JEUGD WEET TE WEINIG VAN PLANTEN AF RAMPJES EN SCHORSENEREN I Gereedschap voor tuin Aspecten van erfelijkheid Max de Nijs: Nederlands enige kruidendokter SANITAIRE WONDERDOOS [ER tips voor vrije tijd ES! Wilde planten door Harry Kuiper 300 soorten WARME SPIJZEN MET PICCOLA r Verre reizen Schaars Gezond werk Gif B.V. ER ZIJN NOG GOEDE PLEKJES IN ONS LAND 1 r 25 1974 ZATERDAG 20 APRIL ijf - uit Lunteren zegt het met spijt in zijn stem. Er hangt een doordringende geur van verse kruiden in de open opslagruimten aan „een” bospad buiten Lunteren. „Schrijf liever maar niet waar ik precies zit. Want ik heb helemaal geen belang bij toeristen die me een zakje-van-dit of een zakje-van-dat komen vragen. Ik heb andere besognes”. „De jeugd weet te weinig van planten af. In mijn schooljaren namen we nog iedere week een bos plan ten mee, waarover dan in de klas iets werd verteld. Maar waar gebeurt dat nu nog? De jeugd komt steeds verder van de natuur af te staan. Dat is een trieste zaak. Want hoe kunnen onze kinderen als ze straks volwassen zijn de natuur beschermen als ze die natuur niet kennen?” Kruidenzoeker Max de Nijs (62 jaar) I 1 aan ereist i opgeleid, lilt blad, In ieder geval bent u ongeveer een x>r ver- leefüjd. meer 25442’ GASTON GOURMET efficiënt pen van erk. len vinden «en of te ein een iwen. maar ook der grote dl) rden doorhit nze staf dien st te hebben ettij ngemensat aken. als in onze aar restaurant ben daar nog steeds niet achter. Wat ik wel weet is dat die plant dood gaat als je hem kunstmest geeft.” Zó graag, dat hij al 27 jaar geen behoefte heeft gekend met vakantie te gaan. Hij heeft maar één zorg: dat het edele kruid blijft groeien voor het wel zijn van de mens. worden ■nkennis iteld. waarden, n er werk ikkeling sse ver- oor mo- indeling weg 145 on (023) kencentnm, ge mensen, i iden. Een Opvolgers heeft hij niet. Want zijn vier zoons voelen er niets voor in dit vak aan brood te komen. Daarom gaat Max de Nijs door met dit werk zolang hij kan. „Het is gezond werk. Ik ben niet vaak ziek. Wel eens een verkoud heidje, maar dan neem ik uit eigen voorraad wat kamillethee of valeriaan. Dat is erg goed. En voor de lol drink ik weleens pepermuntthee of citroenmelis- sethee. In de warme zomermaanden is koude hibiscusthee een lekkernij.” Rond Kerstmis krijgt hij van de fa brieken een lijst waarvan hij kan af le zen welke kruiden het komende jaar nodig zijn. Daarop wordt dan het hele kweek- en zoekprogramma afgestemd. De hele plant is belangrijk. Het gaat niet om de bladeren, maar ook om de wortels, de toppen en de knoppen. Er wordt het hele jaar door geplukt, maar in de zomermaanden het meest. Sommi ge kruiden worden gedroogd en moeten een paar jaar oud zijn voor ze kunnen worden aangewend. Op de vaktentoonstelling Sanitair en Hygiëne, onlangs in Utrecht, was er o.a. ook een bijzonder soort wasta fel te zien. Het is eigenlijk een soort sanitaire wonderdoos van Pandorra. Behalve uiteraard voor het ge bruik als normale wastafel zijn er nog heel wat mogelijkheden met de Wabico (uitgebracht door Van Noord BV, Flevolaan 38, Weesp). Het nieuwe eraan, behalve de fraaie vormgeving, is een draaibare zitting onderop. Die „zitting” is aangebracht op een uit- trekbare bidet met een eigen kraan, zodat men zonder knoeien onder- en bovenkant een frisse behandeling kan geven. Natuurlijk kan men in dit bidet ook de voeten wassen. Bij de wateraanvoer werd gebruik gemaakt van een verstelbaar richtsysteem. Er is een handdouche, die men gemak kelijk uit kan trekken tot in de bidet. Vroeger zocht en vond Max de Nijs alle kruiden die hij nodig had in een straal van 30 kilometer rond zijn huis in Lunteren. „Maar wat is er gebeurd? Er werd gespoten met allerlei gif door ge meente en boeren. De ruilverkavelingen verontreinigen ook een hoop en de ont ginningswerken van de Heidemaatschap pij. En de huisvrouw niet te vergeten, die met waswater het oppervlaktewater vervuilt, waardoor kruiden langs de wa terkant geheel verdwijnen.” Noodgedwongen moet Max de Nijs dan verder van huis om de juiste, niet vergiftigde kruiden te kunnen vinden. Hij komt in Frankrijk, Spanje, België, Jutland, de Kanaalkust, Bretagne en Normandie. In de Vogezen heeft hij voor „zoveel” francs een bergtop gehuurd. shyrum officinale Voor liefhebbers van de natuur is er een voortreffelijk boekje in de handel gekomen: „Honderd wilde planten” van Henk Glas (uitgeverij Amsterdam Boek). Het gaat om planten, die je nog in onze natuur al of niet zeld zaam kunt vinden, zoals honds draf, koekoeksbloem, klein hoefblad, grote ratelaar, veenwortel, vogel- wikke, walstro, kamille, duivekervel. Bekende en wat onbekender kruiden en planten. Het plezierige van dit boekje is de opmaak. Op elke pagina een afbeelding in kleur van de be trokken plant met de populaire en Latijnse naam en dan een beschrij ving: waar je de plant kunt vinden, wat voor geneeskrachtige of voe dingswaarde er aan werd of nog wordt gegeven, hoe de plant aan de naam komt, wanneer ze bloeit en hoe ze zich voortplant. Bovendien vind je er nog aardige korte legendarische opmerkingen bij, zoals de „genees kracht” van thee van de guldenroede bij liefdesverdriet. Het formaat van „Honderd wilde planten” is ook aan trekkelijk. Je zou aan de hand van het boekje in de naaste omgeving kunnen gaan speuren, hoeveel van de planten je nog terug kunt vinden. Dat zou best nog eens mee kunnen vallen. De eigen tuin van Max de Nijs is 16 ha groot. Hij kweekt er 300 verschillen de soorten. Maar dat is niet toereikend. Om er achter te komen wanneer hij grotere hoeveelheden uit het buitenland kan halen, kweekt hij in zijn eigen tuin enkele ginds voorkomende plantjes, die hij met wortel en al naar Nederland heeft gebracht. Zijn ze dan in eigen tuin rijp om te plukken, dan weet hij precies wanneer hij op pad kan gaan. Door zijn jarenlange ervaring komt hij meestal wel precies op tijd in de buitenlandse plukvelden. A- J Sandvik heeft enkele nieuwe tuin attributen op de markt gebracht. Het zijn snoei- en heggesnaren. De onderdelen en dan met name de mes sen zijn vervangbaar, hetgeen wel plezierig is, omdat men, als er een mes beschadigd is (door een steen of wat ook), niet het hele attribuut hoeft weg te gooien. Ander nieuw gereedschap van Sandvik: een houtboor voor de elec- trische machine, een zg. speedboor, gemaakt van gelegeerd gereedschaps- staal, voorzien van een kolf met drie vlakke kanten, waardoor slippen in de boorkop onmogelijk is. Men kan deze houtboren eventueel ook nog verlengen met een hulpstuk. riaal kan veranderen. Als ouders vóór de conceptie moeilijkheden verwach ten kunnen ze een „genetisch raads man” consulteren. Drs. B. ter Haar i> zo’n adviseur. Hij schrijft over zijn werk. Prof. dr. H. Galj aard beschrijft het nut en de gang van zaken ron<j een vruchtwaterpunctie bij een zwangere vrouw. Dokter G. v.d. Most geeft zijn ervaringen weer als arts van geestelijk gehandicapte kinderen. De antropo-geneticus prof. dr. G. Fraser gaat in op de morele en practische aspecten van het voorko men óf in leven houden van gene tisch afwijkende mensen. Ook prof, dr. P. Roscam Abbing houdt zich met de ethische vraagstukken bezig. Laat u zich niet afschrikken door de titels van de auteurs. Juist ook voor de geïnteresseerde leek is deze artikelen serie zeer lezenswaard (en te begrij pen). H.R. Denkt u alstublieft niet, dat nooit iets mislukt in onze keuken. Als ik de „kleine en grote rampjes” (gewoon mislukkingen) van de laatste maan den op een rij moet zetten, dan zijn het er nog al wat. Voor een deel zijn het vervelende zaken, te wijten aan de toenmalige energiecrisis, die bijvoorbeeld een provinciaal energienet ertoe deden besluiten om de gasdruk te verlagen. De waakvlam van het gasfornuis ging onverwacht uit. En tenslotte zelfs de waakvlam van de geiser. Die voort durend wisselende gasdruk was bij voorbeeld oorzaak van het mislukken van soezen. Versgebakken, zondags morgens, altijd precies op het tijdstip uit de oven, wanneer de grootouders bij ons aankomen. Diezelfde soezen (een gemakkelijk produkt), de trots van mijn liefste, die ze vult met vers geslagen slagroom, waren akelige miezertjes. Gewoon niet te presente ren! Daar kun je als gastvrouw bij huilen. Bouillon trekken bij die vermin derde gasdruk bleek ook al op mis lukkingen uit te lopen. Het kleine vlammetje bleek op de minst ver wachte momenten uitgegaan te zijn. Een taart van moscovisch gebak was al even verknoeid. Dan vraag ik mij nu toch af of die energiebedrijven nog altijd de op dracht hebben om bijvoorbeeld de gasvoorziening te „knijpen”, terwijl Die verre reizen zijn nodig omdat veel kruiden allang niet meer in het wild dicht bij huis te vinden zijn. Max de Nijs is daarom gedwongen ze te kweken in zijn eigen kruidentuin. Een nog frisse onbedorven plaats, die een zuivere oogst garandeert, zuiverder dan de kruiden die langs de weg groeien. Want die kan Max de Nijs niet gebruiken. „Die zitten vol lood en daar kan de homeopathische industrie niets mee doen.” tot de grootse dere akthriteii Waar blijft zijn ervaring als hij het plukken opgeeft? „Misschien ga ik die ervaringen nog wel eens opschrijven”, zo verraadt hij ons. al heeft hij er nog geen idee van wanneer hij zich achter de schrijftafel zal zetten. Hij bezit nog de kracht en de moed voor handenvol werk. „Het is mijn hobby. Ik doe het graag.” Die kennis heeft Max de Nijs niet alleen gepeurd uit eigen ervaring, maar ook uit kostbare boeken. Het oudste boek dat hij op dit gebied bezit, is een lijvig werk van de Vlaamse kruidenken- ner Dodeneus. Maar met al die boeken wijsheid komt de kruidenkweker er ook niet, „Het moet in je vingers zitten”, zegt hij. „Als je het niet in je hebt, kun je het niet leren.” „Want weet u waarom de mensen veelal liever een pilletje slikken tegen de Pijn dan het geneeskrachtige kruid te trekken? Omdat die laatste weg, de weg terug naar de natuur, een langere weg 's, die tijd nodig heeft. Met kruiden gaat “et ze niet snel genoeg. Men neemt dus liever een pilletje tegen allerlei pijnen, Pilletjes die de oorzaak niet wegnemen, 'n daar komt dan nog het nadeel van vervelende nevenwerkingen van die pdletjes bij.” „Sommige mensen verafschuwen de kruiden. Ze noemen het kwakzalverij. Maar dat komt door een foutieve voor lichting. Er komt een kentering, merk ik. Vooral bij de jeugd. Ik heb eens gesproken voor de Amsterdamse kabou ters. Langharigen, zegt men wel eens geringschattend. Maar ik heb nog nooit zo’n intense aandacht bespeurd voor wat ik zei als juist daar”. Max de Nijs kweekt en plukt al 40 jaar de kruiden voor de farmaceutische fabrieken, de fabrieken van smaakstof fen en geurstoffen en de homeopathi sche fabrieken. De homeopatische fa- briek is zijn liefste klant. „Die vragen nooit wat het kost, maar hoe het is.” Als 10-jarige jongen reeds had Max de Nijs belangstelling voor kruiden. Na zijn HBS-opleiding en de Tuinbouwschool is hij zich helemaal aan het kweken van kruiden gaan wijden. Eerst nog als ama teur, maar later als beroeps. Dat is eigenlijk begonnen in de oorlogsjaren, toen er een groot gebrek was aange- neesmiddelen. „Toen werd ik opeens „meneer de kruidenkweker” voor ieder een”, lacht Max de Nijs. Inmiddels is hij, naar hij denkt, nog de enige kruidenzoeker in Nederland. Hij werkt van zonsopkomst tot zonson dergang. De laatste jaren moet hij de kruiden die hij nodig heeft op een steeds grotere oppervlakte zoeken. Hij maakte verre reizen naar het buitenland om de juiste kruiden te vinden. Twee van zijn vier zoons helpen hem. Zij offeren er hun hele vakantie aan op. De kruiden moeten snel in Nederland zijn, want in de meeste gevallen moeten ze als ze nog vers zijn in de fabrieken worden verwerkt. „Wij rijden met z’n drieën naar het buitenland om snel te rug te kunnen zijn. Onderweg wisselen we elkaar dan af. Binnen een dag zijn we dan terug. En de plastic verpakking houdt de kruiden zolang fris.” de andere distributiemaatregelen al lang zijn opgeheven. Het lijkt mij een interessante vraag voor de colle ga’s, die niet op kookkunstig gebied werkzaam zijn. Maar voor u lezers en lezeressen van deze rubriek heb ik ook een vraag: Wie van u heeft wel eens chorseneren bereid en wie heeft daarvan genoten? En hebt u ze al gezien dit jaar? Heel mooi, veertig centimeter lang per stengel en nog altijd even vies- zanderig. Het was import uit België (kwaliteit extra), gekocht op de le vensmiddelenafdeling van een heel groot warenhuis. Schorsenen zijn te vergelijken met asperges, alleen hebben de eersten meer smaak. Ze kunnen hetzelfde worden toebereid. Tegen het schoonmaken van de zanderige stengels heeft elke huis vrouw altijd opgezien. Dat is met de huishoudhandschoenen tegenwoordig niet meer nodig. Ik heb ze niet gedra gen omdat ik het afschuwelijke dingen vind, die ik nimmer in mijn maat heb aangetroffen.). Het gemakkelijkst gaat het schoon maken met een dunschillertje. U legt de stengels, één voor één, voor u op een krant en schilt ze van de kop naar het worteluiteinde. Houtige gedeelten (roest, zoals asperges vertonen) treft u er niet in aan. Wel soms kleine bruine puntjes, die u met het schu iertje of met een scherp mesje weg krabt. De stengels laat u heel, als u ze als asperges wilt opdienen. Anders snijdt u ze in stukken van vijf, drie of 1 centimeter. U kunt er ook dunne plakjes van maken. Alles is mogelijk bij deze voortreffelijke groente, die ongeveer een kooktijd nodig heeft van 20 tot 40 minuten. De geschilde schorseneer verkleurt. Leg de stukje! of stengels in een mengsel van water en melk; of water met een paat druppels citroensap. Gebruik geen azijn! Dat maakt de groente som! bitter. Wij, drie personen, hebben ze gegeten met hard gekookte eieren, begoten met wat gewelde boter en bestrooid met nootmuskaat. Daarbij kruimige aardappeltjes en voor wie wilde, vers gewassen en geknipte pe terselie Een heerlijk maaltje, dat ze ker wordt herhaald. Schorseneren kunnen ook worden opgediend, voorzien van hetzelfde sausje dat u gewoonlijk over de bloemkool maakt, of met een kaas saus, of gekookt en daarna gekoeld met een vinaigrettesaus (azijn, olie en vers geknipte tuinkruiden) als salade. Schorseneren zijn rijk aan koolhy draten, in de vorm van insuline, (raadpleeg uw huisarts!) en daarom ook geschikt voor suikerpatiënten. Probeer ze maar eens, u zult er geen spijt van hebben! Planten die steeds minder voorkomen zijn Arnica (dat in de homeopathie veel gebruikt wordt), zonnedauw en water kers. „Vroeger”, verduidelijkt Max de Nijs, „plukte ik in drie uur 400 kilo waterkers. Nu is de oogst na een dag zoeken nog maar 10 kilo. Je kunt niet zeggen: ik ga plukken bij een willekeurig slootje. Steeds kom je daar tot de ontdekking dat er bepaalde krui den niet meer zijn. Het zoeken kost dus meer tijd en ruimte en daardoor zijn de prijzen de laatste jaren ook nogal aan merkelijk gestegen.” Toch zijn er nog plekjes in Nederland waar Max de Nijs nog goede kruiden vindt. In Drente, de Achterhoek en langs sommige spoorbanen. Waar? Dat zegt hij liever niet. „Dat blijft mijn geheim.” Dat Arnica tot de nog zeldzame krui den behoort is feitelijk een jammerlijke zaak, omdat het een van de kruiden is die het meest in de belangstelling staan. Max de Nijs kweekt ter vervanging en tot behoud van dit edele kruid al 15 jaar Arnica in eigen tuin. Ook om te onder zoeken wat de oorzaak is van het ver dwijnen. „Of het nu in de luchtvervuiling zit of dat het komt door minder zon, ik Regelmatig verschijnen er in de reeks Cahiers-Bio-Wetenschappen en Maatschappij (Brigittenstraat 22, Utrecht) publikaties over maatschap pelijke gevolgen van ontwikkelingen in de bio-wetenschappen zoals biolo gie, geneeskunde en farmacie. Het gaat hier om betrouwbare en ook begrijpelijke voorlichting van des kundigen. In die serie is nu een boekje verschenen over de erfelijk heidsleer, op welk terrein nieuwe be langrijke feiten (o.a. betreffende het het licht zijn uur lang verzekerd van lekker war me spijzen. Een rode temperatuur-indicator, die in de tv-rubriek „Open en Bloot” naar alle waarschijnlijk „pikkie” zou zijn genoemd, zorgt ervoor dat u de af nemende warmte kunt bij houden. Piccola ziet er gezellig en fraai afge werkt uit en wordt in Nederland door C. J. van den Broek uit Heem stede op de markt gebracht. B.t.M. Stroom nog snoer komt te pas aan de nieuwe Piccola, een warm- houdplaat van Neff. Bij gebruik de plaat omgekeerd op de gasvlam of elektrische kookplaat leggen en na enkele minuten is Piccola op kook hitte (100°). Na verwarming te vatten aan uitstekend geïsoleerde handgre pen en te plaatsen waar u maar wilt. GEZIKIFORMATIE heidsleer, op kernzuur DNA) gekomen. Dr. M. Visser, geneticus, geeft een overzicht van de gang van zaken bij de overerving (een lijst van in de genetica veel voorkomende vreemde woorden en termen is bijgevoegd). Prof. dr. F. Sobels, hoogleraar in de stralengenetica, vertelt hoe onder in vloed van straling het erfelijk mate-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1974 | | pagina 25