Wereldrecordhouder met
een treurige techniek
ILLUSIES SABREURS VERBRIJZELD
ren
TO
UWr
c
EN
VIA
Cruijff toch niet
van wereldklasse
r --e
Ik wacht nog altijd op een
bedankje van Keino
Sprookjesprins
Drie sterren
m
21
ZATERDAG 14 JULI
1973
20
-i
r
4
Op straat
Stijlloos
Uit schaduw
[P
HEKEN
n 10 jr.
Erbij
Ben Jipcho
L
(Van onze sportredactie)
klasse:
Kremers
en
H’LEM
wereldklasse:
STOPPER
—1 68 01
verking.
ij werk-
nt. wor-
zetlijden
d. 60 mud
125,-
187,-
249,-
372,-
496,-
Voor de Nederlanders, die nog steeds
onder gebrekkige omstandigheden (ver
geleken bij de mogelijkheden van veel
buitenlanders) hun sport moeten beoefe
nen, is zo’n doorbraak zeker „op afzien
bare tijd” niet te verwachten. Janssen:
„Gotenburg heeft ons een morele klap
bezorgd. Wat de anderen daar precies
van denken weet ik nog niet, ik ga zelf
in ieder geval door. We hebben nu pas
een nieuwe bondstrainer, de Hongaar
Lajos Nagy, die tevens de zaal van de
gepensioneerde Béla ovemeemt. Voorlo
pig reken ik dan maar op een mogelijk
heid om me in West-Europa naar de top
te werken. Alle hoop heb ik nog niet
verloren.”
1
Jipcho liep vorig jaai met zijn tweede
plaats op de steeple chase nog in de
schaduw van Keino. Hij vertoefde daar
niet graag. De relatie met Keino was er
een van gewapende vrede. De kiem
daarvoor werd gelegd tijdens de Olym
pische 1500 meter finale in Mexico (1968).
Jipcho zelf tiende verrichtte daar
het vuile werk teneinde het Olympische
goud te laten stralen voor Keino. Jip-
cho’s woorden over toen zijn woorden
van verbittering: „Ik heb toen voor het
eerst en voor het laatst voor een ander
gelopen.
Ik wacht nog altijd op een dank je
wel van Keino.”
Jipcho tijdens zijn recordrace op de
3.000 meter steeple chase op de wereld-
spelen in Helsinki met links van hem
Evans Mogaka (40), die derde werd, en
de Zweed Anders Gaerderud die als
tweede aankwam.
ten eerste- En in de tweede plaats
nekt het de prestatiedrang als er voor
een amateurclub geen weg omhoog
meer is. Vroeger werd je ook kampi
oen van Nederland bij de amateurs
zonder dat er nog een nadere belo
ning aan vast zat, maar de amateur-
kampioenen heetten toen Ajax of
Feyenoord, het kampioenschap was
werkelijk het eindstation.
Wat zegt het tegenwoordig nu nog,
dat je kampioen bent bij de ama
teurs? Met 38 betalende clubs boven
je, kan je je er alleen op beroemen
dat je in de Nederlandse voetbalcom
petitie als 39 ste geëindigd bent.
RBC is nu gedoemd een soort Fe
der den Hertog-rol te spelen. Den
Hertog had met zijn capaciteiten al
lang over moeten gaan naar de pro
fessionals, maar hij voelt zich kiplek
ker bij de amateurs, kan spelender
wijs een dominerende rol vervullen
en ondertussen verdient hij ook nog
aardig als wieleramateur. Fedor den
Hertog, en nu ook RBC, zijn als die
jongens die in de vijfde klas zijn
blijven zitten en hun gevoel van
lulligheid nu compenseren door de
baas te spelen over hun jongere klas
genoten. Het pleit voor RBC dat het
die rol niet wil vervullen en liever
probeert hogerop te komen.
Wie zegt bovendien dat dat een
uitzichtloze zaak is. Wie weet be
schikt RBC wel over een „wonder-
trainer" die in staat is het kleine
clubje jaar na jaar een tree hogerop
te brengen? Nog niet zo heel lang
geleden was George Knobel, nu trai
ner van ’s werelds beste club, de
trainer van RBC! Het zou niet voor
het eerst in de voetbalgeschiedenis
zijn dat een club in korte tijd om
hoog stoomde. Oud-bondscoach Jaap
van der Leek was van 1941 tot 1946
trainer van de Volewijckers. In 1941
promoveerde de Volewijckers naar de
tweede klasse, in 1942 naar de eerste
klasse en in 1944 werd de Volewijc-
en lieten die het Russische schermen op
poten zetten. Gevolg: Rusland kwam
snel bij de top. Ook Polen profiteerde
van de Hongaarse kennis, middels de
beroemde maitre Kevey die talloze ve
detten naar voren bracht. Later vertrok
dezelfde expert naar Italië om daar met
behulp van schier onbeperkte subsidies
Italië omhoog te helpen. Het lukte hem
wonderwel. Na vier jaar intensieve trai
ning stootten de Italianen in München
vanuit het niets direct door naar het
goud. In Gotenburg continueerde Mario
Montano dit succes gedeeltelijk door de
eerste plaats bij de sabreurs op te eisen.
verbazing en anderzijds tot pure ellende
drijft. In de stijl van Jipcho zitten
namelijk geen schoonheidselementen. Hij
rent en neemt onderweg de obstakels, de
houten horden van ruim negentig centi
meter en de waterkuil, die ruim 3.60
lang is. Aangezien de eerste vierhonderd
meter van de 3000 meter steeple wordt
gelopen zonder hindernissen, komt hij de
obstakels achtentwintig keer tegen. Be
gin dit jaar evenaarde hij het wereldre
cord, dat toen op naam stond van de
Zweed Gaerderud met 8.20.8. Jipcho liep
zijn eerste wereldrecord in januari in
Lagos tijdens de Panafrikaanse spelen.
Vorige maand verbeterde hij die tijd
tweemaal. In het Europese atletiekmek-
ka dat Finland heet, kwam hij uit op
8.19.8 en 8.14.0
Ik kan nu al onthullen dat bij de
scheidsrechters de eerste drie plaat
sen door Corver, Van der Kroft en
Boosten worden ingenomen en dat bij
de trainers de eerste vijf plaatsen
worden bezet door: 1. Spitz Kohn, 2.
Stefan Kovacs, 3. George Knobel, 4.
Ernst Happel en 5. Kees Rijvers.
Daarbij heeft de keuzecommissie zo
veel mogelijk rekening proberen te
houden met de geweldige handicap
waarmee sommige trainers te kam
pen hebben, bijvoorbeeld een elftal
dat niet zo goed kan voetballen.
Overigens is het wel aardig te be
denken dat het „actuele Nederlandse
elftal" van Kick er als volgt uit zou
zien: Schrijvers; Suurbier, Graau-
mans, Hulshoff en Krol; Neeskens,
Mühren en Van Hanegem; Van de
Kerkhof, Brokamp en Keizer.
RBC uit Roosendaal, de kampioen
van Nederland bij de amateurs, heeft
geen toestemming gekregen naar het
betaalde voetbal te „promoveren”,
omdat de sectie betaald voetbal vindt
dat er niet te weinig, maar te veel
betalende clubs zijn. Is dat een rede
lijk besluit? Ik vind van niet. RBC
had via de gemeente en andere bron-
nen drie jaar betaald voetbal weten
te garanderen, was bovendien schul
denvrij en stond er daarom beter
voor dan menige eredivisieclub. Dat
Daar, op een hoogte van 2500 meter,
woont zijn vrouw met drie dochtertjes,
wordt een vierde kind verwacht en daar
heeft Jipcho zijn toekomst gedacht. „Ik
heb daar grond, die door negen mensen
ia vaste dienst bewerkt wordt. Mijn
vrouw heeft daarvan de leiding, maar ik
probe er zo vaak mogelijk te zijn om
te helpen.”
Voorlopig is die nederzetting op de
Mont Elgon een onderdeel van zijn be
staan, die door zijn vrouw gerund moet
worden, Lillian Billia Cherolich, die
I een discus vijfendertig meter kon wer
pen en daarmee in Kenia bijna aan de
top stond, heeft haar atletiekaspiraties
moeten opgeven teneinde die van haar
I man mogelijk te maken. Jipcho: „Ik wil
nog vier jaar actief blijven en in die tijd
houd ik mijn baan in Nairobi aan.
Daarna wil ik boer en leraar worden,
daarvoor heb ik mijn opleiding en mijn
mogelijkheden”.
Ben Jipcho heeft net een Europese
toemee achter de rug, die hem grote
successen heeft gebracht. Hij werkte de
eenenzeventig kilogram, die zijn 1-70
meter lange lichaam weegt met een
ontstellend gemak over de drieduizend
meter steeple chase. Met een techniek,
die de Europese trainers enerzijds tot
Walter Janssen
Haarlem, maar
Het Nederlandse voetbalweekblad
Kick heeft op zijn beurt het grote
toeval van de bijna gelijkluidende
naam aangegrepen om ook gedurende
de voetbalarme weken zijn lezers be
zig te houden met een soortgelijke
spelersbalans. Ook hier wordt de
ranglijst gebaseerd op de prestaties
van het afgelopen seizoen, ongeacht
de reputatie van de spelers. De uit
verkoren spelers worden in volgorde
van verkiezing opgesomd, waarbij de
uitblinkers drie sterren (wereldklas
se), twee sterren (internationale klas
se), één ster (nationale top) of hele
maal geen sterren krijgen toebedeeld.
Ik zal alleen de gesterde spelers even
voor u opsommen.
Keepers: Schrijvers (2 sterren),
Stuy (2), Van Beveren (2) en Does
burg (1 ster).
Rechterbacks: Suurbier (2), Schnei
der (2) en Van lerssel (1).
Linkerbacks: Krol (3).
Centrale verdedigers: Blankenburg
(2), Aty Graaumans (1), Israel (1) en
Mansveld (1).
Daarmee kwam een einde aan de
illusies die de Nederlandse sabreurs drie
jaar hebben mogen koesteren. In ’70
stelde de technische commissie van de
KNAS deze sabelploeg samen, teneinde
onder leiding van Kasper Kardolus
aansluiting met de internationale top te
bewerkstelligen. „Binnen afzienbare
tijd,” stelde men toen optimistisch. De
Olympische Spelen werden nog als tus
senstation gezien, maar het jaar daarop
zouden op de wereldtitelstrijd toch de
eerste resultaten moeten komen.
In Gotenburg kwamen de leden van
de ploeg echter bijna zonder uitzonde-
Jipcho’s, voor vakmensen gebrekkige,
stijl kan het beste geïllustreerd worden
door het verhaal van zijn recordverbete-
ring tot 8.19.8 op 19 juni in Helsinki-
Kenia had een interland tegen Finland
en Italië. Jipcho kwam eigenlijk doorlo
pend verkeerd uit om de horden vlekke
loos te nemen. Bovendien bleef hij lang
naast zijn landgenoot Mogaka (die twee
de werd) lopen. Waarom? „Dat is beter
dan erachter lopen: ik heb ruimte no
dig.” Maar de sterkste moet dan toch
aan de binnenkant lopen?
„Vooruit, de volgende keer dan maar.”
Jipcho blijft beminnelijk bij dit soort
discussies, waarbij hij gesprekspartners
in opperste verbazing brengt met zijn
trainingsverhalen. „Voor mijn Europee
trip heb ik veel op straat gelopen. Steeds
met Juma (een lange afstandsloper). Als
ik terugkwam, trainde ik nog wat met
gewichten. Ik wil sterk in de schouders
zijn om een krachtige armbeweging mo
gelijk t e maken. Verder maak ik ge
bruik van een waterbak met sintelaan-
loop op het gevangenisterrein van Nai
robi. Lang niet ideaal natuurlijk, maar
om te oefenen is het net goed.”
Dergelijke verhalen slaan de internati
onale atletiekwereld met stomheid. Jip
cho vermoedt het, maar weet zich ook
de snelste. „Als mijn techniek beter
wordt, kom ik gemakkelijk aan de
8.10.0”.
Op de prestatielijsten van de internationale atletiekwereld prijkt
halverwege dit seizoen Ben Jipcho met de opmerkelijkste troeven.
Lang was hij de meesterknecht met wrok ten opzichte van zijn kop
man. Dit jaar kwam de plaats aan de top vrij, omdat Kipchoge Keino,
de vedette, de status van prof aannam. Jipcho vulde de leemte die in
de atletiek van Kenia dreigde; wierp zich op als een bedachtzaam lei
der van Afrikaanse atleten op Europese tournees en pakte wereld
records op de drieduizend meter steeple chase met een soepel gemak
en een techniek, die niet „af” is.
Internationale
Heynckes.
Opvallend in deze lijst is de onge
bruikelijke bescheidenheid van de
medewerkers van Kicker, die alleen
libero Beckenbauer tot de wereld
klasse willen rekenen en zelfs Netzer
en Muller die eer niet hebben waar
dig gekeurd. Er is nog wel een twee
de Duitser die zij het predikaat „we
reldklasse” hebben gegeven, namelijk
Horst Blankenburg in een apart com
mentaar. Daarin wordt bondscoach
Helmut Schön de gedachte aan de
hand gedaan Blankenburg en Bec
kenbauer samen de rol van voorstop-
per en ausputzer te laten vervullen,
waarbij zij elkaar zouden moeten af
wisselen in verdedigende en aanval
lende zin!
Het leven, van Benjamin Jipcho ver
loopt voorspoedig, maar kent zijn nega
tieve opwindingen- Dit jaar nog weiger
de de atletiekfederatie in zijn land in
ternationale uitnodigingen, omdat ze al
leen Jipcho golden. Jipcho mocht gaan,
maar in. gezelschap van anderen. Wan
neer de organisatoren van internationale
wedstrijden, zoals die er buiten het atle
tiek gehucht dat Nederland is, bestaan,
geen geld over hadden voor een groepje
Kenianen, wel dan kon Jipcho ook thuis
blijven. Wat dat betreft werd de lijn
doorgetrokken, die bestond toen Keino
de natie aanvoerde. Keino,- die zijtr-fa-
meuze lijst met prestaties in de ama-
teurwereld met oorkleppen vorig jaar
afrondde met een tweede plaats op de
Olympische 1500 meter en een gouden
medaille op de 3000 meter steeple chase.
Het Duitse voetbalweekblad Kicker
heeft al enkele jaren de goede ge
woonte na het seizoen een spelersba-
lans op te maken. Op zichzelf houdt
het natuurlijk niets in, maar een
oude gouden journalistieke wet wil
dat artikelen waarin veel namen
voorkomen gretig gelezen worden en
dat ook cijferlijstjes met een compe-
titie-element de aandacht van de le
zer trekken. De spelersbalans van
Kicker weet beide smaakopwekkers
te verenigen, dus men zou wel gek
zijn om niet van zulke lijstjes samen
te stellen in het windstille, voetballo-
ze zomerseizoen.
Kicker heeft voor elke plaats in
het elftal een onderverdeling ge
maakt in Weltklasse (wereldklasse),
Internazionale Klasse en lm weiteren
Kreis (wat misschien het best ver
taald kan worden met: tegen interna
tionale klasse aanleunend). Daaronder
bevindt zich dan nog een uitvoeriger
lijst met spelers die „immer noch
oder schon im Blickfeld" zijn, dus
spelers die zich binnen het gezichts-
bereik van de „weitere Kreis” bevin
den.
Benjamin Jipcho heet dertig
Jaar te zijn. Als geboortedatum staat 1
maart 1943 op zijn lijst met wetens
waardigheden, maar dat is een slag in
de lucht. „Het moet ongeveer dertig
zijn,” zegt hij zelf, „Mijn ouders heb ik
niet gekend; ik heb in mijn jeugd veel
te danken gehad aan een Engelse Men
tor”.
Dat wil zeggen: Jipcho kreeg de kans
om zich te ontwikkelen op scholen, zo
dat hij nu ais leraar Engels en geschie
denis te boek staat. Het is oveaigens een
hoedanigheid, die zijn tegenwoordige
levensloop niet dekt. Ben Jipcho is at
leet, een topamateur, die zijn land kan
vertegenwoordigen met voortreffelijke
prestaties en mede daardoor als beambte
van de gevangenis in Nairobi geld ont
vangt. „Mijn gezin woont zo’n vijfhon
derd kilometer, ongeveer achteneenhalf
uur reizen, van Nairobi, dicht bij de
grens van Oeganda”.
Ik som nu even alle Duitse bundes-
liga-spelers op die volgens Kicker in
de eerste twee (hoogste) categorieën
thuishoren.
Keepers: wereldklasse: geen. Inter
nationale klasse: Maier, Franke, Nig-
bur, Kleff en Welz.
Buitenverdedigers:
geen. Internationale klasse; Breitner,
Vogts en Kapellmann.
Voorstoppers: wereldklasse: geen.
Internationale klasse: Cullmann.
Libero’s: wereldklasse: Beckenbau
er. Internationale klasse: Cullmann.
Middenveldspelers: wereldklasse:
geen- Internationale klasse: Netzer,
Wimmer, Overath en Flohe.
Centrumspelers: wereldklasse:
geen. Internationale klasse: Muller.
Linkerspitsen: wereldklasse: geen.
wereldkampioenschappen scher-
die op het ogenblik in het
Gotenburg worden gehouden,
Voorstoppers: Hulshoff (3) en Wil
lem de Vries (1).
Verdedigende middenvelders: Nees
kens (3), Schilcher (2), Wim Jansen
(1).
Aanvallende middenvelders: Gerrie
Mühren (2), Van Hanegem (2), Haan
(2).
Rechter spitsen: René van de
Kerkhof (2), Rep (2), Heijerman (1),
Ressel (1), Swart (1).
Linker spitsen: Keizer (3); Pahl-
platz (1).
Centrum spitsen: Brokamp (2),
Cruijff (2), Jeuring (1), Cas Janssens
(D-
Tegenover die ene Westduitser van
wereldklasse (Beckenbauer) van Kic
ker, stelt Kick dus vier Nederlanders
van wereldklasse: Krol, Hulshoff,
Neeskens en Keizer. Cruijff is net als
Netzer „teruggezet”, kennelijk omdat
zijn totale seizoenprestatie niet met
„wereldklasse” gehonoreerd kon wor
den. Vier Ajacieden lijkt misschien
wat veel, maar aan de andere kant:
ik persoonlijk zou ook Gerrie
Mühren nog drie sterren hebben ge
geven. In die dingen moet je niet
kinderachtig zijn, vind ik. De lijsten
van Kick zijn overigens veel langer,
maar die moet u dan zelf maai
bestuderen.
Kick heeft ook nog soortgelijke
lijsten opgesteld van de trainers en
de scheidsrechters, die in de komende
nummers aan de beurt zullen komen.
kers eerst afdelingskampioen en
daarna landskampioen /Allemaal met
een nagenoeg ongewijzigd elftal!
Iets dergelijks presteerde de Ko-
penhaagse club Hvidovre 20 jaar la
ter. In 1962 speelde Hvidovre in De-
nemarkens vierde divisie, in 1963 pro
moveerden zij naar de derde divisie,
in 1964 naar de tweede en in 1965
naar de eerste divisie en in 1966
waren ze kampioen van Denemarken!
De Van der Leek heette daar Mario
Astori.
Goed, zal men tegenwerpen, dat is
allemaal leuk en aardig, maar zowel
de Volewijckers als Hvidovre speel
den in het amateurvoetbal. In het
betaalde voetbal zijn zulke sprookjes
uitgesloten. Zodra RBC zichzelf in de
kijkert speelt, worden zijn talentvol
ste spelers immers weggekocht, dus
de Volewijckers-situatie waarbij alle
spelers jarenlang bijeen bleven, krijg
je toch niet meer terug. Dat is inder
daad een feit. RBC was zijn midvoor-
goalgetter Verstraaten al aan een
Belgische club kwijt, nog voordat be
kend werd dat de sectie betaald voet
bal RBC er niet bij wou hebben.
Sprookjesprinsen als Jaap van der
Leek en Mario Astori kunnen geen
wonderen verrichten als hun beste
spelers onder hun handen vandaan
worden weggekocht. Maar het huidi
ge betaalde voetbal kent andere
sprookjesprinsen.
De sprookjesprins van AZ’67 bij
voorbeeld heeft de romantische naam
Gebroeders Molenaar, roepnaam Was-
tora- Wie weet welke gebroeders in
Roosendaal als sluimerende rente lig
gen te wachten op hun kans om het
sprookje waar te maken? Als je As-
sepoestei al met de blote handen
wurgt op het moment dat zij nog pas
onderweg is naar het bal, waar zij
haar sprookjesprins zal ontmoeten,
geef je het sprookje geen enkele kans
meer.
De
men,
Zweedse
zijn voor de Nederlandse sabreurs (de
enige volledige equipe van vijf man, op
floret en degen was er geen team) op
een deceptie uitgelopen. Van de vijf
deelnemers drongen er slechts twee,
Hans Sauerbier en Jan Dijksman, door
tot de tweede ronde, waarin ze kansloos
zonder een enkele overwinning werden
uitgeschakeld. Lang voordat de Russen
en de Hongaren in een briljante finale
om het goud streden (eindstand 8-8,
maar met het aantal treffers in het
voordeel van de Hongaren) stond de hele
Nederlandse equipe werkeloos aan de
kant.
ring tot de conclusie dat de top nog
altijd even ver weg is, sterker nog, dat
die hoogte voor een Nederlandse equipe
misschien nooit te bereiken zal zijn.
(24 jaar), wonend in
lid van de Utrechtse
school van Adam Béla, is één van de
jongere spelers (met Eddy Ham en Rob
Ligteringen) die aangevuld met wat er
varen krachten (o.a. Jan Dijksman en
Frans Mesman) voor de race naar de top
moesten zorgen. Hij vertelt: „In *70 werd
gesteld dat we in drie, vier jaar aanslui
ting met de internationale top moesten
krijgen. Daar hebben we al die tijd
wekelijks met elkaar voor getraind. Na
drie jaar moet ik nu echter toegeven dat
we een stelletje dwaze dromers zijn
geweest. In de huidige situatie zullen we
die top nooit kunnen halen. Het is
vechten tegen de bierkaai, want wij
moeten het opnemen tegen staatsama-
teurs uit de Oostbloklanden, en Cuba, of
tegen vertegenwoordigers uit Italië.
Duitsland of Frankrijk, waar de over
heid of het bedrijfsleven voor de nodige
steun zorgt.”
De beste sabreurs ter wereld zijn van
oudsher de Hongaren. Zij gaven jaren
lang de toon aan. Rusland haalde na de
Tweede Wereldoorlog eenvoudig acht
van de beste leraren uit Hongarije weg
,-S: S3