Als Hedda Gabler aan één stuk op het toneel Naast auter van romans ook criticus GRAHAM GREENE BELICHT FILMTIJD VOOROORLOGSE Jo Budie weg bij Van Twaalf tot Twee Petra Laseur blij met toneelprijs Theo d’or I Leeuwewelp Sophia voor Alphenaar L f KENNETH ALLSOP OVERLEDEN 17 V R IJ D A G 25 1973 MEI 16 (Van onze redactie in Amsterdam) TEL. 023-2412 66 OVERVE AMSTERDAM „Ik ben reuze blij met de Theo d’Or die ik vrijdag krijg voor mijn hoofdrol in Hedda Gabler. Het klinkt wel lullig, maar dié rol en Sonja in Oom Wan ja van Tsjechov waar ik de prijs voor de beste bijrol voor heb gekregen, de Colombina, een paar jaar ge leden dat zijn de rollen waar ik met het meeste plezier aan terug denk”. GRAMMOFOON PLATEN NIEUWS I KRUISWEG 47-49 HAARLEM TEL. 023-320244 „THE PLEASURE DOME” noemde Graham Greene een ver zameling van filmkritieken die hij tussen 1935 en 1940 schreef. En hij zal bij het bedenken van die titel ongetwijfeld gedacht hebben aan de imposante, feeste lijk gedecoreerde paleizen, waar vroeger de film gehuisvest was. Op de omslag staat tenminste een foto van de Odeon op het Lon- dense Leicester Square (inmid dels afgebroken) als voorbeeld van een amusementstempel zoals nog in 1937 gebouwd werd. U Lid romantisch tafelen Dagelijks verse ASPERGES in 7 variaties. GRAHAM GREENE hij (Van onze RTV-redactie) en er waren ADVERTENTIE ADVERTENTIE wij ge- JTEGA- 1 1. 02518- douche, mte. 2e itegeling 3 STERKE ELPEES voor een lage prijs YEHUDI MENUHIN viool werken van Bach-Vivaldi Beethoven en Haydn TIJDELIJK 10,— STERN/BRAHMS Konzert für Violine und Orch. D-dur op 77.TIJDELIJK 10,— ZINO FRANCESCATTI Konzert für. Violine und Orch. van Beethoven TIJDELIJK 10,— „Ik ben blij dut ik mijn middelbare school niet heb af gemaakt. Wat eer róttijd. Ik bon nooit blijven zitten, dat niet, maar altijd dat schuldgevoel, als je je huiswerk weer niet had geleerd. Het interesseerde me ook geen lór. ik had bovendien totaal geen discinline”. „Nu wel, het heeft duidelijk te maken met plezier hebben in het werk dat je doet. Als ik nu werk aan een stuk dat me niet zo bevalt, of ik vind de dames en heren om me heen of de regisseur niet zo leuk, dan kom je ook eerder te Iaat op de repetitie dan wanneer je er echt plezier in hebt”. HILVERSUM. Jo Budie gaat per 30 juni met zijn „Huisorkest” weg bij het KRO-programma Van Twaalf tot Twee. „Officieel is mij meegedeeld”, aldus Jo Budie, „dat er nieuw leven in het pro gramma moet komen; dat is de mening van Gerard Hulshof, programmaleider van de KRO en zijn assistent Jos Tim mer, die hem raad geeft in muzikale zaken. Volgens Manus Willemse, chef- muziek bij de KRO-radio, zou mijn „Limburgse mentaliteit” verdere samen werking in de weg staan”. Petra gaat binnenkortweg bij toneel groep Globe om bij het Publiekstheater onder leiding van Hans Croiset te gaan werken, in de Stadsschouwburg in Am sterdam. „Lekker in Amsterdam werken straks en weinig reizen. Dat reizen, dat is een van de belangrijkste redenen dat ik bij Globe vertrek. God allemachtig, dat is zo vreselijk in dit vak. Dat realiseren de mensen zich niet, dat het helemaal niet abnormaal is voor ons om dertig avonden per maand te werken. Dat betekent om vijf uur ’s middags in de bus zitten en ’s nachts om een uur of twee pas weer thuis zijn. Met het risico dat je dan over je moeheid heen bent en niet kunt slapen. Als we soms één of twee weken in Amsterdam speelden was dat gewoon vakantie „Ik kan me eigenlijk maar twee stuk ken herinneren die ik heel vervelend vond. „Het flauwgevallen paard” van Sagan en een stuk dat nooit in premiere is gegaan, waarvan we alleen acht voor premières hebben gedaan, ik weet niet meer hoe het heette of van wie het was. Iets als „De teer beminde”, of zo. Ieder een was daar verkeerd. Kitty Jansen en Allard van der Scheer Waren mijn ou ders, wat al belachelijk was, want we schelen hooguit tien jaar. Gottegottegot. We stonden te schateren op het toneel, want het was bij voorbaat al opgegeven. We zagen het helemaal niet. Daarnaast zijn er natuurlijk een heleboel rollen waarvan je voor jezelf weet dat je het nét niet gehaald hebt”. WEST MILTON (Engeland) (AP). De Engelse schrijver, televisiecommen tator en kenner van de Amerikaanse „way of life” Kenneth Allsop is dezer dagen in zijn buitenhuis in West Milton dood aangetroffen. Allsop begon zijn journalistieke car rière in 1938 en schreef voor de meeste belangrijke dagbladen in Engeland en litteraire kritieken voor de New York Review of Books. In de Tweede Wereldoorlog verloor „Die periode dat we met ons drietjes waren, dat was soms vreselijk met altijd dat regelen, dat indelen van de dag wie waarheen kon en wanneer iemand ge haald moest worden en door wie dan wel. Hele spinnewebben moest ik weven om alles rond te krijgen, elke dag weer, daar werd ik zo kotsmisselijk van. Die kinderen natuurlijk ook. En dat ze nie mand hadden als ze thuis kwamen, be halve dan mijn kostelijke babysitters, meestal jongens, werkstudenten, omdat die zo leuk met ze speelden: voetballen in de gang en zo. Ze zaten altijd onder DOOR DE EXACTE inf ormatie en een ironische beoordeling die nu nog weinig van haar waarde verloren schijnt te hebben, vormen de kritie ken van Graham Greene een waarde volle terugblik op de vijf filmjaren die aan de oorlog voorafgingen. Zijn warme aandacht voor de spaarzame Franse films (met Jean Gabin!) die Londen bereikten, zijn voorkeur voor de gewone Amerikaanse film (Fred Astaire en Humphrey Bogart) die nu weer in de mode is en zijn kritische opstelling tegenover de in die periode sterk opkomende Engelse film (zijn kritiek vooral op de onaantastbare Hitchcock) geven een ongewone actu aliteit en betrouwbaarheid aan zijn beschouwingen die hij in 1940 defini tief afsloot. De eerste bommen op Londen vie len toen hij bezig was een kritiek op „The young Mr Lincoln” te schrij ven. Dat was op 2 september 1939. In zijn voorwoord voor „The Pleasure Dome” vermeldt Greene dit terloops om het gemis aan interesse, waarmee het artikel geschreven werd, te ver klaren en te excuseren. Het werd toen al duidelijk dat Greene’s ge dachten niet meer bij de film maar bij andere zaken waren. Zijn laatste kritiek schreef hij een half jaar later, op 15 maart 1940. Nederland had zich net overgegeven onder druk van het Duitse geweld. Engeland werd rechtstreeks bedreigd voor een man als Greene andere dingen te doen dan filmkritieken te schrijven. royale jentij dse -■ Jo Budie gaat verder: „Ze willen nu een bigband met veel koper en vijf saxen. Ik vrees, dat dat veel te lawaai erig zal zijn voor het publiek van dit programma, vooral voor de ouderen. Ze- tasten daarmee de formule van het pro gramma aan, en juist door die formule is het zo succesvol. Voor mezelf is het niet zo erg. Ik houd heus wel werk en de orkestleden hoop ik ook”. Manus Willemsen deelt desgevraagd mee, dat, zo hij de woorden „Limburgse mentaliteit” met betrekking tot Jo Budie al gebruikt heeft, deze zeker niet in negatieve zin zijn bedoeld. „Ik schat de heer Budie en zijn muzikale kwaliteiten veel te hoog, om dat te doen; bovendien voel ik mij altijd zeer happy in Lim burg. Het nieuwe orkest voor Van Twaalf tot Twee zal inderdaad koper bevatten, maar dat wordt alleen gedaan om de bezetting flexibeler te maken en voor meer genres muziek geschikt zal zijn”. „Verder hadden we wegens tijdgebrek de frequentie van het radioprogramma Springplank verminderd voor het ko mend seizoen, maar juist vanwege de verdiensten van Jo Budie hebben we het aantal uitzendigen hiervan toch weer uitgebreid. En Jo Budie moet Spring plank blijven doen, want er is niemand die zo goed met de beginnende solistjes kan omgaan als hij”. de blauwe plekken en schrammen als ik thuis kwam”. „Vroeger wou ik balletdanseres wor den. Merel deed dat en ik vond dat prachtig. In veel dingen heeft ze mij in zekere zin overheerst, zoals dat nou eenmaal gaat als je enige zus vijf jaar ouder is. Ik heb het ballet na een tijdje opgegeven, maar zij danste, heeft het tot op het podium gebracht. Ik wou van school af toen ik zestien was en dat vonden mijn ouders goed. Ik wilde spraaklessen nemen, en balletlessen, en bewegingsleerlessen en weet ik wat nog meer en dan daarna naar de toneel school. Mijn moeder zei toen dat ik dat maar beter meteen in schoolverband kon doen, on de toneelschool overigens een dolle tijd. Ze had gelijk, als je jarenlang geen discipline hebt kunnen onbrengen, dan kansje het zeker niet zc plotseling in je eentje, met 27 dingen naast elkaar”. tor” tijdens een cocktailparty de ar geloze opmerking maakte dat het blad een filmrubriek miste, vond hij zich "binnen enkele minuten als zoda nig aangesteld. Met grote precisie en in een lichte lijk ironische, maar uiterst leesbare stijl heeft hij vijf jaar lang nauw keurig boekgehouden van wat er in Londen vertoond werd. Zijn kritie ken waren kort omdat ze scherp en bondig geformuleerd werden en hij spaarde niemand als dat in zijn kraam te pas kwam. Zelfs Shirley Temple moest het ontgelden, of liever 20th Century Fox die de films van het kind-actricetje uitbracht. Hij be schuldigde in een van zijn kritieken de firma het meisje op een wat provocatieve manier te misbruiken door haar met haar onschuldige ma niertjes van kind-vrouwtje prikke lend op bepaalde mensen te doen werken. Ze heeft de volwassen ko ketterie van Claudette Colbert en in haar grijs flanellen broek ziet ze er even voluptueus uit als Marlene Die trich, schreef hij naar aanleiding van een andere, film met Shirley, „Cap tain January”, uit ’36. Later drukte hij zich nog wat dui delijker uit en reageerde Fox prompt met een proces wegens laster dat uitliep op een fikse boete voor „The Spectator” en voor Graham Greene. Dat waren zo de risico’s van het vak oordeelt hij nu. Zoals de enve loppe met menselijke uitwerpselen die hij eens in zijn post vond, nadat hij een eerbare filmman volgens diens overtuiging beledigd had. Actualiteit DE BIOSCOPEN IN Amsterdam vertonen weinig nieuws, maar er zit ten een aantal terechte prolongaties in. In Kriterion, zowel overdag als nachts de nieuwste van Ingmar Berg man :„Schreeuw zonder antwoord” over drie zusters en een dienstbode op een Zweeds buiten anno 1900. Andere prolongaties: „Last tango in Paris” in Alhambra en Nöggerath, de Italiaanse superwestern HOnce upon a time in the west” in Leidsepleinthe- ater; „Liza” met Catherina Deneuve en Marcello Mastroianni in Studio K; „Turks Fruit in Tuschinski, „Caba ret” in De Uitkijk, en voor het laatst „TheCanterbury Tales” in Roxy. Aardige en goede reprises zijn „What’s up, Doc” met Barbra Strei sand en Ryan O’Neil, in Alhambra, „Bullitt” met Steve McQueen in Bel levue Cinerama; „De non van Monza” in Corso; „West Side Story” in Du Midi; „Merry Andrew” een ouwetje met Danny Kaye in de Hallen; twee oudere Hitchcocks in The Movies- „Marnie” en „To catch a thief” (met Grace Kelly); „Ben Hur” in Victoria. Slapstick-westerns in Flora: „Vier vuisten de lucht in” en in Luxor: „Twee vechtjassen vanTrinity”. In Cinetol een satirische Franse film over het pop-wezen van Jean Yanne „Tout le monde il est beau, tout le monde 11 est gentil”. In City een spectaculaire Japanse science-fic tion-film „De vernietiging van de Alpha”. In de Cineac Reguliers Breestraat gaat’s middags de bekende Walt Disney-tekenfilm „Pinnocchio” en ’s avonds de misdaadfilm „Steel yardblues” met Jane Fonda en Donald Sutherland .IN DE NACHTvoorstel- lingen o.a. „Le samourai” met Alain Delon in Calypso ;„Catch 22” de anti- militairistische satire van Mike Ni chols in City; „Zabriskie Point” de Amerikaanse film van Antonioni; „The Trip” met Peter Fonda in Leid- sepleintheater; „De vrouw in het „Het spijt me verschrikkelijk dat we Hedda Gabler zo weinig gespeeld heb ben, 42 keer maar. We hadden drie gastrollen en de gastspelers hadden ver plichtingen elders. Drie mensen is erg veel om te vervangen, zeker in een stuk met maar zeven personen. Ik was nog helemaal niet klaar met die rol. Het was de eeste keer dat ik zo’n zware hoofdrol had waarin ik de hele avond op het toneel stond, er letterlijk niet van af kwam. Ik wist vaak niet eens wie er het volgende moment op zou komen en wat die zou zeggen. In andere stukken had ik de tijd om tussendoor me voor te bereiden, me te concentreren op de vol gende akte. Hier ging het maar aan één stuk door”. Petra Laseur, dochter van Mary Dres- selhuys en de lang geleden overleden acteur Cees Laseur, zit al jaren in het vak. „Als je uit zo’n milieu komt, met je ouders allebei aan het toneel, dan moét je gewoon. Niemand dwingt je ertoe, maar.Anderhalf jaar geleden hebben we met de eindexamenklas van indertijd ons twaalfeneenhalfjarig jubileum ge vierd. Je ziet elkaar jammer genoeg bijna nooit meer, behalve als je in hetzelfde gezelschap zit of een tijd in- hetzelfde stuk. Het was hartstikke leuk. We hebben de hele avond niets anders gedaan dan herinneringen ophalen”. „Bij de Nederlandse Comedie heb ik negen jaar lang vrij veel gespeeld, maar langzamerhand vond ik dat ik toch te veel in een laatje of hoe noemen ze dat werd geduwd. Altijd het prinses je, de jonkvrouwe of heit jonge meisje. Nou was ik me ook nog niet zo bewust van allerlei dingen, ik ben pas vrij laat bewust geworden. Ik wou graag klein blijven, uit angst voor volwassenheid geloof ik. Daarom dankte ik God dat ze me bij Globe (vijf jaar heb ik in dat gezelschap doorgebracht) de kans hebben gegeven zoiets volkomen anders te doen. Deze zwaardere rollen lagen nogal ver van huis voor me. Ik heb ook nog nooit van m’n leven zó hard gewerkt als on deze twee stukken, Oom Wanja en Hed da Gabler”. Petra is begin dertig, heeft nog steeds dat „kleine meisjes-snoetje” waar schijnlijk door de vorm van haar gezicht want haar uitdrukking is zeker niet kinderlijk is getrouwd geweest met een uitgever en heeft uit dat huwelijk twee kinderen, twee jongens van 12 en 9 jaar. Ze heeft nu een vriend, directeur van een reclamebureau. „Ik ben blij dat ik mijn kinderen zo jong heb gekregen, ik was 20 bij de eerste. Ik ben blij dat ze nu al zo oud zijn. Ik geloof dat ik erg kind met mijn kinderen heb kunnen zijn door mijn leeftijd en mijn late bewust- worden. Het was wel eens afschuwelijk, in die tijd van de scheiding. Je krijgt een enorme dreun en je moet ineens weer alles alleen opknappen”. „Meisjes, meisjes, léér toch een vak. Ik ben helemaal geen Dolle Mina hoor, maar je moet in geval van nood toch je eigen geld kunnen verdienen, zodat je niet zo vreselijk afhankelijk bent. Zoals in het geval van een scheiding. Je hebt je eigen inkomen, of je kan het in elk geval weer krijgen, door het werk krijg je bovendien een beetje afleiding, heb jc de kans om je zinnen te verzetten. Natuurlijk had ik in die periode niet zoveel tijd voor de kinderen, maar onze verhouding was wel erg harmonieus. Ook toen ik nog getrouwd was, want de kinderen hebben het allemaal erg goed aangekund, volgens mij toch wel een gevolg van de stevige basis die ze al hadden. Ze accepteren Martin mijn vriend ook heel goed, zijn dol op hem en toch is ook de relatie met hun vader uitstekend. Ze zien hem regelmatig. Ik trouwens ook”. En op de binnenomslagen staan afbeeldingen van zogenoemde „at mospheric theatres” die in hun wand decoraties suggereerden dat bezoekers op een binnenplaats van een Moors paleis of op een Oosters marktplein zaten. Een suggestie waartoe projec ties van bewegende wolken en ster ren op het koepelvormige dak van de zaal het hunne bijdroegen. Dat waren „pleasure domes” van oudere datum en Greene (voor zover hij een stem had bij de boekverzor ging) zal ermee hebben willen aange ven dat hij van de glitter en het bladgoud en de verlakkerij (of noem het illusie) gehouden heeft, elementen die in die jaren dat hij regelmatig naar de bioscoop ging nog met de film geassocieerd konden worden. Nostalgie MEN ZAL BIJ het lezen van „The Pleasure Dome” meer dan eens blij ken van die nostalgieke voorkeur te genkomen in zijn kritieken of in de keuze van de films die hij besprak. In een voorwoord tot zijn in meer dan één opzicht kostbaar boek zegt de nu 69-jarige auteur dat hij vooral hield van westerns, misdaadfilms en de zuiver commerciële producties, zo als „Intermezzo”, waarin Ingrid Berg man debuteerde. Over wie hij dan wel ironisch schreef: „Welke star heeft ooit haar eerste verschijning op het internationale bioscoopdoek ge maakt met het glimlicht van een schijnwerper op het tipje van haar neus?” Velen zullen misschien verbaasd zijn te horen dat Graham Greene, algemeen erkend als kwaliteitsschrij- ver van romans en, van wat hij noemde „entertainments”, waarmee j zijn ontspanningsliteratuur als spionageverhalen („Stamboul Train”) en detectives („A gun for hire”) be doelde, ook filmkritieken heeft ge schreven. We kenden hem als een bijzonder productief schrijver die bo vendien nog essays, reisverhalen en toneelstukken schreef. Nu is van dat werk zeker een kleine 20 titels ver filmd, en in die zin heeft Graham Greene dus veelvuldig en ook al in de dertiger jaren met film te maken gehad. Niet altijd tot zijn tevreden heid, wat meestal het geval was als hij alleen maar de verfilmingsrechten van zijn boek verkocht had en geen verdere invloed op het resultaat kon uitoefenen. De enkele maal dat hij zijn geesteskind tot in de filmstudio’s begeleidde, zoals het geval was in zijn samenwerking met Carol Reed, waren voortreffelijke films als „The fallen Idol” (’48) en „The third Man” (’49) het gevolg. Maar met de verfilming van bij voorbeeld „The Fugitive” door John Ford in ’48 of van „The End of the Affair” door Edward Dmytryk in ’54 zal hij zeker niet gelukkig zijn ge weest, evenmin als met het melodra ma dat Peter Glenville in ’67 maakte van zijn op Haïti onder de regering van „Doe” Duvalier spelende „The Comedians”. En straks kunnen we zien wat George Cukor gemaakt heeft van Greene’s laatste roman „Travels with my Aunt”, die voor de variatie een dolpkomische inslag heeft. Maar, zoals nu blijkt uit „The Pleasure Dome”, heeft Green zich al vroeg en zelfs uitzonderlijk intensief met de film kritiek beziggehouden. Studerend in Oxford schreef hij al kritieken in de „Oxford Outlook” over toen nog zwijgende films als „De student van Praag” en „Brumes d’Automne”. Hij was toen een hartstochtelijk lezer van „Close Up”, een avantgar- distisch filmblad, vergelijkbaar met „Filmliga” bij ons en toen hij in ’35 tegen een redacteur van „The Specta- r.; zand een beroemde Japanse film m Studio K.; in The Movies nog meer Hitchcocks; „Rebecca” en „The thirty nine steps „Wilde aardbeien van Bergman in De Uitkijk. tegen vrienden dat hij „bijna altijd pijn had”. Sophia Loren mag dan minder filmen, temeer reist zij rond om evenementen op te luisteren. Zo was zij gisteren in een safaripark in Worcestershire in Enge land met oudste zoon dpi, die vier jaar is. De leeuwin van het witte doek kreeg een leeuwewelpje dat uiteraard naar de naam Sophia luisteren moest.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1973 | | pagina 17