BISSCHOP VAN BREDA: MGR. HUBERTUS ERNST,
aan Portugese
BETREKKEN BIJ ONDERWIJS
Meer geld nodig
voor slagen
Geestelijk
Leven
„Westen schuldig
Ethiopië-actie
wandaden”
„SCHOOLPLEIN” WIL OUDERS
„Discussiemoeheid onder jongeren”
„Ook geloof en sociaal gedrag horen bij elkaar”
Appel
■F
door Jacques de Winter
OP CHRISTELIJKE SCHOLEN
Organisatoren Pax Christi-voettochten in verslag
in boek:
Verantwoordelijkheid
Onrust
ZATERDAG
1 2
JANUARI
1974
Erbij
18
Pater Hastings
t
Wie bisschop Hubertus Ernst van Breda in zijn bisschopshuis aan de
Veemarktstraat opzoekt, voelt zich snel op zijn gemak. Ondanks zijn over-
volle agenda, neemt de bisschop ruimschoots de tijd, wellicht ook omdat
het onderwerp van het interview hem na aan het hart ligt: De Vastenbrief
1973 over „welvaart, verantwoordelijkheid, versobering”. Zijdelings be
trekken we ook het Landelijk Pastoraal Overleg 1973, het LPO ’74, de ko
mende vastenbrief en de kerkenconferentie ’74 bij het gesprek, omdat deze
vanwege hun thematiek duidelijk met elkaar in verband staan.
Ter afsluiting van de jongste voettocht celebreerde kardinaal Alfrink de mis in de Brabanthallen.
5
I
1
i
i
t
i
1
„In het hele onderwijs groeit opnieuw
sterk de behoefte aan actievere deelne
ming van de ouders. De school voelt
zich in de steek gelaten. De leerkrachten
crete keuze, niettemin klinkt hij in de
oren van velen erg radicaal. Onderzoe
ken hebben uitgewezen dat de trouwste
kerkgangers de kiezers zijn op rechts en
midden, terwijl bovendien hun inkomen
vrij hoog is. Lopen de bisschoppen geen
gevaar een groot aantal mensen van zich
te vervreemden?
I
i
1
i
i
J
1
2
1
1
i
1
1
1
5
l
I
t
j
A
r
2
g
e
a
1
t
e
1
k
v
F
n
ii
(i
e
I
d
r
z
gt
I
I
ii
g
a
F
o
E
n
t
ii
v
b
onder redactie van Ronald Kraayeveld
Kort na het verschijnen van de Vastenbrief ’73 gaf bisschop Ernst de wens te ken
nen, dat de brief onderwerp van uitgebreide en vooral deskundige discussie zou wor
den. De wens van de bisschop is ruimschoots vervuld, want nog steeds is de brief
„voer” voor economen, sociologen, theologen, filosofen, van politici, leiders van werk
gevers- en werknemersbonden, terwijl talrijke anderen zich via gespreksgroepen met
de brief bezighouden.
Het project wordt ondersteund door
het maandblad Schoolplein, waarvan nu
het eerste nummer is verschenen.
Hoofdredacteur is Sipke van der Land.
Schoolplein wil voorlichting geven over
het doel en de inhoud van het christe
lijk onderwijs, van kleuterschool tot ho
ger beroepsonderwijs. Het blad wil het
christelijk onderwijs van dienst zijn bij
het verwerkelijken van de evangelische
boodschap in de eigen situatie. Het richt
zich in de eerste plaats op ouders van
schoolgaande kinderen, maar ook op
leerkrachten, middelbare scholieren, stu
denten aan pedagogische academies en
alle verdere belangstellenden.
Tussen 1 februari en 31 maart zal er
aan ongeveer 3000 scholen een zoge
naamd Schoolplein-gesprek worden ge
houden over de vragen: Wat voor onder
wijs wilt u voor uw kinderen? en hoe
maak je de christelijke school waar?
Voor deze gesprekken zullen 240.000
ouderparen worden uitgenodigd. Doel is
de christelijke school en de zaken die
van belang zijn voor die school onder de
aandacht te brengen van de ouders en
van anderen die daarvoor belangstelling
hebben. „Het Schoolplein-gesprek kan
de ontmoetingsplaats van school en ou
ders zijn om te spreken over zending en
werelddiakonaat, de bijbelverspreiding,
de stormachtige ontwikkeling in het on
derwijs, zo goed als de kinderbescher
ming”, aldus de organisatoren.
Onder het motto Schoolplein is deze
week een campagne, georganiseerd door
de Protestantse Stichting tot Bevorde
ring van het Bibliotheekwezen en de
Lectuurvoorziening, van start gegaan om
de ouders meer bij de christelijke school
te betrekken.
Bisschop Ernst: „De Kerk moet kiezen
als de waarheid en de gerechtigheid op
het spel staan. Dat mensen daardoor wel
of niet worden afgestoten, hangt voor
het grootste deel af van de manier
waarop je zo’n keuze doet. Het moet
gebeuren op grond van argumenten.
Men moet het waarom duidelijk maken
en trachten te overtuigen. Christen-zijn
moet ook inhouden sociaal-zijn, maar
evenals in andere zaken van geloof zijn
ook hier verschillen van inzicht moge
lijk. Er is nu eenmaal een eenheid in
verscheidenheid. Mensen hoeven niet te
worden afgestoten als je ze zelf verant
woordelijkheid geeft, als je het zgn-
„heen en weer” tussen de gelovigen de
volle kansen geeft. Dan breng je een
proces op gang, dat dieper in het leven
Verkoelen constateert dat de jongeren
de religie niet afwijzen maar er aan de
andere kant niet zo’n sterke behoefte
aan hebben.
Tegenover de discussiemoeheid sitaat,
zo blijkt uit het verslag, een sterke
behoefte aan persoonlijke gesprekken.
Ook die emotionaliteit onder de deelne
mende jongeren neemt toe. Volgens di
recteur Verkoelen nam deze emotionali
teit vaak angstwekkende vormen aan.
In het verslag wordt eraan herinnerd
dat het station van Den Bosch na afloop
van de voettocht „een klaagmuur en een
tranendal was”.
Hoewel op dat moment de oorlog in
het Midden-Oosten nog woedde, kwamen
politieke problemen nauwelijks ter spra
ke. Ook onderwerpen als drugs en ho
mofilie bleken alweer „uit” te zijn. Dat
staat in het verslag over de vorig jaar
oktober gehouden Pax Christi-voettocht,
waaraan 3500 jongeren (voornamelijk
eindexamenkandidaten) en 521 kaderle
den deelnamen.
laagstbetaalden maar
prijsstijgingen in de
„Meer en meer Westeuropese, vooral
Westduitse investeringen worden gedaan
in Portugees Afrika en een groot deel
van de militaire uitrusting die de Portu
gezen gebruiken komt uit de Bondsrepu
bliek. Door toe te staan dat deze afschu
welijke handel voortgaat, toont Brandt
zich hoe vreemd dat ook schijnt, een
opvolger van Adolf Hitler, voor zover
hij feitelijk een regime steunt dat meer
dan enig ander de nazi-traditie voortzet,
ten koste van Afrika”, aldus Hastings.
De schrijver geeft toe dat de bonds
kanselier weliswaar een beleid heeft
geërfd van de christen-democraten, een
beleid dat de belangen van het Duitse
kapitalisme beschermt. „Maar door dit
beleid voort te zetten, zou hij wel eens
een grotere verantwoordelijkheid voor
de handhaving van de Portugese tirannie
in Afrika kunnen dragen dan wie dan
ook.”
Hastings vermeldt in zijn boek behal
ve de gebeurtenissen in Wiriyamu nog
andere rapporten over massamoorden op
Afrikanen. „Portugal is rechtstreeks ver
antwoordelijk voor deze gruweldaden,
maar staat hierin niet alleen. Het deelt
de verantwoordelijkheid met die mach
ten die het Portugese bewind in Afrika
steunen en ervan profiteren. Deze mach
ten zijn Zuid-Afrika en Rhodesië en
achter hen veel krachten in het Wester
se kapitalisme.”
Hij dringt ook aan op beëindiging van
het in 1940 gesloten concordaat tussen
het Vaticaan en Portugal.
„In ruil voor zeer aanzienlijke finan
ciële hulp, privileges en toestemming om
niet-Portugese missionarissen naar Por
tugees Afrika te sturen heeft de katho
lieke kerk afstand gedaan van haar
vrijheid van actie, haar werk gekoppeld
aan de kolonisatie en haar zegen gege
ven aan de officiële Portugese versie
van wat missiewerk zou moeten inhou
den”, schrijft pater Hastings.
staan alleen als de ouders het wel gelo
ven. De besturen zitten ermee. Juist nu
het zo moeilijk is. Nu we niet meer zo
goed weten wat het evangelie ons en
onze kinderen en onze maatschappij te
zeggen heeft. Daarom doen we een ster
ke oproep aan alle ouders om er weer
achter te gaan staan”, aldus een groot
aantal bij het christelijk onderwijs be
trokkenen in een manifest.
over onderwerpen, zoals abortus, de pil,
gemeenschap voor het huwelijk, Viet
nam, het communisme en dergelijke ge
sproken. Daar hoor je niets meer over.
De routiers zijn discussiemoe.”
Uit het verslag blijkt dat er sprake is
van een discussiemoeheid. Een van de
deelnemers schrijft daarover: „Toen ik
zeven jaar geleden meeliep werd er nog
Het godsdienstig karakter van de Pax
Christi-voettocht begint duidelijk af te
kalven, ook al zou de leiding dat graag
anders zien. De organisatoren hebben
nauwelijks iets kunnen bespeuren van
een religieuze beleving. De deelnemers
denken eerder levensbeschouwelijk dan
christelijk, en nog minder katholiek. De
kerk zegt hun weinig. Voettochtdirecteur
De vorig jaar november gestarte actie
van het Interkerkelijk Comité Ethiopië
voor hulp aan de hongerlijdende bevol
king van dat land, heeft een bevredigend
begin gehad. Het comité heeft in de
afgelopen veertien dagen een saldo be
reikt van in totaal 16.000 gulden en er
komt nog steeds geld binnen. Een goede
start; maar om het project dat het
comité in gedachten heeft te verwezelij-
ken, is veel meer geld nodig-
Initiatiefneemsters van de actie zijn
Marij Oost-de Boer en haar vriendin Eie
Kramer uit Urk. Na een bezoek aan
Ethiopië kwamen zij tot de conclusie dat
de eerste nood daar gelenigd is, maar
dat slechts hulp op langere termijn de
bevolking werkelijk zou kunnen helpen.
Er werd een actie op touw gezet, waar
bij de vrouwen het plan hadden opgevat
ten minste veertig Ethiopische weeskin
deren te adopteren en ze onder te bren
gen in huisjes in het plaatsje Waldia in
Noord-Ethiopië.
Rie Kramer: „We hebben het eerste
jaar ten minste 35.000 gulden nodig voor
die huisjes. Met een eenmalige gift aan
het Interkerkelijk Comité Ethiopië (AM
RO Bank Urk, nr. 483215511) zijn we er
niet. Er zijn donateurs nodig die jaar
lijks willen bijdragen”.
opdrijven
-
getrokken.
kunnen
„Tegenover de opvat
ting van Kolnaar staat die van prof. De
Roos, maar, ikzelf meng mij niet in het
debat tussen economisch deskundigen,
die betrekking hebben op onderdelen
van de Vastenbrief. De brief doet in
algemene termen gesproken een appel
op het geweten, dat is de hoofdzaak, en
het is heel begrijpelijk dat hierover
meningsverschillen bestaan, zowel over
de beoordeling van de situatie als over
de oorzaken en de wegen tot oplossing.
Ik zou het wel betreuren als discussies
over onderdelen de hele lijn van de
brief zouden aantasten.”
Het bedrijfsapostolaat heeft zeer on
langs gesteld, dat de bisschoppen in hun
volgende Vastenbrief concreter zullen
moeten zijn en het bevestigt daarmee de
In „Mens, waarheen?’’, lees ik over
de profeet, die ziet naar het hart, naar
de kern, de bedoeling, de eigenlijke be
stemming en waardigheid van de dingen.
De profeten in het Oude Testament
prikten duidelijk door de bestaande
structuren heen. Betekent dit, vrij ver
taald, dat het de evangelische opdracht
van de christen is altijd in zekere zin
een onruststoker te zijn niet tevreden
met wat reeds bereikt is?
Bisschop Ernst: „In de eerste plaats
zou ik willen zeggen, dat de Vastenbrief
in dit opzicht de taak van de profeten
wil vervullen- De brief houdt zich juist
bezig met het hart van de mensen, het
doet een beroep op het geweten, vraagt
naar de gezindheid. Maar de brief doet
dit wel op een concrete manier in de zin
van: welke opvattingen zitten er achter
ons gedrag, wait zijn eigenlijk de drijfve
ren die ons in feite drijven naar het
opjagen van de welvaart ten koste van
anderen? Wat de Vastenbrief doet, ligt
in de lijn van de profeten, namelijk
daar waar de kritiek zich allereerst richt
op het hart zelf in de zin van rechtvaar
digheid.”
Ten aanzien van de onrust vindt de
bisschop toch dat we eerst het goede in
mensen en dingen dienen te waarderen.
Maar, zegt hij, er is ook onrecht en er
zullen altijd wel misstanden zijn. Daar
om is onrust en ’t niet tevreden zijn
met hetgeen de mens niet mag zijn
noodzakelijk.
De bisschoppen doen dus geen poli
tieke keuze. Menen zij dan, dat de Kerk
een ideologisch neutrale rol kan spelen
en onpartijdig wijzen op de bezwaren
van onze samenleving zonder daarbij
een politieke keuze te doen?
Bisschop Ernst: „De bisschoppen spre
ken zich inderdaad niet uit tegen een
bepaald economisch of politiek stelsel,
maar zij blijven ook niet neutraal en
onpartijdig inzake de bezwaren van de
samenleving. Er is wel degelijk een
duidelijke keuze gedaan, maar het gaat
er maar om wat je met keuze bedoelt.
Sommigen verstaan er onder, het doen
van concrete uitspraken over een econo
misch of politiek stelsel, maar dat is m.i.
een onjuiste voorstelling van zaken. On
ze keuze behoeft nadere concretisering
en dat is een gezamenlijke zaak, waarin
de mens een eigen rol moet vervullen-
Er kan best een moment komen dat je
die concretisering moet maken, maar
wat dat betreft is de Kerk gereserveerd.
We hopen echter wel dat die weg (onze
weg) in de toekomst ook wordt gevolgd.”
Ook al doet de brief dan geen con-
De Engelse pater Adrian Hastings
heeft in een boek over Mozambique
scherpe kritiek geleverd op de Westduit
se bondskanselier Willy Brandt, die hij
medeverantwoordelijk acht voor de be
weerde Portugese wandaden in Afrika.
Pater Hastings werd bekend door zijn
publikatie van rapporten over een mas
samoord door Portugese militairen op
dorpelingen in het plaatsje Wiriyamu in
Mozambique. Zijn deze week verschenen
boek is ook getiteld „Wiriyamu”.
De Vastenbrief houdt een pleidooi
voor een rechtvaardiger inkomensverde
ling. Wat is uw reactie op de stelling
van prof. Kolnaar, dat inkomensnivelle
ring nauwelijks zal leiden tot salarisver
betering van de
werkloosheid en
hand werkt?
Bisschop Ernst:
Bisschop Ernst zegt er zelf van, dat de
brief meer weerklank heeft gevonden
dan de bisschoppen hadden verwacht en
dat de actualiteit ervan nog is vergroot
door de huidige energiecrisis, die uiter
aard bij het verschijnen van de brief
niet kon worden voorzien. Het was voor
de bisschop een belangrijk onderwerp,
aldus bisschop Ernst, enerzijds omdat
het de samenleving, het leven van alle
dag raakt en anderzijds omdat het te
vens een zaak van het geloof betreft.
Dat zovelen dat ook zo hebben aange
voeld. stemt ons tot grote dankbaarheid,
aldus de bisschop.
In de Vastenbrief wordt een oproep
gedaan tot verzet tegen de prestigewed-
loop en de overmatige consumptie. Vindt
u dat reëel tegenover diegenen die nu
pas iets van welvaart ervaren?
Bisschop Ernst: „Wij gunnen de men
sen die voor het eerst een bescheiden
deel krijgen in de welvaart deze natuur
lijk van harte- De brief keert zich ook
niet tegen de welvaart, maar tegen ’t e-
goïstische zoeken van welvaart ten koste
van anderen, tegen het opdrijven van de
behoeften en pleit voor een rechtvaardi
ge verdeling van de welvaart. Wij gun
nen de mensen een stuk welvaart, maar
het is goed dat we allemaal beseffen hoe
rijk we zijn in vergelijking met bijvoor
beeld de arme landen.”
mening van velen, dat de brief van 1973
wel erg vaag is gebleven.
Bisschop Ernst: „Ik ben het er niet
mee eens, dat de Vastenbrief vaag is
gebleven. Ik vind hem heel concreet,
alleen niet in de vorm van uitspraken
De brief bevat heel concrete overwegin
gen pn vragen voor het leven van de
mens, maar laat aan de mensen zelf de
verantwoordelijkheid om een standpunt
in te nemen. Dit lijkt mij een betere
weg dan het doen van stellige uitspra
ken.”
In „Mens, waarheen?”, de brochure
ter voorbereiding van het LPO '74, lees
ik dat het overleg alleen kan slagen als
het de weerslag is van het leven en
denken en aanvoelen van heel de kerk
gemeenschap. Dit geldt uiteraard ook
voor de Vastenbrief.
Bisschop Ernst: „Het gaat over leven,
denken en aanvoelen van heel de kerk
gemeenschap en dat is een werk van
lange adem. De mensen zijn er aan
gewend dat geloof en geloofsbelijdenis
(kerkelijke praktijk) bij elkaar horen,
maar men is nog niet vertrouwd met de
gedachte dat ook geloof en sociaal ge
drag bij elkaar horen. Dat is het funda
mentele werk van de Kerk, te zorgen
dat dit ingang gaat vinden in het gewe
ten van de mensen, dat dit deel gaat
uitmaken van leven, denken en aanvoe
len van heel de kerkgemeenschap. De
Vastenbrief wil daartoe bijdragen. Dat
dit niet een, twee, drié gebeurt, mag ons
natuurlijk niet verwonderen.”
Het bedrijfsapostolaat concludeerde
dat de brief geenszins was aangeslagen
bij de werknemers uit de lagere functie
groepen en zij wijten dit aan de in
standhouding van ons maatschappelijk
bestel. Kunnen de bisschoppen stelling
nemen in kwesties als democratisering
van het bedrijfsleven, inkomensnivelle
ring, bij loon- en arbeidsconflicten?
Bisschop Ernst: „De bisschoppen kun
nen stelling nemen wanneer het voor
hen duidelijk is waar het gelijk ligt, aan
welke kant waarheid en gerechtigheid is-
Ze moeten dan wel van tevoren grondig
kennis nemen van de zaak. Wanneer de
christenen verdeeld zijn over bepaalde
kwesties, dan moet er voor de bisschop
pen ook een duidelijke noodzaak zijn
zich daarin te begeven en er zich stellig
over uit te spreken. Ze erkennen dus
wel dat er redenen kunnen zijn om dat
te doen, maar in het algemeen lijkt mij
het beter de weg van de Vastenbrief te
volgen, van overwegingen dus en de
eigen verantwoordelijkheid in deze aan
de mensen zelf over te laten. Ik denk
ook, dat we deze lijn moeten blijven
volgen en dat tie Kerk zich dan het
zuiverst opstelt.’’
van de mensen ingrijpt dan door het
van dwingende uitspraken.”
Prof. Albeda, voorzitter van de com
missie ontwikkelingssamenwerking van
de Gereformeerde Kerken in Nederland
noemde het onlangs ontmoedigend te
constateren hoe onkritisch ook kerkelij
ke mensen en organen de marxistisché
analyse overnemen, terwijl die zijns in
ziens nog nergens iets goeds heeft ge
bracht.
Bisschop Ernst: „Onafhankelijk van de
sociale strijdvragen van de dag zou ik
willen, dat er een indringend gesprek
plaatsvindt tussen de twee richtingen:
degenen die een Marxistische visie heb
ben op. het maatschappelijk gebeuren en
degenen die een kapitalistisch econo
misch stelsel voorstaan- In zo’n gesprek
zouden heel concreet tegenover elkaar
moeten worden gezet: de nadelen van
het ene en het andere stelsel. Van daar
uit zouden we tot een stellingname moe
ten komen voor het algemeen maken
van de welvaart en een rechtvaardiger
inkomensverdeling.”
„Wij willen naar het algemeen maken
van de welvaart, de macht en kennis,
naar een rechtvaardige inkomensverde
ling en geen egoïstisch streven naar
welvaart ten koste van anderen, geen
van behoeften, waardoor in
feite het mens-zijn zelf scheef wordt
Met dit als uitgangspunt
we concreet de vraag stellen
wat er voor en tegen het ene en andere
politieke stelsel is. Als dat meer gebeurt,
kan er veel oordeelkundiger worden ge
kozen en voorkomt men het denken in
zwart-wit-stellingen. Je raakt dan uit de
sfeer van de leuzen, het spreken vraagt
dan een veel grotere verantwoordelijk
heid, omdat je weet waar je het over
hebt.”
Bisschop Ernst vindt dat een dergelijk
overleg nog veel te weinig gebeurt in de
Nederlandse samenleving en met name
de christenen zouden er meer toe moe
ten overgaan.
O j
r-