De koningin is nu
eenmaal niet Mien Poldervaart
l
van
vliet
EEN ZIELIGE GESTALTE
'A
DOL OP UIEN
A
ZE DOET ME WAT, DAT MENS
EEN BEZWAAR
EEN GEWOON MENS
VORSTIN OP GRAS
MONARCHIE ONJUIST
Jl
ge
ve
ssssssssssssssssssssssssssssssss
Ssssssssssssssssssssssssssssssssssssssssssssssssssssssssssssssssssss
’’Mijn zusje, die heel brutaal was, riep ”dag prinses”. Toen stond ze stil en
zei: ”Dag kind” en zich tot mij richtend vroeg ze ’’zijn jullie blij, dat je in
het vaderland bent? Ik draaide me kwaad om en verstopte mijn gezicht
in het kussen van mijn moeders ziekbed. Ik weigerde met haar te praten
omdat ik haar verafschuwde, omdat ze er niet als een prinses uit het
sprookjesboek uitzag”.
g
ar
Caberetier Willem Nijholt heeft de koningin die toen nog prinses was
gesproken toen hij als elfjarig jongetje, na ruim drie jaar kamp in Indonesië
met het eerste ziekenhuisschip in Nederland aankwam. ’’Mijn moeder had
ons in het kamp uit het enige boek dat we hadden, een sprookjesboek,
allerlei verhalen voorgelezen over prinsen en prinsessen. Toen ik het
Wilhelmus hoorde verwachtte ik dus dat de prinses die het schip kwam
verwelkomen, een kroontje op zou hebben en met een hermelijnen mantel
uit een gouden koets zou stappen. Ik was ontzettend teleurgesteld en
kwaad toen er een mevrouw met een groen mantelpakje, een jagershoedje
en halve laarsjes gekomen was”.
De koningin is onschendbaar, de ministers zijn verantwoordelijk. Dat
is de grondgedachte van onze monarchistische staatsvorm.
Staatsrechtclijk heeft de koningin dus niets te vertellen, maar
ontegenzeggelijk heeft zij invloed op de gebeurtenissen. Weliswaar
moet alles wat zij zegt en doet gedekt zijn door de ministers, maar
de persoonlijkheid van de koningin kan er toe leiden, dat ze veel
ministers er toe krijgt haar daden en uitspraken te dekken.
’’Later woonden we in Soestdijk en ik vrijde met de dochter van een
paleischauffeur. Zij mocht met andere kinderen schaatsen op de vijver van
het paleis. Ik mocht eens mee (ik was toen 19 of 20) en ik zat mijn
schaatsen onder te binden. De koningin zat naast me. Toen vroeg ze aan
me: heb jij al chocolademelk gehad? En dat vond ik heel lief van d’r.
Tegenwoordig ben ik dol op de koningin. Misschien wel uit schuldgevoel
om mijn vroegere afschuw van haar. Maar ze doet me wat, dat mens”.
on
Wl
al;
i
in zo’n ongewis avontuur te storten.
Schilderij van Martin Stam.
Nederlanders over
de koningin
Zuster Y.M.M. Stellweg van het provinciale Drentse Groene Kruis heeft hare majesteit gesproken toen deze een complex van
zelfstandige woningen voor gepensioneerde wijk-verpleegsters kwam openen. "Het was een particuliere aangelegenheid en we
hadden eigenlijk aan een van de prinsessen gedacht voor de opening. Maar daar alles wat met verpleging en dergelijke te maken
heeft, de koningin kennelijk interesseert, kwam ze zelf. Ik vond het een enig mens. Aan de vragen die ze stelde kon je goed
merken, dat ze echt meeleefde en probeerde zich in te denken in de mensen met wie zij sprak".
Toch was ze voor mij ook een zielige gestalte door al dat gedoe om haar heen, dat protocol. Als je eindelijk alleen met haar
bent heb je het gevoel van: ziezo, nou begint het. We dronken met een paar mensen even apart thee en toen zei ze zelf:
"Nou zijn we eindelijk onder elkaar". Het gesprek ging toen meteen veel dieper. Wat mij opviel was, dat ze zich duidelijk ergerde
als mensen teveel de nadruk op zichzelf legden en als mensen in cliches gingen praten, werd ze ijskoud. Ik kan me dat
voorstellen: mensen zijn toch wel zenuwachtig in haar bijzijn en dan vervalt men makkelijk in cliches. Dat gebeurt haar
natuurlijk ontzettend vaak, ze had daar kennelijk geen zin in. Ik heb toen na dat gesprek gedacht, dat ik wel verder met haar zou
willen praten over een paar dingen waar ze herhaaldelijk blijk van geeft dat ze zich erin verdiept, zoals de mystieke kant van de
achtergrond van het menselijk bestaan. Ik zou wel willen weten wat haar filosofie in die dingen is".
in het zadel moesten helpen. Zij hadden de koning
in iets anders voorgesteld. De koningin heeft echter
sterk aangestuurd op het huidige kabinet, ook al
waren de kansen op secces op bepaalde momen
ten uiterst gering.
de
dei
ze
mi
tel
ge<
va
taf
tip
ha
m<
en
gri
he<
voi
ha<
ter
we
ser
net
Da
aai
na:
1
rej
in
pr;
tro
Or
gif
alt
vis
he'
set
ve
alt
de
bn
set
M<
ge
so<
lij]
pr
va
m
ee
ui
k<
zo
la
er
pv
zii
er
sn
ve
he
„E
all
ge
de
de
da
of
dr
D(
tu:
tei
mr
be:
„N
sel
de
aai
vij
ne<
zij
Ho
da
nt
m
ge
bc
de
st<
vc
ve
De invloed van de koningin lijkt dus wel degelijk te
bestaan volgens de mededeling van de gevierde
freule. Welke die invloed precies is zullen we
waarschijnlijk nooit te weten komen. Slechts
druppelsgewijs kan er iets over uitlekken. Dat er
van daadwerkelijke bemoeienis vanuit Soestdijk
met politiek Den Haag sprake is geweest in de
afgelopen 25 jaar lijkt echter boven iedere twijfel
verheven.
Het enige belangrijke politieke recht, dat de
koningin heeft is de benoeming van een informa
teur of een formateur tijdens de kabinetsformatie.
Tijdenlang nam men aan, dat de koningin daarbij
gebonden was aan de adviezen van de fractielei
ders, maar de laatste formatie heeft overduidelijk
geleerd, dat de invloed van Juliana niet gering
hoeft te zijn.
Dr. L. Meinsma van het Koningin
Wilhelmina-fonds, welbekend van zijn
anti-rookacties, heeft één bezwaar
tegen de vorstin. ”Ja, het speet mij erg,
dat onlangs op een foto die in alle
kranten stond, duidelijk te zien was,
dat ze zat te roken. Ze rookt vrij stevig,
dacht ik en ze zou misschien meer een
duidelijk voorbeeld moeten geven, op
deze plaats. Ik heb de koningin een
keer ontmoet toen ik op bezoek kwam
in het paleis op de Dam met een delegatie
van een kanker-congres dat in de RAI
werd gehouden. Ik kwam toen onder de
indruk van haar grote kennis van het
kankervraagstuk. Voor een leek was zij
goed op de hoogte van de hoofdlijnen
van de kankerresearch”.
Veel politici waren verbaasd, dat de koningin op
aanraden van informateur Ruppert zomaar Burger
als formateur benoemde. Algemeen werd verwacht,
dat na de eigenlijk mislukte informatie van
Ruppert nieuwe adviezen gevraagd zouden worden
aan de fractieleiders. Dat gebeurde echter niet en
mensen als Andriessen en Aantjes bleken later niet
gelukkig te zijn met de keuze van Van Agt en
Alberda als informateurs, die het kabinet-Den Uyl
Al in 1948, kort na haar kroning, zou Juliana
volgens de overlevering al eens kordaat hebben
ingegrepen. Zij hield de benoeming van Ridder van
Rappard op het laatste moment als burgemeester
van Utrecht tegen, omdat ze de kwaliteiten van de
man, die zij overigens persoonlijk goed :nde, niet
kende, niet hoog genoeg aansloeg.
Van Rappard was toen burgemeester van
De doodstraf van de ’’Bredase oorlogsmisdadiger”
Willy Lages zou omgezet zijn in levenslange
gevangenisstraf, omdat Juliana daarop zou hebben
aangedrongen. Drees sr. zou twee kabinetten lang
de koningin weerstand hebben geboden, maar
toen begon de koningin zelfs al over haar
’’opvolgster Beatrix” te praten als degene, die zo’n
daad dan maar moest sanctioneren. Dat willen
althans de Haagse verhalen, In ieder geval kreeg
Lages gratie.
Ruppert én Burger hebben na hun informatie- en
formatiewerkzaamheden uitdrukkelijk verklaard,
dat de koningin zeer actief heeft meegeholpen om
de formatie tot een goed einde te brengen. ’’Onze
dank aan hare majesteit is niet alleen beleefdheid,
maar werkelijke erkentelijkheid voor daadwerke
lijk meedenken”, heeft Ruppert gezegd. In welke
richting dat meedenken ging wilde hij niet zeggen,
ook Burger bleef daarover gesloten.
”De koningin is precies zoals op de trappen van
het paleis. Enthousiast en met belangstelling
voor alles. Ze houdt ook echt rekening met
anderen, al wordt natuurlijk ook altijd rekening
met haar gehouden. Tegenwoordig wordt wel
gezegd van: het is ook maar een gewoon mens,
maar er zijn toch altijd spanningen of alles wel
vlekkeloos verloopt, ook al verlangt de
koningin dat zelf helemaal niet.
Als lid van de huishoudelijke dienst op het
Utrechtse provinciehuis, bedient R. Noordhof
(48 jaar) nogal eens koninklijke gasten bij
diners en recepties. Hij vertelt daarvan: ”De
koningin is altijd een van de prettigste gasten.
Als er drukte wordt gemaakt doen dat de
mensen die er omheen lopen. Maar wanneer je
een ongelukje hebt met een blad vol glazen, zal
juist zij degene zijn die gauw het glas neemt
waar iets overheen is gegaan, zodat niemand
zich eraan hoeft te storen”.
"Een leuk, gewoon, gezellig, waardig mens".
Dat vindt luitenant-kolonel A.M. Bosshardt
van het Leger des Heils van de koningin. Ze
heeft Juliana al een paar keer meegemaakt en
gesproken. "Ik denk dat ze vast ook een gewone
moeder is. Ik vind dat ze haar taken als vorstin
en als moeder goed gedaan heeft en dat ze er
ook echt naar streeft zoveel mogelijk een
gewoon mens van het volk te zijn. En dat
betekent dan helemaal niet dat ze dan ook in
de Molensteeg zou moeten gaan wonen. Dat is
nou ook weer niet nodig. Ik vind, dat we op
Soestdijk degelijke, betrouwbare mensen hebben
en ik geloof, dat de koningin van de dingen van
het leven en van haar kleinkinderen weet te
genieten. Tegen mij heeft ze eens gezegd:
"Maar ik bén toch ook maar gewoon een
mens".
"Maar hun leven is ook wel moeilijk", vindt de
luitenant-kolonel. "Ik zeg altijd maar: de
mensen mogen wel eens schamper praten over
de grote dure auto's waarin de koningin en de
prins rijden, maar ze kunnen er niet uit, zoals
ik met mijn kleine Fiatje. Beatrix heeft me
eens gezegd, dat het wel eens lastig is omdat
je het nooit helemaal goed doet. Maar ja, zij,
en ook de anderen van het koninklijk huis,
beschouwen het gewoon als een opdracht die ze
hebben meegekregen".
In de grondwet worden tal van taken aan de
koning(in) toegeschreven. Zo zou haar het
oppergezag over de krijgsmacht zijn toebedacht
en het opperbestuur der buitenlandse betrekkin
gen. Ook termen als ’’commissaris der Koningin”,
’’koninklijk besluit” en ’’koninklijke onderschei
ding” suggereren, dat de hand van de koningin
nog heel wat bestiert. Ook hier geldt echter, dat
er niets gebeurt zonder de uitdrukkelijke wil van
het kabinet; sterker nog: alle daden zijn van het
kabinet afkomstig. Staatsrechtelijk betekent
het niets.
Overigens zijn er meer staaltjes van majesteitelijk
ingrijpen op de politieke zaken. Als publieke
geheimen circuleren in Haagse kringen enige
verhalen hierover en ook in Amerlaans boek over
”Het verschijnsel Schmelzer” komen enige-
voorbeelden onder de verhullende sluier vandaan.
Het zijn slechts enige voorbeelden, want veel
blijft nog verborgen in Haagse en Wassenaarse
achterkamers. Maar zoals een woordvoerder van
het ministerie van justitie onlangs verklaarde:
’’Natuurlijk praat de koningin vaak mee, maar dat
merk je naar buiten niet. Het is volstrekt onvoor
stelbaar, dat de koningin slechts een ledepop is, al
is zij dat staatsrechtelijk misschien wel”.
”Er was niets uit de hoogte bij. De kóningin
kwam met een hofdame binnen, ging
gemoedelijk bij ons zitten, stak zelfs een
sigaretje op. Dat een koningin zo gewoon zou
doen had ik nooit verwacht”. Woorden
opgetekend uit de mond van Ben van Selm,
zestien jaar, werkzaam op een drukkerij en
woonachtig in Amersfoort. Ben was een van de
jongeren die onlangs met de koningin mocht
discussiëren over zaken als abortus provocatus,
de vakbeweging, politiek enz.
de Koningin der Nederlanden, vóór het portret van
mevrouw J. te S.”.
Het schilderij ziet men hieronder.
Is het schilderen van een goed portret op zichzelf
al een heidens karwei, ”de koningin is nu eenmaal
niet Mien Poldervaart uit Beemsterwolde en dat
vergroot de moeilijkheidsfactor. De halve wereld
kent haar gezicht en er bestaan duizenden af-
i van haar; iedere Nederlander heeft wel
een voorstelling van de vorstin”.
Koningin Juliana
heeft wel degelijk
invloed op poitiek
Ze waardeert het natuurlijk wel. Wij hebben
daarom de laatste keer bij de paleiskok naar
haar lievelingsgerechten gevraagd. Toen bleek
dat ze dol is op uien. En in die tijd van het jaar
zoóden asperges ook erg door haar worden
gewaardeerd. Wij hebben asperges genomen en
daar heeft ze goed van gegeten. Net als van de
rest trouwens. U was goed ingelicht, zei ze dan
ook”.
Na de val van Marijnen moest Schmelzer van de
koningin tegen zijn eigen zin in proberen de breuk
in het kabinet te lijmen, want Juliana wilde
Marijnen houden. Toen dat niet lukte wilde zij
Marijnen als minister van economische zaken in
het kabinet-Cals, maar dat lukte ook niet.
Biesheuvel, die in 1967 als formateur het bijltje
erbij neer gooide, werd door Juliana te verstaan
gegeven toch nog maar eens door te zoeken naar
andere mogelijkheden. En toen Kolfschoten in het
parlement voorstelde de Twèede Kamer voortaan
de formateur te laten aanwijzen, liet de koningi
via vriendin freule van Wttewaal weten, dat zij
grote bezwaren had tegen deze beknotting van
haar invloed.
Gorkum. Zijn benoeming werd door de stad
Utrecht al als definitief beschouwd, toen de
koningin er bezwaar tegen maakte. Burgemeester
van Utrecht werd na enige maanden nummer twee
op de voordacht: jhr. mr. De Ranitz, een andere
persoonlijke vriend van Juliana en Bernhard.
Ben ter illustratie van het ’’gewoon doen” door
de koningin: ”Na het gesprek hadden we
gezamenlijk een lunch op het grasveld bij het
paleis. De koningin ging net als wij op de grond
zitten. Dat verwacht je niet van een koningin
hè, daar zou je van denken, dat ze op z’n minst
wel een stoel voor zich zou laten halen.
Prof. De Quay, heeft zich eveneens volgens Haagse
verhalen door de koningin laten overhalen om in
1959 minister-president te worden. Eerder had
De Quay, huisvriend van de koninklijke familie,
al in vele toonaarden laten weten, dat hij geen
enkele belangstelling had. Een tegengestelde actie
ondernam de koningin in 1963 toen zij KVP-
fractieleider De Kort liet weten hem niet als
minister-president te willen. De Quay wilde zij
wel, maar deze liet zich niet meer bepraten. Wel
mocht Marijnen, door De Quay geïntroduceerd bij
de koninklijke familie, hoewel zijn kandidatuur
niet hoog werd aangeslagen in Den Haag.
Ex-kabouter Roel van Duyn: ”Ik vind het een best mens.
Maar dat heeft niets te maken met de structuur van de
monarchie die niet meer past in deze, zich snel democratiseren
de tijd. Ik zou niet weten wat ik het meest in haar waardeer,
daarvoor ken ik haar niet goed genoeg. Ik heb niets opgemerkt,
dat ik bijzonder sympathiek vond. Ik vind het instituut
monarchie onjuist. Dat een zeer zeer rijke familie daar op die
plaats is gezet en veel macht uitoefent, internationaal. Of zij
nu sympathiek is of niet, doet daar niets aan toe of af”. Ik
zou haar wel willen vragen waarom ze het bestaan van de
monarchie niet ter discussie stelt en waarom ze er niet mee
ophoudt. Bernhard heeft me daar eens als antwoord op
gegeven: ’’Omdat de meerderheid van het Nederlandse volk
de monarchie wil. Maar juist een gezaghebbende figuur
als Juliana zou zoiets openlijk aan de orde moeten en kunnen
stellen”.
Wassenaars Thijs Klijnen (49 jaar) heeft zich wel
wat aangehaald. Zijn briljant idee: 25 kunst
schilders uitnodigen om ter gelegenheid van het
regeringsjubileum een fraai portret van de
koningin te maken. Inmiddels raasde een storm
van in oranje kaders en kleurenfoto’s gestoken
publiciteit over zijn hoofd en die van de
uitverkoren kunstenaars. Als hofleverancier van
zilveren en keramieken gedenkborden moet de
riant in Wassenaar gehuisveste Klijnen over meer
dan merchantiele connecties met Soestdijk
beschikken om de koningin bereid te vinden zich
Kleinen heeft het allemaal tot in de puntjes
geregeld. Freule Wttewaal van Stoetwegen opent
vandaag 1 september in zijn toepasselijk aan de
Haagse Paleispromenade gevestigde
Philippona-Expo de vorstelijke portrettengalerij
die tot 20 oktober te zien zal zijn. De bijdrage o
van Bussumse kunstenaar Martin Stam aan dit feest beddingen
is een dubbele, want hij leverde niet één, maar twee t
majesteitelijke portretten in. Zijn visie op de
landsvrouwe kreeg als titiel mee: ’’Hare Majesteit,
r,egen
u
bC
X