UIT ALLE HOEKEN VAN
ZUID-SPANJE NAAR DE
SELECTIECOMMISSIE
Francisco begrijpt dat hij
in Nederland weer onderaan begint
1
„.J!
H
B
MV
Huurwoningen
door Ko van Leeuwen
Strafregisters
Geen bars
Lezen en schrijven
I f
19
18
2 a I t k o A G
1
JUNI
3
Positief
Walserij West
Veel vrienden
Voor het imposante gebouw, waarin de Organisation Syndication Espa
nol een riant onderkomen gevonden heeft, in het Zuidspaanse stadje Al
meria, dromt een groep van zo’n vijftig gebruinde Spanjaarden samen. Ze
zitten op de traptreden van de ingang of staan in de warme Spaanse zon
tegen elkaar hun kansen af te wegen. Kansen om te mogen werken in het
verre Nederland, tweeduizend kilometer van hun geboorteplaats en van
hun gezin dat het eerste jaar in elk geval in Spanje moet achterblijven.
Daarvoor zijn zij gekomen uit alle hoeken van deze zuidelijke Spaanse pro
vincie. Om in Nederland geld te verdienen als eerste aanzet tot een wat
meer hoopgevender sociale toekomst. Het wachten voor deze gastarbeiders
in spé is op de wervingsploeg uit Nederland. Die verschijnt weldra. Een
groepje onberispelijk geklede heren. Ambtenaren in dienst van het Direc
toraat Generaal voor de Arbeidsvoorziening, wervingsmensen van het
staalconcern Hoogovens uit IJmuiden, dat ditmaal de gegadigde is om van
een aantal bedoeling is vijfenzeventig Spaanse werkkrachten te wor
den voorzien; twee tolken (Spanjaarden in dienst van Hoogovens) en een
Spaans ambtenaar van Instituto Èspanol de Emigration.
IML.
mnnnfifti
mier.
GASTARBEIDERS WERVEN IN
ALMERIA
n
van
een
I
ÜI
is
i«
i
s
aangek
dng. Br
i een
retie
t
1
Voor het imposante gebouw van Organisation Syndication Espanol staan de Span
jaarden in Almeria hoopvol bijeen. Het wachten is op de wervers uit Holland en hope
lijk mogen zij straks daar komen werken. Om geld te verdienen voor een stukje grond
en een huis in Spanje, of om als het daar meevalt, voorgoed in Holland te blijven.
een
dat
„Ik heb veel vrienden in Holland.
Spanjaarden ja. Maar ik kan ook
goed met Hollandse collega’s opschie-
koop voor zo weinig geld als hier. Dat is
daar zeker drie, vier keer zo duur. Geen
goeie koffie naar jullie smaak. Voor
jullie schenken ze in Holland gootwater.
Het brood is voor jullie een soort leem.
De maaltijden worden er anders bereid.
De ambiance, de hele omgeving waarin
je leeft, is heel anders dan hier in
Spanje. Je gezelligheid kost veel geld.
Op drie plaatsen aan en om de altaar
tafel worden de sollicitatievragen ge
steld. Wordt ook een schrijf- en leestest
afgenomen. Zo’n vijfentwintig percent
van de mannen valt af. Kunnen niet of
nauwelijks lezen of schrijven, of worden
om een andere reden niet aangenomen.
Als de lijsten waarop de antecedenten
van de aanwezige Spanjaarden vergaard
zijn, worden doorgenomen, ontstaat er
enige beroering onder de wervingsmen-
sen. In stilte wordt overlegd. Het gaat
om een man die reeds negen veroorde
lingen wegens oplichterij op zijn naam
WWW)
den mei
ifel? Beï
itlaan
bereik.
acten
l.v.T.
I rouni
Zit - re-
Blij en met meer gemak, is Francis
co Siguara Gimenez, een iets oudere
Spanjaard uit het dorpje Niejar, 32
kilometer van Almeria, de wervings-
plaats en hoofdstad van de provin
cie. Hij heeft al eerder in Holland
gewerkt. Spreekt ook een weinig de
taal van dat land. „Walserij West”,
zegt hij lachend. „Ik ben gelukkig dat
ik terug kan. Mijn vrouw was erg
ziek toen ik in Holland was. Daarom
moest ik wel terug naar Spanje. Nu
is zij weer beter. Helemaal genezen.
Ik wil zo gauw mogelijk mijn hele
Geopent
1. vrijt
Week,
laf Jan.
en. Tel
ten”. Francisco Segura gaat twintig
duizend peseta’s per maand verdie
nen. Daar komt per kwartaal een
kinderbijslag bij van bijna dertigdui
zend peseta’s (f1187,-) Hoe ziet hij de
toekomst nou voor zijn kinderen in
Nederland?
„Goed. Heel goed. Mijn vrouw was
er erg boos over, dat ik niet eerder
gezegd heb dat zij met de kinderen
naar Holland kon komen. Erg boos,
ooohmaar nu niet meer.”
Het bedrijf probeert je daar een klein
beetje van terug te geven. Maar stel je
er alsjeblieft niet te véél van voor.”
Over hun rechten zegt Schlossmacher
kort maar bijzonder krachtig: „Als jullie
denken dat je verkeerd behandeld
wordt, in het bedrijf of waar ook. als je
niet goed behandéld wordt, ga dan naar
het arbeidsbureau. Gan dan naar de
plaatselijke stichting die er speciaal voor
de buitenlandse werknemers is. Je hoeft
niet zo maar met een beslissing van het
bedrijf genoegen te nemen. Dat hoeft
absoluut niet
op hun gemak. Het Directoraat Generaal
is verantwoordelijk voor de wervingen
van Spaanse arbeiders voor bedrijven in
ons land. Grote bedrijven als Hoogovens
en Philips bijvoorbeeld, hebben zelf een
goede wervingsafdeling, die zich inzet
om een veelzijdige reële informatie te
verstrekken. Maar de eigenlijke werving
geschiedt toch door de ambtenaren, zo
legt wervingsambtenaar Schlossmacher
ons uit. Schlossmacher ontpopt zich in
de dagen dat we de wervingsploeg vol
gen als een man met relativerende hu
mor en een diep menselijk gevoel voor
zijn werk.
Wanneer zijn assistent Wilde Ne-
Schlossmacher: „Holland is heel an
ders. Het ligt tweeduizend kilometer hier
vandaan. Er leeft een heel andere bevol
king. Je zult er je vertrouwde bar mis
sen. De cafés daar kan je niet vergelij
ken met de Spaanse. Alles zal er duur
der zijn. Jullie glaasje wijn koop je er
niet voor vijf peseta’s. Het bier is niet te
Francisco Gonzalez Cazorla (rechts) aan tafel tegenover de wervers van Hoog
ovens. Vooraan links de interviewer van het bedrijf, daarnaast de Spaanse tolk.
pij op grond van uw dienst hiermee
instemt, kunt u daarna bij onze afdeling
huisvesting een woning aanvragen”.
De Spanjaarden luisteren. Voor zichzelf
hebben zij de keuze al gemaakt. Zij zijn
niet toevallig vandaag in Almeria. Zij
hebben al met hun gezin of familie
overlegd en hopen maar op één ding:
het felbegeerde arbeidscontract. José de
la Riva gaat verder. Beschrijft de IJ-
muidense staalindustrie en de nevenin
dustrieën. De mogelijke werkplaatsen
waar de Spanjaarden kunnen werken.
„Er komt bij ons dus een verscheiden
heid van werk voor. Degene die bij ons
in dienst treedt zal bereid moeten zijn
elk soort werk te aanvaarden, dat zich
voordoet, hetzij in ploegendienst en op
plaatsen waar werkers nodig zijn.”
Manuel en zijn vrouw staan heel
positief tegenover het werken in Ne
derland. Zijn vrouw wil nu eigenlijk
al mee. Als hij hoort dat dit toch
zeker nog een jaar of langer zal
duren, haalt hij lichtelijk de schou
ders op en knikt berustend. Hij zegt
dat ze het er allebei voor over heb
ben. Thuis en met de familie is het
helemaal uitgepraat.
Over vier weken komt de groep die
vandaag geworven is naar Nederland.
Van de meesten blijft er een vrouw
met kinderen achter. De mannen zijn
blij, maar achter hun optimisme gaat
een geweldig brok tragiek schuil. Al
les te moeten achterlaten, alles te
midden waarvan je al die jaren ge
leefd hebt en bent opgegroeid
wat beter te kunnen hebben
valt beslist niet mee.
I om
het toch over een paar jaar misschien
het
Als het licht in de zaal weer
aangefloept, wordt de Spanjaarden mee
gedeeld dat de bedrijfsinterviews voor
de werving nu gaan beginnen. Zij mogen
in de zaal blijven wachten en komen
één voor één aan de beurt om te worden
ondervraagd. Wie na het voorgaande de
buitenlandse arbeid niet meer zo ziet
zitten, kan de zaal verlaten. Alleen een
man die weet dat hij te oud is, verlaat
met een wat triest gebogen hoofd de
zaal.
1 rouni
Nieuw,
ileister.
brood krijgt. Daar heb ik begrip voor.
Maar ja dat is nergens leuk”. Hij
begrijpt ook dat hij in Holland on
deraan de maatschappelijke ranglijst
begint. In Spanje was hij betonvlech-
ter. Ook een beroep waar hard wer
ken geboden was. Hij is voor de
werving uit de beroemde wijnplaats
Rioja gekomen. Met de motor. Stil
gaat hij naar buiten. Blij en bedroefd
tegelijk, verzekert hij ons optimis
tisch te zijn over de toekomst.
Manuel Ojeda Moya, 29 jaar en in
het gelukkige bezit van een vrouw en
twee kinderen, reist over vier weken
ook af naar Nederland. Ook hij kreeg
een contract bij Hoogovens. Twee
jaar lager onderwijs heeft hij in
Spanje genoten. Door de schrijf- en
leestest aan de interviewtafel van
het wervingsteam is hij redelijk
heengekomen. Zijn beroep: betontim-
merman. „Ik moest negenhalf uur
per dag werken. Zaterdags maar tot
één uur. De laatste tijd ben ik bezor
ger bij een bierfabriek. Ik ben nog
nooit in het buitenland geweest. Ik
wil er meer geld verdienen. Een neef
van mij werkt in Holland. Waar?
halen er hun schouders voor op,
maar de buitenlandse arbeider die
oprecht is, toont diepe verontwaardi
ging.
Zo ook probeert de direc.teur-gene-
raal van het Spaanse emigratie insti
tuut in Madrid zijn misnoegen tijdens
een onderhoud waarbij een onzer
verslaggevers tegenwoordig was, di
plomatiek te uiten. „Ik begrijp dat
elk land voor zijn problemen de voor
zichzelf beste oplossing zoekt. In
principe prefereren wij een vrije ar
beidsmarkt.”
In elk geval wil de Nederlandse
regering 5000 gulden bieden als de
gastarbeider huiswaarts keert. Aan de
andere kant wordt er nog doorgegaan
met het werven van arbeiders in den
vreemde. Want ineens zonder zitten,
zou rampzalig zijn. Bij Hoogovens
wordt toegegeven dat een plotseling
vertrek van de 2500 daar werkende
gastarbeiders grote delen van het be
drijf stil zou leggen. Wij gingen mee
op zo’n wervingstoch.t in Zuid-Spanje.
„Een belangrijk punt is dat een man
die in een moderne industrie, zoals de
onze werkt, een redelijke kennis van
lezen en schrijven moet hebben. Veilig
heidsvoorschriften en werkinstructies op
ons bedrijf zijn in het Spaans op borden
gezet. In verband met het veilig kunnen
werken in de fabrieken moet u die
kunnen lezen en begrijpen. Tijdens de
werkuren zijn geen alcoholische dranken
toegestaan.”
José komt toe aan de arbeidsvoor
waarden. Die liggen al op het eerste
gezicht gunstiger dan in Spanje. De
netto maandlonen, gebaseerd op dag
dienst (ploegendienst wordt hoger be
loond, maar niet altijd komt de Spaanse
werknemer ervoor in aanmerking) wor
den genoemd en in peseta’s uitgedrukt.
Secundaire arbeidsvoorwaarden worden
uitgelegd en de plichten, maar ook de
rechten worden breed uitgemeten.
Dan stapt Schlossmacher het podium
op. Neemt plaats op de rand van de
tafel en in het Spaans geeft hij een niet
mis te verstane uitleg van mogelijke
tegenvallers in Nederland. Hij wijst op
het geheel verschillende cultuurpatroon.
In eenvoudige bewoordingen en met een
indringendheid die indruk schijnt te ma
ken.
■aat 6;,
sexfilm
sexgeni
t geluid
Chant
r. inl
„Ongeveer zevenhonderd van onze
Spaanse werknemers hebben hun gezin
naar Nederland laten komen”, zegt José,
„En zij wonen daarmee nu in huurwo
ningen. Wij moeten u er wel op wijzen
dat ir.dien een dienstverband voor
jaar met u wordt afgesloten, dat wil
zeggen voor twaalf maanden met
proeftijd van twee maanden, er
eerste jaar geen gelegenheid bestaat om
uw gezin naar Nederland te laten over
komen. Hoogovens heeft geen woningen
genoeg, omdat er ook in Nederland een
zekere schaarste is aan woningen. Als u
na het vervullen van uw contract van
één jaar, uw dienstverband bij ons be
drijf wilt verlengen en onze maatschap-
zelt even en zegt dan: „Ik wil geld
sparen. Ik heb er met mijn vrouw
over gepraat. We hebben er niet zo
lang over na hoeven denken. Mijn
vrouw wil nu meteen al mee naar
Holland”.
Hij heeft een vriend die al een
paar jaar in Nederland werkt. Waar,
dat weet hij niet zo precies. Maar die
vriend heeft het voor hem al bereikt.
Die heeft in Spanje van zijn in
Nederland verdiende geld al een
stukje grond met een huis erop ge
kocht. Dat wil Francisco ook zo gauw
mogelijk bereiken.
„Ik weet dat ik in Holland ook
hard moet werken. Maar hier werk
ik zeven dagen per week. Ik verdien
in Spanje 3500 peseta’s per week en
in Nederland gaat zijn aanvangsalaris
bij Hoogovens 12.884,- per maand be
dragen. Schoon, terwijl kost en inwo
ning van Francisco daar niet meer
van hoeven te worden betaald”.
Weet Francisco dat de gastarbeider
in Nederland nogal eens aan kritiek -
misschien ongefundeerd - onderhevig
is?
„Ik begrijp dat de Hollanders den
ken: daar komt er een die mijn
heeft staan. Verre van een blanco straf
register, en dat is noodzakelijk voor
werken in Nederland. De man heeft
even tevoren bezworen dat hij nog nooit
iets met de politie van doen heeft gehad.
Een jokkertje dat er niet ingaat bij de
wervers. Pijnlijke bijkomstigheid: de
man is kleurling en bij de goedwillende
interviewer ontstaat de angst voor de
beschuldiging discriminerend te hande
len. Schlossmacher lost de zaak diplo
matiek op. Hij vraagt de Spanjaard of
hij ook zijn bewijs van goed zedelijk
gedrag heeft meegenomen. Tenslotte is
dat voorschrift. Nee, dat heeft de Span
jaard niet bij zich. Hij belooft de volgen
de dag, wanneer er weer geworven
wordt, terug te komen. Hij zal het wel
even op het stadhuis gaan halen. En
toch enigszins welgemoed lijkt hij weg
te stappen.
De werving duurt tot diep in de
middag. Elke Spanjaard wordt persoon
lijk enige minuten aan de tand gevoeld.
Vooral op de motivering van de man
wordt scherp gelet. Zegt hij dat hij veel
geld wil verdienen, dat zijn kansen in
Holland beter zullen liggen dan in zijn
geboorteland, dan bestaat er wat dit
sollicitatie-onderdeel betreft geen onze
kerheid meer. Maar komt het erop neer
dat de man wel eens iets meer van de
wereld wil zien, dat hij wel een» buiten
Spanje wil kijken, dan ziet het er min
der rooskleurig uit. Dan is de afwijzing
nabij.
De meeste antwoorden komen op het
zelfde neer. De Spaanse arbeider wil
naar Nederland komen om in niet al te
lange tijd veel geld te verdienen. Dat
„veel geld” is dan alleen volgens Spaan
se begrippen. Beloopt vaak het dubbele
van wat in Spanje met eveneens minder
prettig werk wordt verdiend. Met het
verdiende geld wil de Spaanse werkne
mer bij zijn terugkeer een lapje grond
kopen en een huisje bouwen. In zijn
eigen dorp of stadje. Hij mag dan zijn
schoolopleiding missen de werving
gaat om ongeschoolden of geoefenden
hij heeft er wel iets voor over om ver
van huis en haard aan een redelijke
bestaansmogelijkheid voor de toekomst
te gaan werken. In de meeste gevallen
in een mannen samenleving met alle te
kortkomingen vandien. Hij heeft het er
voor over en de bijna dertig Spanjaar
den, die op deze eerste wervingsdag in
dat zonnige Alm ria voor het rillerige
Nederland werden aangetrokken, stralen
van blijdschap als zij daar hun contract
bezegeld zien. En onder de indruk en
eerst dan in het volledige besef dat de
toekomst er voor hen in elk geval
anders gaat uitzien, lopen zij langzaam
de zonovergoten straat op.”
derlander, maar geboren en opgegroeid
in Spanje zijn inleiding beëindigd
heeft, volgt voorlichting door de Spaanse
tolk José de la Riva. De man die ook
zijn landgenoten op het bedrijf in IJ
muiden de eerste weken begeleidt.
Hij meldt de geografische ligging van
Hoogovens. Vertelt hun ook dat er reeds
tweeëneenhalfduizend Spanjaarden bij
het bedrijf werkzaam zijn. Dat deze
voor het grootste deel vol pension ge
nieten in moderne woonoorden, waar
getracht wordt met behulp van Spaanse
koks en Nederlandse ingrediënten de
Spaanse maaltijden zoveel mogelijk te
benaderen.
Elk sociaal weldenkend mens is het
er langzamerhand over eens dat de
gastarbeider in ons land een positie
bekleedt die niet erg benijdenswaar-
dig is. Hij wordt naar ons land ge
haald om de vervelendste, vaak sme
rigste karweien te klaren. Onze hui
dige regering heeft zich dit lot aange
trokken en kwam kort geleden met
een beleidsnota. Die ziet er op het
eerste gezicht positief uit. Maar een
werkelijke oplossing voor dit inge
wikkelde probleem geeft de nota
nauwelijks.
Dan volgt een verluchting van de
bijeenkomst. Hoogovens heeft een diase
rie over het bedrijf en de woonoorden
meegebracht. De lichtbeelden verlenen
het vaak zo grauwe staalbedrijf een
zonnige kleur. Van de woonoorden
neemt het nieuwe Casa Arosa in Heer-
hugowaard in de serie een vooraan
staande plaats in. Een oorstrelend mu
ziekje begeleidt de in het Spaans op de
band gegeven commentaren.
Weet ik niet. Mijn vrouw wil met de
kinderen ook graag heel vlug komen.
Haar ouders zorgen nu voor haar en
de kinderen”.
gezin naar Nederland laten komen.
We willen er voorgoed blijven.”
Segura Jimenez en zijn vrouw heb
ben acht kinderen, van 17 jaar tot 1
maand. Gaat hij de taal gauw beter
leren als hij weer in Holland terug
is? Lachend: „Daar heb ik toch mijn
kinderen voor
Toen Segura terugkeerde naar
Spanje kon hij geen werk meer vin
den. Hij deed allerhande kleine en
slecht betaalde klusjes. Het geld dat
hij door het werken in Holland had
overgespaard, verdween grotendeels
aan levensonderhoud en aan de ziekte
van zijn vrouw. De laatste tijd had
hij in Spanje een inkomen van twee
duizend peseta’s per week. Voorlopig
gaat hij alleen terug naar Nederland.
Officieel moet hij weer een jaar
wachten voordat zijn gezin mag over
komen. Trouwens, er zou ook niet
onmiddellijk een woning voor hem.
zijn.
FRANCISCO GONZALEZ CAZOR
LA heeft er de tranen van in de ogen
gekregen. Zojuist heeft hij de deur
van de zaal waar een team uit Ne
derland, dat Spaanse werkkrachten
werft, met hem een arbeidsovereen
komst van een jaar is aangegaan,
achter zich dichtgetrokken. Voor de
23-jarige Francisco betekent dat een
scheiding van zijn jonge vrouw,
waarmee hij nu twee maanden gele
den in het huwelijk trad. Een tijde
lijke scheiding weliswaar, maar toch,
erg gemakkelijk valt het hem nog
niet. Hij moet nog even aan de ge
dachte wennen. Over vier weken zal
hij op het vliegtuig naar Nederland
stappen. Een betaalde vliegreis, inclu
sief de maaltijden onderweg, die hem
naar Hoogovens in IJmuiden zal voe
ren. Daar sluit hij zich dan aan bij
de ruim 2500 Spaanse werknemers.
Met gebogen hoofd geeft Francisco
antwoord op onze vragen. Erg geluk
kig en blij ziel hij er niet uit, maar
hij verzekert plechtig dat hij het wel
is. Waarom verlaat hij zijn land om
elders zijn fortuin te zoeken en al zo
vlug nadat hij getrouwd is?
Francisco kijkt ons open aan. Aar-
Grate tegenstrijdigheid met wat de
ze regering voorstaat een streep
halen door de uitbuiting welke ont
staat door hiaten in het huidige be
leid ten aanzien van de buitenlandse
werknemer is de voorgestelde ver
trekpremie van vijfduizend gulden.
Onder elkaar noemen de gastarbei
ders, daarbij taalkundig bijgestaan
door hun Hollandse collega's, die ver-
treksom „oprotpremie”. Sommigen
•Vorsende blikken van de wachtende
Spanjaarden volgen het groepje dat de
marmeren trap van het gebouw opwan
delt. Even later mogen ook de aspirant-
gastarbeiders naar binnen. Zij komen in
de vergaderzaal van het Syndicaat de
Spaanse overheidsorganisatie die daar de
verboden politiekgerichte vakbonden
vervangt binnen. Voor de opmerkelij
ke koelte in de ruimte is een batterij
forse plafondpropellers verantwoorde
lijk.
Wat zenuwachtig lachend en opmer
kelijk stil betreden de Spanjaarden de
zaal. Zij nemen plaats op stoelen die
bioscoopsgewijs over de breedte van de
zaal verdeeld, staan opgesteld. Daarvoor
leiden enkele treden naar een marmeren
podium waarop een indrukwekkende
even lange als stevige vergadertafel
staat. Er achter staan zetels die het
geheel een ministerraadachtige indruk
geven. Boven de middelste stoel ziet de
gekruisigde Christus op de aanwezigen
neer. Links hangt een ingelijste Franco,
de blik afgewend, en rechts kijkt Span-
jes langdurige troonpretendent Juan
Carlos frank en vrij vanaf de met
gordijnen behangen muur de zaal in.
Een vertrouwd drietal voor de Spanjaar
den.
De wervingsmensen nemen achter of
in de buurt van de imposante altaartafel
plaats. George Wilde, de 29-jarige assis
tent van Arnold E. J. Schlossmacher, de
Nederlandse wervingsambtenaar van het
Directoraal Generaal voor Spanje, gaat
de Spaanse gasten toespreken. Stelt ze
i r
if
r r WÉJhB