Haarlemse realisten in
de Vishal
HAARLEM EN OMGEVING
Het recht van de sterkste
BOORDEVOL
TALENT
spel van tegenstellingen
Toneel-
Rengelink ziek
programma
Oscar Wilde
TtSw
gegevens uit de natuur en herscheppingen daarvan
NEDERLANDS TONEEL GENT IN HAARLEM
Laatste Open Podiumavond
I
X
Driekwart miljoen
voor aankoop van
Kunstcollecties
MOEDERDAG:
KREIERDAG
"w
11
KUNST
üiNSDAG 7
MEI
1974
tie, die een duidelijk licht werpt op
leden van een niet meer zó jonge
generatie in een tijd, dat de aspec
ten in de beeldende kunst snel wis
selen. Anderzijds is' er overal een
opleving van alle typen realisme.
Men zou dus even goed kunnen stel
len, dat juist deze negen weer „bij
de tijd” zijn. Daargelaten, dat in
het werk van sommige tendenzen
uit de laatste jaren zijn geïnte
greerd, zonder dat van een werke
lijke vernieuwing kan worden ge
sproken.
HAARLEM Gisteravond werd
in de Tuinzaal van het Concertge
bouw het laatste concert van dit
seizoen in de serie Open Podium-
avonden voor amateurmusici ge
geven. De afgelopen maanden is er
op deze muziekavonden naar harte
lust gemusiceerd door een groot
aantal vaak begaafde amateurs, die
met hun optreden overduidelijk
hebben bewezen dat Haarlem en
wijde omgeving boordevol muzi
kaal talent zit. In een volgende se
rie Open Podiumuitvoeringen, die
zal starten in het komende najaar,
zal dan ook wederom aan daarvoor
geïnteresseerde amateurmusici ge
legenheid worden gegeven voor het
voetlicht te treden.
jrfijnd
15.-
i stijl-
HAARLEM Cyriel Buysse kan
anno 1974 nog best verteerbaar zijn,
moet Jan Christiaens hebben ge
dacht toen hij de opdracht kreeg
voor het Nederlands Toneel Gent
een toneelbewerking te maken van
de roman „Het recht van de sterk
ste”. Maar haal er dan wel de
specifieke elementen van Buysse’s
naturalisme uit, of anders gezegd,
relativeer ze met een lichte toets,
zo is zijn mening geweest.
De expositie gaat vergezeld van een
goede catalogus met veel informa-
HAARLEM In de Vishal op
de Grote Markt exposeren negen
Haarlemse realisten onder aus
piciën van de afdeling moderne
kunst van het Frans Halsmuseum.
Twee beeldhouwers
vanaf 14,50
vanaf 3,75
Fijne schotel gebakken vis met gember
HEIN STEEHOUWER
ADVERTENTIE
lals
Moritz
CEES STRAUS.
ADVERTENTIE
ADVERTENTIE
h
Ovarveeti - Tel. 023 - 24 12 66
35
Lid romantisch tafelen
3
Dagelijks
verse asperges
in zeven variaties
ink-
Wij
•na
ken
in
in
-ioleritj
voor a|
iolering
ektrisch
'spuiten
■n ver
eringen,
•r huis-
■drijven.
wens niet een mens van vlees en bloed,
maar de drank is de ware boosdoener.
Dat jenever echter verstrekt wordt door
mensen die daar hun verantwoordelijk
heid voor hebben, zo ver gaat Buysse
niet. Die denkwijze blijkt ook uit de
arbeidsverhoudingen die de Vlaming
aantoont. De knechten pikken het werk
niet langer bij de baron. Maar ze komen
slechts in geringe mate in opstand en
laten zich vlug ontslaan. Een jongeman
die een politiek alternatief (het socialis
me) weet te bieden, zit in het gevang en
wordt maar heel zijdelings aangestipt.
En dan nog wordt hij haast belachelijk
gemaakt. Het in deze tijd (het spel
speelt vlak voor de eeuwwisseling) opko
mende flamingantisme wordt door Buys
se ook al nauwelijks genoemd, maar het
uit zijn liberale houding voortkomende
antiklerikalisme is bij Christiaens ver
dwenen.
Toch heeft Buysse een scherpe kijk op
het eenvoudige milieu gehad. De trooste
loosheid en het uitzichtloze, vooral de
onontkoombare doem, het heeft allemaal
zo bestaan in Vlaanderen. Maar anders
dan bij Streuvels, die zich ook intens
heeft beziggehouden met het milieu van
boeren en landarbeiders, slaagt Buysse
er niet in dit spel van tegenstellingen
van een soort „toegevoegde waarde” te
voorzien. Een waarde die het stuk bo
ven zijn gewone betekenis zou kunnen
uitheffen, waar het nu blijft steken in
krachtig neergezette karikaturen.
Christiaens is duidelijk bezig geweest
het stuk meer mee te geven dan de
roman van Buysse heeft gekregen. Hij
last op een groot aantal plaatsen liedjes
(van Walter de Buck) in en verbindt de
fragmenten met muziek door een violis
te en een accordeoniste op het plankier
te halen. De liedjes worden vaak door
de juiste spelers vertolkt, Christiaens’
keuze is in vrijwel perfect. Het stropers
lied van Klodde de Vos (Herman Coes-
sens) en ’t Slijperke (Jo de Meyere) is er
een fraai voorbeeld van.
Toch kan ook Christianes niet vooko-
men dat het stuk in twee brokken
uiteen valt: de eerbaarheid van het meis
je Maria, dat ook als ze verkracht is.
rein van geest wil blijven en het soc’ale
leefklimaat, het decor waartegen zich
het leven van haar man Balduk afspeelt
Bovendien kan hij niet nalaten een
moraal aan het verhaal te geven: als
Maria is gestorven, moet er nog zonodig
een gezang van de wiedsters op het veld
komen om tekst en uitleg te geven. De
slotzin, bepalend voor het hele stuk, is
trouwens in een dergelijk onbekend
Gents dialect gesteld, dat ik node de
DEN HAAG. (ANP) Het rijk koopt
dit jaar voor driekwart miljoen gulden
kunstcollecties voor binnenlandse ten
toonstellingen. De programmeringscom-
missie heeft de onderwerpen voor de
collecties vastgesteld en de projectgroe
pen voorgesteld, waarin overwegend
kunstenaars zitten. De samenstelling van
de collecties is gebaseerd op het werk,
dat van 2 tot en met 13 september op
diverse plaatsen kan worden ingeleverd.
Vorig jaar werden werken aangekocht
van 229 van de 1185 kunstenaars, die
werken inzonden.
Christiaens heeft in Het recht van de
sterkste de meeste nadruk gelegd op de
verhouding tussen goed en kwaad, recht
en onrecht, lief en leed en hoe het ook
anders kan worden gezegd bij Buysse.
Daarbinnen ontstaat bij de auteur een
spanningsveld tussen de figuren onder
ling. Buysse wil eigenlijk alleen maar
typeren, verbeelden. Hij zet weliswaar
erg aansprekende mensen neer, welhaast
letterlijk van vlees en bloed, maar ze
blijven steken in al hun eenvoud. De
Vlaamse schrijver staat onvoorwaarde
lijk aan de kant van de onderdrukte, de
lijdende, maar hij voelt geen rancune of
wraak tegenover de schuldige. Eerder
biedt hij een uitweg voor de onderdruk
te in de vorm van de dood.
Buysse’s werkelijke schuldige is trou-
DEN HAAG. (ANP) Een programma
over de veelzijde Engelse toneelschrij
ver, prozaïst en dichter Oscar Wilde zal
volgend jaar in het Holland Festival
worden uitgebracht. Dan is het 75 jaar
geleden, dat Wilde op 46-jarige leeftijd
overleed. Een collectief bereidt het pro
gramma voor.
Het wordt gevormd door de acteurs
Eric Schneider, Sacha Bulthuis en Ans
Greidanus, regisseur en decor-ontwerper
Johan Greter, kostuumontwerpster Con
stance Wibaut, vertaalster Josephine
Soer en Jacques Besancon, die de dra
matische research voor zijn rekening
neemt. Het programma krijgt als titel
„De Profundis.” Aan de hand van brie
ven, fragmenten van toneelstukken, poë
zie en proza zal vooral de onbekende
drietal composities van Pasquini, Wilde nader worden belicht.
Voor dit jaar zijn de gelden verdeeld
over zestien rubrieken. Aan sehilderijen
kan voor 175.000 worden aangekocht
voor vier collecties.
Voor grafiek en tekeningen is f 30.000
beschikbaar. Voor 25.000 kan uit deze
collecties ook nog worden gekozen voor
het samenstellen van kijkmappen. Uit
grafiek en tekeningen zal andermaal een
serie schoolprenten worden geselecteerd,
een project, waarvoor 50.000 beschik
baar is voor honorarium en drukkosten.
Er komt voorts een collectie sieraden:
hiervoor is 15.000 uitgetrokken. Een
zelfde bedrag is er voor een verzameling
keramiek. Voor geweven wandkleden
kan een collectie worden aangekocht ter
waarde van 70.000. Voor kunstwerken,
waarin licht als beeldend middel wordt
gebruikt is f 75 000 beschikbaar. Voor
fotografie staat f20 000 on de lijst.
Uit het budget van vorig jaar is nog
een ton te besteden voor aankoop var
kinetische objecten. Ook f 100 000 is er
nu voor geconstrueerde beeldhouwwer
ken.
Voor fotografie als beeldend middel
staat f 30.000 genoteerd. Een bedrag van
f 40.000 is gereserveerd voor zeer kleine
collecties van 5 tot 8 werken, waaraan
behoefte blijkt te bestaan. In het Hol
land Festival zal een grafisch project
wonden uitgevoerd dat 28.000 vergt.
Bach en Giovanni Martini, kernachtig
vertolkt door Cor Oost op het fraaie
Flentrop orgelpositief dat de Concertzaal
naast het grote orgel rijk is. Als begelei
der was Cor Oost hierna te horen in een
Fluitsonate van Jean-Baptiste Loeillet.
De solopartij werd gespeeld door Ma rijke
Scholten, dwarsfluit, die met opvallend
ronde toonvorming dit werk tot klinken
bracht.
is hij soepel, soms langgerekte volumen,
soms juist de tegenstelling daarvan. Een
enkele keer wordt zo’n beeldje te carica-
turaal, in andere gevallen versterkt zo’n
deformatie op een juiste manier de ex
pressie. Piet van Heerden werkt met een
mooie „huid” op zijn brons, een grijze
patine, die een beeldje iets klassieks kan
geven, vooral als hij dicht bij de werke
lijkheid blijft, zoals in een mooi verstild
meisjeskopje.
ker zijn er de bekende gepolijst kope
ren plastieken, meestal op intermenselij
ke verhoudingen betrokken, maar ook
ruiterbeelden, zoals we die van hem
vanaf 1967 kennen. Hier is nu werk tot
in 1972 gemaakt en in deze kolommen
reeds vaak genoemd om het eigene, dat
in het besloten karakter van de beelden
een uitdrukking vindt en wordt beklem
toond door de plasticiteit binnen ronde
vormen.
Piet van Heerden stelt ook eerder
gezien werk vanaf 1967 tot 1973 ten
toon, zijn gedeformeerde figuurtjes en
dynamische paardjes. In die deformaties
Verder nog in een dergelijke richting
gaat Roelof Klein, die dat al eerder
aantoonde in aquarellen, maar nu ook in
grote olieverven zijn hang naar het
kosmische lees de titels tot ex
pressie brengt. Het zijn op mystiek ge
richte zeer vrije vertalingen van natuur
lijke gegevens in een synthese met ab
stracties, waardoor een soort vergeeste
lijkt wereldbeeld ontstaat. Het is zeer
overtuigend en draagt althans op mij
de bedoelingen over. Bovendien hangt
er het grote doek „De zon, het kind en
de bloem”, een duidelijk symbolisch
werk, maar geïnspireerd op een kinder
tekening. Het is boeiend van vorm en
contrasterende kleurstelling, een uitste
kend schilderij.
Twee beeldhouwers vullen met hun
werk deze expositie aan. Van Wim Jon-
Een aantal geestelijke composities
vormden het laatste muziekgenre, dat in
dit wel zeer contrastrijk samengestelde
programma was opgenomen. Van de
componist Charpentier werd uitgevoerd
het „Jesu corona Virginum”. Doordat de
sopraan Hans Algra en de alt Lenie Prins
zich achter de organist Cor Oost en de
fluitiste Marijke Scholten bevonden
werden hun overigens welluidende stem
men te veel overheerst door de instru
mentale partijen. Dit bezwaar gold weer
niet de uitvoering van „Regina coeli”,
„Ave Maria, gratia plena” en „Dignis en
Domini” resp. van de componisten Sura-
ni Verdonck en Pevernage. Deze werken
zijn namelijk geschreven voor gemengd
kwartet en orgel. Door de toevoeging
van twee mannenstemmen en het ont
breken van de in het vorige werk voor
komende fluitpartij was de klankver
houding veel gunstiger.
Deze laatste drie composities werden
mede dankzij de uitstekende stemkwali-
teiten van Hans Algra, sopraan, Lenie
Rotteveel, alt Dirk Verzaal, tenor en
Hans Rotteveel bas. tezamen met de
vaardige begeleiding van Cor Oost, in
hun religieuze waardigheid een bevrij
dend rustpunt na een kleurrijke reeks
muzikale impresies, dankbaar verwerkt
door het aandachtige publiek.
JAAP STORK.
Stoute Trese (Blanka Heirman) schenkt
Balduk (Jef Demedts) zijn glas vol op
de bruiloft van hem en zijn vrouw Ma
ria, links van hem gezeten (Els Mager-
man).
ondertiteling miste.
Regisseur Hugo van den Berghe
schoot bij dit alles niet veel over dan
met een strakke regie het spel zonder al
te veel versiering neer te zetten. Hij had
daarbij de beschikking over een simpel
en bruikbaar decor waar de armoe van
afstraalde en dat het stuk veel soberheid
meegaf.
Els Magerman en Jef Demedts, die de
hoofdrollen van Maria en Balduk ver
tolkten, hadden de niet makkelijke taak
met eigen inzet inhoud te geven aan hun
vaak karikaturale rol. Ze deden dat zeer
naar behoren, al was het regelmatig
merkbaar dat met name Balduk meer
tekst nodig had om zijn rol van een
door de samenleving geaccepteerde ver
krachter vorm te geven.
De personen om hen heen moesten
schijnfiguren zijn, die louter werden
geïntroduceerd om de tegenstelling tus
sen Maria en Balduk meer accent te
geven. Alleen Daniël de Cock in zijn rol
van Slimke Snoeck wist hier aan te
ontkomen. Waarschijnlijk ligt dat aan
het feit dat Buysse zelf nog het meest
via Slimke spreekt (de geliefde van het
onteerde meisje gaat bijvoorbeeld net
zoals Buysse naar Amerika).
Deze laatste muziekavond werd geo
pend met een fraaie sonate van de
Italiaanse componist Benedetto Marcello,
zeer verdienstelijk vertolkt door Ivo van
Regteren Altena. cello, die betrouwbaar
werd begeleid door pianist Bernd Brack
man.
De sonate KV 19d van Mozart, ge
schreven voor vierhandig piano, vormde
hierna een markante afwisseling met de
waardige cello sonate van Marcello. De
pianisten Wim van Ee en Dick Schenke
hebben het doorgaans sprankelend blije
karakter van deze heerlijke Mozart-so-
nate op treffende wijze onderstreept.
Een verrukkelijk intermezzo vormde
hierna het optreden van de jeugdige
ballerina Saskia Verkijk, die op inne
mend charmante wijze danste op een
gedeelte uit de Poëtische Tonbilder van
Edward Grieg beheerst gespeeld door
Carolien Nieuwenhuis, piano. Vervolgens
opnieuw afwisseling, ditmaal een reis
van Noorwegen naar Spanje, een peule-
schil voor de vaste bezoekers van de
Podiumconcerten.
De componist Moritz Moszkowski
schreef enkele Spaanse dansen voor
vierhandig piano, die boeiend werden
uitgebeeld door Wim van Ee en Dick
Schenke. De sopraan Wil van Raven-
zwaay vergastte ons na het Spaanse
vuurwerk op een viertal liederen van de
componisten Tosti, Meyer Helmund,
Grieg en Cornelius. Haar zuivere stem
geluid zou nog aan glans kunnen win
nen door een sterker geprononceerde
articulatie. Voorts werkte haar opstel
ling achter de vleugel nadelig wat de
klankverhouding betreft.
De pianiste Arda Buter zorgde voor
een bekwame, sluitende begeleiding. De
„Danse des jeunes filles” van de Deense
componist Niels Gade, op speelse, luchti
ge wijze gedanst door Saskia Verkijk en
muzikaal sfeervol vertolkt door haar
begeleidster Carolien Nieuwenhuis, pia
no, vormde de afsluiting van het eerste
programmagedieelte.
Na de pauze hoorden wij allereerst
een
Verwant met hem werkt in zijn olie
verven Leo de Winter, maar minder
„vormvast” en dus impressionistischer,
vooral in grote bloemstukken. Hij
plaatst sterke kleuren tegen donkere
achtergronden, die toch voldoende licht
hebben gevangen om ruimtelijk te blij
ven werken. Het is een bezonken realis
me waarin De Winter zich schilderachtig
met grote vaardigheid weet uit te druk
ken om tot mooie resultaten te komen.
Hij heeft een ruime marge, want als hij
sfeer wil oproepen in een polder of
ander landschap, waarin minder con
trasten aan de orde komen, dan lukt
hem dat evenzeer. Hij is wat je noemt
een „ogentroost-schilder”.
Bij Jan van Geem passen ook derge
lijke kwalificaties, howel verdere verge
lijkingen hier niet mogelijk zijn, omdat
hij geheel andere middelen gebruikt. Hij
komt hier weer uit met kleurlinoleum-
sneden, die ik al vaker van hem heb be
sproken. Het zijn zowel landschappen als
naakten, waarin hij duidelijk streef naar
charme en een heldere voordracht, zo
wel in de lijnvoering als het spaarzame
gebruik van milde kleuren.
Een realist binnen het gebruikelijke
kader was ook de kort geleden gestorven
Albert Loots. Tonen de anderen recent
werk, er is in zijn geval naar gestreefd
om in enkele oudere en nieuwer werken
iets te laten zien van de ontwikkeling
die zijn werk heeft doorgemaakt. Blijkt
dan, dat hij zich4 vooral vroeger bij
voorkeur bediende van op bruin afge
stemde tonen, met hier en daar wat
feller aangezette kleuren in een expres
sionistische en spontane penseelstreek.
Een oeuvre beoordelen op enkele wer
ken kan natuurlijk niet, maar ik ver
moed dat een andere keuze ook een
ander type schilder naar voren had ge
bracht. Een paar naakten van jonge
meisjes ademen namelijk een heel ande
re sfeer, ingetogenheid en tederheid, die
buiten het hier getoonde expressionisti-
Het recht van de sterkste werd daar
mee een vlot stuk dat aan sociaal ka
rakter heeft ingeboet, maar door zijn
moderne bewerking acceptabeler lijkt te
zijn geworden. En een puur Vlaams stuk
kan niet anders dan door Vlaamse ac
teurs worden opgevoerd, zo bleek gister
avond in de Stadsschouwburg, waar het
NTG voor een eenmalige voorstelling
van dit stuk was gekomen.
Alle artikelen van Kreier
uit Zwitserland zijn Moe-
derdag-geschenkjes.
II kunt kiezen uit 500 ver
schillende zuiver zijden
shawls in 18 kleuren
Verder de beroemde
Kreier batistzakdoekjes
De linnen artikelen, zoals
cocktailhanddoeken, pla
cemats e.d. en tevens de
pannelappen, cocktail-
schortjes, zijn allemaal
weer verrassend leuk.
Een vrijblijvend bezoekje
is echt de moeite waard.
tyóeizanó
V MODE
Grote Houtstraat 28-3(
Haarlem z
Snijd 700 g gefileerde vis in stukjes, zout ze
en bak ze in weinig olie. Fruit in aparte pan
1 gesnipperde ui, 1 teentje knoflook, 1 tomaat,
1 appel en 3 gembernootjes. Bestrooi dit
vervolgens met wat kerrie, 1 flinke lepel
bloem en voeg al roerend zoveel water toe tot
een gebonden massa ontstaat. Giet deze over de
vis en laat het geheel enkele minuten zachtjes
stoven. Garneren met sla en schijven sinaasappel.
L U bóft als u van vis houdt want vis houdt fit
Vraag recepten bij uw vishandelaar of bij het Produktschap^
voor Vis en Visprodukten, Wassenaarseweg 20, Den Haag^ffi^
(Van onze rtv-redactie)
HILVERSUM. De oud-programma-
commissaris NOS-televisie, J. W. Renge
link, ligt al veertien dagen tamelijk
ernstig ziek in het ziekenhuis. Aanvan
kelijk werd voor een hartinfarct ge
vreesd, maar later bleek de heer Renge
link (tegenwoordig mede-bestuurslid bij
de VARA) een aanval van galstenen te
hebben gehad Hij zou een van de spre
kers op het op 20 mei te houden sympo-
Mum van de AVRO zijn. Dit gaat niet
door.
sche werk vallen en een groot contrast
vormen met een laat werk. Het is een
kleurig landschap, dat in primaire
kleurtoetsen is opgelost en een grote
lichtkracht heeft.
Losser van het naturalisme, hoewel
hij binnen het realisme blijft, is Jan van
der Veer, in vaak donkere olieverven. In
de catalogus zegt hij de vergankelijkheid
te ervaren in een aangevreten kalebas
en ook daarin schoonheid te vinden. Het
is dan een morbiede schoonheid, ook
aanwezig in zijn boomstronken, wrak
stukken en teertouw. Hij zweemt in
dergelijk werk naar het magisch-realis-
me, dat bij hem een eigen kleur krijgt,
meestal in donkere gehelen, een enkele
keer ook in fellere contrasten, zoals in
het sterke werk „Vreemde voorwerpen
in de ruimte”. Het is de zeer vrije
verbeelding van de bolle „schillen” van
weekdieren in heldere kleuren tegen een
donker en vaag strand. Een vervreem
dende sfeer is het vervolg, een werkelij
ke herschepping van een natuurlijk ge
geven binnen een goed vakmanschap.
„De zon, het kind en de bloem” van
Roelof Klein.
Onder typische Nederlandse realisten
kun je de schilders rekenen met de
minste behoefte om aan het natuurbeeld
te tornen. Ze geven een picturale verta
ling naar eigen temperament van wat
iedereen om zich heen ziet of meent te
zien. Zo’n kunstenaar is nog altijd Poppe
Damave, die met weinig middelen in
aquarel en houtskool toch complete im
pressies van havens en kusten wil vast
leggen. Soms blijft zijn werk dan illus
tratief, een andere keer spreekt de sfeer
sterker dan het topografische element.
Dan worden water en lucht dampig
blauw. In het algemeen mikt Poppe
Damave daarbij dan op charme zonder
meer, zoals in een pittoreske tekening
„Grieks pensionaat”.
Anders, maar toch ook tot hetzelfde
type kunstenaars te rekenen is Piet
Kloes, echter veel zwaarder op de hand
en door kleurgebruik en penseelvoering
in zijn olieverven herinnerd aan de
vroegere Bergense School. Hij zoekt
naar sfeer in eentonige landschappen,
bijvoorbeeld sneeuwgezichten, maar in
tegendeel naar coloristische effecgen in
zijn stillevens, die een krachtiger op
bouw krijgen, ook grotere contrasten.
Een meisjesfiguurtje uit 1934 van Albert
Loots.
f
i 1
iiwns® 1
F tihwWWiffur