FILMS HOLLAND FESTIVAL
Neusjes van
de zalm
uit Cannes
Voor twee miljoen mensen nog geen bibliotheek
GROEN&Co
film
in Amsterdam
Levendig zomerconcert
o
öXBestel au uur©®
/<hool-&/tudieboeken
bij
Boekhandel H.Coebergh
GecJ.Oude Gracht 74 Haarlem
POETRY INTERNATIONAL IN ROTTERDAM
V R IJ D A G
13
22
JUNI
1973
van
z
Gratis
4
NOORDHOLLANDS PHILHARMONISCH ORKEST
re
te
au
an
Tijdig bestellen voorkomt lang wachten
Centrale Verwarming
IDEAL-Standard Gasketels
te klein, er wordt roofbouw gepleegd op het personeel.
Toch blij
ROTTERDAM Beleefde Poe
try International, dichtersfestival in
het kader van het Holland Festival,
woensdagavond qua kwalitatieve
bezetting een lichte inzinking,
gisteravond werd de ambitieuze
aanpak van de eerste dag weer vol
ledig gecontinueerd. Er waren na
dichters als Robert Lowell, Libby
Houston en Günter Grass opnieuw
klinkende namen, waarvan die van
Allen Ginsberg gisteravond wel de
bekendste mag heten.
Erg laat
(Van onze correspondent)
DEN HAAG Ongeveer twee miljoen Nederlanders zijn nog van elke
bibliotheekvoorziening verstoken. Die mensen wonen niet bepaald altijd
in kleinere plattelandsplaatsen, maar ook in de oudere grote-stadswijken.
Van de ruim 800 openbare bibliotheken hadden er 202 in 1971 een ge
zamenlijk tekort van 4,5 miljoen. Steeds meer bibliotheken kunnen de
toeloop niet meer aan: Er zijn te weinig boeken voorradig, de ruimtes zijn
Nacht voorstell i ngen
OOK DIT JAAR is de film
vertegenwoordigd in het Holland
Festival, ditmaal met een wat
vluchtig in elkaar gezette keuze
uit films die in Cannes enkele
weken geleden te zien waren.
Natuurlijk niet in de officiële
vertoningen, maar in de „Quin-
zaine des réalisateurs” en in de
„Semaine de la Critique”, die
over het algemeen gelden als de
neusjes van de zalm. Gezien wat
die keuze uit „het beste” opge
leverd heeft, kan dan wel on
geveer het algemene peil
Cannes vastgesteld worden dat
dan met „droevig” zwak om
schreven is.
in Amsterdam
I
Ginsberg: dynamiserend
het
CEES STRAUS
hi
on-
ADVERTENTIE
1
van grote
ADVERTENTIE
Haarlem
plaatsbespreker! bij het Concertgebouw, Lange Begijne-
Toch erkent nu wel bijna iedereen,
dat een goed uitgebouwde bibliotheek-
het
een
295
tr
ie
>3
te
voor de geest stand. Zij zag heel duide
lijk de grote waarde van de bibliotheken
voor de sociaal-culiturële vorming van
ons volk.”
dirigent:
soliste:
Programma:
Moussorgsky
Tschaikowsky
Tschaikowsky
het bouwen van de Japanse Kashi-
ma-staialfabriék zal hebben voor de
overwegend agrarische bevolking die
er in haar levenswijze, gebruiken en
ideeën door zal worden aangetast.
Terzijde wordt het optreden van hip
pies die wegvluchten in druggebruik
en van politie die betogingen tegen
milieuvervuiling uit elkaar slaat ge
signaleerd als oorzaken en gevolgen
van een verworden democratie.
Op heel andere wijze behandelt de
Canadese film „Rejieanne Padovani”
een soortgelijk onbehagen van deze
tijd. Uitgangspunt is de feestelijke
bijeenkomst van enige notabelen, on
der wie de gouverneur, de plaatselijk
burgemeester en de aannemer die
tegelijk als gastheer fungeert, naar
aanleiding van een de volgende dag
te openen snelweg. Vanwege de vele
aanwezige V.I.P.’s is er ook veel vei
ligheidspolitie in burger aanwezig en
de contrast-montage tussen wat zich
boven het souper en beneden in de
keuken tussen het nu uitgebreide be
dienend personeel afspeelt, geeft even
de indruk dat er zich een origineel
drama gaat ontwikkelen. Denys Ar-
cand, een Canadees uit Quebec, wiens
tweede speelfilm dit is, laat zich ech
ter door een ordeloos scenario op
allerlei zijwegen dwingen die moeten
Tweede Kamer waar voorzitter Vonde
ling hen te woord stond.
stellage, waarop halverwege een podium
geplaatst is. Via een draaideur worden
druksels getoond, die Majakowski’s le
venspad in illustraties tonen. Twee ac
teurs spreken steeds enkele korte tek
sten uit, die opzij van het podium door
middel van letterbordjes worden aange-
kondigd.
„Ik zelf” valt allereerst op door zijn
weinig toneelmatige en vooral fragmen
tarische aanpak. Behalve de chronologi
sche volgorde is er tussen de onderlin-
Een nacht op de kale berg
Pianoconcert no 1
Suite uit het ballet
„Het Zwanenmeer”.
Entree 3,50 (a.i.) c.j.p. geldig
Overigens is het NBLC toch wel blij
met de nieuwe subsidieregeling die de
wet voorstélt. In plaats van een subsidie
op basis van het inwonertal van de
gemeente, zoals de vastelliing van 1921
invoerdie, komt er een subsidie op de
exploitatie. De oude regeling heeft ertoe
HET BLIJFT RUSTIG op de Am
sterdamse bioscoopagenda. Studio K
herbergt de Filmweek van het Hol
land Festival en vertoont om 2.15,
7.30 en 9.45 iedere dag een andere
film, zoals hierboven al uitvoerig
staat aangegeven. Zondags zijn de
begintijden 2.00, 4.15, 7.30 en 9.45 (er
wordt dan „Kashima Paradise” ver-
toonjd) en dinsdag, als de 3*/s uur
durende „La maman et la putain” aan
de beurt is, wordt om 2.00, 8.00 en
24.00 begonnen.
The Movies brengt als Amsterdam
se première „L’Udienza” van Marco
Ferreri die in februari van dit jaar in
Film International 193 uitgebracht
wordt en het verhaal verteld van de
moeilijkheden die een gelovig man
doormaakt als hij de wens te kennen
Kaartverkoop én
straat 13, van 10--3 uur, telefonisch 32 09 94 van 123 uur.
gratis gebruik voor jeugdigen mogelijk
te maken zou per jaar rond 30 miljoen
gulden extra nodig zijn; het totaal aan
subsidies is nu bijna 100 miljoen per
jaar-
Maar noch de hoognodige verdere uit-
breidiing van het bibliotheekwezen, noch
verdieping ervan ten dienste van specia
le groepen en interessen worden gega
randeerd door de nieuwe (eerste) Wet op
het openbare bibliotheekwerk, die in
voorbereiding is. Daaarom hebben die
gezamenlijke bibliotheken, verenigd in
het Nederlands Bibliotheek- en Lektuur-
centrum (NBLC) deze week een advies
uitgebracht aan regering en parlement,
waarin hun wensen nog eens duidelijk
op een rij zijn gezet. Woensdag was het
NBLC-bestuur bij staatssecretaris W.
Meijer van CRM en donderdag in de
begin van de
als gevolg dat
concrete actie
re bibliotheken uit 1921. Daarom vinden
we dat het wetsvoorstel dat nu is inge-
diiend ook feitelijk tot een wet moet
leiden, al hebben we er een aantal
ernstige bezwaren tegen. We hopen in
tussen dat de Kamer die van ons wit
ovememen.”
Het belangrijkste tekort van het wets
voorstel, nog opgesteld onder het bewind
van de vorige staatssecretaris Vonhoff, is
het volkomen ontbreken van visile, aldus
mej. Margreet Wijnstroom van hert
NBLC- „De overweging van Vonhoff om
tot die wet te komen luidt letterlijk: dat
het wenselijk is wettelijke regelen te
stellen voor het uit openbare middelen
te bekostigen openbare bibliotheekwerk.
Zuiver een technisch-financiële zaak
dus. Dat is erg pover in vergelijking met
wat Vonhoffs voorgangster mej. Klompé
Een grote wens van het NBLC is
tenslotte dat de contributies worden af
geschaft, te beginnen met die voor de
jeugdigen beneden de 16 jaar. Door
proeven met gratis uitlenen voor jeugdi
gen in Hengelo, Enschede en Diemen in
1972 is bewezen dat het aantal uitlenin
gen met ruim 40 percent toeneemt. Om
kend om dit mooie, maar moeilijke vi
oolconcert te spelen. Door gebrek aan
podiumroutine ging zij wat haastig te
werk. De muzikale zinsbouw was niet
altijd even duidelijk, maar in het An
dante boeide zij door haar prachtige
toon en haar muzikale voordracht.
Na de pauze werd de overbekende
Symfonie „Uit de Nieuwe Wereld” van
Dvorak gespeeld, maar op een manier
die ons inderdaad als nieuw in de oren
klonk. Vandernoot meierde niet te lang
over de eerste moeilijke maten voor de
celli in de inleiding tot het eerste deel,
maar begon in een vlot tempo en be
reikte zonder halsbrekende toeren het
allegro, cat hij afsloot met een grandioos
opgebouwde climax. De Engelse-hoornist
speelde zijn solo in het tweede deel met
een zeer gevoelige voordracht, hij inspi
reerde de andere houtblazers tot een
bijzonder mooie toonvorming. Het
Scherzo was onfeilbaar gespeelde over-
gang naar de finale, die eindigde in een
daverende dans van botsende ritmische
figuren.
Hij heeft in ieder geval bewezen, dat
hij het orkest en het publiek met zich
mee kan krijgen, want het enthousiasme
op het podium en in de zaal was duide
lijk waarneembaar en het applaus onge
woon langdurig.
In de pauze vroeg ik zijn mening over
de voorgenomen verbouwing van de
concertzaal. Het antwoord van de diri
gent was, dat hij zeer huiverig was voor
deze plannen, omdat in de praktijk ge
bleken is dat de kleinste verandering de
akoestiek totaal kan bederven. Hij voel
de zelfs niet veel voor nieuwe stoelen;
laat maar zitten, was zijn oordeel.
J. H. MOOLENIJZER
minder dan 5000 inwoners geen biblio-
theeksubsiddes te doen toekennen.
„Waarom zouden de mensen in die
plaatsen geen recht hebben op adekwate
voorzieningen? Je moet zulke dingen
niet laten afhangen van inwoneraantal
len, maair van de behoefte van de men
sen zelf”, aldus Reumer. „Natuurlijk
kunnen niet overal even grote bibliothe
ken bestaan, maar waarom zouden de
kleinere niet onderling samenwerken?
Dat doen de bibliotheken
plaartsen toch ook?”
De attractie van de Filmweek die
onder auspiciën van „Film Internati
onal Rotterdam” tot stand is geko
men, bestaart voornamelijk uit de mo
gelijkheid (althans voor zeven steden:
Amsterdam, Rotterdam, Den Haag,
Eindhoven, Nijmegen, Groningen en
Utrecht) om films te zien die hier
anders niet in .openbare vertoning
zouden zijn gekomen en nu waar
schijnlijk een verdere roulatie vinden
in het circuit van „Film Internatio
nal” of bij de „Fugitive Cinema”.
Het programma dat in toerbeurt in
de zeven steden gedurende deze week
zal gaan lopen, ziet er wat Amster
dam (in Studio K betreft als volgt
uit: donderdag is geopend met „A-
quirre, der Zorn Gottes” van Werner
Herzog, vrijdag wordt „La citta del
sole” van Gianni Amelio vertoond,
zaterdag „Al ousfouir” („Le moineau”),
een Egyptische film van Yousse Cha-
hine, zondag de Japanse film „Kashi
ma Paradise”, maandag de Canadese
film „Rejeanne Padovani” van Denys
Arcand, dinsdag „La maman et la
putain” van Jean Eustache en woens
dag een Nederlands programma met
„Zwartziek” van Jacob Bijl, „Carna”
van Adriaan Ditvoonst en „Audition”
van Frans Zwartjes.
Variatie in nationaliteit dus genoeg
en tegelijk, ondanks mislukkingen,
een gevarieerd beeld van eigentijdse
problemen en levensmoeilijkheden
die langzamerhand een universeel
karkater gaan aannemen. Neem nu
het onderwerp van „Kashima Paradi
se”, gemaakt door twee geëngageerde
Franse filmers (Yann le Masson en
Berrie Deswarte). Het is een uitvoeri
ge documentaire over de gevolgen die
geleid dat plaatselijk grote verschillen
tussen de kwaliteit van de bibliotheken
zijn ontstaan; van een evenwichtige uit
bouw is geen sprake geweest.
Het nieuwe voorstel is dan ook een
grote vooruitgang, hoewel het NBLC nog
als ernstig bezwaar ertegen koestert dat
het niet verplichtend is. Net als vroeger
wordt een gemeente of provincie niet
gedwongen om een plaatselijk initiatief
tot de stichting of uitbreiding van een
bibliotheek voor te dragen voor het
landelijke plan, dat wil zeggen voor de
lijst van 'bibliotheekvoorzieningen die
voor subsidie van de overheid in aan
merking zullen komen.
„Een gemeente die liever een zwem
bad eerst wil bouwen of een schouw
burg kan om die reden de stichting van
een bibliotheek afhouden. De wet zal dat
toelaten. De Memorie van Toelichting
die Vonhoff er bij heeft geschreven
wijst wel op de grote waarde van een
bibliotheek voor het welzijn, maar de
wettekst zelf laat daarvan niet blijken”,
aldus NBLC-directeur D. Reumer. „Wij
hebben dan ook tegen de huidige staats
secretaris gezegd dat hij het eerst ont
werp van mejuffrouw Klompé maar
weer moet opnemen. Daarin werden wel
verplichtende regelingen voorzien.”
Het NBLC verwerpt verder het voor
stel van Vonhoff om in gemeenten met
HAARLEM. Het eerste zomercon
cert van het Noordhollands Philharmo-
nisch Orkest gisteravond stond onder
leiding van André Vandernoot. Met in
gang van 1 september zal hij officieel
zijn taak als dirigent en artistiek leider
van het NPO op zich nemen. Hoewel het
natuurlijk nog te vroeg is om een oor
deel te vellen over de kwaliteiten van
Vandernoot, kan ik niets anders doen
dan verklaren dat de eerste indruk bij
zonder gunstig is. Hij heeft een uitge
sproken overwicht op het orkest en
beschikt over alle eigenschappen van
een echte aanvoerder. Hij wacht niet af
wat het orkest gaat doen, maar hij gaat
voor en vuurt zijn musici aan. Hij
vraagt om de volledige inzet van hun
capaciteiten, maar blijft er niet naar
staan kijken. Hij geeft het voorbeeld en
werkt keihard om de gewenste resulta
ten te bereiken.
voorziening voor het welzijn van het
volk van eminent belang is. Steeds meer
specifieke groepen van de bevolking zoe
ken in de bibliotheek de informatie die
ze nodig hebben om goed te kunnen
functioneren. Scholen en vormingswerk
laten hun leerlingen er het materiaal
vinden voor het uitwerken van opdrach
ten. Actiegroepen en comités halen er de
litteratuur over het terrein waarop ze
zich bewegen. Ouden van. dagen vragen
om speciale uitleentijden. Buitenlandse
werknemers zoeken maar vinden he
laas zelden boeken en tijdschriften in
hun landstaal.
Concertgebouw
donderdag 28 juni 1973 20.15 uur
TWEEDE ZOMERCONCERT
ANDRÉ VANDERNOOT
CRISTINA ORTIZ - piano
„In het buitenland is gratis biblio
theekgebruik normaal”, zo licht mejuf
frouw Wijnstroom toe, die ook secreta-
ris-generaal is van de internationale or
ganisatie van bibliothecarissen (IFLA).
„Wij zijn principieel voor vrijdom, om
dat het bibliotheekwerk wezenlijk be
hoort tot het pakket welzijnstaken van
de staat.”
Maar directeur Reumer voegt daar
onmiddellijk aan toe: „Als die vrijdom
nu erkend zou worden, zouden we met
onze handen in het haar komen te
zitten. Je krijgt dan een plotselinge toe
name van het aantal gebruikers. Dat
kunnen we helemaal niet aan. We ple
gen nu al roofbouw op onze boeken en
ons personeel. Er zijn bibliotheken die
alles doen om te voorkomen dat ze meer
klandizie zouden krijgen.”
leiden naar de volstrekte ontlustering
van het establishment. Waartegen
geen bezwaair bestaat als het maar
met wat meer precisie en opgaaf van
redenen zou zijn gebeurd. Nu dienen
er op één avond allerlei onoirbare
dingen te gebeuren die de volstrekte
zedenloosheid en corrumperende
macht van het gezelschap moeten
aantonen, van een overval op het
hoofdkwartier van een actiegroep die
tegen de aanleg van de weg is tot en
met de moord op de hinderlijke ex-
vrouw van de aannemer die juist die
avond heeft uitgekozen om haar kin
deren te willen terugzien. Als haar
lijk dan ook nog onder het cement
van haar man’s betonmolen wordt
begraven en de aannemer, de volgen
de dag na de opening van de weg een
autorit maakt langs de krotten die
moeten worden afgebroken voor een
volgend welvaartsplan, moet men wel
tot de conclusie komen dat Arcand
nog over weinig raffinement beschikt
(trouwens ook in zijn wijze van fil
men en spelregie) en politiek met de
botte bijl bedrijft.
Maar goed, zijn film zit vol her
kenbare bezwaren tegen deze tijd,
laat zien hoe macht, corruptie en
willekeur vrij spel kunnen hebben
binnen het democratisch bestel en
brengt iets over van de onvree en
onrust bij een komende generatie die
na alle protesten en revoluties weinig
of geen verbetering zien. Wat dan
weer gedeeltelijk het thema* is van
„La maman et la putain”, waarin
Jean-Pierre Léaud drieëneenhalf uur
tijd krijgt om zijn houding te bepalen
tegenover twee vrouwen, een vaste
vriendin die hem onderhoudt (Berna
dette Lafont) en een verpleegster die
alles van mannen en van hun egisti-
sche manier van liefhebben afweet,
maar nooit echte liefde gekend heeft.
De besluiteloze jongeman verbergt
zich achter een stroom van modieuze
uitspraken en cynische opmerkingen
en blijkt vooral te lijden onder het
juli ’68-syndroom, het katterige ge
voel van defaitisme en verslagenheid
na een verloren revolutie dat veel
jonge Franse intellectuelen tot da
denloosheid heeft gedoemd. Wat dan
weer een vergelijkbaar effect is dat
meespeelt in „AI ousfour” waarin de
Egyptische nederlaag van ’67 blijft
doorwerken als een knagende kies
pijn; en uit „La citta del sole” met
een historische terugblik op een revo
lutie in Zuid-Italië tegen de Spaanse
overheersing in het
zestiende eeuw, met
vage idealen tegen
worden afgemeten.
IN ZIJN GEHEEL levert die Film
week dus een bont patroon op van
actuele problemen en stemmingen
met als globale conclusie dat de di
verse makers meer aan hun onder
werpen dan aan een bijpassende
vormgeving schijnen gedacht te heb
ben en daarmee hoofdzakelijk twee
slachtige resultaten bereikten. Wat in
zekere zin ook gezegd kan worden
van Jacob Bijl’s „Zwartziek”, een
speelfilm van ongeveer een uur die
een conflict tussen jonggehuwden tot
thema heeft, een conflict dat voort
komt uit het bezitsinstinct van de
man, waartegenover de vrouw de
vrijheid opeist zichzelf ook in andere
liefdes te bewijzen. Geen opzienba
rend gegeven dat echter aantrekke
lijk gemaakt wordt door het zeer
natuurlijke en bijna achteloze spel
van vooral Jessamin Starke ais de
jonge, vrijgevochten vrouw. Voeg
daaraan toe een van die raadselachti
ge films van Frans Zwartjes, ditmaal
van 40 minuten en „Audition” gehe
ten en er is met een Kermis-impres-
sie van Ditvoorst („Carna”) een to
taalprogramma van eigen bodem ont
staan dat zeker niet Hollands-verve-
lend is.
Voorzitter C. Roozemond van de spe
ciale NBLC-adviescommis-sie: „Neder
land is erg laat met een wettelijke
regeling van het bibliotheekwezen. We
zitten nog steeds met een vaststelling
rijkssubisiedievoorwaarden voor openiba-
geeft met de paus te willen praten.
Alle wereldse en kerkelijke krachten
worden ingezet om de man van dat
plan af te brengen, wat een Kafki-
aanse film oplevert met een scherpe
kritiek op de (ook overdrachtelijke)
ontoegankelijkheid van het Vaticaan.
In City een Italiaanse maffia-film,
„De Maffia kent geen pardon,, en in
Alhambra I een Franse klucht van
Gérard Pires „Elle court elle court la
banlieu”, hier weer fijntjes vertaald
met „Niet iedere nacht is een huwe
lijksnacht”.
DE UITKIJK HEEFT Claude Cha
brol’s meesterlijke liefdesdrama met
misdadige inslag, „Juste avant la
nuit” voor nachtvertoningen uitver
koren. Met natuurlijk Stéphane Au-
dran en met Michel Bouquet als haar
tegenspeler. In het Leidseplein Thea
ter „Performance” met Mick Jagger
en, in Kriterion nog steeds Berg
man’s „Schreeuw zonder antwoord”.
The Movies brengt twee Laural -en-
Hardy’s „Sons of de desert” en „Our
relations” en City Ken Russell’s „The
devils”.
Ginsberg, samen met Jack Kerouac de
belangrijkste vertegenwoordiger van de
Beat Generation, liet het poëziefestijn in
een afgeladen foyer van de Doelen in al
zijn hevigheid losbarsten. Halverwege
Poetry International, met het Keltenpro
ject en de meeste Nederlandse dichters
nog' voor de boeg, kan nu al van een
zeer behoorlijk succes worden gespro
ken. Opvallend daarbij is de grote in
breng van dichters uit het Engelse taal
gebied en het vrijwel geheel afwezig
zijn van de Fransen.
Gisteravond was het alleen Jean-Cla-
rence Lambert die deze taal mocht ver
tegenwoordigen, voorafgegaan door on
der meer Friese en Vlaamse poëzie, resp.
gebracht door Pier Boorsma en Eddy
van Vliet. Daarnaast bracht John Mon
tague zeer geëngageerd werk uit Ierland.
Montague leeft in Ulster, doordrenkt
zijn gedichten van de geloofsstrijd in
zijn land, maar legt typerend genoeg de
schuld niet binnenlands maar in Neder
land. Immers, zo zegt Montague, stad
houder Willem lil heeft zich intensief
met de Ierse zaak bezig gehouden en
Ierland heeft zich daar nog niet uit te
boven gewerkt.
De voordracht van Allen Ginsberg
groeide uit tot een ontroerende gebeur
tenis. Hij liet zich begeleiden door twee
Nederlandse musici, Jan Schoonhoven en
de Haagse popgitarist Wally Tax, daarbij
de klanken „A” en „O” in verschillende
toonaarden uitstotend. Ginsberg, die kort
ingeleid en vertaald werd door zijn aan
hanger Simon Vinkenoog, maakte een
keuze uit Howl, Kaddish en Reality
Sandwiches. Gedichten, die zich opnieuw
kenmerken door een openhartige, dyna
miserende inhoud. Met Libby Houston
en Brian Patten, behoort Ginsberg tot de
Engelstalige dichters on dit festival, die
zeer bewust naar taal- en inhoudsver-
nieuwing zoeken.
Ginsberg poëzie is in wezen een to-
taalomvattende oproep voor eerlijkheid
en vrijheid. Hij is daarmee met de
andere dichters die op dit festival aan
wezig kunnen zijn, in een bevoorrechte
positie. Een positie, die de uitgenodigde
dichters uit Óost-Europa niet konden en
mocht innemen. Het achterwege hou
den van uitreisdocumenten door de Oost-
europese autoriteiten, waarvan onder
meer de Tsjech Miroslav Holub het
slachtoffer werd, heeft reeds tot een
oproep aan de regering van de Sovjet
unie geleid. Achter dit protest heeft
vrijwel iedere schrijver zich geschaard.
Naast de incidentele voordrachten
worden er op Poetry International ook
een reeks van neven-activiteiten gebo
den. Belangrijk onderdeel daarvan vor
men de zogenaamde projecten, waarin
aandacht wordt geschonken aan kleine
vaak vergeten kunstenaars. Zo staat op
vanavond het Keltische taalgebied cen
traal, waarvoor ondermeer Hugh MacDi-
armid is aangetrokken. Op de zaterdaga
vond wordt een speciale Friese deelname
verwacht.
Gedurende de gehele Poetry-week
wordt zowel overdag als ’s avonds een
programma in onderdelen rond de Rus
sische kunstenaar Majakowski gebracht
Verantwoordelijk daarvoor is het Onaf
hankelijk Toneel, een Rotterdams ac-
teurscollectief.
Woensdag had de première plaats van
„Ik zelf”, een collage van teksten en
beelden over het leven va nde in futu
ristische stijl werkende Rus. Het collec
tief gebruikte daartoe een metershoge
gen scenes in principe geen samenhang.
Omdat iedere vorm van dramatiek ge
meden wordt ontstaat een sterk ver
vreemdingseffect dat helaas niet lang
genoeg mag boeien. De toeschouwer kan
zijn verveling echter verdrijven door
zelf creatief bezig te gaan door het
vervaardigen van affiches op de kleine
drukkerij in de Doelen. Ook dat is één
van de activiteiten op deze veelzijdige
Poetry International.
Zijn gebaar is niet mooi, maar er gaat
een ondubbelzinnige kracht vanuit. In de
Tannhauser Ouverture ging hij wel wat
onstuimig te werk het fortissimo was
er wel, maar het pianissimo had nog
veel zachter gekund. Maar Vandernoot
heeft ons Wagner laten horen in al zijn
kracht en overrompelde ons met
weerlegbare argumenten.
Tussen Wagner’s Tannhauser en
Vioolconcert van Mendelssohn ligt
onmetelijke afstand. Marjolein de Sterke
stond voor de bijna onmogelijke opgave
om na het tumult van de koperblazers
de aandacht te vragen voor de eenvoud
die is verbogen in de vioolmelodieën van
Mendelssohn. Natuurlijk leek het of
haar toon te klein was voor de grote
zaal, maar toen wij eenmaal gewend
raakten aan de andere klankverhoudin
gen, bleek al spoedig dat zij heel ver
standig niet probeerde om haar toon te
forceren.
Marjolein de Sterke heeft in de
maand februari van dit jaar de „Oskar
Back-prijs” behaald met het hoogste
aantal punten dat ooit op dit concours
werd toegekend. Zij speelde voor het
eerst in Haarlem, maar wist onmiddel
lijk de sympathie van het publiek te
winnen. Haar techniek is zeker toerei-
ar 1