DOKTER LE COMPTE IN
CONFLICT MET DE ORDE
VAN DE GENEESHEREN
„KWESTIE VAN TIMEN EN ZEETJE BEKIJKEN”
il
«F
hjh
Anton Bakker: per vletje
in kokende oceaan naar
schip met schuivende locs
Behangen
il-
VI
f v f
Ie
Kerstmis
Waagstuk
Kritiek ogenblik
■H
Mensenredder
ü-
ils
m
ba” te peddelen. In de storm is de
lading van de Rumba zestien
honderd ton wegende diesellocs
gaan schuiven, waardoor het
schip slagzij maakt. Anton Bak
ker slaagt erin langszij de Rumba
te manoeuvreren en weet een
sleepverbinding met zijn eigen
schip tot stand te brengen. „Ach,
ik heb wel geluk gehad. Het is
een kwestie van timen en zeetje
bekijken; als je een paar hoge
golven hebt gehad, komen er al
tijd wel een paar lage”. Anton
Bakkers stunt is het begin van
een succesvolle reddingsactie, al
bedreigt een plotseling opsteken
de orkaan in het zicht van de
haven de operatie. Drie zware
locomotieven plonsen van het dek
van de Rumba de woeste zee in,
maar het is de enige concessie,
die de kapitein van het bevoor
radingsschip Smit-Lloyd 103 aan
het noodweer hoeft te doen. Pers,
radio en televisie wachten de 103
en zijn sleep in de haven van St.
John’s op Newfoundland na een
gevaarlijke reis op.
Terug uit Afrika
«7
j
s-
<r
Erbij
„Eigenlijk is het zeer riskant,
maar als je op zo’n moment gaat
nadenken doe je het misschien
niet”. Stuurman Anton Bakker,
29 jaar oud en woonachtig aan
de Rijksstraatweg in Haarlem,
kijkt vrij nuchter terug op zijn
heksentoer: Bij stormkracht tien
stapt hij als vrijwilliger van zijn
eigen veilige schip in een rubber
vletje om in een kokende zee
naar het in nood verkerende
WIM VAN LUYKEN.
k»
HERMAN LE COMPTE
een
jaar) uit Appingedam vaart met stuur
man Anton Bakker en een bemanning
van zeven koppen met de Smit-Lloyd
103 naar de plaats des onheils. De veer
tig mijl worden in drie uur afgelegd.
de locs in het ruim door de scheepshuid
zouden slaan; er stonden er drie naast
elkaar en als driehonderd ton op één
punt gaan drukken en door de wand
slaan, nou dan zinkt het schip in twee
minuten”.
?n
se
Maar met het overvaren van de beman
ning van de Rumba wordt gestopt. „Het
werd veel te link- We hebben gewacht
op een rescuehelicopter van de kust
wacht”. Die komt, maar kan in de nacht
niets uitrichten. De heli wijkt uit naar
het landingsplatform van de Sedco II en
wacht de dageraad af.
oe
;te
en
op
gt
sis
n-
ad
en
>e-
ig»
en
li
ter
.se
lij
Pt
d«
en
iel
ri
ng
ar
a-
de
de
:t”
in
Is.
d,
id
ril
;s)
n-
n-
ng
en
de
te
nd
Is.
d-
lat
t-
te
en
lat
de
ng
e-
»n
et
j-
e-
in
et
te
at
iet
k-
de
at
m
de
bevolking consequent aanduidt. Hij
had zeker een jaar nodig om weer op
adem te komen.
Maar de kennis over ouderdoms
ziekten die Le Compte gretig had
opgedaan in z’n Afrikaanse periode,
kon men hem niet meer afnemen. De
dokter ontdekte in het donkere we
relddeel de eerste wet van Le Comp
te: „De veroudering gaat vlugger
naarmate de tekorten groter en tal
rijker zijn”. Verder onderzoek in Bel
gië bracht hem tot de conclusie dat
„de veroudering niet alleen versneld,
maar zelfs veroorzaakt wordt door de
tekorten”.
Net als in zijn boek „Hoe word ik
1000 jaar?” vorig jaar juli versche
nen, nu al aan de derde druk toe
springt de langharige dokter nogal
eens van de hak op de tak als hij
enthousiast probeert zijn opvattingen
over de geneeskunst over te brengen.
Mevrouw Le Compte, die beschei
den op de achtergrond blijft, beves
tigt de uitspraken van haar zelfverze
kerde man onmiddellijk: „De patiën
ten zeggen vaak tegen mij, uw man
weet alles van ons. van ons gezin, en
zo is het ook. Hij zal eerst vragen:
hoe staat het met het behangen, voor
er over de ziekte wordt gesproken.
Die kleine dingen, aandacht voor
menselijke aspecten, geven vertrou
wen”.
Het relaas van Anton Bakker begint
in de namiddag van vrijdag 15 december
van het vorig jaar, als hij met de Smit
Lloyd 103 bij het booreiland Sedco II
honderd mijl ten westen van New
Foundland in de Atlantische Oceaan
ligt afgemeerd. Er steekt een fikse
bries op, die aanwakkert tot stormkracht
tjpn. Over de radio klinkt het SOS af
komstig van de Rumba. Het schip heeft
acht diesellocs op het dek en zes in hef
ruim, waar ook nog eens zestien onder
stellen staan. De lading in dat ruim is
door de storm gaan schuiven en de Rum
ba maakt een slagzjj van een graad of
vijftien. Kapitein Tjerk Straatman (31
Een ontmoeting met „wonderdokter” Herman Le Compte, die een
antwoord heeft gevonden op de vraag „Hoe word ik 1000 jaar?” werkt
opbeurend. Niet om het wellicht aanlokkelijk uitzicht op een bijna
eeuwig leven als krasse oude baas Maar als de dokter klein, be
weeglijk en zeer jong ondanks zijn 43 jaar meteen vaststelt: „Ik
ben volmaakt gelukkig”, staaft hij die bewering in de loop van het
gesprek ook voortdurend. Herman Le Compte brengt zijn „thera
peutisch optimisme” constant in praktijk.
Een kritiek ogenblik breekt aan: de
orkaan raast pal van achter over de
twee schepen en de kapitein van de 103
manoeuvreert zijn schip met de kop in
de wind. Bij die actie maakt de 103, als
het schip dwars op de metershoge golven
komt te liggen, vijftig graden slagzij en
ook de Rumba moet dat lot beschoren
zijn geweest. Niemand heeft het kunnen
zien, maar als die nacht de orkaan is
uitgeraast en zondagmorgen 17 december
het zicht is opgeklaard, staan nog slechts
vijf van de acht diesellocs op het dek.
Drie stuks liggen op de bodem van de
Atlantische Oceaan. „We waren bang dat
schoonzoon en is er nu, als 84-jange
weer helemaal bovenop. „Die”, zegt
de dokter gnuivend, „die moet je niet
met een jong meisje alleen achterla
ten”.
Eerst lijkt de berging probleemloos te
verlopen; het weer is opgeknapt, maar
aan het eind van de tweede dag, ter
hoogte van Cape Race, breekt de hel los:
binnen een half uur buldert een orkaan
met windkracht 12 en meer over de
oceaan, zweept de golven op en een
sneeuwjacht onttrekt de Rumba aan
het gezicht, ,,’t Is een raar stekkie daar.
Er gebeurt vaak wat. Het is ook een rot
hoek, want je kunt nergens de stilte
opzoeken”, aldus Anton Bakker, die het
verhaal van de orkaan van horen zeggen
heeft.
de 103 te laveren. Vier, vijf lijnen wor
den uitgegooid, maar breken voordat één
lijn het houdt en vijf bemanningsleden
van de Rumba aan boord kunnen klim
men. De zesde raakt met zijn benen
verward in de afgebroken lijnen en valt
van de loodslader in zee. Dan komt
stuurman Bakker voor het eerst in actie
en ontpopt zich als mensenredder: hij
springt van de 103 in de dingey en weet
in de storm met een mes de wirwar van
touwen rondom de benen van de
Spaanse messbediende los te snijden.
Anton Bakker maakt een lijn aan het
reddingsvest van de man vast, waarna
de drenkeling aan boord van de 103
wordt gehesen. Drie kwartier heeft die
operatie geduurd; de zes van Rumba en
ook Anton Bakker zijn versuft van de
kou. Een warme douche doet wonderen.
„Ik wil de mensen zo snel mogelijk
genezen en ze ook gezond houden.
Mijn Belgische collega’s laten ze ziek
Zij kunnen ongestoord hun werk
doen, ik word als een boef in de
Terwijl zijn 39-jarige vrouw, de
bekende beeldhouwster Begga d’Hae-
se, als nadrukkelijk levend bewijs
van zijn woorden fungeert, verteld
dokter Le Compte in een zangerig
rad Vlaams opgewekt over zijn stel
lingen en hoe die hem in conflict
brachten met de op conservatieve
leest geschoeide Orde van Geneeshe
ren. Een controverse die begon in
1964, toen Le Compte weigerde mee
te doen aan de „immorele” Belgische
artsenstaking. Omdat een levenslange
schorsing hem dreigend boven het
hoofd hangt en de dokter per se zijn
patiënten wil blijven helpen, is nu
zijn aanvraag om de praktijk te mo
gen voortzetten in het West-Zeeuws-
vlaamse Cadzand in behandeling in
Den Haag.
„Wie macht heeft maakt er mis-
oruik van”, ondervond de bon-vivant
uit Sint Idesbald toen hij vijf dagen
lang een minder prettig leven had in
Op de 103 probeert men ondertussen
met raketten een lijn naar de Rumba
over te schieten. Een lijn valt aan
stuurboordzij op de Rumba neer; de
bemanning weigert de lijn te pakken uit
angst dat ze worden verpletterd onder
de schuivende locs op het dek. Een lijn
op de achteropbouw van het schip ge
richt mislukt. De twee kapiteins overleg
gen en de gezagvoerder van de Rumba
zegt wel vast te willen maken, als
iemand van de 103 dat karwei wil kla
ren. Vrijwilligers vóór, maar niemand
meldt zich voor die klus aan. Stuurman
Anton Bakker neemt dan ook dat waag
stuk op zich. De 103 manoeuvreert zo
dicht mogelijk langs de Rumba, maar er
blijven voor Anton Bakker nog altijd
zo’n meter of tien in de dingey te
overbruggen. „Ik ben er drie uur mee
doende geweest”, licht hij die solo in de
kokende oceaan simpeltjes toe.
De achttien man aan boord van de
Rumba willen het schip zo snel mogelijk
verlaten. Zes stappen in een rubber vlot,
dat door de zee tegen de schuin oplo
pende achtersteven van de Rumba wordt
platgedrukt. De zes overleven dat zonder
noemenswaardiig letsel „tnet een nor
male reddingboot hadden ze dat niet
overleefd” - en weten de diney langszij
derd. Het is inmiddels drie uur in de
nacht. Het wachten is op de heli, die
Anton Bakker op zijn eigen schip
zonder stuurman moet terugzetten-
Als de heli komt, worden de twaalf
bemanningsleden van de Rumba en
stuurman Bakker naar het booreiland
overgevlogen. De piloot van de heli
kampt met moeilijkheden aan de motor
van zijn toestel en wil zo snel mogelijk
terug. Kapitein Tjerk Straatman moet
het roer van de 103 blijven staan
en zelf het karwei zien te voltooien. In
totaal zou hij met slechts vier uurtjes
slaap 72 uur achter het roer doorbren
gen.
meen en collega-medici in ’t bijzon
der, verpakt in een kleurrijke verge
lijking: „Geleerden zijn als blinden,
die een olifant onderzoeken. De een
heeft een oor vast en zegt: een oli
fant is een oor. Een ander pakt de
olifant bij een poot en stelt vast: een
olifant is een poot. En de derde krijgt
de slurf van het dier te pakken, om
triomfantelijk te concluderen: een
olifant is een slurf”.
„Geen van de blinden ziet de oli
fant helemaal, en hun conclusies zijn
dan ook allemaal fout. Zo is het ook
met geleerden, en met specialisten in
het bijzonder. Ze zien maar een stuk-
Met drie locs minder, maar met de
Rumba aan het sleeptouw wordt die
zondag de haven van St. John’s op New
Foundland bereikt. Voordat de nauwe
doorgang naar de haven wordt genomen,
worden kapitein, eerste stuurman en
machinist van de Rumba en Anton Bak
ker met een loodsboot naar de Rumba
gevaren. De machines van het vracht
schip worden gestart en op eigen kracht
en met hulp van de 103 meert de Rumba
onder grote belangstelling aan de kade
van St. John’s af. De nationale tv zendt
die gebeurtenis rechtstreeks uit en An
ton Bakker wordt geïnterviewd door
plaatselijke kranten, het lokale tv-stati-
on en een verslaggever van Readers
Digest- De bemanning van de Rumba
toont zich uitgelaten over de redding;
aan de reling hangt een bord met het
opschrift: „Wij zijn blij hier kerstmis te
kunnen vieren”. De bemanning van de
103 bouwt ook een feestje; tenslotte is
veel bergingsgeld voor de maatschappij
verdiend. Een telegram en een telefoon
tje van Smit-Lloyd Rotterdam onderstre
pen het succes.
Later wordt de lading van de Rumba
opnieuw gestuwd en geschoord en vaart
het schip naar Halifax, waar met kranen
de locs opnieuw worden ingeladen en
vanwaar het schip weer aan zijn reis
oorspronkelijk begonnen in Toronto
naar Joego-Slavië begint. Anton Bak
ker is na een kort verlof deze maand
met het vliegtuig naar Singapore ver
trokken, waar de Smit-Lloyd 10 op hem
ligt te wachten. Of hij op een tweede
avontuur in zijn elfjarige zeemansloop-
baan hoopt? „Ach, er zit voor de maat
schappij en voor ons bergingsloon aan
vast”.
De geneesheer zelf is eigenlijk net
zo’n geval. Dat wil zeggen: ook Her
man Le Compte kwam nu zo’n 15
jaar geleden geknakt terug uit Afri
ka, waar een ernstige hartinfarc
hem velde, na een immens zware
medische praktijk van drie jaar tus
sen de „zwarten”, zoals hij de neger-
De succesvolle bestrijder van ou
derdomsziekten uit Sint Idesbald
geeft zijn geheimen graag prijs. „Wat
ik doe is op zich namelijk niets
bijzonders. Iedere dokter kent de in
jecties die ik toedien en de pillen die
ik voorschrijf. Het verschil zit ’m
alleen in de manier waarop ik de
verschillende geneesmiddelen gebruik.
Dat begint eigenlijk al bij de benade
ring van de patiënt. Daarachter zoek
ik in de eerste plaats de mens”
waardering had voor Herman Le
Compte, die in de ogen van de nau
welijks progressieve orde bovendien te
veel publiciteit zocht. Een schorsing
van zes weken was het resultaat. De
dokter gaf er pas gevolg aan na
ettelijke rechtszakeri, die in zijn na
deel verliepen, en het vijfdaagse ver
blijf in de gevangenis van Brugge.
In zijn verplichte vakantie zette Le
Compte in een razend tempo zijn
verontwaardiging op papier. „Hoe
wordt ik 1000 jaar?”, een felle aan
klacht tegen de Orde van Geneeshe
ren, de rechterlijke macht en het
gevangeniswezen, werd meteen
bestseller. De schrijver voor z’n pa
tiënten een martelaar. Hij speelt die
rol graag.
Hij slaagt en laat eenmaal aan boord
van de Rumba de kapitein eerst het
bergingscontract tekenen. Zaken zijn za
ken. Met de stuurman van de Rumba
inspecteert Anton Bakker het schip;
vanaf de Smit-Lloyd 103 wordt de laat
ste lijn afgeschoten, echter zonder resul
taat. De raket met duizend meter touw
zeilt door de wind af. Anton Bakker
schiet met het lijnwerptoestel van de
Rumba de eerste de beste keer raak,
waarna de sleepverbinding wordt vast
gemaakt. Anton kan met zijn dingey
niet meer terug; de 103 is voor de
Rumba gaan liggen en is te ver verwij-
je van de mens en het komt niet bij
hen op om verder te kijken” Dokter
Le Compte verdedigt zijn gelijk bra
nieachtig en wel erg zelfverzekerd:
„ik ben kundiger dan mijn collega’s
en ik heb meer kennis van zaken”,
zegt hij onomwonden.
Iedereen die het jaar 2000 haalt,
heeft kans op een eeuwig leven. Dat
optimisme en zijn rebelse optreden in
de medische praktijk hebben dokter
Le Compte tot nu toe geen windeie
ren opgeleverd. Al zegt z’n vrouw:
„Buiten drie auto’s en negen kinderen
hebben we niks. We hechten ons niet
aan bezittingen”. Herman Le Compte
blijft hoe dan ook een rebel. Een
fikse stapel documentatiemateriaal
over z’n controversiële loopbaan
overhandigt hij in een zak. waarop
met grote letters staat: „Brugge -
staatsgevangenis”. Daaronder staat in
iets kleinere letters: „Deze zak mag
vertuigd dat zijn collega’s daaraan
veel te weinig belang hechten. „De
mens wordt wat hij denkt dat hij is.
We mogen de invloed van de eigen
geest op het eigen lichaam niet on
derschatten. Luisteren naar de pa
tiënt, hem geloof geven in de eigen
mogelijkheden, is de eerste stelregel
van dokter Le Compte. „Het komt me
goed uit dat ik een bemoeial ben”,
zegt hij. Maar wat verklaart verder
zijn succes, dat tegelijk bij colle-
ga-artsen zoveel kwaad bloed zette?
„Vitaminen” is het trefwoord, het
belangrijke ingrediënt om zijn pa
tiënten er weer bovenop te helpen.
Le Compte geeft college: „De mensen
komen naarmate ze ouder worden,
steeds meer stoffen te kort. Voor wat
afgebroken wordt een normale na
tuurlijke ontwikkeling komt niets
in de plaats. Er staan te weinig op
bouwstoffen tegenover”.
„Het geheim van jong en gezond
blijven is daarom heel simpel: zorg
ervoor dat je wel voldoende opbouw
stoffen krijgt, voornamelijk vitamine
C en B. De tekorten moeten gewoon
aanigevuld worden. Kijk naar m’n
vrouw, haar heb ik speciaal behan
deld, vitamine-injecties gegeven van
af de eerste bevalling. Ze heeft nu
negen kinderen ter wereld gebracht
en is still good-looking”.
Begga d’Haese (zoals mevrouw Le
Compte als lid van een beeldhou-
wersfamilie zich graag laat noemen)
draagt weer een voorbeeld aan: haar
eigen vader. Kwam 15 jaar geleden
4
S
w .e
J
Een reddingshelikopter hangt boven de Rumba om Anton Bakker van boord te halen.
aan wetenschapsmensen in het alge-
dokter Le Compte dat. Hij is ervan
niet moeten kunnen”.
worden”.
een jaar lang een kuur bij z’n
de gevangenis van Brugge, net DieeK
dat de Orde van Geneesheren weinig