TRACE:
perfectie tot
laatste noot
RICK VAN DER LINDEN
I
FREE-JAZZ ZORGT VOOR GELADEN STEMMING
IS
Zelf musiceren
hi
5?
1
ffl
99
1
P
DONDERDAG 26
SEPTEMBER
1974
1$
MUZIEK
1
Door Ferry Tromp
Uitdaging
Doedelzak
i
Door Rob Hoeke
Collectief-communicatief
Cli
door Paul Chr. van
Westering
Dixieland tempel
ONLANGS DEED IEMAND mij
het dringende verzoek mijn
beschouwingen ten aanzien van het
jazzgebeuren wat serieuzer te
willen benaderen, omdat de
belangstelling van de echte
jazzliefhebber meer uitgaat naar
de feitelijke kant van de zaak dan
naar het „gebeuren” er om heen.
De uiterst lullige manier waarop
ik mijn onkunde stylistisch
formuleerde, bleek alleen maar
leesbaar doordat het gedrukt was.
Penny wordt lector
DRIE ZICHTBAAR, hoorbaar
en merkbaar opgeluchte topmusici
die tot hun eigen grote
tevredenheid na maanden aarzelen
de knellende banden van jaren
hebben afgeworpen maken met
superapparatuur supermuziek van
een onvoorstelbare perfectie.
De vraag is alleen wél of deze
muziektempel op hemelse hoogte
nog voor gewone aardse
stervelingen te bevatten is.
TRACE is de naam. Rick van der
Linden siddert en schudt op de van
hem bekende wijze achter orgel en
synthesizer, Pierre van der Linden
overmeestert zijn drums en Jaap
van Eik bast alsof hij een sologitaar
in zijn handen heeft. Ekseption,
Focus, Cuby The Blizzards en
Solution zijn definitief voor hen
voorbij en niemand is blijer en
vrijer dan dit trio.
1®
p y.
f
5
>7,50
en
gebaseerd op totale
muzikale eenheid
Z3
WORDT
OP
Groot-Ameri-
ste
ver-
Optreden van het trio van pianist Rob Franken in Shaffy. (Foto Lammert Melk)
voor jazz fans een fabeltje
£6,50
>ld
maar
nde
IN DE ZAAL wordt driftig geslikt.
Perfectie in instrumentale techniek, in
combinatie van techniek en muzikaliteit,
in beheersing, en improvisatie, in samen
spel. Om gek van te worden. En leuke
vondsten zoals de elektrisch voortgedre-
muziek, maar ja, ik ben geloof ik de
tijd van Ned Gomella nog niet
ontgroeid. Ik heb Rick en m’n andere
vier kinderen altijd voorgehouden dat
je wat je doet goed moet doen.
Topprestaties. Dat hem dat gelukt is,
daar heb ik bewondering voor. De
muzikaliteit heeft hij van de kant
van mijn vrouw. Zij had een
familielid dat kerkmuziek doceerde.
Rick overtrad al toen hij vier jaar
was mijn gebod dat niemand aan de
piano mocht komen.
Rick van der Linden in een karakteris
tieke houding.
OP MIJN SIMPELE vraag wat er zoal
op jazzgebied te beleven viel in Shaffy,
kwamen zoveel moeilijke woorden van
meer dan twee lettergrepen los, zoals
„het is een collectief-alternatief-
experimentele toer, ontstaat er altijd een
wat geladen stemming, maar zodra
andere musici soms wel 30 op een
avond minder gespannen muziek
maken, lijkt het wel alsof iedereen
verlicht adem haalt.”
Hoewel een en ander als een educatief
manifest werd aangekondigd, bleek Boy
Edgar zijn sessionavonden weinig
sessionachtig op te vatten en kon je
daar als musicus slechts na een zeer
strenge selectie je opwachting maken.
De publieke belangstelling was tijdens
de Boy Edgarshows overweldigend, want
Edgar is op zijn gebied onmiskenbaar
een autoriteit.
Shaffy heeft geen voorkeur voor
bepaalde vormen van muziek. Alles wat
buiten het fanfareleven valt, kan daar
terecht. Ik heb het allemaal gehoord; zó
goed zelfs dat ik besloot een dag Artis
er aan vast te knopen, want dieren zijn
precies als mensen, met dezelfde
mensen-wensen, met dezelfde mensen
streken, dat staat allemaal in de krant
van jazzy-land. Yeah, yeah!
communicatief-cultureel-creatief gebeu
ren dat hier plaatsheeft’', zodat ik al
vertalend tot de volgende conclusie
kan komen. Incidenteel wordt hier wel
aan jazz gedaan, waarbij in het
afgelopen seizoen vooral Boy Edgar met
meer dan één vinger in de jazzpap zat.
van Andriessen hebben
volmaakt het kan, vin-
VAN EVENTUELE VIERDE of vijfde
mensen wil niemand iets weten. Rick
legt uit waarom: „We hebben alle drie
gespeeld in groenen waar we een klein
plaatsje hadJen. Dan moet je rekening
houden met wat de anderen kunnen en
willen, dat kan nu eenmaal niet anders.
Maar wat wij nodig hadden was vrij-
had
dat
een
een
o’n
:tr.
ris?
r
i
schelden op muzikanten die zich niet
kunnen verdedigen!”, riep hij, al rood
aanlopend, uit; waarop ik zeer vals,
maar zeer spitsvondig en adrem als
altijd fijntjes opmerkte, dat het
inderdaad een niet te verdedigen zaak
was.
Maar ja.ik zal de laatste zijn die
zal ontkennen, dat Amsterdam op palen
is gebouwd, dat er een Westerkerk staat,
het Vondelpark als alternatief
kampeerterrein is ingericht en dat zij
bovendien besèhikt over een aantal
grachten, die voornamelijk bekendheid
genieten door de stank die zij
voortbrengen; en wie heeft nou nooit
van Artis, het Rijksmuseum of de
Warmoesstraat gehoord? Kortom,
Amsterdam is een uniek, fors uit de
kluiten gewassen paaldorp.
Alleen vraag ik me af, wie die
knakker toch geweest kan zijn die
Amsterdam ooit eens de „Swinging City"
noemde, want wat „live” in Amsterdam
geswingd wordt, is nauwelijks de moeite
waard. Muziek wordt er genoeg
gemaakt, de accordeon-duo’s zijn niet te
tellen, maar orkesten die meer dan het
levenslied op hun repertoire hebben, zijn
schaars, vrienden, zeer schaars.
Op het gevaar af voor chauvinist
uitgemaakt te worden, zou ik toch
zeggen: „There is no Haarlem like jazz-
Haarlem”, want Haarlem lijkt nu meer
dan ooit de meest actieve stad in
Nederland, althans waar ’t het
praktische jazzgebeuren betreft. Ik weet
natuurlijk niet hoe het met jazzwezen in
Stampersgat of Wuppeveen staat, maar
na drie dagen Amsterdam is het
duidelijk, dat je beter je eigen platen
mee kunt nemen, als je wilt swingen.
Van alle jazzclubs in Amsterdam,
althans die clubs die jazzorkesten laten
optreden en geen diskotheek draaien,
vond ik er twee goed, te weten het
Shaffv-theater op de Keizersgracht en
de ..Bamboo” in de Korte
Leidsedwarsstraat. Verder heb je dan
nog Famos”, „De Moriaan”, „De Melk
weg” Klein Bellevue” en „Oktopus”.
Bovendien bestaan er dan nog een
aantal clubs die weliswaar de naam
hebben „jazzy” te zijn, maar waarvan de
image even loos blijkt als het vaandel.
Inderdaad, er wordt muziek gemaakt,
dat wel, maar een muzikant hoeft nog
geen musicus te zijn, net zo min als
muziek.muziek.
ENFIN, DE TYPISCHE op oude stijl
georiënteerde Bamboo-club is al sinds
lang de swingende dixieland-tempel van
Amsterdam. Eigenaar Willem van
Zuylen zegt hierover het volgende:
„Nou, dixieland-tempel is misschien iets
te veel gezegd, maar de laatste drie jaar
ben ik wel tot de overtuiging gekomen,
dat iedere swingende vorm van
jazzmuziek mits met voldoende
feeling uitgevoerd zoals dixieland
veel meer appelleert aan de bezoekers
dan de meer vrije vorm van jazz. Let
wel, ik veroordeel daar andere vormen
van jazz niet mee; ik constateer hooguit
dat een lekkere en ongecompliceerde
manier van musiceren altijd een
positiever en prettiger sfeer onder het
publiek teweeg brengt. Eén maal in de
week woensdagavond meestal heb
ik hier een soort basistrio (bas, gitaar,
drums), waarbij andere musici zich aan
kunnen sluiten. Gaat men dan op de
Zijn grote leermeester is Piet
Vincent geweest, die helaas is
overleden. Rick adoreerde die man, er
was geen grotere. Ze zeggen van Rick
dat hij nogal eens „Ricktatoriaal” is
en ook ik schijn wel eens stevig de
baas te kunnen spelen. Ik til daar
niet zo zwaar aan je moet gewoon
jezelf blijven. Laat ik zeggen dat ik
erg blij ben dat Rick zich nu erg
happy voelt en met fijne jongens
speelt. Ze zijn in ieder geval
enthousiast en dat vind ik al erg
belangrijk”.
Komt er óóit een plaat van vader
en zoon?
Rick valt in: „Net toen ik vrij was
van alle problemen die bij m’n vertrek
bij Ekseption speelden, las ik dat Pierre
bij Groep 1850 was gaan drummen. Een
enorme teleurstelling, want ik was net
gaan spelen met Jaap van Elk en dat
klikte enorm. Ik moest en zou Pierre
erbij hebben. Toen ik hoorde dat hij
toch vrij was heb ik direkt gebeld. Wij
zijn m’n studio ingekropen en ik kan je
vertellen dat we bijna krankzinnig wer
den van enthousiasme. We gingen zo
wat door het plafond heen. Jaap, Pierre
en ik hebben dat niet uit te leggen,
„iets”, het pakt gewoon.”
Mijn vader bracht een sigarenkistje
voor me mee, een klein hand-boortje
en wat koperen oogjes met schroef
draad. Verder klosjes wit en zwart
ijzergaren. De koperen oogjes werden
naast elkaar aan de korte kanten van
’t kistje geschroefd, 't Ijzergaren werd
over de volle lengte van het sigaren
doosje tussen de oogjes gespannen en
door aan de oogjes te draaien kreeg
ik een bescheiden snaar-instrument.
Voor de hele tonen gebruikte ik het
witte garen. Voor de weinige halve
tonen (een fis en een bes) het zwarte.
Dit instrumentje betokkelde ik met
een haarspeld van mijn moeder.
Als ik overdag speelde kon mijn
buurman het nauwelijks horen. Maar
na achten (dan moesten we al gaan
slapen) gaf ik op algemeen verzoek in
Met mijn 14 jaar was ik te oud
voor een kinderzaal en zo lag ik op
een zaal met twintig volwassen man
nen (overigens ruimer en rustiger dan
nu een kamer met zes bedden). Ieder
een was aardig tegen me. Toch miste
ik mijn uitlaatklep.
De schandalige wijze waarop ik de
free-jazzmusici beschreef maar niet
de muziek vond hij zonder meer
•chofterig. „Durf je wel, schooier,
Rick van der Linden, geboren in
Badhoevedorp op 5 augustus
1946;Ekseption-Jaap van Eik,
geboren in Den Haag op 17 oktober
1944; The Moans, Cuby&The
Blizzards. Blues Dimension, The
Motions, Panda en Solution-
Pierre van der Linden, geboren op 19
februari 1946; Jonny and the Cellar
Rockers, ZZ and the Maskers, After
Tea, Tee Set, Brainbox en Focus.
Rick heeft nog een leuk nieuwtje.
Penny „Toppop” de Jager, mevrouw
van der Linden, is lektor geworden
aan de Vrije Universiteit van
Amsterdam. Haar vak:
„Choreografie”, zeg maar jazzballet.
Rick vindt het „heerlijk voor haar”.
Vader over zoon
Vader Van der Linden ziet zoon
Rick in de IJmuidense PEN voor de
derde keer in zijn leven optreden. „Ik
begrijp niet erg veel van moderne
In het Shaffy-theater denkt men er
wat ruimer over. De grootte van het
gebouw en alle evenementen die daar
plaatshebben, maakte het mij moeilijk
iemand van de organisatie te vinden.
Wat fotograaf Lammert Melk echter
alle gelegenheid gaf om zijn plaatjes te
schieten. In dit theater, waar alles
mogelijk schijnt, kwam ik via de
waterleiding bij de elektriciteitsleiding,
die mij verwees naar de gasleiding om
tenslotte terecht te komen bij het
subhoofd van de leiding.
De oplossing bleek eenvoudig en ik
geef deze gratis door aan ouders, die
zich door hun kinderen laten flessen
en dure drumstellen kopen, vaak
voor duizende guldens. Of meteen
maar electronische orgels, terwijl een
goed harmonium (veel leuker) voor
plm f 300 is te krijgen. Een goede
tweedehands piano voor f 500 tot
f 800. Het instrument dat anno 1924
mijn wensen vervulde kostte nog
geen gulden. Nu misschien een rijks-
daalder.
„Onze vrijheid is gebaseerd op totale
muzikale eenheid. Anders kan het niet.
Om dat te bereiken hebben we vooral
ontzettend veel gepraat en gefilosofeerd.
Nog voordat we muziek gingen maken.
Dagen en nachten. En dat blijven we
doen, eikaars pluspunten en tekorten
analyseren, bespreken en accepteren.”
Pierre: „Je komt toe aan een soort
muzikale verliefdheid die erg belangrijk
is.” Rick: „Hoe kun je werkelijk muziek
maken met mensen die je niet voor
honderd procent kent en mag. Onze
verstandhouding slaat regelrecht over op
het publiek. Dat voelt een hechte band
net zo snel en zuiver aan als spannin
gen. En dat laatste is funest.”
Manager van TRACS is producer Ri
chard de Bois. „Als producer heeft hij
dagen en nachten gefungeerd als een
soort klankbord, want zelf sta je niet
meer objectief tegenover je muziek.” Als
manager heeft De Bois al het een en
ander geregeld. Op 5 oktober is ei- een
Trace-special in VARA’s Nederpopzien,
in oktober zijn er optredens in Zwitser
land, Duitsland en Skandinavië. Volgend
jaar gaat TRACE dan even naar Enge
land en lang naar Amerika, waar mis
schien met producer Ron Kuschner een
elpee wordt opgenomen.
TRACE
Maar daarover straks. TRACE heeft
zeer grote en internationale plannen,
maar het eerste optreden heeft tegen
recette-opbrengst plaats in jeugdcentrum
de PEN in IJmuiden. Driehonderd over
donderde bezoekers brengen zo’n vijf
tienhonderd gulden in. Een schijntje
voor jongens als de Van der Linden’s
(voor de allerlaatste keer: geen familie!),
maar geld is voorlopig voor hen wel het
allerlaatste. Muziek. Nieuwe wegen,
nieuwe kicks, vrijheid in samenspel, cli-
ché’s die voor de heren van Trace nieu
we inhoud hebben gekregen. De roadies
stallen een instrumentarium uit dat eer
der aan een concertgebouworkest dan
aan een trio zou worden toegedacht. Het
geluid is navenant, maar uiteraard met
een perfecte beheersing. Geen Focus-,
geen Ekseption-klanken, maar zeer pro
gressieve muziek, misschien zijn tijd ver
vooruit
heid, verruiming van onze muzikale ba
sis. Dat geeft een enorme verantwoor
ding, maar is ook een geweldige uitda
ging, En die was er niet meer”.
Hard gelach. „Nee dat nooit. Ik ben
maar een amateur zonder aspiraties
op dat vlak. Laat mij maar lekker in
het zakenleven.
kaanse leest geschoeid. Een Amerikaanse
advokaat is op het ogenblik druk doende
een aantal zaken te regelen, die er onder
meer toe leiden, dat de groep eind dit
jaar een BV wordt. „We hebben wél
volledige zeggenschap in alle besluiten.
We weten nu hoe het moet, dat hebben
we in ieder geval geleerd. Ieder z’n
rechten staan vast. Dat moet ook, want
we hebben voor tonnen geïnvesteerd.”
Ook in de muziek overheerst de per
fectie. „We voelen ons perfectionisten en
we stellen zeer hoge eisen aan onze
muziek.” Maar binnen dat strakke kader
met als lijfregels 24 uur per dag musice-
ren/werken, geen drugs en geen andere
vrouwen, wordt de nadruk gelegd op de
vrijheid, op de eigen inbreng, op de
improvisatie, die desnoods tot vijftien mi
nuten mag uitlopen als de Ware Geest
er is.
Pierre: „Op een gegeven moment ging
je zó routinematig en automatisch musi
ceren, dat je je afvroeg of je bezig was
met muzikale zelfmoord. Je moet ge
woon eens in je leven een deur kunnen
dichtslaan en dan ervaar je dat er ook
weer vele opengaan. Je komt op een
nieuw terrein, waarvan je nooit hebt
kunnen dromen. We zijn alle drie vak
mensen. maar in deze samenstelling is
het continue mogeliik een kick te krij
gen. En dat gevoel heb ik jaren niet
meer gehad.”
„Swingend Amsterdam
„Onze vrijheid is
TOEN IK 14 JAAR was lag ik drie
weken in een ziekenhuis. Thuis speel
de ik dagelijks op het harmonium of
de piano. Dit spelen was een goede
uitlaatklep voor mijn jeugdige emo
ties. In het ziekenhuis miste ik al
spoedig mijn instrumenten. Radio
was er nog niet in die gezegende
dagen. Nu zijn sommige Haarlemse
ziekenhuizen er grondig mee verpest
tot in de wachtkamers van de poli
kliniek toe.
ven doedelzak. Een motortje van een
stofzuiger zorgt voor de luchttoevoer,
een vinding van Rick die hem een
longbreuk bespaart. Rick, Pierre en Jaap
zijn overtuigend en oprecht gek van hun
muziek en alleen daarom al is het te
hopen dat het publiek dat ook wordt.
Rick heeft nauwelijks twijfels en wijst
tevreden op het feit dat de eerste elpee,
..Trace”, nu al is getipt voor de Ameri
kaanse elpee Top-100 en door ABC-radio
in de States is uitgeroepen tot elpee van
de maand. Pierre daartoe aange
spoord door Rick („Anders krijg ik later
weer te horen dat ik altijd aan het
woord ben”) begint rustig te vertel
len: „Rick komt aanzetten met het
„schildersraam”, met het basisthema, en
Jaap en ik zorgen voor de nodige muzi
kale kleuren. Het fijne is dat wij in
onze muziek elk onze eigen inbreng
hebben, zonder elkaar op wat voor ma
nier dan ook in de weg te zitten.”
Kun je bij het begin beginnen?
„Ik heb, toen ik nog bij Focus speelde,
vaak met Rick en de anderen gejammed.
Toen ik bij Focus weg was belde Rick
me op en vroeg of ik bij Ekseption
wilde komen drummen. Maar ik
nog verplichtingen bij Focus dus
ging niet door. Daarna heb ik me
paar maanden teruggetrokken in
caravan in Vinkeveen en dag en nacht
gedrumd. Ik mag wel zeggen dat ik toen
weer helemaal mezelf ben geworden en
ook beter ben gaan drummen. Toen is ook
het plan gekomen om een muziekboek
uit te geven met een plaat voor jongens
die willen drummen. Dat plan gaat door.
Maar goed
de stille zaal bij het schijnsel van een
straatlantaarn korte concerten. Tot in
de verste hoeken zacht, maar duide
lijk hoorbaar. Werd het iemand te
veel, dat stopte ik direkt.
ZELF MUSICEREN ZOU eigenlijk
elke muziekliefhebber moeten doen
Het gebeurt gelukkig veel, maar nog
lang niet genoeg. Twee mopjes, die al
lang meegaan, geven te denken.
„Welk instrument bespeel jij?”
„Ik speel pick-up”.
Ja, dat doet men en wanneer er
dan nog allerlei geheimzinnige ge-
luidstrucjes met stereo-boxen en ver
sterkers aan te pas komen, heeft men
nog het gevoel werkelijk zelf te mu
siceren. Het is een boeiende liefheb
berij, zeker maar zelf musiceren is
het niet.
Tweede mopje.
„Zeg, speel jij viool?”.
„Weet ik niet".
„He?”
,,’k Heb het nog nooit geprobeerd".
Dit schijnbaar flauwe geintje geeft
toch de sleutel tot wat velen ongewe
ten missen. Ze moeten eens op een
muziekschool gaan praten, een in
strument uitzoeken dat bij hen past
en dan, onder leiding, gaan „probe
ren”. Daarna kunnen heerlijke jaren
volgen met talrijke mogelijkheden
zoals kamermuziek, samenspel jeugd
orkesten enz.
TOT SLOT een gruwelverhaal.
Voor de oorlog had ik een buurman,
wiens vrouw zeer behoorlijk piano
speelde. De echtgenoot, erg kritisch,
wenste elk stuk muziek (waar zijn
vrouw urenlang op blokte) foutloos
te horen. Op een avond gingen ze
naar een concert van de grote pianist
Willem Andriessen, die toevallig iets
uit het repertoire van mijn buur
vrouw speelde. De volgende dag
kwam het echtpaar bij ons op bezoek.
Met een plechtig gezicht vertelden ze
dat mevrouw nooit meer piano zou
spelen. Het
kocht.
„Sinds we
gehoord hoe
den we, uit eerbied voor de muziek,
elk amateurisme uit de boze”. Ik zei
al, het is een gruwelverhaal.
Hadden ze Willem Andriessen zelf
maar om raad gevraagd. Dan speelde
mevrouw nu nog en had meneer een
elegante draai om zijn oren gekregen.
instrument werd