paard
Ik voel mij net
jockey; ik heb een
een
maar ik weet niet hoe hard het kan
Barry Hughes schopt negatieve
beslist de deur uit
mensen
Geen bedrijf vraagt om mensen
PIET VAN DE BERG OVER
ZIJN TWEEDE BEROEP:
met ervaring als voetbalprof
1
lil
■kt
99
99
Ff
AUGUSTUS 1973
DINSDAG 7
VOETBALKRANT
(Van onze sportredactie)
Fans
Middenmoot
Steun
Tweede baan
Uit de gevangenis
Karakter
13
Zakelijke opstelling
M'p "tl
15
■Ifcl
Huisvaders
Gepeperd
HAARLEM Hoewel Haarlem vooral met het oog op de toekomst stap voor stap
in de richting van een echte profclub wordt gedirigeerd voert een gesprek'mét
trainer Barry Hughes onvermijdelijk terug naar het verleden. Naar de dagen it
onder de swingende klanken van Abanda, Herp Alperts wereldtophit die al ie h
van het spektakelstuk suggereerde dat Hughes zijn spelers zo graag tijdens een wed
strijd ziet uitvoeren, een elftal het veld opstapte dat in het seizoen van zijn ere-
divisiedebuut op eigen terrein zelfs voor Ajax nog een lastige tegenstander vormde
Abanda komt weer terug, Hughes is al weer terug, maar het is toch niet hetzelfde
Haarlem, waarmee hij wordt geconfronteerd. Hughes zal weer aan Haarlem móe
ten wennen en omgekeerd. Van hét Hughes-elftal van drie jaar geleden zijn i t g
maar vier spelers over. Wentink, Peys, Hoeben en De Haan. Daarom stelt Hug
in eerste instantie voorzichtig: „Ik voel mij net een jockey. Ik heb een paard ge
kregen waarvan ik niet weet hoe hard het kan. Wat voor mogelijkheden het he -I't.
Wat mij betreft kan het niet snel genoeg gaan. De berijder wil namelijk ei”.
er de r-varing die hij enkele jaren ge-
ei j m) voor een p. ikkie door buur-
iaa lem kon worden aangetrokken. „Zoals
iet er nu bij die transfers aan toe gaat kun je
vaak wel spreken van een soort koehandel. Toch
g -of ik niet dat er na 1 november een andere
regeling zal komen. Je hebt twee kanten aan
c j zaak. Enerzijds is het zo dat je een arbeids-
cenkomst hebt dan moet je dus na afloop
i -< nen en dat-is nu niet zo. Maar
’Ui - -e kalle” zonder meer-kan verande-
n (waai de berokken clubs het probleem
r .oeten op’- ;s i,. eventueel met behulp van eên
arbitragecommissie) volledig bent overgegeven
aan de macht van de rijke clubs die alles weg
halen”.
w
-
Hughes: „Ik ben indertijd bij Haarlem
9
m
Piet v. d. Berg voor zijn nieuwe huis. „Een goeie geldbelegging”.
uuunnvnntnxnnnn
üiüiüiixuiüuiinu
iMl
■■U
B-
s
nnnurrttritj
Drie seizoenen Go Ahead hebben Hug
hes wel veel geleerd maar eigenlijk niet
wezenlijk veranderd. Gewoontegetrouw
heeft hij ook dit keer de nodige opmer
kelijke uitspraken. Bijvoorbeeld deze:
„Tijdens mijn laatste seizoen bij Haar
lem pakte Feyenoord de wereldbeker,
werd Ajax landskampioen, maar eindig
de Haarlem wat publiciteit betreft op de
derde plaats.”
En geen middenmoter. Misschien eindig
je wel in de middenmoot of zelfs daar
boven maar daar zul je toch voor moe
ten knokken- Ajax en Feyenoord zijn de
enige waarvan je vrij zeker weet waar
zij zullen eindigen. Van de rest niet.
Haarlem is beter gaan voetballen. Dat is
Profvoetballer, zegt Van de Berg, hij
ziet het dus niet als een betaalde hobby
zoals sommigen van zijn Haarlem-colle-
ga’s? „Laat ik het zo zeggen: ik vind het
woord hobby in dit verband zo gek. Dan
denk ik aan amateurvoetballers die best
eens een training kunnen overslaan, als
Toch is Hughes weer op zoek naar het
avontuur. In tegenstelling tot concurrent
Van de Berg noemt het een ongezonde
zaak als gemeenten geld moeten blijven
stoppen in het betaalde voetbal. Naar
zijn mening is een hechte relatie met
het bedrijfsleven juister. Om het publiek
terug te krijgen zou het betaalde voetbal
het een en ander aan verhoging van het
comfort moeten gaan doen terwijl hij
eveneens voorstander is van het spelen
op vrijdag- of zaterdagavond. „Dan kun
nen de amateurs komen kijken en zijn
heel wat huisvaders zondag bij hun
gezin”.
;n
ar
ie
in
in
l-
r-
at
e-
ak
lat
or
nu
ild
>pt
an
en
te
ar
en
es
Ve
er
de
te
'•ƒ-
en
‘i-
ir
ik
i-
>.n
ie
er
itt
in.
.at
;te
lie
im
de
is
he
lij
•r*
er
tr
ier
ÏW
lat
ït-
Hj
en
e-
en
Hl
en
ti-
in.
ge
>ij
te
)ij
ar
)U
s-
rs
ik dat doe moet ik bij mijn voetbal-
werkgever op het matje komen. Het is
een baan waarvoor je veel arbeid moet
verrichten en waarvoor je erg veel moet
laten.
perde uitspraken zoals ik die vroeger
wel eens deed, zul je het eerste halfjaar
van mij waarschijnlijk niet horen. Ik
weet eenvoudig nog niet wat ik aan dit
elftal heb- Dat is gewoon een groeipro
ces van beide kanten. Ik ben ook niet in
trainingskamp gegaan. Dat hebben wij
hier gehouden in Haarlem en omgeving.
Misschien dat wij dat volgend jaar wel
doen. Nu leek deze oplossing mij ver
standiger. Je kunt alleen maar met el
kaar op reis gaan als je weet wat je aan
elkaar hebt.”
Zo was het ook. Hughes schroomde er
namelijk niet voor om uitspraken te
doen van: „Hoeben? Die is volgens mij
op dit moment rijp voor het Nederlands
elftal.” Of: „Ajax? Is dat niet die club
uit Amsterdam? Nou, laat maar komen.”
Opmerkingen die zijn tegenstanders ma
teloos irriteerden maar zijn fans ver
kneukelden zich- Gezamenlijk trokken
voor- en tegenstanders van Hughes ech
ter wel naar het terrein aan de Jan
Gij zen vaart om het elftal van die op
merkelijke Engelsman in actie te zien.
Hughes slaagde erin om het publiek bij
vlagen Haarlem-gek te maken. De ont
steltenis was dan ook groot toen Hughes
besloot om van werkgever te verande
ren. Zelfs een huis-aan-huis-actie, om
geld in te zamelen, die Haarlem in staat
moesten stellen om enkele professionele
eisen van Hughes bij de vereniging door
te voeren, kon het vertrek naar Deven
ter tenslotte niet verhinderen.
Piet v.d. Berg ontwikkelde zich het
afgelopen jaar tot een uitermate pro-
duktieve spits, gemiddeld goed voor een
doelpunt per wedstrijd. Hoe kijkt hij
aan tegen de komst van de typisch
Engelse stormram Cardno?” Haarlem zit
niet zo goed in zijn spitsen als Jim
my geblesseerd is (zoals in het begin van
de trainingsperiode) kunnen ze mij daar
neerzetten. Maar ik vind het niet zo
belangrijk waar ik precies sta, als ik
maar meedoe. Dat eergevoel heb ik toch
wel. Als aanvallende middenvelder draai
ik ook goed en onder Brand heb ik zelfs
al ausputzer gespeeld”.
I
Van de Berg, door zijn schoonmoeder
vanwege zijn typische loopstijl „Waggel”
genoemd, wordt beslist geen trainer.
„Dan zouden ze je nou niet thuis zien.
Een snipperdag is er nu al niet bij, wij
willen ook wel eens een keertje naar de
Efteling”.
weggegaan omdat ik op dat moment
geen mogelijkheden meer zag om de
zaak op een professionele manier nog
verder uit te bouwen. Er is echter veel
veranderd bij Haarlem. Een goede steun
van de gemeente, een geldschieter, maar
vooral de accommodatie en het feit dat
ik nu ook ’s middags hier kan trainen
met mijn spelers. Dat was indertijd niet
mogelijk. Bovendien geloof ik in Haar
lem. Ik heb bij geen club zo prettig
gewerkt als hier. Bij Go Ahead deed ik
mijn werk met meer dan honderd per
cent inzet. Het eerste jaar heb ik daar
ook prettig gewerkt. Toen werden Geels
en Hoekema getransfereerd maar was ik
in feite de man die verkocht was. Ik heb
in drie jaar drie voorzitters en eenen
twintig nieuwe bestuursleden meege
maakt. Het laatste seizoen bij Go Ahead
is een hel voor mij geweest. Ik kon
helemaal niet met de voorzitter, de ge
neraal b.d. De Jong opschieten. Hij is
degene geweest die Groenendijk van FC
Utrecht voor drie ton heeft gekocht. Ik
was het daarmee niet eens. Dat werd
echter buiten mij om beslist- Toen ik
Groenendijk weinig opstelde en toen de
resultaten slecht gingen, lag er dus een
groot conflict tussen ons. Dat kwam van
buitenaf wel op mij terecht. Toen het
fout ging met Go Ahead ging de gene
raal de bloemen in zijn tuin water
geven maar was Hughes voor iedereen
de lui.
Wat ik echter niet heb moeten praten
om Go Ahead vorig seizoen niet te laten
degraderen valt niet te beschrijven. Ik
zat met een volkomen gedemoraliseerd
elftal. Dat was onvoorstelbaar moeilijk.
Piet v.d. Berg, die zichzelf „een kleine
voetballer” noemt, woont in een nieuw
bouwwijk in Oostzaan maar is volbloed
Amsterdammer. Via de Germaan kwam
hij op 14-jarige leeftijd bij DWS, haalde
daar de betaalde jeugd. „Mensen als
Israel en Daan Schrijvers waren in die
tijd de idolen toen kwamen er nog
tienduizenden naar DWS kijken”. Uitein
delijk werd hij uitverkoren voor het
eerste team. Drieëntwintig jaar jong
verhuist hij naar RCH. Over de trans-
ferbedragen heeft hij een uitgesproken
opvatting. „Het gaat daarbij om de cen
ten maar zo’n bestuur gaat op je gemoed
werken. Zo in de geest van „je hebt het
hier zo goed, waarom wil je nu weg?”
En ze beweren dat ze niet meer kunnen
betalen. Maar ik vind dat je je ondanks
een goede verstandhouding zakelijk
moet opstellen, het draait immers om de
centen. Emotionaliteit moet je er buiten
houden”. De lange aanvaller-middenvel-
der is ook daarom blij met de Vereniging
van Contract Spelers en het initiatief
4.1
schien wat minder gereden maar de
auto zie ik toch niet verdwijnen. Nu ben
ikzelf veel sneller in Amsterdam dan
wanneer ik met openbaar vervoer moest
gaan. Je kunt hier niet wonen zonder
auto”.
Sfeiui.' 'li-■iilliljilüijiiH
-Jtwafcar
„Kijk in de krant maar eens naar
advertenties, voor iedere functie met een
beetje niveau moet je een aantal jaren
ervaring meebrengen. Maar geen bedrijf
zal vragen om mensen met ervaring in
het profvoetbal. Als je op je vijfender
tigste bent uitgespeeld ben je verloren in
de maatschappij, volgens mij is het dan
net of je uit de gevangenis komt. Voor
die tijd moet een voetballer zich indek
ken, dat wil zeggen dat je als full-prof
minstens 70 tot 80 duizend gulden per
jaar moet verdienen wil je er genoeg
aan overhouden. Voor de centen die de
volledige beroepsspelers bij Haarlem
krijgen zou ik het zeker niet doen”.
Van de Berg investeert duidelijk in
zijn toekomst. Tevens de reden dat hij
een nieuw huis gaat betrekken, veel
groter dan hij nu al heeft. „Voor de
kinderen hoeft het nog niet, het is louter
geldbelegging”. Die toekomst ziet hij be
slist nog in zijn huidige hoofdberoep:
vertegenwoordiger bij een firma in on
derhoudsmiddelen voor auto’s (borstels,
was etc.). „Het autorijden zal wel duur
der worden en daardoor wordt er mis-
I--.-
r* 1-
Telstar heeft Haarlem in ieder geval een
spectaculaire transferperiode achter de
rug. De objectieve bezoeker is eerder
geneigd om eens naar Haarlem „new-
look” te gaan kijken dan naar het alles
bij het oude latende Telstar. Hughes
over die aan- en verkoopperiode: „Daar
ben ik erg tevreden over. Misschien dat
Cardno hier minder draait dan in Schot
land maar dat hoeft natuurlijk niet. Dat
moet je maar afwachten. Een linksback
hadden we eigenlijk al lang nodig. Dat
is Van Duivenbode geworden. Zonder
meer een verantwoorde keus. Voor een
spits ging het tussen Feteris en Sadek
van Sparta. Ik ben blij met Feteris
hoewel het onbegrijpelijk blijft dat Fey
enoord hem heeft losgelaten. Die jongen
kan namelijk het één en ander. Daar
ben ik van overtuigd. Het is een echte
karaktervoetballer. Het belangrijkste is
echter dat de bereidheid er is- Bij de
spelers, bij de trainer en zeker niet in de
laatste plaats bij het bestuur en zijn
medewerkers. Ik wil echter een chauvi
nistisch Haarlem. Die sfeer moet je
langzaam gaan kweken. Haarlem heeft
met de omgeving meegerekend zo’n
600.000 inwoners. Van hen moeten wij er
toch gemiddeld zeker tussen de tien- en
twaalfduizend zo Haarlem-bewust kun
nen maken dat zij ook daadwerkelijk
naar Haarlem komen kijken. Dan moet
e- natuurlijk wel iets gebeuren hier. Er
moet iets geboden worden. Daar gaan
wij hard aan werken.”
Hughes denkt daarbij ook aan de
omstandigheden van buitenaf als hij
stelt: „Ik hoop dat Groningen Ajax in
de eerste wedstrijd op zijn sodemieter
geeft. Kijk, na 34 wedstrijden komt de
klasse van een Ajax er toch wel uit.
Uiteindelijk wordt in zo’n lange compe
titie toch de sterkste kampioen. Daar is
geen twijfel over mogelijk. Maar ik
hoop zo sterk dat er iets geks gebeurt.
Dat de competitie niet alweer na enkele
maanden volledig wordt beslist door de
vraag hoe loopt AjaxFeyenoord af.”
Toch ziet Hughes in Ajax niet de
hoofdschuldige voor de moeilijkheden
die zich in de bedrijfstak voetbal mani
festeren. Hughes: „Waarom gaan we niet
op de vrijdag- met als uitwijkmogelijk
heid misschien ook zaterdagavond spe
len. Er zijn 800.000 amateurs in Neder
land die op zondagmiddag nooit betaald
voetbal zien. De zondag is een echte dag
voor het gezin ook. Hoeveel huisvaders
met ruzie naar het veld gaan, valt
moeilijk te schatten- Daarom moet je
tegenover die abnormale successen van
Ajax heel wat stellen. Het publiek moet
op een gegeven moment echter moeten
kiezen. Dat het bij zichzelf redeneert:
bij Ajax zie je dit maar Haarlem heeft
dat. Die keus moet dan moeilijk zijn.”
En opnieuw herhaalt Hughes: „Het is
duidelijk dat je dan als Haarlem wat
moet bieden. Maar daar wordt aan ge
werkt. Daar kun je verzekerd van zijn.”
Het verschil is nu alleen dat Haarlem,
na de inbreng van vakman Joop Brand,
wordt geacht een middenmoter te zijn.
Het is nog maar gedeeltelijk het elftal
dat alleen door een inspirerende bespre
king voor de wedstrijd, één van de
sterkste kanten van Hughes, tot grote
prestaties reikt. Hughes: „Dat vind ik
erg betrekkelijk. Je bent één van de 18.
en
en
de
il-
lat
en
.et
en
iet
en
te
al
’ij
De houding van v.d. Berg tegenover
zijn tweede baan is even serieus als in
zijn hoofdberoep. „Een trainer mag
evenmin als je „normale” werkgever
sterk ingrijpen in je privé-leven. Je
moet op de training een bepaalde pres
tatie leveren en daar moet je in je
leefwijze rekening mee houden. Een
prof moet volwassen genoeg zijn om
zoiets zelf te regelen. Je kunt bij de
firma of de klanten ook niet met een
houten hoofd aankomen. Die verant
woordelijkheid moet een voetballer zelf
dragen”.
len. Je consequenties uit trekken ook. En
dan niet achteraf gaan zeuren.”
Toch meent Hughes dat zijn aanpak
bij Haarlem geleidelijk zal moeten ver-
naariem is oever gaan vuevuancii. izai i»
zeker ook de verdienste van Joop Brand Wen. HiJ merkt tenminste op. Gepe-
geweest. Toch heb ik hier de afgelopen
seizoenen wel wat gemist. Het vuur en
enthousiasme bijvoorbeeld. Het was een
beetje mat allemaal. Heel anders dan
het Haarlem zoals ik het gekend heb.
Daarom misschien niet slechter, maar
iedereen heeft zijn eigen aanpak. Ik wil
iedereen hier, van de terreinknecht tot
de trainer, enthousiast proberen te ma
ken voor de zaak Haarlem. Negatieve
mensen schop ik de deur uit. Die kan ik
niet om mij heen hebben. Dat is mijn
karakter nu eenmaal niet. Als je hier
als trainer een contract tekent dan weet
je wat je doet. Je weet ook dat je niet
bij een Barcelona terechtkomt maar bij
Haarlem. Daar moet je je dan op instel-
Het beeld dat de grote massa heeft, zo
van in anderhalf uur verdienen ze er
kapitalen bij, is helemaal verkeerd.
Denk maar eens aan vijf trainingen per
week. Het klinkt misschien gek maar ik
zou het geestelijk en lichamelijk niet
allemaal kunnen opbrengen als het geen
betaalde arbeid was.
Neem de complicaties met je gezin,
's Ochtends vroeg ga je de deur uit en
als je thuiskomt na de training liggen je
kinderen meestal weer op bed. Je vrouw
merkt het goed dat je profvoetballer
bent de avond voor de wedstrijd ben
je met je gedachten al' ergens anders”.
Zijn vrouw Ellie onmiddellijk er boven
op: „Zeg maar gerust de hele dag!” „De
uren voordat je naar bed gaat ben je
echt te moe om nog iets te gaan doen,
van studeren bijvoorbeeld komt weinig.
Ik wil beslist niet klagen maar de image
dat we allemaal een Van Hanegem, Is
rael, Keizer of Cruyff zijn is totaal
verkeerd. Stilstand is achteruitgang en
maatschappelijk gezien sta je stil. Socia
le begeleiding is er bij de meeste clubs
niet bij”.
dat deze heeft genomen tot oprichting
van een Sportpromotion B.V. die alle
zakelijke beslommeringen van betaalde
voetballers zal regelen. „Het is een goeie
zaak dat je een bemiddelaar kunt krij
gen. Die man heeft niets met clubsenti-
menten te maken en heeft bovendien
meer met dat bijltje gehakt. Dat je daar
een bepaald percentage voor moet beta
len is een redelijke zaak”. Dat afwegen
van verschillende elementen lijkt ken
merkend voor Piet v.d. Berg. Hij ziet
zijn belangen haarscherp. „Dat idee van
„voor je dertigste binnen zijn” is een
rekbaar begrip. Je moet er wel iets aan
overhouden maar rentenieren na die
leeftijd is overdreven. Anderzijds: je
bent profvoetballer en ik zie het zo dat
je de jaren die je speelt zoveel mogelijk
moet uitbuiten”.
Toen kwam Haarlem. Ik wist hoeveel
hier verbeterd was. Ik kende het bestuur
waar ik ook tot nu toe weer voortreffe
lijk mee heb kunnen samenwerken. Dat
komt omdat hier een vertrouwensbasis
is. Die was bij Go Ahead volkomen
zoek. Daar kwam dan nog bij dat ik
hier woon en bij Haarlem fantastisch
had gewerkt. Met een enorme hartstocht
ook. Deze club betekent namelijk ver
schrikkelijk veel voor mij. Toen hoefde
ik ook niet lang na te denken toen
Haarlem vroeg ik terug wilde komen.”