Van 5000 toestellen resteren er nog acht
Schele tante
Ju wist wat
vliegen was
Internationale handel in menselijk bloed uit India
3T
n
fie
VOOR GEBRUIK TRANSFUSIE OP RIJKE PATIËNTEN
Mi
24 JULI
WOENSDAG
1974
(Van een onzer verslaggevers)
Verliezen
a
(Van een speciale medewerker)
Exploitatie
Bloedzuigers
f
Klappen
Noodlottig
I
Junkers was nooit
moeders mooiste
Een van de adviseurs van de Wereld
Gezondheids Organisatie, de Argentijn
dr. Antonio Bourcel, noemde onlangs de
stroom van bloed „een ernstig probleem
voor de ontwikkelingslanden”.
den. Eerder, in 1934, was hij mee ge
weest naar Sjanghai, en alles was goed
gegaan. In 1937 ging het erom uit te
zoeken of het mogelijk was het Pamir-
gebergte tussen Afghaistan en China per
vliegtuig over te steken. Voor een Ju-52
was dat niet zo’n eenvoudige opgave,
want sommige pieken steken zeven of
acht kilometer de lucht in en een Ju
kan niet hoger klimmen dan tot 5800
meter.
De heenreis verliep zonder moeilijkhe
den, maar toen het toestel op de terug
weg, nog voor het hooggebergte bereikt
was, in de buurt van de Chinese stad
gewend tot de Wereld Gezondheids Or
ganisatie met het verzoek tussenbeide te
komen en de internationale handel in
menselijk bloed aan banden te> leggen.
Het idee hun bloed te kunnen omzetten
in geld trekt de wanhopig arme bevol
king wel aan. Per keer dat ze bloed
afgeven ontvangen ze 15,5 roepie van de
bloedbureaus.
Intussen hadden ook de Duitse Luft-
waffe-generaals hun oog laten vallen op
de Ju-52. Nadat ze het toestel tussen 1936
en 1939 uitvoerig hadden uitgetest boven
de slagvelden van de Spaanse burgeroor
log, kwamen ze tot de slotsom dat er
een grote militaire toekomst voor de Ju-
52 was weggelegd. Ijzeren Annie’s grote
oorlogscarrière begon al meteen met een
hoogtepunt. In april 1940 vielen de Duit
sers Noorwegen binnen en 300 Ju-52’s
wierpen parachutisten af in de buurt
van Stavanger. De Noren, die ze met
angst en verbijstering naar beneden za
gen komen, waren getuige van een pri
meur in de krijgshistorie: het was voor
het eerst dat op grote schaal militairen
aan valschermen werden neergelaten.
Typerend in dit verband is het weder
varen van de „Kampfgruppe zur beson-
derer Verwendung 9”, die oorspronkelijk
uit 55 Ju-52’s bestond, maar in enkele
uren tot 13 toestellen werd uitgedund.
Op weg naar Den Haag moesten al twee
toestellen wegens motorstoring naar hun
thuisbasis terugkeren. Tien werden het
Hij noemde meer in het bijzonder
Amerika, West-Duitsland en Israel als
landen die specialisten naar de ontwik
kelingslanden sturen om de aankoop van
bloed te organiseren.
ngen
’40725
en
43
zenden soldaten en stukken lichte artil
lerie af op hetzelfde moment dat sche
pen van de Kriegsmarine troepen over
zee aanvoerden. In totaal 20.000 Duitsers
vochten negen dagen lang verbitterd om
het bezit van het taai verdedigde eiland.
Ze wonnen ten slotte, maar het kostte
hun wel meer dan 4500 doden en vermis
ten, en van de transportvliegtuigen wer
den er ruim 200 beschadigd of vernield.
gelande voorgangers, verongelukten bij
hun poging om, getroffen door het af
weervuur, een noodlanding te maken op
de wegen rond Den Haag of werden in
brand geschoten op de stranden tussen
Katwijk en Scheveningen, waar ze wa
ren neergestreken toen hun doelen on
bereikbaar bleken.
Diverse prominente leden van de Indi
ase Maatschappij voor Bloedtransfusie
hebben zich beklaagd over het feit dat
zij door vertegenwoordigers van buiten
landse firma’s zijn benaderd met lucra
tieve aanbiedingen in ruil voor de lever
antie van bloed. De voorzitter van de
Maatschappij heeft in een circulaire zijn
leden gewaarschuwd voor de praktijken
van deze „bloedzwendelaars”.
Het afnemen van bloed bij donors en
de op lag ervan wordt in India voor het
grootste deel verzorgd door organisaties
van vrijwilligers. Naar de mening van
dr. Singh bestaat er echter behalve toe
zicht door de regering ook de noodzaak
van kwaliteitscontrole op het bloed.
De klacht van de leden van de bloed
transfusiedienst is in het parlement ter
sprake gebracht en de minister van
Volksgezondheid, dr. Karan Singh, had
het bepaald niet makkelijk met het
sussen van de opgewonden parlementa
riërs, die harde acties eisten tegen de
„bloedzuigers’.
De Junkers zouden in de loop van de
oorlog nog meer klappen krijgen. Op 18
april 1943 was het voor de derde keer
raak. Boven de Golf van Tunis raakten
100 Ju-52’s en hun escorterende jagers
slaags met vier eskaders Amerikaanse
P-40's. Binnen tien minuten waren er
meer dan 50 Junkers in de golven ver
dwenen.
Verder zei dr. Bourcel dat er in de
grote steden en afgelegen gebieden
bloedbanken zijn gevestigd, waar dage
lijks rijen van honderden ondervoede,
anaemische, werkloze mannen en vrou
wen voor de deur staan om hun bloed te
verkopen. Veel van deze „beroeps”-do
nors hebben allerlei ziekten onder de
leden.
De Lufthansa heeft er pionierswerk
mee gedaan. Haar directeur was van het
Plesman-type. maar dan wat avontuur
lijker: Carl August Freiherr von Ga-
blcnz vloog bij voorkeur mee als er
nieuwe routes verkend moesten worden.
Die drang om er zelf bij te willen zijn,
is hem in 1937 bijna noodlottig gewor-
HANNOVER Met de Junkers
Ju-52 kan het nu elk moment ge
beurd zijn. In de hele wereld be
staan er anno 1974 nog acht vlieg-
klare exemplaren. Acht vliegtuigen;
niet veel voor een toestel waarvan
er ooit een kleine 5.009 geweest zijn.
Maar toch nog opmerkelijk veel
voor wie bedenkt dat het eerste
exemplaar al in 1932 vloog. Dat is
nu 42 jaar geleden en het aantal
vliegtuigtypen dat op een dergelijke
staat van dienst kan bogen, is op de
vingers van één hand gemakkelijk
te tellen.
NEW DELHI Ziekenhuizen in
India kampen met tekorten aan
bloed vooi transfusies. Weliswaar
staan steeds meer mensen bloed af
omdat ze ervoor betaald worden,
maar veel ervan wordt opgekocht
door buitenlandse ondernemingen.
Het is trouwens een situatie die
zich even zeer in andere onderont
wikkelde landen, en met name ook
in Zuid-Amerika, voordoet.
Chotan vloog, begon een van de motoren
van de D-ANOY kuren te vertonen,
waardoor gezagvoerder Untucht genood
zaakt was een noodlanding te maken.
Het toestel stond nog maar nauwelijks
aan de grond, of het werd bestormd
door gewapende bergbewoners. Untucht,
mecano-marconist Kirchhoff, alsmede de
Freiherr werden gevangen genomen en
De operatie werd, een maand later op
nog groter schaal herhaald boven de
Lage Landen. Maar deze keer moesten
de Junkers zware verliezen incasseren.
Alleen al de aanval op Nederland kostte
de Duitsers meer dan 200 Ju-52’s. Ze
kwamen op allerlei manieren aan hun
eind. Sommige werden neergesehoten
nog voor ze hun doelen hadden bereikt,
andere zakten tot hun assen weg in de
drassige bodem van het toen nog niet
voltooide vliegveld Valkenburg en zagen
geen kans meer om op te stijgen. Weer
andere vlogen zich te pletter op hun al
Salvador en Nicaragua de belangrijkste
„leveranciers” van bloed. Alleen Zuid-
Amerika exporteert maandelijks een
half miljoen liter bloed naar Amerika.
Dr. Bourcel: „We worden op schaamte
loze wijze uitgebuit. We verkopen ons
bloed tegen de allerlaagste prijzen en
worden later gedwongen de derivaten te
kopen tegen een zeer hoge prijs”.
Het ministerie van Volksgezondheid
zelf probeert al sinds 1968 te komen tot
een wettelijke beperking van de uitvoer
van menselijk bloed. Het heeft zich nu
Deze laatste groep zou echter meer
kans hebben te profiteren van bloed
transfusies wanneer niet miljoenen een
heden over de grens werden gevoerd.
Vertegenwoordigers van buitenlandse, in
Bombay en andere steden opererende
bureaus kopen het Indiase bloed op
tegen wat cd de wereldmarkt kan wor
den beschouwd als weggeefprijzen.
De geschiedenis van de Ju-52 vertoont
veel parallellen met die. van de Douglas
Dakota. Ze stammen uit dezelfde periode
(de Junkers is een paar jaar ouder) en
het feit dat er zulke grote aantallen van
gebouwd zijn, danken ze allebei aan de
Tweede Wereldoorlog. De Amerikanen
mtt hun bondgenoten (én hun tegen
standers) bouwden samen ruim 13.000
Dakota's. Daartegenover produceerden
de Duitsers op hun eentje 4845 Ju-52’s,
waarvan bijna 3000 in de jaren 1939-
1945. De Duitsers noemden het toestel
vertederd „Tante Ju”, of, wat later, „gu-
te alte Tante Ju”. In oorlogskleuren
heette ze „Ijzeren Annie".
Op deze manier wil men voorkomen
dat bloed dat niet aan alle eisen voldoet
door „de mazen van het net” slipt. Het
desbetreffende ministerie zal binnenkort
de inlichtingendienst te hulp roepen om
de handelaars in menselijk bloed in de
gaten te houden. Tevens wordt eenzelfde
verzoek aan Interpol overwogen.
Volgens hem zijn er alleen al in
Noord-Amerika tenminste tien farma
ceutische ondernemingen die jaarlijks
minstens 150 miljoen verdienen aan het
opkopen van bloed in de landen van de
derde wereld en naderhand de derivaten
tegen een 300 maal zo hoge prijs op de
markt brengen.
Volgens dr. Bourcel zijn behalve India,
Mexico, Argentinië, Colombia, Haïti,
Guatemala, Costa Rica. Honduras, El
De Indiase Maaschappjj voor Bloed
transfusie heeft het centrale ministerie
van Volksgezondheid nu dringend om
een wet verzocht die het opkopen van
bloed door commerciële instellingen
moet verbieden.
opgesloten in de citadel van Chotan.
Daar hebben ze vijf weken gezeten
voordat de Chinezen hen lieten gaan.
Voor Gablenz was dat overigens nog
geen reden om thuis te blijven toen er
in 1939 een verkenningsvlucht naar To
kio op het programma stond.
Tante Ju was niet wat je noemt
moeders mooiste. Om te beginnen was ze
uitgesproken scheel. De twee motoren
(van de drie) die aan de vleugels beves
tigd waren, wezen niet recht naar voren,
maar duidelijk naar buiten, zodat het
leek alsof het vliegtuig loenste. Het was
niet het enige schoonheidsfoutje. Haar
vierkante vormen maakten haar niet
gracieuzer en haar golfplaten bekleding
zag eruit als de gerimpelde huid van een
bejaarde vrouw.
Maar vliegen kon ze. Volgens de Duit
sers was ze twintig jaar lang het be
trouwbaarste vliegtuig ter wereld; een
bewering waartegen waarschijnlijk al
leen de Amerikanen met hun nog legen-
darischer Dakota bezwaar zullen maken.
De piloten die met Tante Ju gevlogen
hebben, of dat nog doen, noemen haar
„goedmoedig” en „ongelofelijk stabiel”.
Het toestel lag als een blok in de lucht
en vloog alsof er niets aan de hand was
als de snelheid voor de landing werd
teruggebracht tot minder dan 100 km
per uur. Dat maakte het vliegtuig uiter
mate veilig en bovendien bij uitstek
geschikt voor operaties vanaf kleine
veldjes, omdat met korte start- en lan
dingsbanen kon worden volstaan.
De Ju-52 heeft in haar lange loopbaan
bij meer dan 40 luchtvaartmaatschappij
en gediend. Ernst Zindels succesvolle
schepping begon haar carrière bij de
Deutsche Lufthansa, in 1932. In dat jaar
werden er bij wijze van proef twee Ju-
52’s in dienst gesteld op de lijnen Ber
lijn, München, Venetië, Rome en Ber
lijn, Hannover, Amsterdam, Londen. De
ervaringen waren van het begin af aan
uitstekend. Het toestel werd gevlogen
door drie bemanningsleden en kon
maximaal 17 passagiers vervoeren met
een kruissnelheid van 255 km per uur.
Later, tijdens de oorlog, zijn er wel
Junkers met 40 man de lucht in gegaan
en weer veilig aan de grond gekomen
ook.
Na afloop van de periode, in 1934,
plaatste de Lufthansa een bestelling
voor nog eens 36 exemplaren. In 1935
vlogen er al 51 Ju-52’s in de Lufthansa-
kleuren, in 1938 60 en in 1939 74 stuks.
Wie in die dagen in een vliegtuig van de
Lufthansa stapte, had een kans van goed
vier op vijf dat hij in een Ju-52 terecht
kwam.
slachtoffer van Nederlandse jagers
luchtafweergeschut. De resterende
wisten op Ypenburg of Ockenburg te
landen, maar slechts 15 bleken nog in
staat weer op te stijgen. Ten slotte
gingen van die 15 nog eens twee verlo
ren op de terugweg naar Duitsland.
Toch konden deze ervaringen de Duit
sers er niet van weerhouden een jaar
later een nog veel stoutmoediger onder
neming op touw te zetten. Griekenland
was veroverd en de legerleiding besloot
een poging te doen het eiland Kreta
vanuit de lucht te nemen. Deze keer
werden 500 Ju-52’s ingezet, waarvan er
100 bovendien nog zweefvliegtuigen ach
ter zich aan sleepten. Ze wierpen dui-
Uit het opgekochte bloed worden plas
ma en serums bereid, die later met
fabelachtige winsten van 300 tot 400
percent op de wereldmarkt worden ge
bracht.
Hier komt nog bij dat volgens een
door een arts ingeseld privé-onderzoek
kon worden aangetoond dat het bloed
dat door donors aan ziekenhuizen wordt
afgestaan voor het grootste deel wordt
gebruikt voor transfusies op welgestelde
patiënten. Ongeveer 85 percent van het
in de ziekenhuizen aanwezige bloed
wordt op deze manier gebruikt, zodat er
nog slechts zeer wenig overblijft voor
patiënten die niet zoveel kunnen betalen.
Een van de biterste klachten die
men in India kan horen, is dat de
ziekenhuizen met het van donors afkom
stige bloed slechts vijf, percent van de
binnenlandse behoefte kunnen dekken.
Dr. Singh was het wel met hen eens dat
de illegale bloedhandelaars met „harde
hand neergeslagen” dienden te worden.
Verder zegde dr. Singh toe, dat de rege
ring erop zou toezien dat de handel in
menselijk bloed volgens hem een
„onbeschaafde en vernederende prak
tijk” niet zou worden gevoerd ten
koste van het volk van India.
Wat er na de oorlog nog aan Junkers-
52 over was, werd buitgemaakt door de
geallieerden. Het verging ze als de Ame
rikaanse Dakota: allerlei luchtvaart
maatschappijen maakten er gretig ge
bruik van om hun luchtlijnen weer op
te bouwen. De Fransen sleepten de
meeste in de wacht. Hun Air France
telde op een goed moment een vloot van
85 Ju-52’s. De gloednieuwe British Euro
pean Airways had tien van deze toestel
len in de vaart en ook de Noren, Zwe
den en Denen vlogen ermee. Net als
trouwens onze eigen Rijksluchtvaart
school, die toen nog van Gilze-Rijen
opereerde.
Erg lang duurde het allemaal niet. De
geallieerde vliegtuigindustrie schakelde
in snel tempo over op vredesproduktie
en bracht al spoedig nieuwe verkeers
vliegtuigen op de markt. Tegen deze
voor die tijd hoogst moderne ontwerpen
moest het uit 1929 daterende Duitse
toestel het al spoedig afleggen. Het
langgerekte einde van „gute alte Tante
Ju” was begonnen.
Tot op de huidige dag hebben zich
niettemin enkele Ju-52’s weten te hand
haven. In 1952 verkochten de Finnen er
twee aan een luchtvaartmaatschappij op
Australisch Nieuw-Guinea, waar ze mo
gelijk nu nog rondvliegen. Eind 1966 had
Transportes Aeros Orientales in Ecuador
er nog een in bedrijf. Op dit moment
vliegen er nog drie Ju-52’s bij de Zwit
serse luchtmaeht, die er nog tot 1980
mee denkt te kunnen doen, en voorts in
Portugal en Spanje.
De Duitsers zelf hebben niet meer dan
één exemplaar overgehouden. Dit toestel,
dat alleen bij bijzondere gelegenheden
nog van stal wordt gehaald, is eigendom
van Kurfiss Aviation in Stuttgart en
was onlangs nog te zien op de lucht-
vaarttentoonstelling in Hannover. Maar
in feite is voor Duitsland het Junker s-
tijdperk al 30 jaar geleden afgesloten.
Het einde was even abrupt als tragisch.
Op 20 april 1945 vertrok het laatste
Duitse verkeersvliegtuig dat tijdens de
oorlog is opgestegen, van het Berlijnse
vliegveld Tempelhof. Het toestel, een
Ju-52, koerste naar München, maakte
daar een tussenlanding en vloog verder
in zuidelijke richting. Daarna heeft men
nooit meer iets van de machine of haar
inzittenden vernomen.