het
zie
1
BRUGGE-SPITS HEEFT GEEN
NATIONAAL EERGEVOEL
MÜNCHEN BEZORGT FADRSJOTCC
I KRIEBELS
EN VAIJ
slechte
ons nu geen
interlands meer permitteren
voor ons
„We kunnen
absoluut niet meer zitten"
i
19
DINSDAG 7 AUGUSTUS
19 73
VOETBALKRANT
Spieren
(Van onze sportredactie)
Verbondenheid
Zorgen
Geheimzinnigheid
Eergevoel
(Van onze sportredactie)
naar
om
WARM
ff
INDELING
ONZEKER
AMBITIE
KERN
3
d
der Hart voelen zich samen sterk. En wie erover
nadenkt komt tot de ontdekking, dat „deze twee
volstrekt tegenpolige mannen elkaar volkomen
aanvullen. Van der Hart, de leeuwentemmer, en
Fadrhonc de klontjes-uitdeler in het voetbal-
circus, dat in München een klinkende eenheid
moet zijn.
ZEIST De twee kapiteins aan het roer van
het Oranje-schip, dat koers heeft gezet
München, delen broederlijk een kamer in het
KNVB-sportcentrum. In bijna roerende eensge
zindheid roepen hun diepe keelstemmen
steun voor de zaak van Oranje. Alles, maar dan
ook alles moet nu wijken voor het bereiken van
de eindronde van de wereldkampioenschappen
en wie poogt die zaak te ondermijnen of er twij
fels over uitspreekt krijgt bassend Hogewonings
bulldoggen tegenover zich. Fadrhonc en Van
HOOGEVEEN Raoul Lambert (28) beantwoordt ogenschijnlijk precies aan
het beeld zoals wellicht menigeen dat van een Belgische topvoetballer voor ogen
heeft: Een krachtig postuur, waarin een onbegrensd fanatisme schuilt en dat
meer door fysieke dan door technische bekwaamheden de tegenstander schrik
aanjaagt. Wat Lambert betreft kunnen hieraan nog de volgende eigenschappen
worden toegevoegd: Een duivelse sprintsnelheid en een begenadigde schotkracht
in de gespierde benen. Zo althans presenteert Raoul Lambert zich in de voetbal-
arena’s. Maar wie hem buiten de kalklijnen ontmoet, of, zoals in dit geval, in het
Hoogeveense trainingsoord van zijn club (FC Brugge), vindt allerminst een voet
baller tegenover zich waar de bezieling van uitstraalt. Raoul Lambert lijkt eer
der een wat onverschillig type, geen speler dus die desnoods bereid is de voetbal-
dood te verkiezen boven uitschakeling voor de wereldkampioenschappen.
L L j „Ik lig niet wakker
van
Si
9
>z’ZZ*:S^ •.■//.■rfor.-r
Kovacs? „Ach eh... Fadrhonc natuur
lijk. Nou ja, het Nederlands elftal is
niet in de zon, we verveelden ons kapot.
Na een paar dagen wilden al drie spe
lers weer naar huis”.
verrekkingen en scheuringen. Ook In het
veld heb ik angst. Als ik demarreer
denk ik altijd een moment aan mijn
spieren, want als je zoals ik tegen de 30
loopt, moet je oppassen voor kwetsuren.
Je herstelt steeds moeilijker”.
Beiden zijn veranderd. Cor van der
Hart heeft zijn opinie over doctor Fran
tisek Fadrhonc duidelijk herzien. Nim
mer eerder kwamen woorden over zijn
lippen als: „Ik heb nog nooit zo prettig
gewerkt als met deze man. Hij zegt: ik
wil Corrie brengen. En dat kan bij. Een
man met zoveel ervaring opzij schuiven
heeft geen zin. En al dat gezeik over
twee kapiteins op één schip is gewoon
onzin. Wij zullen het samen klaren. De
spelers zullen ook gaan merken dat wij
het volkomen eens zijn. Fadrhonc heeft
de supervisie, maar tussen ons bestaat
geen enkel misverstand. Het zou een
schande zijn als het Nederlands elftal
niet in Duitsland zou komen. Daar gaat
het om. Al het andere is niet belang
rijk.”
„Welke trui ik aan heb maakt niet uit.
Ik speel gewoon een spel. Nou en als er
veel geld op staat doe je er natuurlijk
meer aan”. En glimlachend: „Niet voor
het vaderland, alleen maar voor de
poen”. (Als overvloedig bewijs voor zijn
summiere interesse voor Nederland-Bel-
gië stelt hij zowaar de vraag: „Wanneer
is die wedstrijd precies, in oktober of
november?”). Nee, Raoul Lambert zit er
niet over in of België nu wel of niet de
eindronde van het wercldtoernooi be
reikt. Misschien komt dit voort uit de
ontgoocheling die hij en de overige Bel
gen beleefden in Mexico, nu drie jaar
geleden. „Daar vielen de resultaten in
derdaad erg tegen. Onze voorbereiding
was toen niet zo best, want er was niets
aan gedaan om de verveling tegen te
gaan, die al vrij snel ontstond. We
mochten ons hotel niet uit, we mochten
Van der Hart: Tussen Fadrhonc en mij
bestaan geen misverstanden.
tactisch staat of valt Oranje met Ajax.
Van der Hart: „Ajax vormt de kern,
maar dat wil niet zeggen dat je steeds
maar heel Ajax de wei in kunt sturen.
Het speltype van Ajax zal echter ook
het speltype van het Nederlands elftal
worden. Dat kan gewoon niet anders,
maar je mag geen risico nemen er
kan zich van alles voordoen en dus
moet er in feite een schaduwelftal wor
den opgebouwd. Zonder risico’s te ne
men moeten andere jongens in dat spel
worden ingebouwd. Ze moeten maar la
ten zien wat ze kunnen en proberen
zelfbewust zich in dat Ajax-patroon in
te leven. Er is rond de Ajax-kern heus
nog wel wat te experimenteren. Dat had
ook moeten gebeuren in de interlands
tegen Oostenrijk en Spanje, maar dat is
allemaal achter de rug. Daar praten we
niet meer over. Er is ons ook verweten
dat we te weinig naar aanstaande tegen
standers gaan kijken. Nou, West-Duits-
landBrazilië was het bekende recept;
de zaak samenpersen op een klein veld
en dan snel combineren; onherroepelijk
worden er dan fouten gemaakt, waaruit
doelpunten ontstaan.” En Fadrhonc vult
aan: „De reis van de Brazilianen door
Europa was pure bluf. Ze wilden laten
zien, dat ze het spel op de vierkante
meter allemaal nog beter konden uitvoe
ren dan vroeger. Iets nieuws hebben ze
niet laten zien.
Ajax’ bereidheid om mee te werken is
van grote betekenis. De Europese kam
pioen is de spil waar heel de Oranje-zaak
om draait. Niet alleen vormen Cruyff en
Keizer voor de bondscoaches de sleutel
naar de spelersgroep, ook technisch en
België heeft echter de kans om de
eindronde in West-Duitsland te halen
nog in eigen hand. Er moet dan straks
wel van Nederland worden gewonnen.
Terwijl volgens zijn clubtrainer Leo
Canj els heel voetbalminnend België al
bezeten is van de tweede confrontatie,
merkt Raoul Lambert koeltjes op: „Ik
zie het voor ons absoluut niet meer
zitten. Of Nederland moet al een erg
slechte dag hebben. Maar op papier zijn
de Nederlanders veel sterker. Als wij
een draw kunnen spelen, is dat al erg
succesvol. Ik lig in elk geval niet wak
ker van die wedstrijd. De competitie en
de wedstrijden die wij nu voor de Euro-
i
Fadrhonc, de onzekere, die door spe
lers werd gemanipuleerd, die heen en
weer zwalkte tussen zijn karakteristieke
zachte aanpak en de harde lijn, waar
van hij wist dat hij die moest vol
gen, is blij met Corrie van der Hart.
„Ik wil Corrie brengen, zoals ik ook
Joop Brand heb gebracht, zoals ik ook
Wietze Veenstra, Henk Warnas, Nico
Rijnders, André van der Ley heb ge
bracht. Ik wil een tegenprestatie leveren
voor hetgeen ik door voetballen heb
bereikt. Ik wil ites terug doen en niet
mijn zakken vullen of de zaak chante-
Voor Oranje is echter het plan al
getrokken. Fase 1 is de kwalificatie en
daarop wordt nu alles geconcentreerd.
Op 19 november zitten de bij Oranje
betrokken clubs weer in Zeist om de
rest van de voorbereiding (fase 2) te
bespreken. Van der Hart: „We hebban
onze voorstellen ai klaar, maar we wil
len er gewoon nog niet over praten
zolang we nog niet weten of we de
eindronde hebben gehaald. Begin januari
wordt dan de poule-indeling bekend en
kunnen we onze tegenstanders gaan be
kaken. Eerst echter moeten de krachten
worden gebundeld om zo ver te komen.
Heel Nederland moet er achter staan.
Dan pas kunnen we dit avontuur tot een
goed einde brengen. Over de wereldtitel
wil ik niet praten, maar die eindronde
moeten we nu toch eens kunnen berei
ken. We zouden ons dood moeten scha
men als we dat niet met z’n allen voor
elkaar kregen.Er wordt in elk geval
hard aan gewerkt.” De laatste kreet
werd acht keer gebezigd in het gesprek
op Zeist, zodat ook op dat stuk de
twjjfels weg moeten wezen.
Waarbij er dan gemakshalve maar
van wordt uitgegaan, dat Nederland in
derdaad de eindronde haalt. Afgerekend
moet nog worden met Ijsland, Noorwe
gen en België. En vooral dat duel met
de Belgen kan nog een pijnlijke zaak
worden. Van der Hart: „België moet niet
worden onderschat. In Nederland is men
geneigd dat te doen, omdat de Belgen in
de Europa-cup niet veel presteren. Maar
op een bepaalde manier is dat ook in
hun voordeel. De spelers kunnen zich
helemaal concentreren op het nationale
Ambitie zetelt naast adeldom in dat
KNVB-sportcentrum. De gewiekste Am
sterdammer Van der Hart en de vader
lijke Tsjech Fadrhonc staan voor de
taak het Nederlands elftal naar
München te loodsen. Minder kan niet,
maar de belangen van de spelers, de
clubs en de bond lopen bepaald nog niet
parallel. De leeuwen van Zeist zullen
dat voor elkaar moeten krijgen. En ze
zullen geluk nodig hebben. Er is een
complex aan obstakels te bedenken, dat
„Waarom niet”, stelt België’s-hoop-in-
bange-dagen, „ats je meer geld kunt
verdienen?”
Bovendien: Wat weet Nederland van
interfandvoetbal op wereldniveau? Wat
weten zelfs de Ajacieden daarvan? Ei
genlijk nog niets.
FC Brugge’s trainer Jacques de
Wit verduidelijkt: „Ja, het is een vreem
de zaak met Lambert. Tijdens een stu
dieweek in Zeist heb ik er eens met
dokter Strikwerda over gesproken. Lam
bert heeft aparte spieren, ze zijn te dik.
Hij wordt nu apart gesoigneerd, maar de
angst voor blessures is bij hem gebleven.
Door de jaren heen is zijn naam nooit
officieel genoemd in verband met een
mogelijke transfer naar elders, hoewel
zijn klasse alom bekend is. Lambert
noemt de namen van clubs als Feye-
noord en Kickers Offenbach die wel
eens naar hem geïnformeerd zouden
hebben. „Maar zeker weet ik dat niet,
want er wordt in zo’n geval altijd eerst
contact opgenomen met FC Brugge. En
in België zijn de clubs erg machtig. Ze
kunnen vragen voor een speler wat ze
witten, zodat het erg moeilijk is om weg
te komen”. Al lijkt het er veel op, Raoul
Lambert voelt zich allerminst „voor eeu
wig” vastgeklonken aan FC Brugge. Hij
zou best eens zijn snelheid en schotvaar-
digheid hij een andere club willen tonen.
ren, zoals andere doen. Ik wil op een
nette manier iets voor voetballen blij
ven betekenen, zoals voetbal zoveel voor
mij heeft betekend in al die 25 jaar dat
ik zonder schandalen in het Nederlandse
voetbal heb mogen werken”.
Toch heeft Raoul Lambert wel dege
lijk zorgen. Hij piekert veelvuldig over
zijn lichamelijke kwetsbaarheid, on
danks - of juist door - de krachtige
body waarover hij beschikt. Want wat is
namelijk het geval? Gedurende tien jaar
heeft hij nog geen enkele competitie
volledig kunnen spelen. Blessures hiel
den hem altijd wel voor lange of korte
tijd aan de kant. Lambert: „Ik heb bijna
alle kwetsuren gehad, maar gelukkig
nog nooit een meniscus. Daar ben ik erg
bang voor. Tot dusver waren het altijd
I
Van der Hart, de pragmaticus, heeft
ook bewondering gekregen voor Fadr
honc. Hij uit dat op zjjn eigen manier,
vertaald in zijn eigen denkwereld: „Bij
Go Ahead is in de loop van de jaren
voor drie miljoen gulden aan spelers
verkocht, die hij allemaal heeft opgeleid.
Maar hij heeft er geen cent van in zijn
zak. Bij Wilfem II ligt een miljoenen-
complex, dat in zijn tijd als trainer daar
werd gebouwd. Dit is een goudeerlijke
man.” Fadrhonc: „Als ik mijn gezin kan
onderhouden ben ik tevreden. Honderd
duizend gulden salaris vragen, terwijl
ik het helemaal niet nodig heb, is tegen
mijn karakter. Ik ben daarvoor te veel
aan het voetbal verplicht.”
Steun is daarvoor nodig, vinden de
bondscoaches. „Het publiek moet volle
dig achter het Nederlandse elftal staan.
Het is nu of nooit. Natuurlijk zullen er
wel eens fouten worden gemaakt, maar
we moeten het doel nooit uit het oog
verliezen. De basis voor de steun door het
publiek moeten we leggen tegen Ijsland
en Noorwegen. Dan moeten we uitslagen
maken. We moeten het Nederlandse pu
bliek warm zien te krijgen voor de zaak
van het Nederlands elftal. Als er ooit
een kans is om in de wereldkampioen
schappen te spelen is het nu wel. Wat
een impuls zou daarvan uitgaan voor
het Nederlandse voetbal. Het zou een
nationale ramp zijn als we het niet
haalden. Daarom móét iedereen erachter
staan. Als wij Fadrhonc en ik zo
met zijn tweetjes erover praten krijgen
we de kriebels al. zo van: als het nou
toch eens zou lukken, dan is het voetbal
voor jaren onder de pannen. En juist die
kriebel moeten we zien over te brengen
op de spelers en daardoor op het pu
bliek. We moeten demonstreren, dat we
er alles voor willen doen om in
München te komen. We kunnen ons nu
geen slechte interlands meer permitte
ren. Dat zou de sfeer bederven. Alles
moet opzij voor München en gelukkig is
tot nu toe iedereen bereid gevonden om
mee te werken. Als ik Jaap van Praag
hoor praten weet ik zeker, dat het ook
met Ajax helemaal goed zit. Heus, de
jongens willen wel. Ze voelen, dat ze
iets nieuws kunnen meemaken.”
Hij is een weergaloos snelle speler met
een bijzonder goed schot in de benen. De
laatste tijd is hij bovendien veel comple
ter geworden, vroeger kon hij alleen
maar hardlopen, nu kan hij de bal ook
vasthouden en afschermen. Het is te
hopen dat hij een tijd niet geblesseerd
raakt, dan zal de angst ook wel verdwij
nen”. Raoul Lambert wil trouwens zelf
nog wel een tijdje mee, want sinds twee
jaar heeft hij pas als full-prof de finan
ciële voordelen ondervonden van het
betaald voetbal. Lambert: „Het full-
profvoetbal is voor mij eigenlijk te laat
gekomen in België. Ik zal er daarom
niet zoveel aan verdienen. Als ik bij
Brugge moet stoppen, stop ik helemaal
met voetballen. Dan ga ik weer terug
naar de aluminiumfabriek waar ik altijd
heb gewerkt. In een lagere klasse wil ik
niet meer spelen”.
toch bijna Ajax? Maar goed, al die
geheimzinnigheid met de opstellingen,
dat was toch allemaal theater. Ik geloof
daar niet zo in. De wedstrijd begint voor
mij pas op het veld”. Als toeschouwer,
zij het in trainingspak, was Lambert dus
bij BelgiëNederland. Of hij zich bij die
hatelijke en voor België wellicht fatale
00 stand niet zat te verbijten? Raoul
Lambert haalt de schouders op en kijkt
natuurlijk niet plezant hè, aan de kant
zitten. Een voetballer speelt nu eenmaal
graag. Maar Nederland heeft geluk ge
had, dat zeker”.
iw
Raoul Lambert: „In Mexico wilden sommige spelers vanwege de verveling al na drie
dagen naar huis”.
Nationaal eergevoel schijnt Raoul
Lambert echter niet bijster te inspireren.
Nederland-Belgie”
En toch hebben de Belgen in die
beslissende interland tegen Nederland -
op 18 november in Amsterdam - voor
een groot deel hun hoop gevestigd op
dezelfde Raoul Lambert. Dit geldt zeker
voor Raymond Goethals. de nationale
bondscoach, want hoe belangrijk hij
Lambert acht voor de nationale ploeg
bleek het vorig jaar in Antwerpen voor
de eerste WK-ontmoeting met Neder
land. Al vele weken was Lambert, die
toen op 29 oktober een flinke dijbeen
blessure had opgelopen in de competitie
wedstrijd tegen Union, niet voor zijn
club in actie gekomen, maar Goethals
hield glashard vol dat zijn spitsspeler op
tijd fit zou zijn. Raoul Lambert lacht
daar nu hartelijk om: „Goethals en ik,
wij wisten al ver van tevoren dat ik
niet zou kunnen spelen. Maar ik mocht
het absoluut niet bekend maken. De
Belgische spelers hoorden het pas tien
minuten voor de wedstrijd. Dat is de
tactiek van de trainers hè? Goethals
wilde Kovacs foppen”.
pa-cup gaan spelen, vind ik veel belan-
rijker”.
Dat is wel een belangrijk aspect. Juist
omdat het Belgische clubvoetbal zich op
Europees niveau niet bijster sterk mani
festeerde concentreerde alles zich bij
onze zuiderburen elftal. Kwalitatief mo
gen de Belgen dan misschien een minder
sterk elftal kunnen formeren dan Oran
je, de équipe van Goethals rekende wel
achteloos af met landen als Joego-STavië
en Spanje (waardoor het elftal zich
kwalificeerde voor de wereldkampioen
schappen in 1970 in Mexico), behaalde
wel de finale van het Europees kampi
oenschap voor landenteams over de rug
van een levensgevaarlijke tegenstander
als Italië
Het meest recente Belgische succes
kwam in de wedstrijd tegen Oost Duits
land. Kwalitatief speelden de Belgen op
nieuw niet al te best, maar de Oostduit-
sers werden wel met 31 achteloos
weggetikt. Een uiterst merkwaardige
gang van zaken.
Daarmee blijkt Raoul Lamberts ver
bondenheid met FC Brugge, de cfub die
hem nota bene reeds als 13-jarige over
nam van het naburige Steen-Brugge.
elftal, terwijl het bij ons juist andersom
is. Vergis je niet in de Belgen. In de
laatste acht interlands die ze speelden,
en daar waren toch stevige tegenstan
ders bij, hebben ze geen doelpunt meer
tegen gehad. Dat is toch veelbetekenend.
Wat niet wil zeggen, dat we bang voor
ze behoeven te zijn. We moeten ons
eigen spel proberen te spelen en laten de
Belgen zich nu maar eens aan ons
aanpassen. Daar zijn we sterk genoeg
voor. We moeten die zaak met de Belgen
nu eens een keer op sjieke manier afma
ken.”
er voor kan zorgen dat Oranje volgend
jaar niet in München staat of er wel
staat, maar gezien de finale in Bel
grado een uitgebluste, moe-geconcen-
treerde, afgedraaide troep voetballers
blijkt te zijn. Van de Hart: „Dat is
vooral een geestelijke kwestie. Wij moe
ten nu al met spelers gaan praten en
duidelijk maken dat er volgend jaar
mensen klaar moeten staan, die er alles
voor willen doen. Het is voor het Neder
landse voetbal en dus ook voor die
jongens hun broodwinning te belangrijk
om er niet iets extra’s voor te doen. Dat
besef moeten wij ze bijbrengen. We
gaan daarom nu bij de trainingen van
de clubs kijken en praten met de jo-
gens. Maar je merkt het nu al: de
jongens zijn ermee bezig. Er wordt in de
clubs over gepraat. Iedere speler wil er
bij zijn. Nee, ik geloof wel, dat de ploeg
volgend jaar gemotiveerd aan de start
zal staan. Ze weten het: nu wordt het
pas echt interessant.”
Waarbij dan al veel dingen zijn ge
construeerd om te voorkomen dat de
vermoeidheid al te groot zal zijn. De
belangrijkste kwalificatiewedstrijden
(België, Noorwegen, Ijsland) liggen
vroeg in het seizoen: AjaxFeyenoord
ligt vroeg in het seizoen; met de clubs
zijn duidelijke afspraken gemaakt, maar
er is toch veel nog onzeker. Een voet-
balloze periode in de winter, waardoor
de competitie langer loopt, kan al cata
strofaal zijn. De Europa-cupfinales lig
gen ver in mei, terwijl in juni de WK-
zaak op volle toeren gaat draaien en alle
leveranciers van Oranje-voetballers ge
acht moeten worden ver te kunnen ko
men in de EC-toernooien. Allemaal fac
toren, die de technische staf van de
KNVB niet in de hand heeft. Vandaar:
„We moeten geluk hebben”.