Daume niet ongerust Wereldkampioen Ik dacht dat ik het nooit meer zou redden VERRASTE OPNIEUW GOUDEN MEDAILLE VOOR JANUSZ KOWALSKI Van Oosten gokte verkeerd s POULIDOR IR 12 MAANDAG 26 AUGUSTUS 1974 SPORT Door Peter Heerkens t r Clubtrainers Niet hard 88 48 n. tez k 2” i t 5 SPORTEF 1 MERCKX TROTSEERDE FRANS GEWELD Eddy Merckx met de Fransen Poulidor en Martinez (met bril) die respectievelijk als tweede en derde finishten. Poolse „amateurs” ongenaakbaar d, A~- f 1 Genevieve Gambillon heeft haar tweede wereldtitel binnen. Na haar gaan Tsaune, Keetie van Oosten en Laenen over cle eindstreep. van ver- 8 9 8 ter tent De begeleiding daarbij is voornamelijk in handen van de clubtrainers. Maar gedurende de wintermaanden neemt de sportbond een belangrijk deel van het werk over op een voor de Westeuropese landen onnavolgbare manier. Maande lijks namelijk komen de geselecteerden gedurende een of twee weken in een trainingskamp samen, zonder dat dat moeilijkheden geeft met werk en studie. Pachla: „Degenen die werken, kunnen het onderling regelen met hun collega’s. Dat is te doen omdat ze buiten bet wielrennen hun tijd heus wel inhalen. Voor de studenten treffen we de rege ling dat er leraren in het trainingskamp komen”. Eddy Merckx finisht onbedreigd nadat hy Poulidor in de sprint definitief heeft afgeschud. meer dan ruim een minuut voorsprong hadden. Drie renners maar wisten van uit de grote groep bij de eersten te komen: Nazabal, Gronlund en Algeri. Pas 30 kilometer voor het einde begon het peloton (dat op dit zware parcours met 105 renners uitdunde) serieus werk Aad van den Hoek: „Ik ging op die lange klim steeds wel aardig mee, maar ik kon niet hard genoeg om mee aan te vallen. Volgens mij komt het door de training voor de 100 km ploegentijdrit. Daarvan ben je gewend tempo te rijden, terwijl je in een koers als deze moet kunnen versnellen. En die macht was er bij mij uit”. Ook Cees van Dongen miste de nodige kracht voor een sterke finale. „Ik ben”, zei hij, „al lang blij dat ik het einde haalde. Door het enorme tempo van de eerste ronden kreeg ik een flinke tik. Die heb ik de hele koers gevoeld”. dat plan sluit sten 8 1 1 Montreal, dat door een bombardement van Franse aanvallen uitgroeide tot een van de meest opwindende rushes naar de regenboogtrui van de laatste jaren. Wat Eddy Merckx op de bultige route rond het uni- versiteitscomplex van Montreal presteerde, getuigde andermaal van grote klasse. Maar voor het leveren van dat bewijs bleek hij achteraf bijzonder benauwd geweest. „Ik dacht”, erkende hij, „dat ik het nooit zou redden. Het was bijna onmogelijk om dit te preste ren”. Die angst had de Fransman Bernard Thevenet er bij hem ingejaagd met een ontsnapping van ruim 100 kilometer, die een maximale voorsprong van drie minuten opleverde. te maken van een jacht, maar de over gebleven Nederlanders konden niet deel nemen aan de beslissende vlucht die uiteindelijke door 14 renners werd ge dragen. seconden. 2. Raymond Poulidor (Fra) op twee seconden, 3. Mariano Martinez (Fra) op 37 sec. 4. Giacinto Santambro- gio (Ita) op 39 sec, 5. Bernard Thevenet (Fra) op 2.10, 6. Herman van Springel (Belg) op 2.19. 7. Francesco Moser (Ita) op 3.11, 8. Domingo Perurena (Spa) op 3.39. 9. Andres Oliva (Spa) z.t., 10. Gio- Met haar vielen in totaal vier rensters terug, waardoor er vijf kanshebsters op de medailles overbleven: Keetie van Oosten-Hage, Gambillon. Burton, Leenen venet (werkend aan een door een oog ontsteking tot op heden verloren sei zoen), die achter hem zo’n felle klop jacht ontketende dat slechts 18 van de 70 renners het einde haalden, onder wie slechts twee Nederlanders: Tabak 14e en Karstens 15e. resp. op 12 en 15 minuten van winnaar Merckx, ging Freddy Maertens het steeds moeilijker krijgen. Maagstoornissen velden ten slotte deze Belgische wielerbelofte wiens inzinking door de attente Merckx tijdig werd on derkend. Hij stuurde chef d’equipe De Corte op onderzoek uit. Merckx„Ik wilde weten hoe Maertens zijn eigen kansen schatte. Toen De Corte me kwam vertellen dat hij het steeds moei lijker kreeg, ben ik m’n eigen koers gaan rijden”. (Van onze sportredactie) MONTREAL. In navolging van ve le andere takken van sport, doet men in de amateurwielrennerij al geruime tijd treurig over het oneerlijke van de con currentiestrijd tegen Oosteuropese lan den. Het amateurisme staat daar immers door staatsbemoeienissen bol van de fa ciliteiten, waarvan het rendement op grote toernooien schittert door ereplaat sen. In het wegkampioenschap van de amateurs legden de Polen daar weer eens getuigenis van af door de gouden medaille te winnen (Janusz Kowalski, 22 jaar, nog 50 dagen dienstplichtig mili tair) en het zilver binnen te halen (Ryc- zard Szurkowski), waarmee het overwel digend succes van vorig jaar (toen: 1. Szurkowski. 2. Szozda) was geprolon geerd. Met vier renners hadden de Polen een Van die ideale wielerschool werd in Montreal Janusz Kowalski af geleverd als de opvallendste leerling. Hij slaagde na een dag van grote ijver want bij het in de tweede ronde ontstaan van een kopgroep die tegen het einde nagenoeg geheel werd ingelopen, was hij al pre sent. Met Martinez (winnaar van de kleine Tour), Chaplygin, Weibel en Diaz Ville gas koerste Kowalski ongeveer 150 kilo meter vooruit zonder dat het grote pelo ton vat kreeg op de leiders die nooit Uitslag: 1. Janusz Kowalski (Pol) 175 km. in 4 uur 43 minuten en 10 seconden (gem 37.080 km-u), 2. Rvszard Szurkows ki (Pol) z.t, 3. Michel Kuhn (Zwi) z.t., 4 Stanislav Szozda (Pol) z.t., 5. Peter Wei bel (Wdl) z.t., 6. Valeri Tsjapligin (Sov) z.t., 7. Henning Jorgensen (Den) z.t., 8. Aleksander Goessiatnikov (Sov) z.t., 9 Sven Ake Nilsson (Zwe) z.t., 34. Cees van Dongen (Ned) z.t., 36 Aad van den Hoek (Ned) z.t., 56. Benny Schepmans (Bel) op 8.29. Gemiddelde van de win naar: 37,080 kilometer per uur. (Van onze sportredactie) MONTREAL. Een kleine vergissing heeft Keetie van Oosten-Hage de zilve ren medaille gekost. Meer zeker niet, want van de sprintkwaliteiten van de 24-jarige Franse verpleegster Geneviève Gambillon is bekend dat die ver reiken. In Gap (1972) leverde ze dat bewijs, zodat Keetie van Oosten-Hage terecht redeneerde: „Dat meisje is gewoon te snel voor mij. Tegen haar had ik geen kans om te winnen”. Een mogelijkheid om tijdens het we reldkampioenschap dames het zilver te pakken i deed de Russin Biala Tza- oene dat is er voor Keetie van Oos ten-Hage beslist geweest. Ze koos in de finale echter het verkeerde wiel, name lijk dat van de 37-jarige Engelse Beryl Burton, die zeker niet tot de grootste sprintsters gerekend kan worden, zodat de Zeeuwse renster even stil viel. Ze herstelde zich goed, maar het af remmen van Biala Tzaoene die ze in 1968 in Imola versloeg in de strijd om de eerste en Tzaoene. Van deze leidsters liet de latere winnares Geneviève Gambillon zich het minst zien. Keetie van Oosten- Hage: „Ik kon ook wel niet te veel op kop komen omdat het zo zwaar was, maar Gambillon deed zowat helemaal niets. Ze zat maar een beetje mee te rijden”. De Francaise hield zodoende krachten genoeg over voor de sprint, die haar aan haar 29e kampioenschap hielp: 27 Franse titels en twee wereld kampioenschappen. MONTREAL Het Internationaal Olympisch Comité krijgt van vice-president Willi Daume een gunstig rapport over de voorbereidingen van de spelen in Montreal. Tegen alle pessimistische berichten (vooral van de Europese pers) in, oordeelde Daume dat er geen enkele reden is om ongerust te zijn over het doorgaan van de Olympische wedstrijden in Canada. „Ik zal”, zei Daume na een werkbezoek van enkele dagen, „het IOC laten weten dat we kunnen vertrouwen op wat men hier doet om tijdig gereed te zijn voor de Olympische Spelen. Wat ik hier ervoer, overtrof mijn verwachtingen”. Intussen is er in Montreal echter nog steeds bitter weinig te zien van groeiende accommodaties. Daume: „Voor Europese begrippen is dat inderdaad een beangsti gende zaak, maar met de bouwwijze die men hier hanteert, betekent het niets. Ik heb de zekerheid dat alles er op tijd zal staan”. De vrees van Nederlands kampioen Jan Raas, die in het wereldkampioenschap wiel rennen valpartijen vreesde door het grote aantal deelnemers en de onervarenen in dat gezelschap, is niet ongegrond gebleken. In de tweede ronde raakte hij zo ernstig betrokken bjj een massale schuifpartij, dat hij de strijd moest staken. Een noodlot dat ook Frits Schür trof toen hij de met Raas vallende groep probeerde te ontwijken. Het koersverloop ging wat dat betreft ook niet geheel naar wens van Theo Smit, die eveneens aast op een overgang naar de profs,, maar op het zware parcours van Montreal na enkele ronden uit de koers moest. was dat Thevenet die inzinking kreeg”. Acht kilometer voor het einde had Eddy Merckx zijn doel bereikt, maar een an dere Fransman dwong hem meteen tot nieuwe actie: de onvermoeibare Ray mond Poulidor. die bij de beklimming op de pedalen ging staan en voorsprong nam. Merckx beantwoordde die poging met gemak. „En toen”, aldus Poulidor. „wist ik dat ik op de streep geklopt zou zijn”. Eddy Merckx: „Voor Poulidor was ik hele maal niet bang. Ik vroeg me alleen even af of ik geen inzinking zou krijgen, zodat ik toch nog verslagen zou wor- Het wend Bernard Thevenet, voor wie Merckx na afloop zinnen in jubeltoon componeerde. En terecht. „Ik gaf weinig meer voor mijn kansen toen ik hoorde wat hij aan het doen was”, reageerde Merckx op de solo van Thevenet, die onvermoeibaar leek en zijn vorm de monstreerde door bij de verzorging voortdurend eten en drinken te weige ren. Honderd kilometer lang koerste hij in zijn eentje voorop als aflosser van zijn landgenoot Campaner, wiens poging mislukt was toen Gerard Vianen hem in de elfde van de 21 ronden als eerste achterhaalde. Thevenet tolde rond als een ongrijpbare prooi, waar Eddy Merckx meerdere malen zonder succes jacht op maakte tot hij zijn activiteiten moest staken omdat ploeggenoot Freddy Maertens in de achtervolging ging met de Italiaan Conti. vanni Battaglin (Ita) op 4.18, 11. Martin Rodriguez (Col) op 10.43, 12. Joseph Fuchs (Zwi) z.t., 13. Fabrizzio Fabbri (Ita) op 11.53, 14. Tino Tabak (Ned) z.t, 15. Gerben Karsters (Ned) op 14,44, 16. Roland Salm (Zwi) z.t., 17. Gosta Petter son (Zwe) z.t., 18. Jurgen Tschan (Wdld) z.t. De andere renners staakten de strijd. ijzersterke greep op de kopgroep (14 man), waarin de Nederlanders ontbraken na een koers vol tegenslag: Ad Dekker in de eerste ronde lek, Frits Schür en Jan Raas in de tweede ronde gevallen, en Theo Smit door onmacht na vijf ronden uit de koers zodat slechts Van den Hoek en Van Dongen overbleven, maar zij misten de macht om in de finale mee te komen. Bij deze over macht van de Polen drong zich ander maal de beroepsmatige aanpak van het amateurisme in de Oosteuropese landen op en de algemeen technisch leider van de wielersectie binnen de nationale sportbond, Josef Pachla, gaf daar een aardige draai aan. „Kijk”, verklaarde hij, „het feit dat wij zo’n arm volk zijn dat er voor de sport geen sponsors gevonden kunnen worden, houdt onze atleten amateur”. Maar dan wel op zo’n professionele den”. Zover kwam het niet. Eddy Merckx sloot een uiterst opwindend ver lopen wedstrijd om het goud af zoals het van hem verwacht werd. De troost prijzen liet hij aan de Fransen, die daar zielsgelukkig mee waren. Uitslag: 1. Eddy Merckx (Belg) 262,5 kilometer in 6 uur 52 minuten en 22 De vrede binnen de Belgische equipe was opzienbarend. Voor de start nog meenden insiders rond deze ploeg dat de koers rijp was voor oorlog, omdat Eddy Merckx wraak gezworen zou hebben aan Maertens, die weinig vriendelijk over hem was geweest na de finale van vorig jaar in Spanje. Bij de poging van Maer tens om Thevenet te achterhalen reken de Merckx echter af met dit gerucht, door zijn inspanningen te staken, waar mee hij de op de vooravond gemaakte afspraak (steun aan de renner in de beste positie, waarbij de overeenkomst van een betaling van 3500 gulden per renner bij het eventueel behalen van het kampioenschap) respecteerde. „Ik wilde”, legde Merckx later uit, „niet aan een jacht op Maertens begin nen omdat ik m’n woord had gegeven. Elke demarrage van mij zou een hoop heibel hebben gegeven en dat wilde ik niet, omdat de sfeer in de Belgische ploeg nog nooit zo goed is geweest als dit jaar”. Tegen de zo langzamerhand sensatio neel uitlopende solo van Bernard The- Wat dat betekende ondervonden de tien renners die zich in zijn gezelschap lieten meezeulen en die tot dan elke ontsnapping geweigerd hadden. De Fran sen immers blokkeerden de koers voor Thevenet, de Italianen (die per man 20 mille premie in het vooruitzicht hadden wanneer een van hen zou winnen) dek ten Conti. Merckx: „Ik kon alleen op Van Springel rekenen". Overeenkomstig het akkoord had Van Springel zich in dienst gesteld van Eddy Merckx, de meest kansrijke. Van Springel: „Dat was niet meer dan normaal. Maar Eddy had er weinig vertrouwen in dat we Theve net konden achterhalen. Ik geloof nooit dat het lukt, riep-ie tegen me. Toen heb ik Merckx voorgehouden dat het niet anders kon dan dat Thevenet in elkaar zou klappen”. In de persoon van Bernard Thevenet manifesteerde zich tijdens dit wereld kampioenschap de zo doodgewaande Franse wielersport als een levendige wielernatie. die bovendien nog altijd kan vertrouwen op Raymond Poulidor, die op z’n 38e jaar een verbluffende presta tie leverde door als tweede achter Merckx te eindigen. Omdat voorts Cam paner zo’n 100 kilometer soleerde en Martinez achter Poulidor beslag legde op de derde plaats, was het een onvergefe lijke dag voor de Fransen, waar Pouli dor na afloop dan ook graag op wees en er zijn persoonlijke verdienste voor naar de achtergrond schoof. „Ik vind”, sprak de opvallend fitte Franse veteraan, „dat we moeten spre ken van een succes voor de hele Franse wielersport. Tenslotte hebben wij hier de hele dag de koers beheerst. Precies zoals we tevoren afspraken. We besloten vanaf de start te attaqueren om Merckx moe te maken. Wie van ons het best reed om zijn kans te verdedigen, zouden we dan wel zien”. basis, dat er in de wielersport moeilijk tegen te koersen is. Met financiële hulp van de staat die een nationale sportbond in beweging houdt en de clubs geld versterkt om de sporters te ontwikkelen, worden de besten onder de coureurs een jaar lang begeleid op een manier waar andere landen niet aan kunnen tippen. Toelichting van Josef Pachla: „Wij be ginnen in oktober met een grote selectie waar gemiddeld 180 renners uitkomen die we speciaal op het psychische en fysieke vlak testen. Degenen die daar goed uitkomen, verdelen we in drie categorieën: junioren, beloftes voor de toekomst en, vanaf 21 jaar, senioren. In overleg met de clubtrainers maken de bondscoaches we hebben er zeven een jaarplan voor elke coureur. Van iedereen komt preoies vast te staan hoe hij moet trainen, waar hij speciaal op moet oefenen en welke wedstrijden hij komend seizoen dient te rijden”. plaats was niet meer mogelijk. In elk geval bereikte Keetie van Oosten-Hage een voortzetting van een goede traditie: een plaats bij de eerste drie, waarmee ze haar elfde medaille op de wereldkampi oenschappen haalde. Het groepje waaruit Keetie van Oos ten-Hage naar de derde plaats sprintte, was al vrij snel ontstaan toen de Rus sinnen direct na de start demarreerden. Onder de negen dames die zich in de eerste groep werkten, bevond zich ook Willy Kwantes, wier kansen om zeep werden geholpen door Valentina Re- brovskaja, die in een klim krachten te kort kwam, daardoor een paar meter verspeelde en de aan haar wiel zittende Willy Kwantes meesleurde in het op lopen van achterstand. Willy Kwantes: „Onder deze omstandigheden hoefde je aan terugkomen niet te denken”. MONTREAL Begin dit jaar leek de sleet vat te krijgen op Eddy Merckx. Een aantal weken rust, voor zijn toen matige uitslagen in Belgische klassiekers en een periode van bijna twee maanden tussen zijn laat ste zege (maart: twee ritten in ParijsNice) en eerst volgende overwinning (begin mei: grote prijs Momignies) kostte Merckx (29) een flink brok trouwen van het wielervolk, dat twijfelde aan zijn excuus: een hardnekkige verkoudheid. Intussen zijn de pessimisten weer heel wat wijzer. Achtereenvol gens beheerste de Belgische wielervedette de Giro d’Italia, de Tour de Suisse, de Tour de France en be kroonde hij (voorlopig) zijn seizoen met een indruk wekkende triomf in het wereldkampioenschap van Dat voor de Fransman rampzalige moment leek moeilijk te kunnen aan breken, maar het kwam toch. In de laatste ronde stortte hij finaal in onder het geweld dat Merckx met Van Sprin gel ontketende, welke temposlag slechts drie renners konden volgen: Poulidor, Martinez en Santambroggio. „Ik moet zeggen”, reageerde Merckx op die ont wikkeling waarbij de zo kansrijk geach te Italianen en Spanjaarden ver achter bleven, „dat het een enorme meevaller Uitslag: 1. Geneviève Gambillon (Fra) 60 km in 1 uur 47 minuten en 26 seconden, 2. Biala Tzaoene (SU) z.t., 3. Keetie van Oosten (Ned) z.t., 4. Mariette Laenen (Belg) z.t. 5. Beryl Burton (Eng) z.t., 6. Valentina Rebrovskaja (SU) op 3.01, 7. Willy Kwantes (Ned) z.t., 8. Nicole van den Broeck (Bel) z.t., 9. Valentina Koezmentsova (SU) z.t., 10. Christiane Goemine (Bel) op 4.17, Minie Nieuwenhuis (Ned) op 4.24, 20. Bella van der Spiegel (Ned) op 4.42. 24. Nel Streef (Ned) op 11.10. •<4 M

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1974 | | pagina 13