Elftal ook
f
I
Keizer wacht
tegen Madrid
vermoeid
JAAP VAN PRAAG: „DAN VERDIEN IK DIT JAAR MAAR WAT MINDER”
VERDEDIGER BENITO: „BIJ ONS ZAL AJAX VALLEN”
schorsing
I*
its
lil
E
.^1
s
RTlf
■I
SB».*-.
s
DONDERDAG 12 APRIL
1973
Kansloos
Aard
Moeilijk
Kwaliteit
n-
Depressies
)e
Kunstgrepen
sn
Uitgekookt
iSèBsL
-•
pi
H
Bk
AJAX WIL TOCH DERDE EUROPA CUP
(Van onze sportredactie)
aan-
Keizer (foto boven) heeft de bal naar Krol getikt die met een grimmige trek op zijn gezicht uithaalt. Amancio (7) valt,
Real Madrid mag veertien dagen hopen
(Van onze sportredactie)
THEO KLEIN
h.
jn
jn
moeilijk was. Wat balvaardigheid en uit
verdedigen betreft kan dit Madrid wel
iets. Het kiest ook goed positie.”
een
met
a
DE L'AN
rappens
rt>l
ai.
I
In de 37e minuut van de tweede
helft werden die depressies wegge
vaagd door de onverwachte tegen
treffer van Real, die in Madrid wel
een van goud kan blijken te zijn.
Komediant Pirri rondde een vrije
trap van Aguilar uitgedeeld wegens
een overtreding van Krol tegen San-
tillana) feilloos af (2-1). Munoz: „Ik
heb Ajax vandaag zien spelen, zoals ik
van dit team verwacht had. Als dat
over twee weken weer gebeurt, zijn
er voor ons nog genoeg mogelijkhe
den”.
de indruk vestigde enthousiaster te
zijn dan hij wilde doen voorkomen.
Het lijkt tenminste sterk dat de
geëmotioneerde oefenmeester de zaak
binnenskamers tegenover zijn spelers
ook af zal doen met: „Ik geef ons in
Madrid gelijke kansen”. Cruyffs vaste
verdediger Benito gaf in ieder geval
een indicatie van de werkelijke stem
ming, die er na de kleine nederlaag
van gisteren bij zijn ploeggenoten
heerst. „In Madrid zal Ajax vallen,”
stelde hij zonder omhaal vast.
Reals vrije verdediger, de enige die
de laatste tijd een constante vorm
vertoonde, was ietwat ongenuanceer
der in zijn uitspraken. Maar dat was
wel verklaarbaar. Hij was het im
mers die indirect de dure tweede tref
fer van Ajax veroorzaakte. Als scha-
Met een merkwaardige omhaal maakt Hulshoff hier het eerste Ajax-doelpunt. Grande (4) en Tourino (3) blijken
seconden later kansloos.
Het heeft dan geen zin om een elftal
als Ajax te vragen waarom het onder
deze moeilijke omstandigheden niet tot
consolidatie van de voorsprong besloot.
Kovacs: „Dat is bekend. Het ligt niet in
onze aard. Dit elftal wil blijven gaan.
Onder alle omstandigheden.” Toch kon
de Roemeen er moeilijk onderuit dat 2-1
geen florissante uitgangspositie is voor
Madrid. Krol echter over die lastige
return: „Ook deze wedstrijd heeft toch
weer bewezen dat de achterste vier op
dit moment het sterkste gedeelte van
het elftal vormt. Misschien vindt je dat
ook terug in het feit dat vanavond twee
verdedigers, en niet de middenvelders of
aanvallers, de doelpunten hebben ge
maakt. Verdedigend ben ik niet bang
voor Real Madrid, want het is voor mij
maar zeer de vraag of Madrid het spel
ook kan maken. Dat neemt echter niet
weg dat de teamprestatie van Ajax van
avond beneden peil was.”
AMSTERDAM. Het is voor de
Ajacieden te hopen dat het gebruinde
gezicht van Realtrainer Miguel Mu
noz na afloop van de return in Ma
drid wat minder zal glimmen, want
anders ziet het er slecht voor ze uit.
De oudspeler van de „Koninklijke”
straalde gisteren in de grauwe beton-
gangen onder de tribune van het
Olympisch Stadion weer iets uit van
de waardigheid die hij tot '58 als
actief speler torste. Munoz was tevre
den; dat kon al van enkele meters
afstand duidelijk geconstateerd wor
den. „Ik ben hier niet gekomen met
het idee dat wij Ajax weg zouden
kunnen vagen. Zelf hoopte ik op een
minimale nederlaag. Met die 2-1 ben
ik best tevreden”, aldus Munoz, die
Hoewel Real sindsdien op de meeste
plaatsen is veranderd (verjongd is het
juiste woord niet, want de gemiddel
de leftijd van het team dat gisteren
aantrad was 26 jaar, aanmerkelijk
hoger dan dat van Ajax), was de
oude glorie gisteren toch nog bij
vlage n uit het spel te proeven.
„Belachelijk”, stelde Benito later
vast, „dat de scheidsrechter daarvoor
floot. Hij lijkt wel gek. Bij ons in
Daarom was vooral aanvoerder en or
ganisator Zoco ook zo woedend toen het
twintig minuten na rust toch raak was
toen Hulshoff met een onnatuurlijke
beweging de Spaanse defensie kon ver
rassen toen een kopbal van Haan, die de
kromme vrije trap van Keizer uitste
kend behandelde, voor zijn voeten
sprong. Slechts enkele minuten later
leek of het onder alle omstandigheden
zijn eigen spel voetballende Ajax ook
deze wedstrijd glorieus zou afsluiten.
Glöckner nam een juiste beslissing door
Ajax een vrije trap toe te kennen na
het incident Cruyff-Benito. Keizer
schoof naar Krol die langs de afgebrok
kelde Spaanse verdedigersmuur schoot
Garcia Remon was kansloos.
Pirri springt angstig omhoog en Grande maakt een afwerende beweging. Op de tweede foto is de bal langs de Spaanse muur
en doelman Garcia Remon verdwenen. Op de derde foto feestvierende Ajacieden en Zoco (geheel links) die zijn misnoegen
MARC SERNÉ kenbaar maakt.
duw van de bepaald niet uitblinkende
Cruyff, voelde hij zich ver in de
tweede helft verplicht in te grijpen,
toen Nummer 14 keeper Garcia Re
mon hinderde bij het uittrappen. Be
nito speelde eigen rechtertje, pakte
Cruyff beet en wilde hem eigenhan
dig uit de omgeving van de doelman
verwijderen. De Oostduitse scheids
rechter Glöckner, dezelfde die Cruyff
jaren geleden in een interland tegen
de Tsjechen naar de kleedkamer ver
wees, kon daar geen begrip voor
opbrengen en strafte met een vrije
schop. Keizer bediende Krol, die be
hendig langs het muurtje en doelman
Remon schoof: 2-0.
Hoe het ook zij: Voor het eerst sinds
zeer lange tijd spookte het woordje uit
schakeling door de hoofden van enkele
Ajacieden. De vooruitzichten voor 25
april in Madrid waren dan ook niet
bepaald om zich op te verheugen.
Ten eerste zal Ajax het in Madrid
hoogst waarschijnlijk zonder Piet Keizer
moeten stellen. De Ajacied kreeg in het
duel met de Madrilenen zijn tweede gele
kaart In deze Europa-cup voorgetoverd,
waardoor Ajax een man gaat missen die
bij uitstek het beslissende doelpunt of de
zo belangrijke «opensplijtende pass kan
afleveren. Bovendien zullen de getructe
Spaanse balgoochelaars, wat dat betreft
gaf Pirri al een aardig voorproefje door
In de tweede helft minutenlang over het
veld te rollen, niets onbeproefd laten om
de Belgische arbiter, afkomstig uit een
land dat bepaald geen geweldige reputa
tie op het terrein van voetbalarbitrage
heeft, zo te bewerken dat hij één keer
fluit als Amancio binnen de zestienme
terlijn door Krol omver wordt gekegeld.
Of dat de tegen Barry Hulshoff letter
lijk alles tekortkomende jeugdige 19-
jarige Santillana zich één keer zo mooi
laat vallen dat de Belg erin trapt. Dat
hoeft maar één keer te gebeuren. Dan
krijgt Madrid een strafschop en bereikt
het in theorie de finale in Belgrado
omdat het zo uiterst kostbare doelpunt
van Pirri (Cruyff: „Wat een goochelaar
is dat”), die gebruik maakte van een
gat in de Ajax-mutïr na een vrije schop
van Amancio, dubbel telt.
Vooral wanneer Amancio (32) pro
beerde om middels allerlei technische
kunstgrepen langs de robuuste Krol
te komen. Het leek dan allemaal
weer heel even erg mooi, totdat
Krol het tijd vond om de kleine
donkere gestalte met kracht van de
bal te zetten. Hetgeen dan ook ge
beurde. De Spaanse grootmeester was
in de kleedkamer niet zo tevreden
over zijn eigen prestaties. Hij stapte
direct na afloop op Krol af om zijn
verontschuldigingen te maken voor
een overtreding van zijn kant. „Geeft
niet,” antwoordde de Amsterdammer,
„die hou je nog wel van me te
goed".
Maar juist omdat de Madrilenen, die
zich uitgekookte meesters op de vier
kante meter toonden, er niet uit kwa
men ontstonden er vaak penibele situa
ties in de Ajax-defensie als dat wel
gebeurde en vier aanvallers tegen drie
verdedigers geen uitzondering was. Zo
kreeg Amancio één keer een volkomen
vrije kans op een voorzet van Aguilar
en moest Blankenburg een kopbal van
Grande, die fraai over Stuy verdween,
uit het doel koppen. De Ajax-kansen
waren talrijker. Er deed zich een lawine
van corners en mogelijkheden voor
waaruit de Spanjaarden merkwaardiger
wijs altijd als overwinnaar tevoorschijn
kwamen. Afstandschoten van Neeskens
en de matige Rep verdwenen naast het
doel of waren voor Zoco (die één keer
bijzonder mooi redde toen Cruyff een
afgemeten passje op de aanstormende
Neeskens gaf) of doelman Garcia Remon
die twee keer nauwelijks wist wat hem
overkwam toen een afstandschot van
Hulshoff op de paal belandde en een
inzet van Keizer door zijn been tot
corner werd verwerkt. Ook een schitte
rende driehoekscombinatie Keizer, Nees-
kens-Cruyff verdween naast. Cruyff: „Je
moet niet vergeten dat het knappe voet
ballers zijn. Ze kunnen blijven tikken.
En aangezien je als Ajax dan wellicht
een beetje vermoeid bent dan is het
uiterst frustrerend om achter die bal aan
te blijven jagen. Wat mijzelf betreft
ging dat nog vrij redelijk. Het viel me
mee dat ik deze wedstrijd uit kon spelen
en nog zoveel lopen kon. Dat stemt me
tevreden omdat het vanavond extra
Wat ging er mis met Ajax tegen Real
Madrid? Cruyff mocht dan wel beweren
dat wat hem betrof er in het elftal van
Real Madrid meer kwaliteit rondliep
dan bijvoorbeeld in Bayern München;
daar lag toch niet de verklaring. Ajax
was en lichamelijk en geestelijk te ver
moeid. Dat laatste illustreerde zich ook
in de talloze hoge ballen die betrekke
lijk zinloos in de Madrid-doelmond wer
den gegooid, waar zij een eenvoudige
prooi voor de uitstekende Zoco vormden.
„Dat is ook een bewijs dat dit Ajax een
beetje de weg van de minste weerstand
koos”, aldus Arie Haan. „Omdat het
elftal geestelijk maar zeker ook licha
melijk een beetje moe was ga je auto
matisch wat gemakkelijker voetballen.
Vandaar al die hoge ballen. Dat zou het
echte Ajax niet overkomen zijn.”
Het werkelijke Ajax manifesteerde
zich gisteravond uiterst zelden. „En in
die ogenblikken dat dat gebeurde”, aldus
Haan weer, „dan was dit Madrid ner
gens. Als wij werkelijk even agressief
voetbalden dan bleek Madrid in enorme
moeilijkheden te komen.” Toch kon
Ajax het niet opbrengen om gewoonte
getrouw negentig minuten op jacht te
gaan, te lopen met en zonder bal en
gaten te trekken. Het overladen pro
gramma van de afgelopen maanden en
de hele en halve blessures die daar het
gevolg van waren hebben het slijtage
proces bij de Amsterdammers bevorderd
op een manier zoals dat de afgelopen
jaren nog maar zelden is voorgekomen.
Gerrie Mühren, hij zal in Madrid zeker
weer kunnen spelen, was afwezig. Haan
en Neeskens waren in feite de echte
afwezigen. Haan heeft nog steeds zoveel
last van de aanhechtingen van zijn
kniespieren dat het uiterst moeilijk voor
hem is om negentig minuten voluit te
Spanje had geen arbiter daar ooit
voor ingegrepen". De 26-jarige Benito
had achteraf spijt. Zonder die ene
misstap zou hij een goede wedstrijd
gespeeld hebben, al moet daarbij
worden aangetekend dat het uitscha-
keln van een Cruyff in de vorm waar
in hij gisteren verkeerde, geen wereld
schokkende prestatie genoemd mag
worden. De Spaanse verdediger had
zich kennelijk verdiept in de proble
men waar de nog steeds niet hele
maal herstelde Cruyff mee tobt. Al
in het eerste half uur schopte hij de
Amsterdamse vedette ruw naar de
benen; juist de lichaamsdelen waar
voor Cruyff als de dood zo bang is.
Het effect bleef niet uit. Cruyff
bleef uiterst voorzichtig spelen. Voor
een dergelijk resultaat kon Benito’s
collega Grande zich allerminst op
zijn borst kloppen. Hij was er ver
antwoordelijk voor dat Haan, vooral
in de eerste helft, een ongekende
speelruimte kreeg, waardoor hij zich
als gevaarlijkste Ajacied kon ontwik
kelen. „Te veel ruimte? Dat vond ik
niet”, vroeg een quasiverbaasde
Munoz zich, met de return al in
dachte af, „Haan is goed opgevan
gen. Hij viel niet op, zoals trouwens
geen enkele Ajacied. De ploeg was
gevaarlijk als geheel, maar dat wis
ten we al. Toen wij vijf jaar geleden
tegen ze voetbalden (Ajax speelde in
’68 thuis gelijk (1-1) en verloor uit
in de verlenging (2-1) had Ajax al
een team dat in kracht niet zoveel
verschilde van het elftal dat wij
vanavond tegenover ons hadden."
AMSTERDAM. Zelfs „lucky Ajax”, de bijnaam die de club beeft verworven door
het feit dat het zich tot nu toe schier achteloos al jarenlang door de zwaarste peri
oden heensleepte, kan wel eens in moeilijkheden komen. Maar zelfs dan reageert
het nog professioneel. Luister bijvoorbeeld naar een dialoog tussen Arie Haan en
Ajax-voorzitter Jaap van Praag. Haan badinerend: „Als wtf na deze 21 overwinning
straks in Madrid uitgeschakeld worden dan verdient Ajax daar alleen maar aan.
Er staat alleen nog een finale op het programma en als die tegen Juventus (het
poenige voetbalbedrijf van één van de grootste autoconcerns ter wereld red.) gaat
dan moet Ajax zulke overwinningspremies betalen dat daar alleen maar geld b(j
moet. Daarom kan Ajax aan dit financiële topjaar alleen nog maar meer overhou-
df>De repliek van Jaap van Praag echter: „Asjeblieft zeg. Dat toch nooit. Dan verdien
Ik dit jaar met Ajax liever wat minder. Als wjj de derde Europa-cup maar pakken”.
(Van onze sportredactie)
AMSTERDAM. Piet Keizer blijft
een merkwaardige voetballer. Voor een
speler die zo’n geweldige internationale
ervaring heeft, zich in zijn voetbalacties
bij vlagen zo’n uitgekookte prof toont, is
het onbegrijpelijk dat hij zich toch zo
gemakkelijk laat provoceren. Nadat de
Ajax-linksbuiten wellicht wat geïrri
teerd was geraakt door enkele niets
ontziende charges van zijn directe bewa
ker José Luis (die met Tourino en Beni
to topscorer was in Spaanse overtredin
gen), raakte hij in de tweede helft
betrokken bij een handgemeen met
Amancio. Keizer raakte hem in het ge
zicht hoewel hij na afloop verklaarde:
„Ik duwde Amancio van mij af.”
Daar houdt ook de Oostduitse scheids
rechter Rudi Glöckner het op in zijn
rapport dat hij naar de Europese Voet
bal Unie (UEFA) zal sturen. Toch kan
de tweede gele kaart van Keizer (die
vorige maand tegen Bayem München
ook werd vermaand omdat hij in
München een bal wegtrapte) moeilijk
ergens anders in resulteren dan in een
schorsing. Of zoals Henk Burgwal dat
formuleert: „Twee gele kaarten beteke
nen autc^natisch één rode. Dus een
schorsing.”
Glöckner echter: „Dat hangt helemaal
et van mijn rapport dat ik aan de
UEFA stuur.”
i i k]- ;i u’tr c-U*”!:,
Resteert die vermoeidheid, want de
meeste Ajacieden wilden deze overwin
ning, naast alle peinzende beschouwin
gen bleef toch die zege centraal staan,
dat wel, niet vergelijken met de moeiza
me 1-0 triomf in de halve finale van het
vorig jaar tegen Benfica. Ook al een
ploeg die Latijns-Amerikaans is inge
steld en een voetbal propageert waar
Ajax per definitie al moeilijk tegen
speelt. Hulshoff echter: „Aan dat facet
van die geestelijke vermoeidheid kun je
echter niet voorbij. Er zijn blessures
geweest terwijl er herhaaldelijk een
programma van drie wedstrijden in een
week is geweest de laatste tijd. Dat
moet je eens opbreken. Ik wil echter
niet zover gaan dat dit onoverkomelijk
zou zijn voor die return in Madrid."
Ajax gokt in de Spaanse hoofdstad op
de ruimte die het gisteren in zijn acties
ontbrak. Daarom had Cruyff in de cata
comben van het Olympisch stadion zijn
gevoel voor humor al weer snel te
pakken. Op de vraag wat het verschil
was tussen het huidige Real Madrid en
het elftal van vijf jaar geleden ant
woordde hij „God, ik weet al niet eens
meer wat ik gisteren heb gegeten.”
voetballen. Neeskens is sinds NAC, door
een ongelukkige trap van Bakker, al
geblesseerd.
Blessures die door het overladen pro
gramma van de afgelopen weken ook
geen kans kregen op een verantwoord
genezingsproces. Voeg daarbij dat
Cruyff, hoewel hij tegen Madrid toch
weer een sprint kon trekken en enkele
uitstekende passes afleverde, nog lang de
oude niet is en de cirkel is gesloten.
Ajax kon niet op jacht gaan binnen die
zestienmeterlijn waar de Spaanse defen
sie zich nogal eens aan teveel balverlies
bezondigde. Haan: „ik kon mijn eigen
man al niet eens bijhouden. Daar had ik
de kracht deze wedstrijd gewoon niet
voor”. Om vanuit dat middenveld meer
pressie uit te oefenen besloot Kovacs om
na de hervatting Arnold Mühren voor
Schilcher in te zetten. Kovacs: „Die
Velazquez hadden wij tijdens onze spio-
nagereizen leren kennen als een
vallende middenvelder. Maar zelfs hij
kwam er niet uit. Daarom was het niet
langer nodig om een breker als Schil
cher op hem te zetten.”
De krachtsverhouding Krol
Amancio was tekenend voor het ver
schil tussen beide teams. Real ver
speelde te veel ballen in een poging
het allemaal te mooi en te ingewik
keld te willen doen. In het bijzonder
de eerste fase van de ontmoeting
werd gekenmerkt door enorm veel
balverlies, wat in de verdediging
(waarvan het aanvallende trio Agui
lar, Santillana en Amancio zich de
hele eerste helft stug afzijdig
hield) tot paniekvoetbal leidde, Velas
quez: In het begin waren we te
nerveus. Ajax speelde positioneel erg
sterk. Daar werden we door ge
sloopt”.
JF* *3
f vs.,
t 1
w
I
i
i