweging is een blijvend regisseerbaar en dus telkens herhaalbaar toneelstuk met alle moge lijkheid, ja zelfs onvermijdelijkheid van interpretatieverschillen en modernise ring, zoals bijvoorbeeld met de stukken van Shakespeare. wisten (en die goed was voor menige spotternij, waar het verhaal van de welp die om zijn goede daad van de dag te doen een oud moedertje tegen haar zin in naar de overkant van de straat sleepte, wel de meest afgekloven ge noemd mag worden) is binnen de huidi ge padvindersbeweging al omgebogen in wat Buijtendorp als „de groepsdaad, de daad in dienst van de gemeenschap” betitelt en waarvan hij als voorbeeld onder meer noemt het door padvinders meehelpen bij het onderhouden van het Zeister Bos. In samenwerking met onder andere het Instituut voor Natuurbe- schermingseducatie wordt nagegaan hoe men verder op gebieden als natuurbe scherming, milieubescherming, milieuhy giëne en dergelijke wat kan doen. Werden in het verleden jongens en meisjes streng gescheiden gehouden, an no 1973 zijn er groepen waar jongeren „van beiderlei kunne” gezamenlijk met elkaar optrekken. De leeftijdsgrens hier voor is momenteel nog vastgeklonken op 14 jaar. Er zal onderzocht worden in hoeverre het noodzakelijk en mogelijk is ook jongens en meisjes jonger dan 14 jaar in één en dezelfde speleenheid op te nemen. op zich zelf aangewezen. De oude heer Neill situeert zijn leerlingen en zichzelf in de vreemdste omstandigheden. Men ontdekt, dat er in Duitsland op een hoge bergtop nog een Duitser is overgebleven. Hij wordt bijgestaan in zijn eenzame gevecht tegen verhongering en bedrei ging door woeste wolven. Er blijkt in Amerika nog een kleine gangstertroep te zitten, waarmee doldrieste schietpartijen worden gevoerd (hoe meer geweld vin den de kritiek leverende jongelieden hoe beter); na een merkwaardig avontuur met apen in Afrika, die een nieuwe menselijke beschaving trachten op te bouwen, duikt er ineens een Franco- fiele duikboot op met wat tuig aan boord. Bij terugkeer in good old Eng land verschijnt er een boevenpak, dat zich door onderduiking in een tinmijn aan de groene wolk had ontrokken. Verteller Neill, die door zijn toehoorder- tjes verweten werd, dat hij gedurende de avonturen laf was, blijkt d grinnek- leeftijd kunnen uitleven, ze waarschijn- wordt vermoord, behalve de oude Neill hetgeen aan het eind van het verhaal een storm van protest ontketent. Natuurlijk zitten er hier en daar wel wat flauwiteiten in de geschiedenis ver werkt, maar de merkwaardige wendin gen zijn vaak zo bizar, dat je geboeid blijft lezen en (eventueel) voorlezen. Neill zegt: „De kerel, die zich de moeite geeft om het verhaal te verzin nen, verdient gewoon de laatste man ter wereld te zijn. In werkelijkheid kan ik al die jonge vlegels niet afmaken, die me de hele dag vragen hoe laat het is, of ik die en die gezien heb of dat ik ze een gulden toil lenen. Maar in mijn verhaal kan ik mijn wraak voorbereiden en uitvoeren. De wensdroom van iedere idioot, die een vrije school leidt, moet wel zijn, dat hij de laatste man ter wereld is”. Interessant is het naschrift van Neill, die o.a. opmerkt: Ik probeerde me aan de smaak van de luisteraars aan te passen en ontdekte dat het meestal bloed en geweld was dat ze wilden, zodat er in dit verhaal geen geweld ontbreekt. Dit brengt weer de oude vraag naar voren: als je een kind ge weld geeft, zal het dan geen geweld zoeken als het opgroeit? Er zijn vier jongens en drie meisjes in mijn verhaal. Ze zijn nu allemaal opgegroeid en dege nen, die nog leven, zijn vreedzame, evenwichtige volwassenen, die tegen de oorlog zijn. Geweld in woorden schijnt weinig invloed te hebben. Men zou kun nen redeneren, dat, als kinderen hun agressieve fantasieën op negenjarige leeftijd kunnen uitleven, zal waarschijn lijk met veertig niet agressief zullen zijn”. Voor die lezers, die nooit van Sum merhill hebben gehoord: dit is een school met vrijheid en zelfbestuur. De staf van de leraren staat niet op een voetstuk, vraagt niet om respect. Voor iedereen op die school is Neill, Neill zonder meneer. Om vele redenen is De groene wolk een boeiend boek. Het werd uitgegeven door De Fontein. L 1 E&‘- feir i XgS! L’ 1 HF'* I W* ra»

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1973 | | pagina 21