Joe Albany voor Cat Jazz in Haarlem Toneelschuuracteurs werden niet geheel geloofwaardig Limehouse op BERNARD BARTELINK AAN HET SINT BAVO-ORGEL Joh. Passion in a’^hentieke uitvoering Beethoven weer in de gratie ROM KALMA INDRUKWEKKEND IN MAHLER’S LIEDEREN Solzjenitsins werk vernietigd in Rusland Goede grafiek van Hunfeld Haarlems Jeugdorkest met goed gekozen programma zijn best I 7 er Ank Reinders zong Andriessen’s „Miroir de Peine” ontroerend Bij Heerkens Thijssen IN CHINA Hoge filmprijs voor James Cagney „Daddycated” Jeugd sterker dan „De Knollentuin” MAANDAG 18 MAART 1974 Worstelen HAARLEM De organist Ber nard Bartelink had voor het orgel concert, dat hij zondagmiddag in de kathedrale basiliek Sint Bavo aan de Leidsevaart heeft gegeven, een programma van Nederlandse werken samengesteld. Zuid-Neder- land was hierin vertegenwoordigd met drie bewerkingen in de koraal- voorspelvorm van middeleeuwse geestelijke liederen van de Vlaamse componist Flor Peeters. HAARLEM. Het concert dat Joe Albany zaterdagavond voor een handvol aandachtige luisteraars op de Haarlemse Jazz Club gaf, was om verschillende redenen opvallend te noemen. Allereerst was hier een boppianist te beluisteren, die in een idioom speelde dat na 25 jaar nog nauwelijks geëvolueerd leek. Charlie Parker, Benny Carter en Max Ka minsky leken dan ook in levende lijve op het podium van de Zander- zaal rond te wandelen. Het was pure romantiek (speltechnisch en gevoels matig), waarbij je recentere verwor venheden als free- en rock jazz maar snel moest vergeten. M I Romantische boppianistiek Joe Albany tijdens zijn optreden. CEES STRAUS JOKE DIEBEN-FRERÏCHS P. ZWAANSWIJK mijn i dat beeld land: laten dan van iking leem, idee dat Joop jartij ver- eden i liet an de s van ie die i zijn im bij g mee ld die l over etnam 1 met at hij achter werd :t ge ar een zoals rs dat mages het- ge- Ver- Hall- van leve, voor gens «rat. ellen nep- „Ik maar alle- riklijk it de- clame ,t het jr, ik el.” it dit Jerard .vegen ms de Karei wijze ■beeld vóór Vor- vind a wij- alleen ouden i met ijde)”. it op veinig it ge- soort :ser is s een twee gram- arden: n ons is Ge it van a een n met t. Die leciale an in- Peter reuvel 1 we ior je arbei- aoemt t zijn mouw roon- God" aar in con- naar toch 1, op poli- over jaar toe- L Azymuth vindt dat de Johannes Passi on gebracht moet worden door solisten die spelen op authentieke barokinstru- menten en door zangers die jaren stu deerden op verloren gewaande technie ken, zonder vibrato en met een nauw keurige muzikale articulatie. Uitvoeringen van de Johannes Passion in deze opvatting zullen zowel in Beige als in Nederland gegeven worden. Op 4 april is deze Johannes Passion „in de originele versie” te horen in Luik, op 5 april in Gent, op 6 april in de Waalse Kerk in Amsterdam, terwijl er een slot- uitvoering komt in de concertzaal van de Doelen in Rotterdam. Bij de vocale solisten die Azymuth heeft gevraagd, zijn Xavier Torra, een specialist op het gebied van Spaanse muziek uit de 16e eeuw en de bariton Max van Egmond. Een andere solist is de Belg René Jacobs, gespecialiseerd in de barokopera. Verder werken mee het Tolzer Knabenchor, het Amsterdams ba- rokorkest Musica Antiqua en het Colle gium Vocale uit Gent. MOSKOU (AP). De dag nadat Solz- jenitsin naar het westen was verbannen, heeft de Russische regering alle openba re bibliotheken opdracht gegeven de vijf werken te doen verdwijnen die van hem in de Sovjet-Unie zijn gepubliceerd. Dit hebben literaire kringen in Moskou be kendgemaakt. De opdracht, die niet werd openbaar gemaakt, was getekend door K. Roma nov, hoofd van het instituut voor het waarborgen van de staatsveiligheid in de pers. Ze was gedateerd op 14 februari, de dag nadat de dissidente auteur op een vliegtuig naar West-Duitsland was gezet. „Er bestaat geen twijfel over dat de opdracht inhield dat het werk moest worden vernietigd”, aldus genoemde kringen. De vijf werken zijn: „Een dag uit het leven van Ivan Denissovitsj” en vier korte verhalen. Met uitzondering van het laatste verhaal zijn alle werken in de jaren 1962-1963 in het literaire blad Novy Mir gepubliceerd. Volgens de kringen zullen slechts twee exemplaren van elk van Solzjenitsins werken wor den bewaard in die bibliotheken die speciale magazijnen bevatten, in bepaal de kringen „gifkasten” genoemd- PEKING. (Reuter) Een vooraan staand dagblad in Peking, Goeangming, heeft de waarschuwing geuit dat klassie ke muziek uit het westen een nadelige invloed kan hebben op China’s culturele ontwikkeling. HAARLEM. Haarlems Jeugdorkest van de stichting „Jeugd en Muziek Haarlem” heeft zaterdagavond in de Nieuwe Kerk aan het Nieuwe Kerks- plein zijn traditionele voorjaarsconcert gegeven met een bijzonder programma. Het vermeldde drie werken van Ne derlandse componisten: een Intrada van de bekende dirigent-componist Willem van Otterloo, het Ricercare voor groot symfonieorkest van Hendrik Andriessen en het vrijwel in vergetelheid geraakte Allegro voor vier strijkkwartetten van de negentiende-eeuwse componist Jo hannes Bernardus van Bree, van wie in onze tijd bijna geen werk meer wordt uitgevoerd. Van Bree’s nagedachtenis wordt te weinig in ere gehouden. Te gering is de dankbaarheid van de Nederlandse natie voor deze toonkunstenaar geweest, die door een uitzonderlijk grote activiteit, niettegenstaande een zeer zwakke ge zondheid, ontzaglijk veel ertoe heeft bij gedragen, dat de aandacht voor de mu ziekbeoefening in ons land in de vorige eeuw gaande gehouden werd. Als com ponist was hij autodidact. Door deze omstandigheid heeft zijn werk persoon lijke accenten gekregen al werd de in vloed van de romantici, van wie Van Bree als dirigent veel muziek liet uit voeren, toch wel merkbaar. Ook het door Haarlems Jeugdorkest Met bovenstaande problematiek wor stelde gistermiddag in de Haarlemse To neelschuur de eigen Schuurploeg, die voor een vijftigtal kinderen het spel „De Knollentuin” opvoerde. Een te veel aan uit het hoofd geleerde, tevoren keurig vastgestelde tekst, belette het merendeel van de spelers adequaat op de gebeurte nissen in de zaal te reageren. Slechts speler Henk, over wie achter .mijn rug werd gefluisterd dat hij constant zijn tekst kwijt was, slaagde erin zichzelf in dit opzicht tegenover de meelevende schare toehoorders verkoopbaar te ma ken: hij werd dan ook onmiddellijk tot favoriet uitgeroepen en mocht vervol gens zijn tekstboekje helemaal vergeten. Alle lof. De Schuurploeg heeft „De Knollen tuin” gebaseerd op de elementen lucht, aarde, water en vuur. De lucht symboli seerde de figuur van „Bontje Blauw”, de aarde „Knolletje Groen”, het water de schoonmaakmaniak „Witte Reusje” en het vuur, de warmte, de „Rooie Rakker”. De gelukkig niet al te opzichtige moraal van het verhaal: In een knol lentuin wil niets groeien als er iets aan de aarde mankeert, als er niet voldoende frisse lucht is, wanneer het water ont breekt of het zonnetje (de warmte) het laat afweten. Alle factoren tezamen zijn bepalend voor de waarde van de oogst. Óf: alle spelers tezamen kunnen Knolletje Groen pas aan een acceptabele knollenopbrengst helpen. Een best wel aardig thema, wanneer je het tenminste enigszins redelijk ver pakt op de kinderen kunt overbrengen. En dat lukte de „Knollentuin”-spelers (die het stuk voor de tweede maal opvoerden) nog maar ten dele. Kinderen zijn over het algemeen uitermate logisch denkende wezentjes, aan wie je nauwe lijks kunt verkopen dat je op het toneel staande niet ziet wat je colle ga’s om je heen uitvoeren. En die het helemaal niet meer kunnen bevatten, wanneer je hun welgemeende raadge vingen in de wind slaat en met gespeel de schrik ontdekkingen doet, die zij in een veel vroeger stadium reeds luidkeels hadden geconstateerd. De Schuurploeg zal zich over zijn toneelattitude in kin dervoorstellingen nog eens danig moeten beraden. Met een wat minder strakke tekstopbouw komt men waarschijnlijk al een heel eind in de goede richting. Opmerkingen, die de althans in de ogen van de spelers logische opbouw van het script nogal eens op pijnlijke wijze willen doorkruisen. Hoe reageer je daarop als acteur? Doe je net alsof je de kreten' niet hoort, kap je de opmerkin gen af met een kort„Hou je mond dicht”, óf neem je ze juist ter harte, met de logische consequentie dat er vanaf dat tijdstip grotendeels op los moet wor den geïmproviseerd? De eerstgenoemde reactie, die zoge noemde toneeldoofheid, lost niets op: de kinderen zullen hun aanwijzingen slechts nog wat harder gaan schreeu wen. Door toepassing van de tweede mogelijkheid, het afkappen van wat wordt meegedeeld, maak je jezelf en je doelstellingen wel erg ongeloofwaardig: je doodt de juist in kinderen nog zo mateloos aanwezige spontaniteit, je ver moordt de toch zo belangrijke wissel werking met het publiek. Alternatief Het sprak echter tegelijkertijd voor zichtige goedkeuring uit over het werk Beethoven en nam daarmee een gema tigder standpunt in dan andere kranten, die onder meer hadden geschreven dat Mozarts muziek inferieur is aan de Chi nese moderne balletmuziek. Hoewel de kritiek in Goeangming vasthield aan het ideologische standpunt dat westerse muziek in het algemeen de bourgeois-geaardheid van haar compo nisten weerspiegelt, menen waarnemers in Peking dat er toch een correctie in school voor het wegnemen van de in druk dat in China weer anti-buitenland- gevoelens de op kop opsteken. Goeangming prees Beethovens Vijfde symfonie als een „reflectie van de geest van verzet van de opkomende bourgeoi sie tegen het feodalisme”. „Wij laten niet na op onze waardering voor Beethoven en de progressieve betekenis van zijn composities voor de geschiedenis, te wij zen”, aldus Goeangming. Bach wordt door het blad in de aan een bepaalde periode gebonden hoek ge drukt. De grote plaats die religeuze the ma’s in Bachs muziek innemen, aldus Goeangming „weerspiegelen zijn eigen godsdienstige opvattingen en het belang van de religie in het achterlijke en feodale achttiende-eeuwse Duitsland”. Uit de onvoltooide van Schubert spre ken volgens Goeangming de „depressieve - en onzekere gevoelens van de bourgeois pseudo- intelectuelen uit Duitsland en - Oostenrijk, en de blauwe Donau van Johan Strauss is „camouflage voor de reactionaire heersers van Oostenrijk die probeerden de bourgoisie na de revolutie van 1848 vrede op te leggen. Onkritische aanvaarding van klassieke muziek uit het westen zou tot ernstige ontwrichtin gen in de dictatuur van het proletariaat kunnen leiden”, aldus Goeangming. Het voornaamste doel van het leggen van klassieke muziek uit het Westen onder de loep van de klasse-analyse zou volgens waarnemers kunnen zijn, het afremmen van het enthousiasme waar mee concerten door orkesten uit het westen werden ontvangen en die aanlei ding zouden kunnen zijn geweest tot de indruk dat China onvankelijker aan het worden was voor de Westerse cultuur. nummer drie blijft dan als enige moge lijkheid over. Wat inhoudt, dat je je tekstboekje gerust mag vergeten, ergens een rode draad moet oppikken en de voorstelling al improviserend tot een goed einde moet zien te brengen. Geen eenvoudige opgave, akkoord, maar er rest nu eenmaal geen andere oplos sing. Bernard Bartelink opende het concert met de uitvoering van een Toccata en fuga van Jos van Amelsvoort, waarin de melodie van het koraal „Vexilla regis prodeunt” is verwerkt. Het werk bevat speelse, kernachtige muziek vooral in de Toccata. De fuga gebouwd op een zeer melodisch geaard thema munt uit door een goede structuur. Bartelink vertolkte het werk voortreffelijk, constructief ge zien, maar ook voor wat de klank be trof. Zijn registratie toonde overtuigend aan, dat de organist steeds meer de geheimen van de bijzondere dispositie van het Willibrordorgel doorgrondt, ook in betrekking tot de steeds weer verras singen gewende akoestiek van de indruk wekkend grote kerkruimte. Van beheersing van de orgelklank en zijn vele timbre-facetten spraken ook de gave vertolkingen van de koraalvoorspe- len van Peeters, die zo gespeeld orgel werken van betekenis bleken te zijn. Op deze middag gaf Bartelink riog de eerste uitvoering van een aan hem opge dragen orgelwerk van de componist Lé on Orthel, een drie-delige Sonate in d kleine terts, welke probleemloze, aange naam klinkende muziek bleek te bevat ten, waarvan de werking overwegend op een harmonische opbouw van accoorden van vertrouwd karakter berust- De so nate is een ontspannend, prettig klin kend stuk, dat veel organisten gaarne in hun repertoire zullen onemen. Aan het concert werd medewerking verleend door de zangeres Ank Reinders. Zij had de liederen cyclus „Miroir de Peine” door Hendrik Andriessen gecom poneerd op vijf sonetten van de dichter Henri Ghéon ter vertolking gekozen, passie-muziek en passiegedachten van ontroerende schoonheid en smartelijke bewogenheid. De heldere en toch mild geaarde sopraan-stem van Ank Reinders klonk prachtig als medium voor het tot uitdrukking brengen van de door zo innerlijke muziek gedragen tekstge- dachten. Bartelinks uitnemende orgelbe geleiding vormde met deze diep-peilende voordracht een voortreffelijke eenheid. Ank Reinders heeft voorts een uitste kende indruk gemaakt met drie zangen van Marius Monnikendam, die zijn muziek hiervoor een meliomatisch, exo tisch en extatisch karakter gaf, waarme de de van vervoering getuigende voor dracht van de zangeres en de orgelbege leiding volstrekt harmonieerden. P. ZWAANSWIJK. .'A./*.r HOLLYWOOD. De Amerikaanse filmster James Cagney ontving de hoog ste Amerikaanse filmonderscheiding, de Prijs die het Amerikaanse filminstituut toekent voor het gehele werk van ie mand dh zich bijzonder verdienstelijk heeft gemaakt voor de filmkunst. De 69-jarige Cagney is de tweede die deze onderscheiding ontvangt. Wijlen de regisseur John Ford was de eerste. Ja mes Cagney is vooral bekend geworden door zijn talrijke gangsterrollen. In 1931 zorgde hij voor rumoer door in de stomme film „The public enemy” een halve grapefruit in het knappe gezicht van de actrice Mae Clark te duwen. Mae Clark die nu 63 jaar is, was bij de uitreiking aanwezig. Nadat hij in 1961 zijn 61-ste film had gemaakt „One, two, three” waarin hij een Ameri kaanse magnaat in Duitsland speelde trok C' gney zich terug uit de filmwe reld. Een sfeervolle entourage rond de échte leden van de Limehouse Jazz Band. Van links naar rechts: Jacques van Ham, Peter Rijkhoff, Ton van Brussel, Fred Horn, Dick Klijn, Ger Booiman, Gerard Wehrmeijer, Piet Peeperkorn en Remco van der Gugten met voor zich de riet- instrumenten. HAARLEM. Eén van de aardigste en moeilijkste facetten van een kindervoorstelling is nog altijd de enor me emotionele betrokkenheid van de jeugdige toeschouwertjes bij alles, wat zich zo vlak voor hun ogen op het podium afspeelt. Je kunt als schrijver van een kinderspel nog zo je best doen om een boemanfiguur te vermijden: een favoriet wordt door de kinderschaar al snel gevonden, en die wordt door zijn gestaag groeiende fanclub immer luid keels met raad en daad terzijde gestaan. De waarschuwingen schallen door de zaal: „Kijk uit, hij staat achter je! Let nou toch op!” zo veel verschillende instrumentale tim bres, maar de schoonheid van dit melo dische zo rijke werk kon toch aan de dag treden, ongetwijfeld tot voldoening van de bij dit concert tegenwoordige componist die aan dirigent en orkest onder hartelijke bijval zijn dank kwam betuigen. Een bijzonder goede indruk heeft Haarlems Jeugdorkest gemaakt met een fijnzinnige uitvoering van de sfeerrijke „Pastorale d’été” van de Zwitserse com ponist Arthur Honegger. Het hoogtepunt van dit concert werd echter bereikt met de vertolking van de „Lieder eines fah- renden Gesellen” van Gustav Mahler. De solist hierbij was de bariton Rom Kalma. Met zijn fraaie van nature zo uitdrukkingsrijke, voortreffelijk beheer ste stem heeft hij Mahlers aangrijpende, weemoedig-romantische liederen met ontroerende voordracht gezongen. Met grote betrokkenheid hebben André Kaart en zijn orkest de solist met een verrassende verinnigde begeleiding, sub tiel, maar ook met van vervoering getui gende klankexpansies en expressieve vereenzelviging terzijde gestaan in ver tolkingen, die diepe indruk hebben ge maakt. Rom Kalma schonk liedkunst van hoge orde en daarvoor hebben de toehoorders langdurig hun grote waar dering getoond. Het tweede en minstens even opval lende facet van dit door de Stichting Cat Jazz georganiseerde concert was het gegeven dat hier een pianist speelde, die zich in tegenspraak tot zijn geringe bekendheid in ons land, een bij tijd en wijle zeer knap stylist toonde. Dat kwam met name tot uiting in puntgaaf uitgewerkte versieringen die vaak de belangrijkste inhoud van zijn stukken vormden. Joe Albany is een van de vroegste, goede boppers. In de oorlog, nog geen 20 jaar oud, speelde hij in de orkesten van Carter en Kaminsky. Zij zijn het die bepalend zijn geweest voor de verdere muzikale ontwikkeling van Albany. Het lijkt me toe dat Albany door het contact met Parker wel door hem geïmponeerd is geraakt en dat het zeker wel inspire rend heeft gewerkt, maar dat de muzi kale basis bij Albany toen toch al gro tendeels gevestigd was. Albany’s programma dat door de ge ringe opkomst van het publiek drie kwartier later aanving, bestond uit drie delen met in hoofdzaak ballads en blues in het 12 maten stramien. Ondanks hetx ontbreken van latere ontwikkelingen (Albany is Albany gebleven zou je kun nen zeggen) merk je dan dat een ever green als Bluesette of andere traditio nals bij deze pianist nog opmerkelijk fris klinken. Dat gold bijvoorbeeld ook voor het openingsnummer, Barbados van Parker, of voor hét schitterend neerge zette Time on my hands waarin Albany koos voor de bewerking van Miles Davis. Dit Carter-stuk werd echter meer een bewerking a la Albany, niet in het minst door zijn bijzonder rijkgeschakeerde versieringen. Een boeiend, interessant concert. (Van onze kunstredactie) HAARLEM. Haarlems bloedeigen oude stijl orkest, de Limehouse Jazz Band, heeft dezer dagen zijn eerste elpee gemaakt, die onder de titel Daddycated op het niet-commerciële Cat Jazz-label is uitgebracht. „We zijn er bij deze titel vanuit gegaan dat zonder onze vaders deze plaat nooit tot stand zou zijn geko men.” Aldus motiveert Remco van der Gugten, klarinettist bij het orkest, de naam van de plaat. „Oorspronkelijk hadden we voor „Dedicated to our dad dies” gekozen, maar dat bleek een te lang verhaal te worden. Vandaar dit taalgrapje.” „Daddycated” laat de Limehouse Jazz Band, voortgekomen uit de in 1965 opge richte Limehouse Seven, op zijn best horen. Stuk voor stuk goed geproduceer de en perfect uitgevoerde stukken in de stijl van de vroege bigbands, zoals die van King Oliver en Fletcher Henderson. Een klein aantal composities zijn van Remco van der Gugten zelf, die geheel in de stijl van de overige nummers bleef. De klarinettist, die op de plaat met een warme en fraaie toon is te horen, toonde zich zeer tevreden met het resul taat. „Je weet misschien dat de Lime house Seven enkele jaren geleden ook een plaat heeft opgenomen op het Cat Jazz label. In tegenstelling tot deze elpee staan daar meer dixieland-stukken op. Ik vind dat Daddycated qua stijl en kwaliteit een stuk hoger ligt dan de vorige plaat. De stijl die we nu (de Limehouse Jazz Band kreeg ten opzichte van de Seven uitbreiding met een twee man sterkere blazersgroep - red.), bevalt iedereen goed. We gaan voorlopig door in deze richting”, aldus Remco. De hoes van Daddycated laat aan de voorzijde een ouderwets aandoende foto zien waarop de vaders achter het instru ment van hun respectieve zoons zijn gezeten. Mede door de raakgetypeerde fototechniek van Hans J. Böhme (Rem co: „Een enorme fan van ons”) ademt de hoes precies de sfeer van de muziek uit. Pikante noot: geen van de vaders is musicus, „uitgezonderd Cees van Brussel (vader van Ton) die in een dolle bui ooit eens bij ons achter de piano is gekro pen.” Daddycated is onder meer ver krijgbaar bij de optredens van de Lime house Jazz Band en op de Haarlemse Jazz Club, Groot Heiligland 47 in Haar lem tijdens concerten en sessions. uitgevoerde Allegro toont in melodische formuleringen en harmonische geaard heid die invloed. De dirigent André Kaart, die het voorjaarsconcert leidde, zorgde bij de vertolking voor een overwegend verfijn de, licht genuanceerde klank van de vier groepen van strijkinstrumenten, die vaardig en met toewijding werden be speeld door de jeugdige instrumentalis ten. Bij de ruime akoestiek van de kerkruimte bleek het geen eenvoudige aangelegenheid om de duidelijkheid van tekening steeds te laten blijken en om een exacte inpassing van de groepen tot stand te brengen ter wille van een constructieve vormgeving. Niettemin slaagde André Kaart er goed in een juiste indruk van Van Bree’s toch wel daterende kwartet te geven, vaak door een fraaie strijkersklank en door een lyrische uitdrukking. Aan het Allegro van Van Bree was de Intrada van Van Otterloo voorafgegaan in een uitvoering door de koperblazers van het orkest, een bespeler van de contrafagot en een paukenist, uitmun tend door een diepe sonoriteit. Het Ricercare van Hendrik Andriessen kreeg een geestdriftige, muzikaal gela den en door jeugdige stuwing geken merkte vertolking. Ook hiervoor bleek de akoestiek niet bevorderlijk voor de duidelijkheid van de klankwerking bij HAARLEM. Jan Hunfeld is een nog jonge Haarlemse schilder en hier eigenfijk onbekend, omdat hij kort na zijn opleiding in de Verenigde Staten ging wonen, waar hij zijn tekeningen en schilderijen ook exposeerde. Hij is nu „terug van weggeweest” en zijn werk hangt tot Pasen in de prentenkamer van Heerkens Thijssen. De Amerikaanse stijlen hebben Jan Hunfeld niet beïnvloed. Hij is typisch een Nederlandse naturalistische schilder gebleven, met werk dat in twee stijlen uiteenvalt. Zijn tekeningen zijn uitstekend. Hij heeft wat hier hangt in de Franse Dor dogne gemaakt, waar de bergen hem de gelegenheid boden brede panorama’s, soms van bovenaf gezien, in beeeld te brengen. Dat deed hij in een heel helde re stijl waarbinnen veel aan het wit en dus aan de verbeeldingskracht van de kijker is overgelaten. Opvallend is zijn gevoel voor structuurverschilllen, hetgeen de tekeningen een extra gra fisch karakter geeft. Die verschillen be staan bijvoorbeeld uit het contrast tus sen heel precieus getekende dakpannen en stenen tegenover heel andere arce ringen in bomen en bergen. Er hangen ook „Waskrijt-schilderin- gen”. Dat is waskrijt of een dergelijk materiaal op een blad aangebracht, waarin de tekening als het ware is ingekrast. Deze techniek laat echter niet zo’n duidelijke voordracht oe als in de tekeningen. Dat materiaal leidt ook tot een gema tigd expressionisme da echter niet over tuigt. Deze bladen zijn hoofdzakelijk in deze omgeving gemaakt, duinlandschap pen en strand, waarin de menselijke figuur hoogstens als stoffering wotdt bruikt. Er hangen twee olieverfjes, te weinig om gefundeerd over deze kant van het kunstenaarschap van Jan Hun feld te kunnen oordelen. HEIN STEEHOUWER. BRUSSEL (ANP). Het Belgische centrum voor internationale culturele betrekkingen, Azymuth, uit Lokeren, gaat dit jaar, met steun van het Belgi sche ministerie van buitenlandse zaken, de Johannes Passion van Bach uitvoeren in de authentieke versie. Azymuth wil daarmee aandacht vragen voor een uit voering van de Johannes Passion zoals die waarschijnlijk door Bach bedoeld is. k.-> «fa,;.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1974 | | pagina 7