Zo wordt de heilige
koe gewassen...
I
J
HZ
Jl
r
9
2 2
AUGUSTUS
1973
M
r--
-AA 1
0-1
.013
.971
.212
607
DAAR KOMEN ZIJ AAN, de mannen, de vrouwen, de kinderen gewapend- en
bepakt en bezakt met emmers schuimend water, zachte borstels en tuinslangen.
Voorbereiden is tenslotte het halve werk. Driftig steekt men de armen uit de mouwen
en begint met vochtige sponzen en doeken over de meer of minder glanzende huid
te wryven. Het is niet eenvoudig om aan de straat te werken, want de concurrentie
is groot. Maar met een onbedwingbare lust, die de arbeid licht maakt, wordt het
vuile plaatwerk, dat een wild zwijn de borstels zou doen te berge rijzen, gereinigd.
Eren zwoegt men daar alleen langs de straatkant, want wat gij alleen kunt doen,
roep daar geen hulp van anderen bij! Zonder moeite komt men er niet. Het water
stroomt over broeken en overalls, het vrouwelijk geslacht blijft charmant en vindt
nimmer rust. Daar, langs de stoeprand, komt zwetend een gigantisch werk klaar
dat de mannen en vrouwen timmeren immers aan de straat veel gepraat ver
oorzaakt. Als men de wielen smeert, dan rolt de wagen en de wagen wel gepoetst is
half gereden zo gonst het door de hersens van de poetsenden. Waagt gij uw borstel,
ik waag mijn zeep, schreeuwt een kind tegen de hurkende buurman. Tenslotte glanst
hjj, glimt hij, schittert hij. De vogel kent men aan zijn vlerk en de werkman aan
zijn automerk, heeft een wijsgeer opgemerkt. Het is waar prachtvol voertuig op vier
wielen waar alle ellende om begon: De automobiel.