DICK VAN DIJK
voetbalgod in Frankrijk
J krijg je
4
L
gig
van hypervisor
De redenering
er niet uit”
„Het frivole
i
Advertentie
Opleiding
tot spil
Elf uit elf
I
BMK
ZATERDAG 23 MAART
1974
Erbij
27
26
Miljonairselftal
door Peter Heerkens
Fransman
Voor veel geld
t
t.
>r
r
0
oog
oe-
ede
tot
m.
STOPPER
i
■1
Toch is er uit Nice met Dick van Dijk
nog niet gekomen wat president Loeillet
ervan verwachtte toen hij de Nederland
se spits voor veel geld (Dick van Dijk
spreekt van een unieke aanbieding) naar
het zuiden haalde, samen met een serie
nationaal bekenden. „Er is veel kritiek
geef ik de voorkeur aan Jan Mulder,
die per wedstrijd steeds meer aan het
terugkomen is.
Oprinsen (NOAD), Mol (KFC), Drok
(Sparta), Mijnders (DFC) enz... Iede
re club had toen zijn eigen Neder-
lands-elftalspeler en elke Nederlands-
elftalspeler had zijn eigen club. On
geveer de situatie dus als bij Enge
land en West-Duitsland in die roem
ruchte kwartfinale in Mexico 1970.
Het Engelse elftal bestond toen uit
spelers van acht verschillende clubs
en verloor van het Westduitse elftal
dat ook spelers van acht verschillende
clubs bestond
begin ergerde ik me dood aan dit soort
toestanden, maar nu ben ik eraan ge
wend. Ik speel maar mee in dat Franse
circus. Het moet wel. want wat je ook
wilt veranderen, het lukt gewoon niet”
de
in
als
iet
i-
n
k
n ol
ijk
an-
i de
een
iwe,
het
ali-
dan
sme
terecht kwam. Met echtgenote Wanda en dochtertje
Anouk (4) leeft hij als voetbalgod in Frankrijk, maar
met de OGC Nice gaat het niet zoals de tempera
mentvolle supportersschare en Dick van Dijk zelf
wensen. Op 7 punten van leider St. Etienne heeft
Nice (vijfde plaats) nu al zowat het landskampioen
schap weer verspeeld, terwijl juist Dick van Dijk,
Leif Eriksson en een stel dure nationale vedetten
door monsieur le président Loeillet (miljonair ge
worden met een liftenfabriek) indertijd werden aan
gekocht voor het veilig stellen van de titel. In mon
dain Nice blijkt de hang naar de geneugten des levens
groter dan de zin in de discipline die een voetballer
zich heeft op te leggen. „Je leert ermee leven”, zegt
Dick van Dijk die het graag anders zou willen, maar
nu dat nu eenmaal niet blijkt te kunnen, met over
gave geniet van wat ze hem opdringen. Zijn contract
bij Nice loopt nog twee volle seizoenen. Daarna heeft
hij een vrije transfer, wat uitzicht biedt op een aar
dige spaarcent. Vermoedelijk haalt Dick van Dijk
die ook in Frankrijk binnen. „Als mijn tijd hier om
is, ben ik 30 jaar. Dan kan ik makkelijk terecht bij
een andere Franse club. Hoe klein die ook zal zijn:
ik denk dat het me meer oplevert dan in Nederland.
Ze betalen hier formidabel. Bovendien vind ik het
een geweldig land, Frankrijk. Ik zal hier mijn voet-
baljaren wel uitdienen, denk ik”.
Resteren nog de rechtshalfplaats en
de Ausputzer. Enige reële kansheb
bers voor de laatste positie: Drost en
Van lerssel van FC Twente. FC
Twente geeft zelf de voorkeur aan
Drost, omdat deze niets anders kan,
zoals boze tongen beweren. Zij verge
ten dan wel dat Drost acht van de
negen keer als back optrad in het
Nederlands elftal, viermaal rechts en
viermaal links. Van lerssel lijkt ech
ter een kleiner risico, daarom neem
ik toch Van lerssel.
Om het geheugen van de KNVB-keuzeheren voor
het project w.k. voetbal even op te frissen: in Nice
speelt nog steeds een gerenommeerde Nederlandse
spits. Door verhuizing van een appartement in de
binnenstad naar een vrijstaande optrek in het berg
achtige buitengewest Villeneuve Loubet, nog niet
direct telefonisch bereikbaar maar wat al zijn
Nederlandse kennissen doen desgewenst op te
trommelen via het restaurant „Chez Rolando” dat
hij dagelijks bezoekt en waar men het snelst begrepen
wordt als zijn naam Van Dijk even omgebogen
wordt tot Van Dieke. Hij zit er overigens niet te
wachten tot hij daar uit de vergeethoek wordt ge
haald waarin hij versukkelde omdat voor de Neder
landse publiciteitsmedia de Franse competitie er niet
één is waar een buitenlands voetbaloverzicht zijn
glans mee krijgt. Dick van Dijk (28 jaar) begrijpt dat
allemaal best, voelt zich dan ook niet gekwetst door
gemiste belangstelling van degenen die de selectie-
groep maken, zou bij een herwaardering uiterst te
vreden zijn dat natuurlijk wel maar maakt van
het Nederlands elftal totaal geen probleem omdat
hij het in Nice zo naar zijn zin heeft. Een uitstekend
salaris, de zon, het strand, bergen, de hippodrome,
een goed eetklimaat. Hij stelt het er wel, Dick van
Dijk die anderhalf jaar geleden via een loopbaan bij
ONA, SVV, FC Twente en Ajax aan de Cöte d’Azur
Juist tegen dat Oostenrijk moet ik
dus mijn „beste” elftal opstellen, als
visitekaartje voor het Nederlands pu
bliek.
Misschien een idee, ter navolging,
nu we wat krap zijn komen te zitten
in onze Ausputzers? De Ausputzer is
ten slotte ook een soortement spil, en
als u het mij vraagt is dit specialisme
nog sneller aan te leren dan het oude
„spillen” op het middenveld, zoals
Wim Anderiesen dat beoefende. Ik stel
me voor dat de advertentie van Rinus
Michels aldus zal luiden: „Gevraagd,
voor direct een tiental cursisten voor
een stoomcursus „ausputzen”, van 1
april1 mei. Gratis schoeisel, kleding,
onderdak en voeding in het KNVB-
sportcentrum in Zeist. Ruim zakgeld,
’s avonds vrij. Vereisten: minimale
lengte van 1.75 meter, de 50 meter
moeten in minimaal 6 seconden gelo
pen kunnen worden, sprongkracht ze
ven, kort of ten minste „gedekt”
haar, goed kunnende koppen. Gelijk
matigheid van humeur en tweebenig
heid strekken tot aanbeveling. Lid
maatschap van KNVB vereist. Maxi
mum leeftijd 27 jaar. Moet kunnen
pokeren en klaverjassen. Goed gelij
kende actiefoto en referenties te zen
den aan: R. Michels, Plaza d’Ajaccio
14 Barcelona, Catalonië, Espagna”.
„Kijk”, roept Dick van Djjk op eureka-toon als hjj zich bewust wordt van wat er
op lunchtijd zoal in zijn maag verdween. „Kijk, dat bedoel ik nou. Dat is de Médi-
terranée. Helemaal”. Het klinkt tevreden en tegelijk wat verontschuldigend, wat
best mag, want naar Nederlandse maatstaven gemeten heeft de vedette van de OGC
Nice er een niet in het voetbalregime passende copieuze hap doorgejaagd: salade
Nicise, enkele escargots die dochter Anouk te veel waren („Ik snap het niet. Anders
is ze er zo gek op”), een tournedos van buitensporig formaat, enkele glazen rode wijn,
koffie met grappa na. „In mijn Ajax-tjjd deed ik het tussen de middag met een glas
melk en wat broodjes. Effe zo’n eettentje in, weet je wel. Hup en weer verder”. De
plaats waar Dick van Dijk nu zit is luxueuzer: „Chez Rolando”, een zaak waar de
eigenaar met wie de Van Dijks op familiaire voet leven bij het inrichten ervan
niet op een frank heeft gekeken, met welke instelling de kwaliteit van zijn keuken
en de rekening gelijke tred houden. Dick van Dijk eet er zo'n keer of drie in de
week. Aan zijn eigen tafel die permanent voor hem gereserveerd staat. De benen ge
strekt mijmert Dick van D(jk: „In Nederland is dat iets bijzonders hè, eten in een
restaurant. Dat doe je meestal alleen wanneer je wat te vieren hebt. Maar in Frank
rijk, dat is zo anders Zeker hier in het zuiden. En daar word je gewoon in mee
gesleept. Ofschoon ik deze streek erg goed kende van vakanties, ben ik door die»
levensstijl toch wel verrast in het begin. Als voetballer, bedoel ik. Je komt uit de
Ajax-school. je bent orde en regelmaat gewend en dan tref je als topsporter ineens
een sfeer waarin het allemaal niet zo nauw wordt genomen.
En wie moet er rechtshalf? Arie
Haan, op zijn eigen plaats? Gerrie
Mühren, omdat er met de Kromme
en De Nees als brekers op het mid
denveld ruimte is voor een subtiele
passes-leverancier? Ik prefereer in dit
geval René Notten, zodat die in dit
hoge gezelschap kan waarmaken of hij
een volbloed-internationaal is of niet
IliSlt '-Is-
Zo’n lunch als ik nu op heb. dat is
eigenlijk onvoorstelbaar hè? En vana
vond eet ik weer zo- Het hoort hier niet
anders. Je eet twee keer warm, je pakt
er je wijntje bij en je geniet. De een
kan daar beter tegen dan de ander. Ik
heb nu zó’n beetje (Dick van Dijk maakt
het gebaar van de gestrekte duim en
wijsvinger) uit die fles op, maar wie
weet pakt m’n aanvoerder bij wijze van
spreken op dit moment de halve fles
en een ander de hele. Voor een voetbal-
leven is dat natuurlijk ontzettend merk
waardig. Eigenlijk hoort het niet zo dat
bedoel ik. Maar ja, in ons elftal leeft
iedereen zo en ik betrap me zelf erop
dat ik ook makkelijker ben dan vroeger.
Toen ik in het begin hier zat probeerde
ik die Ajax-mentaliteit over te brengen.
Vergeet het maar. Ik heb het gewoon
opgegeven.”
Echtgenote Wanda: „Eigenlijk is dat
fout Dick. Je zou ermee door moeten
Ik heb dus acht spelers met wie ik
kan gaan schuiven. Schrijvers in het
doel, Suurbier en Krol rechts- en
linksachter, dat is kat-in-’t-bakkie.'
Als middelste van de middelste drie:
Johan Cruyff, die Van Hanegem links
naast zich krijgt. Maar wie rechts?
Neeskens moet voorstopper spelen zo
lang Hulshofdat niet kan, resteren:
Arie Haan, Gerrie Mühren, Wim
Jansen, Theo de Jong en René Not
ten. Ik laat die plaats nog even open,
in afwachting van de opstelling van
de voorhoede.
op ons”, weet Dick van Dijk die de
oorzaak van de mindere prestaties met
gemak aanwijst. „Het is gewoon een
kwestie van die zuidelijke mentaliteit.
Van de Méditerranée. De levensstijl
van hier vind je in het voetbal terug.
Franje en nog eens franje. Een bal
tussen de benen doorspelen, daar wordt
het publiek wild van. Dus wordt die bal
als het kan tussen de benen doorge
speeld. Van Michels kregen we op ons
donder als dat gebeurde. Dat kan direc
ter, riep die dan. Geen flauwekul. Maar
hier vinden ze dat prachtig. Net als het
gegoochel met korte passes. Ik heb ge
probeerd ze dat af te leren Lange trap
pen, hield ik ze voor, zijn efficiënter. De
diepte in met die bal. Geen sprake van.
Ze weigeren konsekwent die zwier op te
geven. Er wordt gevoetbald zoals het
klimaat is, begrijp je. Ik heb me ontzet
tend ingespannen om daar wat in te
veranderen. Ónmogelijk- Enfin, kijk
maar eens hoe Linder z’n kop gestoten
heeft bij Marseille. Die kreeg er dat
frivole ook niet uit. Het mankeert aan
discipline. Een training begint nooit op
tijd. Ben je gek. Als je een half uur na
de afgesproken tijd aan de gang bent
mag je blij zijn. De spelersbus vertrekt
altijd te laat en aan tafel gaat het idem
dito. Niks volgens de afspraak. In het
gaan”. Echtgenoot Dick schouderopha
lend: „D’r is gewoon niks aan te doen.
Die mensen zijn zo. Je weet het toch
zelf. Hoe was ik in het begin toen ik na
een training thuiskwam? Dan had ik dit
verhaal, dan dat. Wat ik vandaag weer
meegemaakt heb, zei ik dan. Weet je
nog?! Maar al die toestanden ga je
vanzelfsprekend vinden. Hoor je mij er
de laatste tijd nog wel eens over?”.
Wanda: „Dat is lang geleden, ja”.
Op links Piet Keizer. Consequentie:
Rob Rensenbrink verhuist naar de
rechtervleugel. Tussen hen in dient
een slagvaardige midvoor gezet te
worden, een afmaker. Brokamp
kampt de laatste tijd met blessures,
vorm, zichzelf en MVV, daarom moet
er gekozen worden tussen Jan Mul
der en Ruud Geels. Gezien zijn inter
nationale ervaring en het feit dat hij
met zoveel Ajacieden samenspeelt.
Kortom, Dick van Dijk is Fransman
geworden met de Fransen wat aanzien
lijk bevorderd werd door een degelijke
kennis van de taal die hij passend rad
en met gesoigneerde tongval spreekt.
Spijt van zijn vertrek bij Ajax heeft hij
geen moment, al koestert hij de herin
nering aan die club als de beste voetbal-
jaren van zijn leven ondanks dat het
daar wat droef afliep met een al te
regelmatige verwijzing van Stefan Ko
vacs naar de reservehoek- Dick van
Dijk: „Dat heb ik die man nooit kwalijk
genomen. Ik ben van aard iemand die
het wat zoiets betreft zo optimistisch
ploeg. Dat was gewoon schande. Het had
nooit mogen gebeuren. Nou gaat er wat
zwaaien, dacht ik. Ja, logisch toch- Bij
elke club zou de voorzitter sancties ne
men. Ik had al gerekend op een boete of
zoiets, maar neen hoor. We kregen er
even van langs op een speciaal belegde
bijeenkomst, de trainer kwam half op de
wip en verder gebeurde er niets. Die
trainer zit er nog steeds en wij werden
geen cent armer. Gekker nog: toen we
afgelopen zondag van Monaco wonnen,
een prestigestrijd hier, kregen we van de
voorzitter een extra premie op de extra
premie. Zo blij was die man. Dat is nou
tekenend voor de manier waarop het
hier gaat”. Dick van Dijk 19 doelpun
ten in zijn eerste seizoen voor Nice, op
dit moment een saldo van 10 („beneden
mijn gemiddelde, maar ik speel tegen
woordig wat teruggetrokken als tweede
spits en bovendien hebben m’n tegen
standers me leren kennen, dat scheelt
ook”) is zich in die werksfeer tenslot
te zo happy gaan voelen dat hij een
uitgebleven invitatie voor de nationale
selectie niet als een pijnlijk gemis er
vaart. Hij heeft zich met zijn transfer
uit de brede Nederlandse belangstelling
gewerkt, maar betreurt dat uit de
marktprijzen geenszins en is ook niet
van plan om via-via de aandacht van de
bondscoaches op te eisen. „Als ik lees”,
zegt hij, „wie die selectie in- en uittui
melen, wie vindt dat hij erin hoort,
etcetera, moet ik dan nog roepen dat ik
ook zo nodig wil?! Ik loop al 12 jaar
mee in het betaalde voetbal, ik heb alle
vertegenwoordigende elftallen gehad die
er zijn. Ze weten dat Van Dijk in Nice
speelt, ze weten ook dat ik goed ben
voor goals en dat ik met Johan Cruyff
doelpunten maakte. Moet ik mezelf nu
dan gaan pousseren? Neen toch zeker”.
In die mallemolen van zuidelijk ge
mak, draait wonderlijk genoeg („type
rend”, zegt Dick van Dijk) ook de club
leiding terwijl er nochthans miljoenen
zijn geïnvesteerd in Nice dat 4 jaar
geleden nog tweede divisie speelde. Lif-
tenkoning Loeillet kocht een compleet
nieuw elftal, maar het bleek geen ga
rantie voor daverend succes. Dick van
Dijk: „Dat elftal van ons is een onwaar
schijnlijk vermogen waard. We hebben
alleen maar internationals. Die kun je
hier op een transferwaarde van acht ton
dë man stellen, dus reken maar uit. Op
papier spelen we met het beste elftal
van heel Frankrijk, maar daar ben je
er nog niet mee. Ik vergelijk ons met
PSV. Ook een gekocht team, en dat is er
net zo min uitgekomen. Wij hebben de
theoretisch sterkste ploeg en de best
betaalde. Ze noemen ons hier het mil
jonairselftal, maar we kunnen niet
waarmaken wat er in zit. Teveel vedetten
en nogmaals, die mentaliteit. Het gaat
allemaal zo gemakkelijk, daar heb je
geen idee van. Voorbeeld: we kregen een
nieuwe rechtsback, Grava. Toen die jon
gen kwam was hij helemaal niets, maar
hij werkte zich binnen twee maanden op
tot international. Hij speelde geweldig.
Tot dat moment. Toen hij de nationale
ploeg bereikt had, ging ie daar uitvoerig
van genieten. Bij Michels was zoiets
natuurlijk nooit gebeurd. Die had zo’n
jongen acuut op z’n nummer gezet,
maar die Snella van ons pakt dat niet
aan. Die is zelf ook van de zwierige
kant. Een elftal vedetten moet je strak
leiden. En eigenlijk hebben we alleen
maar sterren. Dat is op zich al een
probleem. Met wat meer wat je noemt
knechten in de ploeg, zou het misschien
al een stuk beter gaan. En een hard
beleid. Maar van het bestuur merk je
wat dat betreft ook weinig. We zijn
bijvoorbeeld vooor de Franse beker ge
wipt door Cannes, een tweede-divisie-
mogelijk probeert te zien. En Kovacs,
och die kon ik er niet kwaad op aankij
ken. Die man werd ook geleefd. Een
marionet, zou je kunnen zeggen. Toen ik
op de reservebank zat heb ik dat alle
maal goed kunnen bekijken. Een hoop
beslissingen kwamen niet van Kovacs,
maar van Grijzenhout. Neen, op Kovacs
ben ik nooit boos geweest. Als hij me
hier in Frankrijk tegenkomt krijg ik
twee dikke klapzoenen van ’m. Ik bedoel
maar.Ajax was een fijne tijd voor
me, maar niet te vergelijken met hier.
Bij Ajax liep ik erbij als een van de
zoveel. Toen ik als topscorer van Twente
kwam, konden ze daar in Amsterdam
het spel niet naar mij gaan zetten. Dat
spel, dat was afgestemd op Johan. En
Pietje. En Sjakie. Maar hier in Nice ging
het om mij draaien. Het werd op mij
gericht. Dat is het verschil”-
De blauwdruk voor mijn elftal heb
ik als hypervisor dus al gereed, maar
ook dan blijven er nog genoeg pro
blemen. Een negental spelers is ver
zekerd van de reis naar West-Duits
land: Cruyff, Keizer, Neeskens, Krol,
Hulshoff en Suurbier, Schrijvers,
Rensenbrink en Van Hanegem. Zij
zijn, blessures en calamiteiten voor
behouden, de „absoluut zekeren” voor
het WK. Voor de wedstrijd tegen
Oostenrijk valt Hulshoff af omdat hij
nog geblesseerd is. Keizer, Neeskens
en Van Hanegem kampen met lichte
blessures, die hun het spelen niet
beletten, maar ook niet veraangena
men. Moet ik ze sparen, ter wille van
henzelf en hun club? Mijn vastbera
den antwoord als hypervisor luidt:
nee.' Eventueel in latere oefenwed
strijden, tegen clubteams, maar niet
nu tegen Oostenrijk. Er wordt nu
niet meer gescharreld en gesjoemeld,
wie spelen kan, hij spele!
De Van Dijks by Chez Rolando. Ze komen
er vaak. Tenslotte is het restaurant-
gebeuren in Frankrijk heel wat anders
dan in Nederland. „In het gemiddelde
restaurant hoef je heus niet duurder uit
te zijn dan thuis”, rekent Dick van Dijk
voor. Rolando (op de foto midden) een
via de club verworven relatie mag
zich in frequente klandizie van de Nice-
speler verheugen.
U ziet intussen het merkwaardige
resultaat: een elftal zonder ook maar
één PSV’er (is dat, qua goodwill en
verkoop van Oranjepaspoorten ver
koopbaar tegenover het zuiden van
Nederland?), met maar één Feyen-
oorder, drie Twentenaren, twee
„buitenlanders” en vijf Ajacieden.
Conclusie: al onze topvoetballers zit
ten samengeklonterd in de drie clubs
die bij ons de competitie aanvoeren.
Enerzijds een logische, anderzijds een
ongezonde situatie. Ik heb nog eens
opgezocht hoe het Nederlands elftal
er uitzag dat 40 jaar geleden, op 25
mei 1934, die befaamde „We gaan
naar Rome”-wedstrijd speelde tegen
Zwitserland in Milaan. En met 2-3
verloor, waardoor we niet naar Rome
gingen. Dat elftal bestond uit: Van
der Meulen, Weber, Van Run, Pelli-
kaan, Anderiesen, Van Heel, Wels,
Vente, Bakhuys, Smit en Van Nellen.
De clubs waarvoor zij speelden
waren respectievelijk: HFC, ADO
PSV, LONGA, Ajax, Feyenoord, Uni-
tas, Neptunus, ZAC, Haarlem en
DHC. Elf spelers uit elf verschillende
clubs! En dan kwamen de vervangers
in die tijd ook nog uit andere clubs:
Halle (Go Ahead), Van Gelder (WC).
Op het moment dat ik dit schrijf, is
er nog niets bekend over de spelers
die komende woensdag de „maiden
speech” van Rinus Michels tegen
Oostenrijk luMer bij mogen zetten.
Ik heb mij even in de positie van
Michels trachten te manoeuvreren en
ben toen tot de ontdekking gekomen
dat ik hem (behalve in financieel
opzicht) niet benijd.
Als ik supervisor (dus laten we
zeggen: hypervisor) was, zou ik als
volgt redeneren. Het is, in het kader
van de voorbereiding op het WK de
eerste wedstrijd van het Nederlands
elftal onder mijn leiding, bovendien
moet het Nederlandse volk nog warm
gemaakt worden voor Oranje (want
er moet veel geld binnenkomen en
veel goodwill), daarom ben ik wel
genoodzaakt het sterkst mogelijke
elftal op te stellen, met de opdracht
de grootst mogelijke overwinning te
behalen. Dit alles onder het motto
dat ook de Duitse bondskanselier
Konrad Adenauer eens gebezigd
heeft: „Keine Experimente!”
Dat houdt dan wel in dat ik in
deze eerste wedstrijd geen „zekere”
spelers kan laten vallen ter wille van
„mogelijke” spelers, die ik als hyper
visor, woonachtig in Barcelona, de
laatste jaren niet meer aan het werk
heb gezien: Notten, Van lerssel,
Thijssen, Van Kraay, Lubse, Willy en
René van de Kerkhof, Jan Mulder,
Wildbret, Van Daele, Nico Jansen,
noem maar op. Die „mogelijke” spe
lers kan ik in de latere oefenwed
strijden nog testen, als eenmaal die
eerste vuurproef tegen Oostenrijk
achter de rug is, en de „zekere"
spelers door hun meespelen het ver
trouwen hebben gekregen dat zij er
inderdaad bij zullen zijn.
Oostenrijk is bovendien de sterk
ste tegenstander in die oefencampag
ne, een echt nationaal elftal, boven
dien een elftal dat pas na een
beslissingswedstrijd tegen Zweden
werd uitgeschakeld en nu wel even
bewijzen wil dat het even veel recht
op de eindronde had als Nederland.
tentie” een experiment van kwalijk
kaliber, anderen verdedigden deze
handelwijze. Er zijn inderdaad enige
spelers een tijdlang geregeld op het
VUC-veld natuurlijk, altijd nog op
het VUC-veld! bijeengekomen en
daar maakten zij in de zgn. „spil-
cursus” bijzondere oefeningen mee,
ofeningen die speciaal voor bezetters
van de spilplaats, maar ook voor
middenspelers in het algemeen van
belang geacht konden worden.”
In zijn boek Neerlands Voetbalglo-
rie vertelt ir. Ad Emmenes dat Ne
derland, na die „We gaan naar Ro-
me”-deb&cle, in 1935 en 1936 nog een
korte opleving meemaakte. Zo werd
met 1-6 van Frankrijk en met 8-0
van België gewonnen. Echter.in
de middenlinie waren Van Heel en
Anderiesen toen al 32 jaar en dus
van gevorderde leeftijd, gezien de
toen nog lagere gemiddelde leeftijd
van de Nederlander. Anders gezegd:
in 1936 voetbalden Van Heel en An
deriesen nog op een leeftijd, die in
Brits-Indië de gemiddelde levensduur
was. Wim Anderiesen van Ajax stelde
daarom zijn plaats ter beschikking.
Hij meende dat er een tijd van
komen, maar vooral een tijd van
gaan was.
Ik citeer nu verder Van Emmenes:
„Dit heeft tot een heel typische
kwestie geleid. De keuzecommissie
kon zich niet de weelde veroorloven
de spillen zomaar uit haar mouwen
te schudden en wat deed zij toen? Zij
plaatste in de Sportkroniek een op
roep, gericht aan hen die bereid en in
de gelegenheid waren een speciale
cursus te volgen voor de opleiding
van een spil voor het Nederlands
elftal. Er is veel daarover te doen
geweest. Velen vonden deze „adver-
MIME