I KWJ is van oordeel: Werkende jongeren krijgen in vakbonden te weinig kansen SAMEN STAAN WE JEUGDLOON k IS DIEFSTAL STERKER ninwKv de MM WïfflBflBi’l werkende jeugd" stand houden meer in over ruggen van Partiële leerplicht n I Geen vakbond Bestaansrecht Niet tevreden Op hun hoede Begrip M KWJ, BEWEGING VAN WERKENDE JONGEREN "Geen bedrijven w door Hans Rombouts J 16 ff [■«mé] VINK ais je werkt enjebent nog geenlZ is je tams verplicht je er vrij uaor te geven.... - Si i SR VORMING IS JE GOED RECHT jk. ille 01 ng. KWJ .BSWEÖIW WWEBKINOE J0NQJ8W sf™ In het Noordhollandse hoofdkwartier van de KWJ in Haarlem v.l.n.r. Lisette Dekker, Jan Stevens en Gerard van de Veeke Loon bel. zo I 1 42 74 7,- 0,- 1.- 9,5’/. Soc.verz. Er gaat af: AOW/AWW O nd De huidige band met het NKV (behalve dan die navelstreng van de financiën) is niet zo bijster groot. De KWJ heeft een plaats als toe hoorder bij het bestuur van het NKV en andersom. Lisette Dek ker: „die NKV-man zie je bijna niet”. Minimumloon bruto 5 dg. 15 jaar p. mnd. 419,60 p. week 96,80 bruto 4 dg. - p. mnd. 335,68 p. week 77,84 bruto 5 dg. 16 jaar p. mnd. 498,30 p. week 115, bruto 4 dg. p. mnd. 398,64 p. week 92, 57,40 13,25 45,50 10,51 niets niets 39,39 8,86 f 30,71 7,12 f 45,59 10,52 ƒ36,48 8,42 Dan kom je dus op het punt: wat moet er gebeuren als de klei ne onderriemer dat minimumloon inderdaad niet kan betalen? Vin den de werkende jongeren dan dat die zaken maar moeten verdwij nen? Met o.a. als gevolg, dat de werkgelegenheid slechter wordt? 66,80 15,42 53,30 12,30 42,24 9,75 f 52,80 12,19 geïntegreerd worden. Lisette Dekker: netto 5 dg. f 421,50 97,31 netto 4 dg. 354,36 81,80 netto 5 dg. 466.80 107,70 513,70 118,56 559,45 128,94 ƒ604,21 139,44 649,51 149,82 •k- >r- en netto 5 dg. 333,21 76,85 netto 4 dg. 266,77 61,90 netto 5 dg. 376,31 86,83 netto 4 dg. 302,— 69,55 ƒ60,— 13,84 67,20 15,51 74,45 17,17 81,59 18,83 88.79 20,49 48,— 11,09 SM mb» Lisette Dekker, de felste van het trio KWJ’ers, met wie we over de problematiek van de werkende jongeren praten, vindt dat er in de vakbond te weinig kansen zijn voor de jongeren, zeker om ze direct bij het werk te betrekken. „De vak bonden zijn blij, als je actief bent, blij dat er iets gebeurt, maar als er consequenties uit die activiteit tevoorschijn komen, dan verschij nen de moeilijkheden. Dan kan er ineens veel minder'’. Gerard van de Veeke: „En daar knappen veel jongeren op af.” De KWJ neemt in het frontgebied van de werkende jongeren een speciale plaats in. De KWJ (van oorsprong Katholieke Wer kende Jongeren, maar als je het woord katholiek laat vallen, worden er afwerende gebaren gemaakt) is een zelfstandige or ganisatie, die zelfs van het begrip „gelieerd aan het NKV, het Nederlands Katholiek Vakverbond” niet wil horen, hoewel men wel een subsidie van de club van Spit ontvangt. Er zijn wel bin dingen van vroeger met de officiële katholieke vakbeweging (KAJ en KAB), maar daar praten de werkende jongeren liefst zo min mogelijk meer over. De tijd, dat er duizenden KAJ’ers in overall naar de paus in Rome trokken om erkenning, is al weer <?er verleden tijd. De voorlichting op dit punt is slecht. De jongeren weten niet precies waar ze recht op hebben. ■- Het blijkt uit die reacties dat er schandalig onderbetaald wordt. Er was een meisje van zestien jaar. dat vijfeneenhalve dag werkte, niet aan de partiële leerplicht kon voldoen en in totaal 198 per maand verdiende. Er was een win kelmeisje van achttien jaar, dat 46,50 per week verdiende. Nu moet ze 80 krijgen. Haar baas zegt: dat kan ik niet betalen.” Wie werkt er voor 15 schoon per dag? De vrouwen rammen voor dat bedragje niet een hele dag op een kassa.” jeugdloon tot stand is gekomen; dat er voorlopig geen ontheffingen worden ontleend voor het uitbeta len van het minimumloon aan werkende jongeren en dat er een tweede onderrichtdag komt in het kader van de partiële leerplicht. Er zijn stencils verspreid waarop te lezen staat, wat er bruto en minimaal betaald moet worden aan de werkende jeugd. „We heb ben veel reacties gekregen. De te lefoon staat al dagen roodgloeiend. De KWJ voert een voorlich tingscampagne voor de jongeren. 52,80 12,19 68,60 15,84 85,50 19,73 102,30 23,61 119,10 27,50 niets niets „Als het maar niet ten koste van het vormingswerk gaat. En nu we het toch over het vormingswerk hebben: het is gewoon een fabeltje van de werkgevers, dat er op de vormingscentra geleerd zou wor den een grote bek te hebben tegen je baas. De angst daarvoor zie je terug in het feit, dat grote onder nemingen zoals Spoorwegen. KLM en Hoogovens de opleiding van jongeren zoveel mogelijk in eigen hand willen houden.” bruto 5 dg. 17 jaar p. mnd. 577, p. week 133,20 bruto 4 dg. p. mnd. 461,60 p. week 106.56 bruto 5 dg. 18 jaar p. mnd. 655,70 p. week 151,30 19 jaar p. mnd. 734,40 p. week 169,50 20 jaar p. mnd. 813,70 p. week 187,60 21 jaar p. mnd. 891,70 p. week 205,80 22 jaar p. mnd. 970.40 p. week 223,90 De KWJ wil geen vakbond zijn. ,We hebben daartoe niet de pre tenties. Wij proberen overal waar werkende jongeren zijn op basis van een werksituatie de jongeren te organiseren via vormingsinstitu ten .We willen de jongeren active ren en adviseren. We willen die jongeren zich bewust maken van hun kracht en mogelijkheden, ook binnen de vakbond. Je moet in zo’n vakbond wel in groepsver band optreden, anders verzuip je.” 76,10 17,57 f 84,90 f 19,59 94,30 21,76 103,60 f 23,92 f 113,— 26,09 werken voor een salaris, dat onder het volwassen minimumloon ligt. Hij bestrijdt de 'opvatting van het VNO (ondernemers) dat jeugdige werknemers in het algemeen min der ervaring, minder lichaams kracht en minder scholing dan volwassenen zuden hebben. „De jongeren, die nu in het bedrijfsle ven stappen, zijn over het alge meen beter geschoold dan hun ou dere collega’s.” Met het huidige jeugdloon zijn de werkende jongeren bepaald niet zo blij. De stickers, die daar over worden uitgegeven („Jeugd loon is diefstal”), spreken duidelij ke taal. In oktober vorig jaar haal den de NW-jongeren minister Boersma naar een bijeenkomst waar gepleit werd voor afschaffen van 't jeugdloon en invoering van het minimumloon (waarvoor nu nog een leeftijdsgrens van 23 jaar geldt; de minimumjeugdlonen iets anders weer variëren naar leeftijd van 40 pct. van het mini mumloon voor vijftienjarigen tot 92.5 pet. voor 22-jarigen). Minister Boersma vindt dat de looneisen van de jongeren in de eerste plaats een zaak van de vakbonden is. NVV-jongeren-contactsecretaris Kloosterman noemt het onverteer baar dat vele van de ruim een miljoen werknemers onder 23 jaar De werkende jongeren zijn er niet zo rouwig om dat het contact met de grote vakbond niet zo innig is. Jan Stevens (27 jaar en evenals Lisette Dekker (27) en Ge rard v.d. Veeke (20) vrijgestelden van de KWJ): „We hebben onze handen vrij. We kunnen onze ei gen lijn uitstippelen. We zijn niet gebonden aan de vakbondsstrate- gie. Bij de jongeren van het NW ligt dat anders. Die vormen een onderdeel van het NW. Die kun nen geen eisen stellen die indruisen tegen de lijn van hun vakbond. Ze hebben ook een andere organisa tiestructuur. Wij werken veel plaatselijk en regionaal. De NW- jongeren mobiliseren weinig ter plaatse. Ze werken nationaler, zou je kunnen zeggen. De NW-jonge- ren hebben geen plaatselijke ach terban. Zo horen de jongerenraden in de bedrijven niet tot hun ter rein. Die vallen onder het NW”. „Wat blijkt nu uit heel die situ atie? Dat al die bedrijven, die nu klagen, dat ze het niet kunnen betalen, zich in stand hebben we ten te houden over de ruggen heen van de werkende jongeren. Goedkopere arbeidskrachten zijn er niet te vinden. Wij vinden ge woon”, aldus Lisette Dekker en de anderen stemden daar uiteraard mee in, „dat de bedrijven, die die minimumlonen of jeugdlonen niet kunnen neertellen dan geen recht van bestaan hebben Ze rekken het leven door, de verkapte „steun” van de werkende jongeren. Als iedereen het dan zo belangrijk vindt dat die bedrijfjes of bedrij ven blijven bestaan, dan moet ie dereen maar meebetalen. Als de overheid die bedrijven belangrijk vindt in hun functie dan moet de overheid ze maar subsidiëren. Maar de werkende jongeren heb ben er genoeg van onderbetaald te worden.” De kans bestaat dat er als in augustus de tweede leerplicht- dag er bij komt een soort machtsstrijd gaat ontstaan tussen de twee polen: beroepsopleiding en vormingswerk. In streekcentra zouden die twee onderwijsvormen eigenlijk geïntegreerd moeten kunnen werd gesproken over eventuele harde acties als de (kleine) onder nemers zouden weigeren het mini mumloon uit te betalen. Lisette Dekker: „Het is een vi cieuze cirkel met die vakbond en de jongeren. De vakbond zegt: we zien nooit jongeren op onze verga deringen en de jongeren zeggen: de vakbonden doen niets voor ons. Je krijgt dan ook wat van die peper-en-zout-vergaderingen. De weg om die cirkel te doorbreken is met grote groepen jongeren naar de vergaderingen te trekken en de vakbonden te wijzen op de consequenties van activiteiten”. De werkende jongeren hebben in ieder geval door hun activitei ten bereikt, dat het minimum- „Wij hebben fors actie gevoerd tegen ontheffing van minimum- loonbetaling. De regering geeft dan ook geen collecieve onthef fing. Het enige criterium van mi nister Boersma in deze zaak is: alleen als de werkgelegenheid in gevaar komt kan ontheffing ver leend worden. Boersma is druk bezig met die ontheffingsprocedu- re. Maar als er nu bedrijven zeggen: we hoeven het minimumloon niet te betalen, we zijn daarvan vrijge steld, dan liegen ze.” vakbeweging. „Het is echter on juist, dat wij er te weinig aan zouden doen of ze te weinig moge lijkheden zouden geven. Ik spreek dan als man van de vakcentrale. Binnen de bonden zoals de bouw bond en de industriebond opereren mensen, die speciaal vrijgemaakt zijn om jongerengroepen op te zetten. Je moet de jongeren in de vakbeweging aangepast benaderen. Dat is duidelijk. De jongeren moe ten de kans hebben en hebben daartoe ook het recht om via plaatselijke afdelingen hun belan gen naar voren te brengen. Mis schien dat er wel plaatselijke af delingen zijn, die te weinig begrip hebben voor hun problemen, dat is mogelijk. Andersom is het ook vaak zo, dat jongeren weinig oog hebben voor de problemen van de ouderen.” Friederichs vindt dat de relaties met de (zelfstandige) KWJ goed zijn. „Misschien zijn we het niet op alle punten met elkaar eens, maar we proberen wel op één lijn te komen. Jongeren hebben nogal eens kritiek op afspraken, die de vakbeweging maakt. We moeten afwegen. Je moet wel eens andere zaken laten voorgaan. Jongeren zouden alles veel sneller willen doordrukken. In het algemeen krijgen de werkende jongeren hun kansen in de vakbeweging. Een stuk zelfkritiek hebben wij ook wel. We hebben nog lang niet voldoende resultaten behaald. Dat vinden wij ook. De jongeren laten zich de laatste tijd gelukkig goed horen. Ze moeten zoveel mogelijk bij het beleid getrokken worden. Ik geloof toch wel dat wij er als vakbeweging redelijk aan trek ken.” Gerard van der Veeke: „Ik ge loof dat dat wel meevalt. Bij de leerlingenstelsels moeten ze een papiertje halen, een diploma. En daar wordt uiteindelijk toch wel naar toe gewerkt. Aan de andere kant is het zo, dat jongeren, die al werken, natuurlijk anders zijn dan de jongens en meisjes, die nog op de LTS of de huishoudschool zit ten. Die zijn wat stoerder en on- gebondener.” Door het stelsel van partiële leerplicht (vijftienjarigen moeten één dag per week en vanaf augus tus van dit jaar twee dagen per week naar school) ontvangen de jongste werkende jongeren wel heel weinig geld in het loonzakje. Per „schooldag” wordt 20 pet. af getrokken. Dat wordt dus vanaf augustus 40 pet. Dat is weinig aantrekkelijk voor de jongeren, dat is ook weinig aantrekkelijk voor de ondernemers. Als de jon geren maar drie dagen komen werken zegt men eerder: dan maar een wat „oudere” jongen of meisje. Het zal dan ook wel de richting uitgaan van verplicht vol ledig dagonderwijs tot en met vijftien jaar. Voor een deel is dat al zo op de LTS en huishoud school. Die vormings- of bijscho- lingsdagen zijn al een bron ge weest van vele discussies. De jon geren moeten naar school terug voor een dag. Veel animo van de kant van die jongeren is er niet. Velen zijn juist gaan werken om van school af te zijn. Door leer krachten wordt dan ook nogal eens geklaagd, dat er vaak met de pet naar gegooid wordt. Lisette Dekker: „Die aversie te gen het onderwijs van een hoop jongeren zit ’m in het systeem van dat onderwijs. De ondernemers bepalen wat er gebeurt en stellen hun eisen. Zij hebben er geen enkele behoefte aan dat het wer kende jong aan zelfontplooiing doet. Het gaat er hun om of er een beter gekwalificeerde arbeider te voorschijn komt. Er moet wat ons betreft leerplicht komen tot achttien jaar. Daar moet dan een deel vorming in zitten, een deel beroepsbegeleidend onderwijs en een deel stage lopen in de bedrij ven. Dat is veel beter. En dan het minimumloon vanaf het achttien de jaar.” Lisette Dekker: „in de vier jaar dat ik in Alkmaar met de KWJ actief bezig was heb ik nooit ie mand van de NW-jongeren daar gezien.” Zijn de NW-jongeren in lande lijke zin bepaald zeker wel actief, van de CNV-jongeren, de christe lijke tak, wordt maar zeer weinig gehoord. Lisette: „Ik zou niet eens een naam van een CNV-jongeren- bestuurder kunnen noemen.” En Huib Groeneveld dan? „O ja, dat is waar”. Groeneveld was vóór de laatste Kamerverkiezingen in 1972 de man, die als voorzitter van de CNV Werkende Jeugd, liet weten, dat vele jongeren moeite zouden hebben met het uitbrengen van hun stem op de ARP en de CHU. Hij zei toen: „Hun verkiezingspro gramma’s zijn stripverhalen ge worden. De realiteit is ver te zoe ken.” Nadien is weinig meer van de CNV-jeugd vernomen. Daar timmert men kennelijk niet aan de weg. Er bestaat bij de organisaties van werkende jongeren niet zo’n grote angst, dat andere groepen, bijvoorbeeld werkende gehuwde vrouwen, de arbeidsplaatsen van de werkende jongeren zullen gaan innemen, nu jeugdloon en mini mumloon zijn ingevoerd. Jan Steevens: „We zijn nog zo goed koop, dat getrouwde werkende vrouwen wel uitkijken om voor zo’n uurloontje te gaan werken. Maar de werkende jongeren zijn verre van tevreden. Dat hebben ze zowel aan de overheid als aan de ondernemers laten weten. Toen de kwestie van de burgerlijke onge hoorzaamheid ter sprake kwam rond de middenstandsmoeilijkhe- den (doorberekening in de prijzen van de stijging van de kosten, o.a. veroorzaakt door de invoering van het minimumloon voor werkende jóngeren) rolde er uit de spreek- vaardige mond van Lisette Dek ker, ex-typiste, de uitdrukking: „proletarische ongehoorzaamheid van de werkende jongeren”. En er W. Friederichs van het NKV, die zich als beleidsmedewerker o.a. bezighoudt met de werkende jon geren, heeft wel begrip voor de kritiek van de jongeren op de Dit zjjn de bedragen, aldus de KWJ, die werkende jongeren minimaal moeten ontvangen: 35,90 8,28 ;ü£r .1 auai: .■l.'Minnit 38,20 8,82 11,70 2,71 L 19,— 4,40 S "W, Si PM 14,- 3,52 In ieder geval zijn de werkende jongeren op hun hoede. Vakbon den. overheid en werkgevers wor den nauwlettend in de gaten ge houden. „We proberen onze pro blemen natuurlijk wel samen met de vakbonden op te lossen. Maar zelf blijven we actief. Zo gaan we”, aldus Jan Stevens en Gerard v.d. Veeke, „avonden organiseren, waarop we voor de jongeren de loonstrookies gaan controleren. Laat het duidelijk zijn: iedereen móét tenminste het minimum jeugdloon krijgen.” Werkende jongeren zijn „in” als onderwerp van gesprek of discussie. De werkende jongeren zelf zijn daar niet altijd even gelukkig mee. Liset te Dekker, één van de voorvechters van de KWJ, bekend van uitzen dingen van Brandpunt: „We worden overspeeld door studenten, die zo nodig scripties over ons moeten maken. Zo krijg je apies-kijkende lieden. Wij, de werkende jongeren, zijn de apies. Op de meeste plaat sen hebben we dat dan ook afge wezen. Als de mensen echt mee willen helpen aan onze organisatie dan zijn ze welkom. Zo hebben we in Amsterdam een student, die ge weldig werk doet. Kijk, dan is het orima. Maar aan lui, die alleen maar komen zitten luisteren, zelf niets doen, geen functionele inbreng hebben en dan na een paar weken zeggen: kom. ik ga maar weer eens, ik heb het wel gezien - nee, die kun nen we missen als kiespijn. Die lui zitten volgende week weer bij be iaarden om daar de zaak te be- kiiken Zulke figuren hebben we niet nodig”. Zf l

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1974 | | pagina 17