Tijd zilverpapier verzamelen voorbij van Van de zender is geen afgod gemaakt Geestelijk Leven 1 Vergeestelijking gedachte van thema Christian Science van RADIO BLOEMENDAAL SINDS 1924 IN DE LUCHT I Hervormde synode bespreekt ‘het geheim van de gemeente’ De jonge kerken zitten voor op 1 1J I Schuld F S Bedenkingen Samenwerking I r ft '5 Bi I de tandem; de ouderen trappen mee SATERDAG 16 JAT w I i Ds Toornvliet - 53 JAAR RADIO BLOEMENDAAL g F P a Z( n bf Oorlog De tijd van de missiekalenders en het inzamelen van zilverpapier en snuisterijen voor de missie is al weer royaal verleden tijd. Zoals de r.k. bisschoppen in hun nieuwste bisschoppelijke brieven zeggen: „In de ge schiedenis van de mensheid is een nieuwe periode aangebroken. Diep in grijpende veranderingen, die geen volk onberoerd laten, hebben daartoe geleid. Een groot aantal ontwikkelingen zijn te noemen. In verband met het onderwerp van deze brief (Een nieuw missionair tijdperk) wijzen wij vooral op de dekolonisatie, op het groeiende zelfbewustzijn van de jonge volken, op de crisis in het zendingsbesef van het westen en op de scherpt confrontatie tussen arme en rijke landen”. w - F UI jfcöKü:/' - aL.. EEN NIEUW MISSIONAIR TIJDPERK zo -■ Ss&Siisii: ri Ds. G. TOORNVLIET Ds. J. C. BRUSSAARD Ds. L. J. BOEYINGA Met het oog op de veranderingen in deze tijd zijn er allerlei gedachten opge komen over vernieuwing van de vormen van gemeente-zijn. Eerst zal men de blijvende kenmerken moeten vaststellen. Tot die kenmerken behoren: de verkon diging en de viering van het heil; de onderlinge gemeenschap; de ambten en de dienst aan de wereld. zc er Pi vi Pi kc tr til a: le Ds. het tl z< n al H VI w e< b: o< ia K h; Tl zi m v< ri w at P< ik w le h< w B d; b« le oi ir v< la Z bi O' O1 tl ai re d< d< w h< w al k] b< De kerkdienst op de zondagmorgen is de belangrijkste vorm van samenkomst van de gemeente. De diepste en meest sprekende vorm van viering van de gemeenschap tussen God en de van Hem vervreemde mens is de viering van het Heilig Avondmaal. vaak onrechtvaardig is het verleden te veroordelen aan de hand van de scherpe inzichten, die moderne psychologische analyses ons nu verschaffen. De christelijke gemeenschappen kun nen zich niet onttrekken aan de collec tieve schuld van hun samenleving aan de armoede en de uitzichtloosheid van zo’n groot deel van de mensheid en zij beginnen dat te erkennen. Vanuit deze overtuiging hebben de kerken, aldus het Nederlandse episcopaat, in de ontwikke lingslanden hun bijdragen aan de maat schappelijke en economische vooruitgang van de bevolking steeds meer uitgebreid. „De jónge kerken zijn ons erkentelijk voor deze hulpverlening, maar zij begin nen ons daarover toch steeds kritischer vragen te stellen. Niet alleen een paar percent van onze welvaart, maar ook de bronnen daarvan zullen bereikbaar moe ten worden voor volken, die daar nu nog nauwelijks toegang toe hebben.” „Geen enkel aspect van ons menselijk bestaan mag ongenoemd en ongemoeid blijven, wanneer de kerk haar missie volledig behartigt. Daarom: een kerk, die de racistische politiek van de regering aanklaagt, kiest voor de rechtelo en. Een „Wij denken na in dit geschrift”, staat er in, „over het geheim van de gemeente, omdat in onze tijd er veel bezig is te veranderen: in de traditionele vormen van het kerkelijk leven, in het afnemen van het meeleven met de kerk en in bet denken over de plaats van de kerk in de wereld”. Vandaag 15 juni bestaat de radio- kerk Bloemendaal vjjftig jaar. Op 15 juni 1924 klonk voor het eerst de stem van ds. Jóh. C. Brussaard vanuit Bloemendaal door de eigen omroepin stallatie. Daarmee was het initiatief van mr. J. Monnik binnen drie maan den tot werkelijkheid gebracht: „een radio-vèrzendstation voor hen, die of lichamelijk verstoken zijn van kerk bezoek of er zich geestelijk vanaf gewend hebben”. De raad der gere formeerde kerk in Bloemendaal had van de minister van Waterstaat een zendmachtiging gekregen om vanuit de kerk van Oegistgeest had aangeno men. Op eerste kerstdag 1948 was radio Bloemendaal weer in de lucht. De sterkte van de zender mocht slechts vijftig watt bedragen (ter ver gelijking: Hilversum I en II hebben 100.000 watt). Na vier jaar werd ds. Koole hoogleraar van de theologische hogeschool in Kampen. De kerken in Afrika, Azië, Oceanië en Latijns-Amerika hebben gerechtvaardigde verlangens, waarmee men hier rekening moet houden. Zij willen de band met de oudere kerkprovincies echter niet ver breken. Dat zou niet evangelisch, niet katholiek en ook niet verstandig zijn. Zij willen dat de verhouding dochterkerk- moederkerk wordt vervangen door een relatie, waarbij men elkaar als zuster kerken ontmoet en elkaar als gelijkbe rechtigde deelgenoten in de zending van de wereldkerk collegiaal terzijde staat. De methodistische bisschop F. Pagura uit Costa Rica zegt over de nieuwe missi onaire situatie: „Als u niet in staat bent degenen, die u als verlorenen kwam evangeliseren, lief te hebben en te respecteren als gelijken, missionaris, ga dan naar huis. Als u zich niet kunt verheugen over het binnentreden tan jonge volken en kerken in een nieuwe periode van volwassenheid, onafhanke lijkheid en verantwoordelijkheid ook wanneer zij daarbij fouten maken zoals u en uw landgenoten in het verleden hebben gemaakt dan is het tijd om heen te gaan”. Zo’n uitspraak kan hard aankomen, maar wij mogen er niet aan In zijn boodschap aan het congres in Lyon somde Paus Paulus een aantal bedenkingen op die tegen het missiewerk van de voorbije periode worden ingé bracht: bekeringsijver, die onvoldoende eerbied toont voor de vrijheid van gods dienst; veronachtzaming van de sociale en culturele waarden van de jonge vol ken en geforceerde verwestelijking van het kerkelijk leven; te haastige doop praktijk naast onvoldoende vorming van de leken tot verantwoordelijke kerk leden.De paus erkent dat deze bedenkin gen niet altijd zonder grond zijn, maar zegt ook, dat het erg gemakkeiijk en door. Het missiewerk moet zich verant woorden tegenover zich wijzigende op vattingen over zaken als gewetensvrij heid, de heilswaarde van niet-christelij- ke godsdiensten en op de onvervang- baarheid van de vormen, waarin de Europese christenheid haar geloof leerde beleven en overdragen. Men verneemt in het zendingsveld een steeds dringender eis tot samenwerking met de andere kerken, niet alleen op het terrein van sociaal en cultureel dienst betoon, maar ook door een gemeen schappelijke belijdenis van het geloof in God en in Jezus Christus. kerk, die het „institutioneel geweld” aanwijst, waardoor boeren en arbeiders in mensonwaardige omstandigheden worden gehouden, stelt de samenleving onder de kritiek van het evangelie en vervult zo haar missie”. voorbij gaan, oordelen de Nederlandse bisschoppen. Trouwens de christenen hebben in Europa en Noord-Amerika een zending onder hun eigen volken, zoals onlangs bijv, een Afrikaanse bis schop fijntjes opmerkte. „Vergeestelijking van gedachte” is het hoofdonderwerp geweest van de jaarvergadering van de Christian Science-beweging in Boston. Het is ook het belangrijkste thema van een speciale reeks bijeenkomsten, die is belegd. De beweging kwam bijeen in het nieuwe gebouwencomplex van de First Church of Christ, Scientist, in Boston, waar Dewitt John voor het eerst optrad als voorzitter van de raad van directeuren van de Christe lijke Wetenschap. Meer dan 6500 le den, onder wie vertegenwoordigers uit Nederland, waren op de bijeen komst aanwezig. John betoogde, dat aan alle heden daagse noden een behoefte aan ver geestelijking van de gedachte ten grondslag ligt. „Niet vernietigd mate rialisme wil de genezing tegenhouden en de gemeenschap onderwerpen aan verwarring. Ieder van ons weet, dat de toepassing van de eerlijkheid bij ons zelf begint”. Hij zei dit aanha kend op een uitspraak van Mary Baker Eddy, grondlegster van de Christian Science: „Eerlijkheid is de geestelijke macht. Oneerlijkheid is menselijke zwakheid, die de goddelij ke hulp verbeurt’’. John: „Vergeeste lijking van gedachte onthult een ge heel nieuwe hemel en een nieuwe aarde, hier en nu aanwezig, waarin de mens bewapend is met geestelijke macht, heerschappij en verstand”. De kerkdiensten van Christian Science worden in ons land gehouden in de Nederlandse taal. Doorgaans wordt de Nederlandse dienst gevolgd door' een in het Engels. Bijeenkom sten van Christian Science in Haar lem (Raamsingel 36): elke zondag om 10.00 uur (Ned.) en 11.15 uur (Engels) en woensdag 20.00 uur. Voor de kerk, die gelooft dat zij in de wereld een blijvende zending heeft, al dus de bisschoppen, betekent het dat zij zich in een geheel nieuwe missionaire situatie bevindt. Samen met andere ker ken in de wereld begint de christelijke gemeenschap in Nederland, rooms-ka- tholieken en andere christenen, zich hiervan bewust te worden. Nieuw in deze situatie is dat in gebieden, waar zij tot voor kort de missies aanwezen in tussen jonge kerken zijn ontstaan. Voor de zending van de kerk in de wereld en alle missionaire opgaven dragen zij voortaan samen met de kerken hier de verantwoordeli j kheid. Nadenkend over „missie”, zo zeggen de bisschoppen, moeten wij ons losmaken van de beelden van een voorbije tijd, omdat wij anders de eigentijdse opgaven van de kerk maar moeilijk kunnen her leiden tot haar blijvende missie in deze wereld. Nieuwe inzichten beginnen door te breken. Het tweede Vaticaans Concilie en de laatste zendingsconferenties van de Wereldraad van Kerken hebben het denken over kerk en missie sterk m beweging gebracht. Nieuwe gedachten over missionaire verantwoordelijkheid zijn ook naar voren gekomen tijdens de tweede internationale missieconferentie in Lyon in 1972. Voor velen is er een sfeer van ondui delijkheid en onzekerheid ontstaan, waarin de vroegere geestdrift voor de missie niet zo gemakkelijk haar voort zetting vindt in een nieuw engagement. Een volledi .e beschrijving van de recen te veranderingen in kerk en wereld, die zo’n sterke weerslag hebben op het mis siewerk en de betrokkenheid daarbij, geven de bisschoppen uiteraard niet in de brief. Wel sommen zij wat „hoofdmo menten” op. Zoals: in korte tijd hebben de koloniën van de Westerse mogend heden bijna allemaal hun politieke zelf standigheid verworven. Volken, staten en culturen gaan elkaar nu in geheel nieuwe verhoudingen ontmoeten. Binnen de kerk breken de nieuwe geloofsinzich ten van het tweede Vaticaans Concilie Tijdens de zendvergunning Met de vier genoemde kenmerken is het beeld van de gemeente niet volledig. Naast fle eenheid van de gemeente moet er ook oog zijn voor de veelheid van de gestalten, waarin de ene gemeente zich vertoont:'de gemeente als instituut en als beweging; als geestelijke werkelijk heid; in de apostolische en in de oecu menische gestalte; de gemeente in de leer; in actie en als maatschappelijk en cultureel verschijnsel. Tenslotte rijst de vraag: wat zijn de grenzen van de gemeente! ii|i" un> oorlog werd de in 1941 tijdelijk ingetrokken door de Duitsers. Later was er de tijdens de uitzending steeds een Duitser aanwezig, die de radioka- mer open en dicht maakte. Als hij te laat kwam kon men pas halverwege de dienst uitzenden. Op 10 oktober 1943 was het definitief afgelopen. Al le radio’s moesten worden ingeleverd en het had dus geen zin meer om uit te zenden. In het voorjaar van 1944 werd de complete installatie door de Duitsers geroofd. Dr. J. Koole volgde na de oorlog ds. Brussaard op, die een beroep naar „Het geheim van de gemeente” is de titef van een rapport, dat op 18 juni, de tweede dag van de vergadering van de generale synode van de Nederlandse Hervormde Kerk zal worden behandeld. Het rapport is afkomstig van haar raad voor de zaken van kerk en theologie te Driebergen. het kerkgebouw aan de Vijverweg in Bloemendaal zondags preken uit te zenden. Kosten voor twee keer an derhalf uur uitzenden: 290. De op- een-na oudste omroeporganisatie (de AVRO is de oudste) was tot leven gekomen. De begroting van de kerk liet wei nig ruimte om een zendinstallatie te bekostigen. Mr. Monnik zorgde er echter persoonlijk voor, dat de eerste kosten betaald konden worden. De toen zestienjarige MTS-student De Jager bouwde de eerste primitieve zendapparatuur. Men had boven dien het geluk, dat de scriba van de Bloemendaalse kerkeraad Jan Tanis zich helemaal in wilde zetten voor dit uitzonderlijke evengelisatiewerk. Het aantal luisteraars van Radio Bloe mendaal nam snel in aantal toe, me de door het feit, dat na tien jaar een compleet nieuwe zendinstallatie van 100 watt (de helft meer dan de huidi ge apparatuur) kon worden gebouwd en het zendbereik groter werd. In 1938 mocht radio Bloemendaal niet meer via de radio-distributie zenden, omdat ds. Brussaard op forse wijze zijn mening had gezegd over het nationaal-socialisme. Een gerefor meerde NSB-er nam het niet en kreeg zijn gelijk: in de concessievoor waarden stond: „de uitzendingen mo gen niets bevatten dat gevaar kan opleveren voor de veiligheid van de staat, de openbare orde of de goede zeden”. De dominee had kennelijk de openbare orde in gevaar gebracht. Radio Bloemendaal kon dus alleen nog maar via de radio beluisterd worden. daal en in 1965 van de gereformeerde kerken van Noord-Holland. Dat laat ste betekende een aanzienlijke ver breding van de basis van het radio- evangelisatiewerk. Door de komst van ds. P. Kruyswijk naar de gerefor meerde kerk van Bloemendaal werd het radio-werk nu „twee-delig”. Ds. J. Roos nam de plaats van ds. Kruys wijk in, toen deze met emeritaat ging (in 1966). Inmiddels was PTT-deskun- dige J. Klaassen al vele jaren de technische man achter de schermen. Radio Bloemendaal, de „kerk zon der grenzen”, kwam rond het jaar 1965 negatief in het nieuws door de moeilijkheden rond ds. Toornvliet, die geschorst werd als radiopredikant van de gereformeerde kerken en later ontslagen als gereformeerd predikant. P. Cornet, die een herdenkingsartikel schreef in de jubileumuitgave „Radio Bloemendaal 1924-1974” (waaraan wij gegevens hebben ontleend), ontwijkt de hele affaire. Hij schrijft: „Nadat de relatie tussen ds. Toornvliet en de Particuliere Synode in 1968 beëindigd werd, vervult ds. Boeyinga sinds maart 1969 de ontstane vacature”. Ds. Boeyinga zegt bij dit jubileum: „Er valt echt wel het een en ander te vieren. Je zou haast kunnen zeggen, er is in verband met radio Bloemen daal een bepaald geheimnis. Want de radiozender heeft niet alleen stand gehouden tegen alle mogelijke be dreigingen, met name in de oorlogs tijd, ze heeft ook haar taak in deze verstaan. Er is in geen enkel opzicht een marchanderen geweest met de waarheid terwille van het behoud van de zender. Daar is van die zender geen afgod gemaakt. Hij is altijd dienstbaar geweest aan de zaak van de Heer. Nu zou ik dat geheim van de radiozender kunnen omschrijven als van een zender, die zelf, ook ontvanger is geweest. Met andere woorden, er is eerst geluisterd vóór er gesproken werd”. En over de term radio-evangelisatie zegt ds. Boeyinga: „Een verkondiging, die je dagelijks confronteert met de mens van deze tijd en zijn proble men. En dan heel veel met die mens die het niet meer ziet zitten. Die aan het eind gekomen is van vele hem geboden wegen, ook eigen gekozen wegen. „Kerk zonder grenzen” heeft het voorrecht ontvangen om zich in het bijzonder tot deze mensen te mogen richten”. Het nieuwe gebouwencomplex van Christian Science in Boston. Links het 26 verdiepingen hoge administra tiegebouw van de beweging. In het midden het zondagsschoolgebouw, verder de eerste kerk van het genoot schap en het nieuwe kerkgebouw, het uitgeversgebouw (men vervaardigt o.a. The Christian Science Monitor) en het collonnade-gebouw. G. Toornvliet zette in 1956 werk van ds. Koole voort. De taakstelling van het radiowerk werd breder, maar was moeilijk meer te dragen voor een gemeente als Bloemendaal. Ds. Toornvliet werd in 1961 radio-evangelisatiepredikant van de gereformeerde kerk van Bloemen- De christengemeenschappen in de voormalige missiegebieden gaan zelf ver antwoordelijkheid dragen voor de bele ving en de voortgaande verkondiging van het evangelie. Hulp van missione rende instituten is nog onontbeerlijk, maar aldus dr. Nababan van de Indo nesische raad van kerken wij zijn nu in het stadium van de tandem gekomen. De jonge kerken zitten voorop aan het stuur. Zij die vanuit het westen naar ons toegekomen zijn, zitten achterop en trappen mee. «diiiffi ■Si’wj L 5

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1974 | | pagina 16