Magistraal vioolspel van
Olof in Kox9 concert
Eric Hobsbawm: bandieten
in
Wiesje gehuldigd
Proloog
Eindhoven kapt
subsidie aan
Vrij Uit
Vondels „Adam
in Vondelpark
Vrij Uit
Italië
pietra Ligure
hotel per Pers- P
vol pension
voor-/ f
naseizoen.»
hoog-
boeiende beschrijving
I
1
zee
Vliegtuigjes
van papier
Laatste echte
schippers
Legenden van
de
Melancholie in
Reserveer nu uw
F
outovakantiereis
„Want de aarde is onze moeder"
COMPONIST LEIDT NPO TEN AFSCHEID
VIJFTIG JAAR AAN TONEEL
TEMPO DOELOE
NIET TE KOOP
CAREL BRIELS:
LL2"
“*'1
„VOLG DE TROM"
9
ZATERDAG
19 74
FEBRUARI
23
Voorstel B en W verworpen
r
99
week
7
autovakantiereizen
HAARLEM De componist
Hans Kox zal, zo men kan weten,
binnen betrekkelijk korte tijd zijn
functie van artistiek adviseur van
het Noordhollands Philharmonisch
Orkest aan een opvolger moeten
o verdragen, omdat zijn nieuwe
werkkring als artistiek leider van
het Concertgebouworkest van hem
alle aandacht zal vragen.
seizoen
v'-
Him II
k:' 11
A«»». att
P. ZWAANSWIJK.
A. WILLINCK.
JAC HEIJER
ADVERTENTIE
I
H.R.
bundeld.
B.V.
H.R.
J
n
s
Gisteren werd haar jubileum gevierd
met haar rol van buurvrouw in „Vrouw
zoekt moordvent” door André Roussin,
uitgebracht door André van den Heuvel
en Kitty Jansen in de hoofdrollen. Een
aardig blijspel, maar een van dertien per
dozijn.
veel mensen uit de theaterwereld, van
Jasperina de Jong tot Caro van Eyck.
De „Wereldbibliotheek” revancheer
de zich met de uitgave van Micha-
levski’s „Opstand der matrozen”, een
ego-document over de bekende op
stand in 1921 op de pantserkruiser
„Sebastopol” in de haven van Kroon
stad.
de Weten-
Amster-
e
e
3t
I-
n
3t
3.
it
It
Een prachtgelegenheid echter om te
zien hoe Wiesje Bouwmeester dat doet.
Na afloop mocht ze alleen op het toneel
het applaus in ontvangst nemen. En dat
hield niet op totdat Frits Bloemkolk van
het huldigingscomité er een einde aan
maakte door de sprekers aan te kondi
gen.
Een geboren comédienne, dochter van
de Grote Louis Bouwmeester.
Ze is 65 jaar, vierde gisteren officieel
dat ze een halve eeuw toneel speelt,
maar speelt in werkelijkheid al vanaf
haar 13e. Want vader Louis stuurde haar
alras de planken op. Ze heeft van alles
gespeeld: draken op de kermis,revues,
shows met Toon Hermans, hoorspelen en
radioseries, modern toneel bij Studio,
maar vooral blijspelen en dan het liefst
Franse.
Een bijzonder gevarieerd programma
was hiervoor vastgesteld. In wezen
omsloot het de ontwikkelingsperiode der
toonkunst vanaf de eerste jeugd der
klassieke muziek en de romantische
overgangsjaren naar onze tijd.
Zo diende als aanvangsstuk de symfo
nie in c kleine terts (No 52) van Joseph
Haydn in 1773 gecomponeerd. Het gaaf
opgebouwde werk bevat muziek, waar-
AMSTERDAM. Wiesje Bouwmees
ter, dat is in het hele Nederlandse toneel
bekend, is een schat, die de mensen met
wie ze speelt altijd verrast met snoepjes,
zelfgebakken koek, boterhammen en ca
deautjes. Voor ieder heeft ze altijd wat.
En eenmaal op de planken pakt ze het
publiek onmiddellijk met haar enthousi
aste, feilloos gedoseerde spel.
Smaakol zeer zeker is ook de
nieuwe indianenuitgave van Hollan-
dia in Baarn „Want de aarde is onze
moeder”. Het werd uit citaten en
foto’s samengesteld door T. C. McLu-
han en zinnig vertaald door Iet Gra
der.
boekenboekenboekenboekenl
boekenboekenboekenboekenl
boekenboekenboekenboekenl
boekenboekenboekenboekenl
boekenboeken
boeken boeker. WIJ ONTVINGEN
boekenboeken
boekenboekenboekenboekenl
boekenboekenboekenboeken I
boekenboekenboekenboekenl
boekenboekenboekenboekenl
UITGEVERIJ ANDRIES BLITZ BV -
LAREN
Een klein „etiquette-boekje” door
Henriette van Eyk: „Hoe...? Zó...!”
Ja, hoe komt deze schrijfster zó? om
een soort zakboekje over dit onder
werp te schrijven? Op de achterflap
staat dan vervolgens te lezen: „In dit
etiquette boekje vindt men praktisch
op alle voorkomende vragen een ant
woord die de Nederlandse fatsoens
normen aan ons stellen. Dan kan
men zich afvragen: „Wat zijn tegen
woordig de Nederlandse fatsoensnor
men?”
Fenna Buter schreef een boek: „De
Keeshond” en illustreerde het zelf, en
bijzonder goed. Heel mooie tekenin
gen maar ook heel olijke tekeningen.
UITGEVERIJ HOLLANDIA
BAARN
Joyce Delaney: „Geen stijfsel in
mijn doktersjas”, een doktersroman
dooi een dokter geschreven, die haar
stof uit eigen ervaring en eigen bele
venissen kon putten.
Koloniaal geweld is volop te vinden
in „Volg de trom” van James Leasor
(uitgegeven door Bruna in Utrecht;
vertaling W. van den Berg)
Voordat echter zijn artistieke relatie
tot het provinciale symfonieorkest in
officiële zin definitief verbroken zal
worden kon hij nog enkele uren een
bijzonder intensief contact met het or
kest hebben bij de voorbereiding en de
leiding van het concert, dat vrijdag in
het Haarlemse Concertgebouw werd ge
geven.
Melancholisch is de sfeer in dit
boek met in bruine tinten gehouden
foto’ van Edward Curtis, ongeveer
zeventig jaar geleden gemaakt.
Droefgeestig ook de fiere uitspraken
zoals deze: „Ons land heeft veel meer
waarde dan uw geld. Het blijft eeu
wig. Het zal niet door vlammen van
vuur vernietigd worden. Zolang de
zon schijnt en het water stroomt zal
dit land hier zijn om leven aan
mensen en ieren te geven. We kun
nen het leven van mensen en dieren
niet verkopen; daarom kunnen we dit
land niet verkopen.” Het was het
moedige antwoord van een Zwartvoe-
t-opperhoofd toen blanke hebbers en
graaiers uit Europa met hun geldbui
del rammelden.
Een prachtige publicatie van de
uitgever die zoveel zinnig anti-Karl
May-entstof in zijn fonds heeft ge
daan.
Dit is één voorbeeld uit de vele
mogelijkheden die u vindt in de
Vrij Uit Autovakantiereizen gids.
Verkrijgbaar bij alle grote Shell
stations, A.N.W.B. kantoren,
assurantietussenpersonen die met
Nationale-Nederlanden samen
werken en de Rabobanken.
WANNEER JE HET BOEK „Le
genden van de zee” hebt gelezen,
begrijp je niet, dat er vroeger nog
lieden de zee op durfden, want als je
alles zou moeten geloven en vroe
ger was het geloof in dit soort zaken
erg groot wat er hier beschreven
wordt, dan wemelde het buitengaats
van de spookschepen, monsters en
gruwelijke wezens. De geheimzinni
ge krachten van de zee (denk maar
aan de getijden eb en vloed, aan het
Sint Elmsvuur, aan de mysterieuze
scheepsverdwijniningen, stormen, die
plotseling opsteken en even plotseling
weer gaan liggen) hebben altijd een
grote magische invloed gehad op de
mens, die gedwongen was of werd de
zeeën te bevaren. Hij trof daar on
bekende verschijnselen aan, onbeken
de dieren en onbekende mensen.
Daaromheen werden legenden gewe
ven, die werden doorverteld en steeds
angstaanjagender vormen aannamen.
De Brit Michael Brown werd ge
grepen door al die verhalen. Hij ver
zamelde in allerlei landen de legen
den van de zee. Natuurlijk zijn daar
de bekende bij zoals de Vliegende
Hollander of de van oorsprong bijbel
se vertelling van Jonas en de Walvis,
maar dan veel meer gefantaseerd uit
werkt (in het zeemonster van 250
km lengte bevonden zich complete
landschappen met bossen, meren en
elkaar bestrijdende bewoners). Ook
Sindbad de zeeman is met een ver
haal vertegenwoordigd.
Er staan in dit boek veel al
thans ons onbekende legenden.
Brown verdeelde zijn geschiedenissen
in drie hoofdstukkenzeemeermin
nen en zeemonsters; bijgeloof en le
genden; zeereizen en avonturen.
Sfeervolle tekeningen van Krystyna
Turska maakten van dit „Legenden
van de Zee” een fijn lees- en kijk
boek. Doordat Brown de verhalen
kort heeft gehouden is het daarbij
ook nog eens een boeiend voorlees
boek.
Dat waren dan kriticus Jan Spierdijk
met een persoonlijk, lovend woord, Kitty
Jansen met een bonbonschaaltje, André
van den Heuvel met een cheque en een
boek vol handtekeningen en tenslotte
wethouder Han Lammers, een slecht
spreker maar met twee verrassingen:
het jaargeld van de gemeente Amster
dam („Wegens een opvallend gebrek aan
kapsones”, zei hij) en de ridderorde van
Oranje Nassau namens koningin en re
gering. De brok in de keel was niet zó
groot, of ze kon haar dankwoord snedig
besluiten met: „Ik ga iets heel verve
lends zeggen; dit is een onvergetelijke
«vond!” Daarna was er een receptie met
voor elke toon of klank functioneel
geworden is voor de expressie van een
verrukkelijke muzikale essentie. De di
rectie van Hans Kox was er bij de
uitvoering duidelijk op gericht om de
geabstraheerde schoonheid voor zichzelf
te laten spreken. Zijn gebaar vroeg niets
anders dan een gelijkgeaarde interpre
tatie van het orkest, waarvan de klank
mede door een gereduceerde bezetting
op een aangepast dynamisch niveau ge
houden werd, binnen zorgvuldig overwo
gen nuanceringsgrenzen, welke over
eenkwamen met het door Kox gevolgde
uitdrukkingsprincipe.
In aansluiting op de vertolking van
Haydns symfonie volgde de uitvoering
van een compositie van Kox zelf, het
concert voor viool en orkest, dat hij in
de jaren 1961 tot 1963 componeerde in
opdracht van de gemeente Amsterdam,
welk werk hij opdroeg aan de Neder
landse meesterviolist Theo Olof. Vrijdag
avond heeft Olof weer de solo-partij
gespeeld, magistraal in alle opzichten
met een volstrekte beheersing van de
virtuoze techniek, die de componist ver
langde en met de intens bewogen, mee
slepende uitdrukkingskracht, die Kox aan
zijn in wezen toch modern-romantische
concert heeft meegegeven en die de
cerebraliteit, waarmede het werd ge
vormd bij dit grandioze solo-spel deed
EINDHOVEN. (ANP).— Vrijdagavond
om half twaalf heeft de Eindhovense
gemeenteraad met achttien stemmen
voor en zeventien tegen besloten de
subsidie aan toneelwerkgroep Proloog
met ingang van 1 september 1974 te
digers van de provincie en de vijf grote
Lee die te voren dit voorstel, dat was
ingediend door een meerderheid van de
Combinatie Christelijke Partijen, sterk
bad ontraden, heeft aangekondigd zich
te zullen beraden over de vraag of hij
het genomen besluit zou voordragen ter
vernietiging.
vergeten. Hans Kox paste de begeleiding
nauwgezet bij de vertolking van de vio
list aan, ook voor wat de gevoelsuit
drukking betrof, waarbij ook de kleur
rijke instrumentatie een factor van be
tekenis werd.
Na de pauze werd de eerste uitvoering
te Haarlem gegeven van de „Scherzi per
archi” van de Nederlandse componist
Robert Heppener. Het stuk bleek een
werk te zijn, waarvan de verfijnd-gees-
tige en licht-lyrische muzikale gedach
ten uitnemend afgestemd waren op het
klankmedium van het strijkorkest. Ro
bert Heppener heeft dirigent en orkest
op het podium zijn grote erkentelijkheid
betuigd voor de uitvoering, die veel
succes had.
Een geheel andere klankentaai werd
er gesproken met de vertolking van het
laatste werk van het programma: de
Symfonische Metamorfosen op thema’s
van Carl Maria von Weber geschreven
door Paul Hindemith. De geest van de
romantiek van de eerste helft van de
negentiende eeuw waart nog door dit
werk heen, al werd het meer dan een
eeuw later, in 1943 gecomponeerd. De
verstandelijke aanpak'met contrapuntiek
in het Scherzo heeft de overheersende
geaardheid van de Metamorfosen niet
kunnen neutraliseren. Ook in de uitvoe
ring werd zij door Kox gehandhaafd en
ring werd zij door Kox gehandhaafd en
zo werd het werk een imposante afslui
ting van het concert met een grote
geladenheid van effectrijke klanken.
Tempoe doeloe, de goeie ouwe tijd
in „ons Indië”, bepaalt de sfeer in
Aya Zikkens roman „Gisteren gaat
niet voorbij”.
HET BOEK BESTAAT en in dat
boek vindt men afbeeldingen van
vliegtuigjes en vouwpatronen daar
van, dus is het waar van die papie
ren-vliegtuig jes-cultus. K. Schipper.",
schrijver van het uitgebreide voor
woord van het Papieren Vliegtuigjes
Boek, moet het met die bewijsvoering
eens zijn. Hij zegt onder meer: „Wie
een huis bezit en dat als onderpand
wil geven, zal een eigendomspapier
moeten tonen”. Hij bewijst in een
stukje van dat wonderlijk boeiende
voorwoord (dat alleen al is eigenlijk
de aanschaf van dit vouwboek
waard) dat er inderdaad een competi
tie van papieren vliegtuigjes-bouwers
is in Amerika. Schippers praat over
veel dingen; soms ook in terzijdes
zweven de papieren vliegtuigjes zijn
vertelsels in en uit.
De Scientific American en de New
York Times riepen op tot deelname
aan de competitie om de Leonardo’s
(da Vinei), een soort Oscars voor
papieren vliegtuigontwerpen. Er kwa
men, zo meldt het boek, 12.000 inzen
dingen binnen.
In het Papieren Vliegtuigen Boek
(uitgegeven door Bert Bakker, Den
Haag) vindt men, behalve de geestes-
vouwsels van Schippers, de winnaars
van de Leonardo’s en nog een groot
aantal vouwvliegtuigjes, van de meest
uiteenlopende vormen. Het laatste
exemplaar is het ons aller bekende
Nederlandse papieren vliegtuig dat
menig klaslokaal of concertzaal on
rustig gemaakt heeft. Het doet wat
plomp en calvinistisch aan als men
het vergelijkt met de frivole, spitse
bouwsels uit Amerika. Hoewel wat
William Bidlack uit Los Angeles
(werkzaam bij Lockheed Aircraft)
heeft ingezonden lijkt bijzonder veel
op „de onze”. Wat tenslotte opvalt in
de colofon is, dat de druk van het
boek werd verzorgd door Delta. Daar
vouwen ze waarschijnlijk alleen
naar delta-vliegtuigjes.
De acht rollen in het drama over de
ondergang van de mensheid zullen door
beroepsacteurs worden vertolkt. Wie dit
zijn is nog niet bekend. Er wordt onder
handeld met een Amerikaanse ballet
groep om dansen uit te voeren.
De tien voorstellingen worden
’s avonds gegeven tussen 26 juni en
15 juli. Er worden telkens zitplaatsen in
het Vondelpark gebouwd voor 1500 toe
schouwers. In het park wordt een Hof
van Eden gebouwd, die waarschijnlijk
wordt aangelegd door tuinarchitect
Louis Leroy, aldus de heer Briels. Hij
deelde nog mee ook „rond te zijn” met
de VNU als sponsor. „We werken zonder
subsidie en betalen vermakelijkheidsbe
lasting”, aldus de heer Briels. De toe
gangsprijzen lopen van een tientje tot 25
gulden.
Kostelijke lectuur, ook dank zij de
knappe vertaling van mr. R. Germe-
raad. Met bekende namen zoals Ro
bin Hood en Jesse James of onbeken
de zoals de Braziliaan Virgulino da
Silva. Kleurrijke anecdotes over de
Balkan-boeven, „Haiduks” genaamd,
die anderhalve eeuw terug hun „han
darbeid” alleen in het seizoen (de
zomer) uitoefenden. Als de herfst na
derde begroeven ze hun wapens om
weer een gewoon leven als boerenk
necht te leiden, soms wanneer de buit
groot genoeg was geweest leefden ze
zonder te werken. Hun slachtoffers
waren de Turken: zo sneed het mes
aan twee kanten, want de onderdruk
kers kregen een lesje en omdat het
toch maar „ongelovige honden” wa
ren, werd tegelijkertijd een „goedge-
vallig werk” verricht.
Een waardevolle studie om de na
volgers van deze sociaal-bandieten te
leren begrijpen ook al heten die te
genwoordig dan guerilla’s.
ZE KIJKEN MET dédain, noem het
zelfs een soort minachting, neer op
de schippers van nu. Ze, dat zijn de
zeilschippers, die een veertig, vijftig
jaar geleden nog het beeld van de
binnenwateren en het Ijsselmeer be
paalden met h un tjalken, klippers,
zeilkasten. Hagenaars, klipperaken,
stevenaken. De mannen, die met de
collega's van „de strontvloot” (de
mestschippers) of de grindschepen, of
de turfschepen verbeten strijd voer
den om voldoende vracht te kunnen
houden.
De gebeurtenissen worden verteld
door een 14-jarige jongen, die de
strijd sieer direct meemaakte en in
dagboekvorm optekende.
f >',V M
DEN HAAG. (ANP).— B. en W. van
Amsterdam hebben toestemming ver
leend om de komende zomer in het
Vondelpark in ’s lands hoofdstad te
midden van de
Het college van B. en W. had de raad
unaniem voorgesteld Proloog te blijven
subsidiëren tot 1 september 1975 en
gelijktijdig zo snel mogelijk in overleg
te treden met de Noord-Brabantse subsi-
diëntencommissie over de vraag wat na
die datum zou moeten gebeuren. In deze
commissie hebben zitting vertegenwoor
digers van de provincie en de vijfgrote
Brabantse steden.
Wethouder mevrouw Mr. C. de Vries-
Van Haaf ten noemde het stopzetten van
de subsidie met ingang van 1 september
van dit jaar onnodig kwetsend voor de
subsidiëntencommissie en een school
voorbeeld van onbehoorlijk bestuur om
niet te willen wachten op een volgende
week te verschijnen rapport van de
provinciale werkgroep toneel en de uit
slag van het overleg met de andere
subsidiënten. Burgemeester Van der Lee
merkte op dat deze beslissing ernstige
gevolgen kan hebben voor het hele to-
neelbestel van Noord-Brabant.
Drs. B. Combee, fractievoorzitter van
de CCP vond, dat een breekpunt met
Proloog was bereikt nu de toneelgroep
duidelijk had laten weten aan de door
de gemeenteraad ingestelde evaluatie
commissie niets te willen veranderen
aan de doelstelling en de inhoud van het
repertoire. Wethouder De Vries-Van
Haaften verdedigde het standpunt van
B. en W. ondermeer met de opmerking
dat Proloog niets had laten blijken van
kwade trouw, de voorwaarde waarop de
gemeenteraad tijdens de jongste begro
tingsbehandeling nog tot minstens sep
tember 1975 had willen subsidiëren. Ver
der wees de wethouder op de vrijheid
van het woord, die in het geval van
Proloog volgens haar alleen maar gerea
liseerd kan worden als er gesubsidiëerd
wordt.
Deze uitgave van La Rviere en
Voorhoeve in Zwolle compleet met
de voor velen weemoed opwekkende
woorden als „adoe, djongos en goe-
ling”, verhaalt over twee Indische
dametjes, die een „indischman” ont
moeten. Ze raken van die kennisma
king compleet ondersteboven, waarna
ze het verleden in hun fantasie ver
mengen tot smakelijke vla-flips, of
zoals dat tegenwoordig in goed Ne
derlands heet, de ene flash-back
roept de andere op.
De klamme, broeierige sfeer van
het post-kolonialisme wordt door Aya
Zikken in dit „Gisteren gaat niet
voorbij” soms raak getroffen.
Van een heel ander kaliber is
.Bloemen voor Nippon”, belevenissen
tijdens de Japanse bezetting van Au
gusta Lampe uitgegeven door de
Wereldbibliotheek in Amsterdam. Zes
stroperige ongeloofwaardige vertel
sels, zwart-wit gekleurd, met als ab
soluut dieptepunt het verhaal van de
„terugkomst” over Henkie „met zijn
twee pappa’s”.
EEN STAPELTJE BOEKEN, wille
keurig gegroepeerd, maar wel het
beste bovenop en het betere onderaan
de stapel. En om dan met de deur in
huis te vallen: „Bandieten” van de
Britse historicus Eric Hobsbawm. Een
korte geschiedenis van het banditisme
opgenomen in de reeks „Geschiedenis
buiten het boekje” van
schappelijke Uitgeverij in
dam.
Hylke Speerstra heeft verhalen ge-
die de vrachtzeilers hem
vertelden. Want ze leven nog, ver
scheidene van die keiharde kerels, die
opboksten tegen elementen en elkaar.
Het zijn schitterende verhalen. Je zou
bij wijze van spreken van elk van die
schippers een boek kunnen schrijven.
Die verhalen zijn samengebracht in
„De laatste echte schippers, binnen
vaart onder zeil”. Je proeft er het
overkomende water uit (tussen twee
haakjes: de schippers haalden vroeger
hun drinkwater gewoon uit de Braas-
semmermeer of het Meppeler Diep.
Maar dat was dan ook nog in de tijd
dat een fles jenever 75 cent kostte,
„waarmee je dan de scheepsjagers.
grindbazen en concurrenten in het
gareel kon houden”. Het boek, dat
uitgegeven is door De Boer in Bus-
sum, bevat, geheel in de sfeer van de
oude tijd en de geteerde zeilen, foto’s
van de oude binnenvaartschepen in
bruine tint.
Geweld zoals dat een eeuw terug
werd toegepast door de Britten in
India, volgens het principe van het
recht van de sterkste. Heersers van
het uitgestrekte Aziatische gebied
waren toen de directeuren van de
Oost-India Compagnie, die met een
Indiaas Leger onder Britse officieren
„regeerden”. De knoet in hun stomp
zinnige banden. Leerzame lectuur
voor de „daar werd wat groots ver-
richt-filosofen”.
Uitgeverij Het Wereldvenster in
Baarn heeft kennelijk veel succes
ogst met he tboek „Israel” van dr.
M. A. Beek, waarvan onlangs een
vijfde bij gewerkte druk is versche
nen.
Het deel „Heden” is bijgewerkt tot
vlak voor de oktober-oorlog van het
vorig jaar. Een „achterhaald mo
ment” constateert de uitgever met
een ondertoon van spijt, maar dat
bezwaar zal in een bibliotheek niet zo
zwaarwichtig blijken te zijn, voor dit
boek met fraai nieuw fotomateriaal.
toestemming
komende zomer in
’s lands hoofdstad
hippies het treurspel
„A<jam in ballingschap” van Vondel tien
keer op te voeren. Dit heeft Carel Briels
meegedeeld. Hij is de algemene en artis
tieke leider van de onderneming, die
door de stichting „Al het nog goede” op
touw wordt gezet.
I»!