BENELUXCON ’74 TREKT SF-FANS NAAR WEEKEND IN AMERSFOORT
Herman de Man
krijgt opnieuw
belangstelling
Overzichtstentoonstelling in Parijse Grand Palais
Gedenkboek over
50 jaar NCRV
Piano-recital
Piet Kostense
Dalende prijzen
voor oude kunst
Activiteiten
van NCSF
TELEFUNKEN
1
ER
Expositie boeken over
Winston Churchill
MARCON ELECTRONICS
bandrecorders.
Neem uw favoriete
zanger op. Uzelf b.v.
theevolutie
„DE UILENBOOM”
DINSDAG
5
NOVEMBER
1974
9
KUNST
door Peter Wolfsbergen
'w
Overvoerd
(Van onze correspondent)
Techniek en visie
TELEFUNKEN
BILTHOVEN Een echte aan
hanger van science fiction, een sf-
fan zoals dat in vaktaal heet, is iets
bijzonders. Hij is een gelovige en
een fanatiek gelovige in godsdien
stige zin: hij is tolerant ten aanzien
van die gelovigen, die eveneens tot
de sf-gemeenschap behoren, maar
een aantal volstrekt andere leer
stellingen aanhangen. Hij is tole
rant in die zin, dat hij de ketters
nooit uit de gemeenschap zou wil
len stoten.
En omdat u hoge eisen
stelt aan onvervormde
geluidsweergave, doet u
dat 't beste met een
Telefunken bandrecorder.
Beluister onze collectie
bij uw winkelier.
Ontdek het sublieme
geluid. En ontdek de
vernuftige details.
PARIJS De kalender is dè uit
komst voor alle museumconserva
toren, muzikale en andere pro
grammaleiders en waarom niet,
voor journalisten die om een aan
leiding of een onderwerp verlegen
zitten. Want het publiek, zo nemen
ze aan, is en blijft nu eenmaal tuk
op verjaardagen en jubilea. Met be
trekking tot de overzichtstentoon
stelling in het Parijse Grand Palais,
het Eeuwfeest van het Impressio
nisme, kun je je daarom afvragen,
hoe de geboorte van een kunststro
ming nu eigenlijk precies op het
jaar zo niet de dag nauwkeurig
moet worden vastgesteld.
Vloeiende stroom
’Sr Vis op z’n Spaans
l 17 bóft als u van vis houdt want vis houdt fit
Fiawol
l
- f J
X.
wil
Science fiction
fenomeen zonder grenzen
(ADVERTENTIE)
Impressionisme viert eeuwfeest
(ADVERTENTIE)
(Van onze RTV-redactie)
(Van onze kunstredactie)
(ADVERTENTIE)
zijdelings
iets
met
33
vol. Dat zijn de heer H. Algra, die de
vereniging voor zijn rekening nam, dr.
C. Rijnsdorp, die het had over de pro
gramma’s en Ben van Kaam, wiens taak
het was om over het bestel te schrijven.
Vignet van de komende conventie in
Amersfoort.
Kostense debuteerde op 18-jarige leef
tijd bij het Noordhollands Philharmo-
nisch Orkest met het Tweede pianocon
cert van Rachmaninov.
HAARLEM. De pianist Piet Kos
tense, leerling van de gemeentelijke mu
ziekschool in Haarlem, heeft een uitno
diging gekregen om aanstaande donder
dag een recital te geven in de Doelen in
Rotterdam. Hij speelt werken van Beet
hoven en Schumann.
Peter Coene: ontwikkeling techniek voorlopig niet ten einde.
(Foto Frits Droog)
(Van onze Amsterdamse redactie)
„Aux courses’’ van Degas, de lumineuze
schoonheid van een onbewolkt geluk.
meer dan 450 jaren
gastvrijheid op niveau.
In onze stoeterij onbeperkte moge
lijkheden voor recepties, diners en
feesten voor besloten gezelschappen
Binnen afzienbare tijd ook in
„HET CHALET”
voormalig verblijf van
Keizerin Sissi van Oostenrijk.
Uw gastheer
Jan G. Westerhoven
heeft ze,
ALLE TYPEN
Barrevoetestraat 8 - Haarlem
De „con” speelt een belangrijke rol in
het leven van de sf-fan. Het is dè
gelegenheid om de meesters van het vak
te ontmoeten - op voet van gelijkheid -
om nieuwtjes op te doen, om nieuwe
ontwikkelingen te signaleren, om de an
dersdenkenden te overtuigen, maar voor
al ook om met gelijkgezinden gezellig
bijeen te zijn.
Een bijzonder interessant aspect van
deze tentoonstelling is dan ook, dat de
wetenschappelijke afdeling van het Lou
vre hier dat element van die kleurwer-
king ook in de letterlijke zin van het
woord heeft doorgelicht. Met behulp van
röntgenstralen werden eerst hele doeken
of fragmenten doorgelicht en gefilmd
om aan de hand van die films aan te
tonen hoe een Manet, Renoir of Monet
hun verf mengden en de kleuren door
gaans in vele lagen aanbrachten, alvo
rens (al zwoegend met de weerbarstige
materie) ten slotte die „impressie” ver
wekt was, of zo’n tafereel of figuur op
heterdaad was „betrapt”. En ofschoon
het natuurlijk niet die „techniek”
waarin de pompiers de impressionisten
veelal geen centimeter toe hoefden te
geven maar de „visie” is geweest,
welke die beide kampen scheidde, blijft
Die visie van het impressionisme, dat
zich baadde in het licht, was die van
lumineuze schoonheid, onbewolkt geluk
en arcadische onbezorgdheid. Ze zochten
de natuur op om zich aan het bedompte
atelier en de schildersezel te onttrekken.
Maar gelijktijdig ontvluchtten ze óók
een andere, sociale en menselijke werke
lijkheid die ze nog niet wilden of kon
den onderkennen en die pas veel later
door de expressionisten en andere „mo
dernen” zou worden ontdekt. En in dat
opzicht kan men dan ook zeggen dat het
impressionisme de laatste kunstuiting is
geweest waarin de mens nog volop ge
lukkig met zichzelf en de omringende
wereld mocht zijn. Voor de hedendaagse
mens is het daarom een soelaas en een
verademing zich weer eens even aan dat
visioen van pure schoonheid te kunnen
laven. Al is ook dat visioen helaas later
een wreedaardige illusie gebleken.
De laatste jaren was van zijn boeken
nog slechts „Het wassende water” ver
krijgbaar. Heruitgaven worden binnen
kort uitgebracht van „De barre winter
van negentig”, „Rijshout en rozen”, „Ma
rie, of hoor ook de wederpartij” en „De
kleine wereld”.
het toch altijd boeiend zo’n blik in de t
keuken van de grote kunst te mogen
slaan.
Enkele maanden geleden kreeg Kos
tense veel bewondering voor zijn spel
tijdens een concert in Dusseldorp dat hij
samen met de gebroeders Kontarsky gaf.
AMSTERDAM. Tot 30 november
houdt de British Council, Keizersgracht
343 Amsterdam, een tentoonstelling van
ongeveer honderd boeken over en van
Sir Winston Churchill- De tentoonstel
ling wordt opgeluisterd door enkele fo
to’s van gebeurtenissen uit Churchills
leven.
Een exemplaar van de catalogus, met
een voorwoord van Churchills officiële
biograaf Martin Gilbert, is op aanvraag
bij de British Council verkrijgbaar.
De tentoonstelling wordt gehouden ter
gelegenheid van de honderdste geboorte
dag van Churchill (30 november 1874).
Op de vraag wat al die sf-fans met
hun toch zo uiteenlopende voorkeuren
bindt, verwijst Coene naar de politiek:
„Daar heb je ook zoveel verschillende
meningen. Als je een groep hebt, die het
hoofdzakelijk, in grote trekken, met el
kaar eens is, dan kunnen er binnen die
groepering toch nog wel individuele
HILVERSUM. Eén van de vele ac
tiviteiten, die de NCRV in verband met
haar gouden jubileum onderneemt, is
het uitbrengen van een gedenkboek on
der de titel „Vrij en gebonden 50 jaar
NCRV” en een dubbel-elpee met een
selectie van programma’s op het gebied
van klassieke, gewijde en lichte muziek.
Drie auteurs schreven het gedenkboek
Maar de Louvre-directie, die de nat
tigheid tevoren ook al wel zal hebben
gevoeld, had het antwoord in de
weer voorbeeldige catalogus op
voorhand al gereed: in 1874, en dus op
de kop af 100 jaar geleden, werd in de
ateliers van het bazargebouw van Nadar
een eerste expositie georganiseerd waar
op ook verscheidene doeken een onder
dak vonden die op de officiële Salon in
het Luxembourg geweigerd waren. En
onder die laatste exposanten bevond zich
een aantal schilders, met namen als
Degas, Manet, Pissarro, Sisley, Renoir,
die later met het impressionisme vereen
zelvigd zouden worden. En om die radi
cale breuk met hun tijdgenoten van de
officiële en academische kunst, de zoge
heten „pompiers” (spuitgasten) dan toch
wel verblindend te belichten, werd in
een zijvleugel van het Grand Palais ook
nog wat ruimte voor hèn vrijgemaakt.
Voor een Delaunay, een Couture, een
Meissonier of een Ingres (die in die
dagen alle staats- en andere opdrachten
monopoliseerden, waarvoor ze met goud
werden overladen, en hun „inspiratie”
Een belangrijke manifestatie van het
Nederlandse sf-wereldje grijpt het ko
mende weekeinde plaats in het congres
centrum Evert Kupersoord in Amers
foort- Op 9 en .10 november organiseert
het Nederlands Contactcentrum voor
Science Fiction (NCSF) daar de Benelux
con '74, een science-fictionconventie,
kortweg „con” genoemd.
ROTTERDAM (ANP). Er Is een
hernieuwde belangstelling voor de per
soon en het werk van de auteur Herman
de Man (pseudoniem voor Salomon Her
man Hamburger), die op 14 november
1946 overleed. Op 12 november wordt in
De Lantaren te Rotterdam een Herman-
de-Man-avond gehouden. Er zal een
stichting worden opgericht, die de naam
van de auteur draagt. Dit najaar ver
schijnen herdrukken van vier van zijn
romans. Er wordt voorts geijverd voor
een standbeeld van de man, dat in
Oudewater, „het hart van zijn land”,
moet komen.
T Het builtje dat z’n
ovèrbodige aanhang liet vallen:
3M theeduikertjes. Mmm.
Het gedenkboek werd maandag met
een inleiding door de drie samenstellers
gepresenteerd. Daarbij nam de heer Al
gra vooral de beginjaren van de NCRV,
die op 15 november 1924 werd opgericht,
onder de loep. Hij verwonderde zich
erover, dat het initiatief tot die oprich
ting werd genomen door de heer P. K.
Dommisse, een „dromer” en bepaald
geen krachtige figuur, die er desondanks
in slaagde zijn stempel op die vroegere
NCRV te drukken.
Leg 1 kg schelvis-, kabeljauw- of wijtingfilets
in vuurvaste schotel. Verdeel 1 in plakken gesneden
1 ui, 6 eetlepels gehakte rode paprika, 2’/z dl
tomatensap, 1 eetlepel worcestershiresaus,
1 eetlepel azijn, 1 eetlepel bruine suiker en
1 eetlepel fijngehakte peterselie over de vis.
Enkele klontjes boter erop. Stoof de vis 25
minuten in hete oven gaar.
L Vraag recepten bl] uw vishandelaar of bij het Produktschap,
voor Vis en Vlsprodukten, Wassenaarseweg 20, Den Haag^
verzamelnaam impressionisme gevonden.
Een naam die later ook op de muziek
van Debussy en zelfs Ravel over
sloeg, waarop die visuele karakteristiek
echter moeilijk kon worden toegepast.
AMSTERDAM (ANP). Voor de
kunstveilingen van Mak van Waay en
Paul Brandt maandag in Amsterdam is
veel belangstelling geweest. In beide ge
vallen waren de veilingzalen vol. Bij
Mak van Waay constateerde men een
lichte prijsdaling van olieverfschilderijen
van oude Hollandse meesters. Uitschie
ters waren een paneel „Sint Jansfeest”
van de 17e eeuwer Herman Saftleven
met 56.000 en een berglandschap van
zijn tijdgenoot Joost de Momper met
42.000 geboden. Twee allegorieën van
Theodoor van Thulden werden geveild
voor samen 40 mille. „Engelse en Hol
landse schepen op woelige zee” van
Ludolf Backhuysen bracht 32.000 op.
In totaal werd voor meer dan twintig
van de ruim 300 veilingnummers bij
Mak van Waay meer dan tien mille
geboden.
Bij Paul Brandt constateerde men dat
vooral voor de tekeningen van Kees van
Dongen veel belangstelling bestond. Zijn
portret in zwart krijt van Fabri een
Nederlandse schilder uit het einde van
de vorige eeuw verwisselde voor
9.400 van eigenaar, gevolgd door een
tekening van de Maaskade in Rotterdam,
zwart krijt, voor acht mille. In de cate
gorie moderne kunst vormde een litho
van Pierre Bonnard met ruim vier mille
het financieeel hoogtepunt.
Signaleerde men bij Mak van Waay
veel buitenlanders, vooral Engelsen en
Duitsers, onder de kopers, bij Paul
Brandt bleven bijna alle 800 stukken in
Nederlandse handen. De veilingen spreken
van heel redelijke en stabiele resultaten
waarin ook het werk van „de mindere
grootheden” behoorlijk prijsvast blijkt.
Het Nederlands Contactcentrum voor
Science Fiction werd in ’65 opge-
richt door Leo Kindt, Hans Frank-
'urther en Albert Taal naar aanlei
ding van een bezoek van de Ame
rikaan Forry Ackerman, een van
de grootste verzamelaars van sf en
horror ter wereld, aan Nederland.
De vereniging telt nu zo’n driehon
derd leden.
Enkele activiteiten van het NCSF
zijn, naast de organisatie van de
komende Beneluxcon: de publicatie
van het tijdschrift Holland-SF; de
exploitatie van een boekenclub; het
organiseren van of medewerking
verlenen aan verscheidene festivi
teiten zoals het Rotterdamse hor
ror-festival begin dit jaar, congres
sen, een film wedstrijd en een ver-
halenwedstnijd; en ook het organi
seren van plaatselijke boekehruil-
beurzen en huiskamer-praatavond-
jes.
Inlichtingen zijn verkrijgbaar bij A.
B. Rouwenhorst, Sichemstraat 7a,
Rotterdam 3016, telefoon 010-
bij voorkeur in het verre verleden van
de Italiaanse Renaissance of de Griekse
mythologie plachten te zoeken) mocht
een naakt nog zo bloot of zelfs wulps
zijn, op voorwaarde dat het maar in het
raam van een hemels visioen, een sla
venmarkt, een Romeinse ruïne of zelfs
een veldslag werd geplaatst.
De impressionisten veroorzaakten dan
ook al onmiddellijk een denderende hei
bel, alleen al omdat ze die hypocrisie
ontmaskerden. Edouard Manets wereld
vermaarde „Déjeuner sur l’herbe”
waarvan in het Grand Palais overigens
een „aangeklede” versie aanwezig is
werd indertijd uit de expositie verwij
derd nadat keizer Napoleon III eerst had
gedecreteerd dat de schilder alle fat
soensnormen nu toch wel helemaal met
zijn lompe voeten had getreden en zijn
gemalin haar verschrikte blik met een
kuis zakdoekje verborg. En het was dan
ook natuurlijk geenszins netjes een ont
blote jonkvrouw en face naast twee van
kruin tot tenen bedekte heren te plaat
sen. Een jaar later zou dezelfde Manet
een nóg veel zwaardere rel ontketenen
met zijn „Olympia”, een slank naakt dat
door een geklede negerservante een boe
ket bloemen wordt aangeboden. Vanwe
ge die provocerende onzedelijkheid
moest Olympia gedurende de hele expo
sitie dagelijks door twee geüniformeerde
gardiens worden bewaakt.
Doch de historische betekenis van het
impressionisme heeft natuurlijk maar
die schokkende
schandalen en die decorverplaatsin-
gen uit te staan gehad. Deze school
uiteraard in de picturale vernieuwingen
die de impressionisten brachten en die
voortvloeiden uit hun ontdekking het
woord is niet te zwaar dat een kleur
geen objectief gegeven is, maar bepaald
wordt door het licht, de wolkenmassa’s,
de zon. Die simpele waarheid waar
van niettemin alle revoluties uitgaan
gaf de eerste impressionisten vaak het
woord impression, indruk, als titel voor
hun doeken in de mond en zo werd dan
tevens what is in a name? de
mensen zijn die het zó hadden gewild en
anderen die het zus hadden gewild, maar
uiteindelijk krijg je toch die dikke,
vloeiende stroom!”
Maar de omlijning van zo’n politieke
groepering is toch veel duidelijker? En
juist zo kenmerkend voor de science
fiction is, dat de grenzen erg wijd ge
trokken zijn.
Coene: „Inderdaad ja. Omdat het fe
nomeen zelf vrijwel onbegrensd is, de
hele toekomst is onbegrensd. Voor het
science fiction bestaat niet een echt goed
geformuleerde definitie, hoewel het be
grip in zijn algemeenheid toch wel over
komt. Je hebt ook begrippen als science
fact en science-fantasy”.
Peter Coene schat, dat sinds ’63 ongeveer
400 Nederlandstalige boeken op sf-gebied
zijn verschenen. „Ik heb gewoon het
rijtje dat hier in mijn boekenkast staat
nageteld. De gemiddelde oplage van een
pocket is toch wel een tienduizend. In
totaal zijn er dus op zijn minst vier
miljoen sf-boeken in het Nederlands,
vertaald of oorspronkelijk, verschenen.
En waar blijft dat, hé?
Laten we zeggen dat negentig percent
van de sf-lezers zo’n boek pakken zoals
ze ook een detective of een doktersroman
pakken. Maar de overigen, de echte sf-
lezers, hoe bereik je die? Het NCSF telt
momenteel ongeveer driehonderd leden.
Ik geloof dat je daarvoor gewoon eens
een keer met een paar mensen die er
wat vanaf weten flink en diep moet
nadenken. Dan moet je een paar belang
rijke punten opschrijven en die, laat ik
zeggen, op een kleine basis aan de wer
kelijkheid toetsen, en dan een beetje
groots opzetten. Je moet weerklank zien
te vinden”.
Hij voelt er niet voor het Nederlandse
fandom op Amerikaanse leest te schoei
en, hoewel de invloed van die kant groot
en onontkoombaar is.
„Je hoeft het niet letterlijk te duplice
ren of te kopiëren. In Duitsland is toch
ook een bloeiend science-fictionfandom
en in België een, je zou haast zeggen,
bijzonder bloeiend fandom. Het ziet er
naar uit, dat de komende Beneluxcon
een redelijk succes zal worden. Er zijn
al zo’n honderd inschrijvingen binnen,
maar dat wil niet zeggen dat het aantal
bezoekers uiteindelijk geen tweehonderd
of driehonderd zou kunnen worden”.
Is het niet een tikkeltje onzinnig om
hier in Nederland te werken aan de
ontwikkeling van een fenomeen, dat
destijds in Amerika en Engeland is be
gonnen in een heel andere tijd en onder
heel andere omstandigheden?
Het echte fandom is in de Verenigde
Staten tot ontwikkeling gekomen en
vandaar opgerukt naar Engeland en la
ter pas, naar het Europese vasteland.
Het bedient zich dan ook van een vak
jargon dat praktisch geheel bestaat uit
Engelse woorden en afkortingen. „Fia
wol” is zo’n woord, dat speciaal op het
fandom slaat. Het is een afkorting van
„fandom is a way of life” wat zoveel wil
zeggen als: fandom is een levenswijze,
een speciale manier van leven.
Het zijn vrij zeker de fans die dit
„fiawol” in hun vaandel hebben geschre
ven, die de komende Beneluxcon zullen
bezoeken. Op het con-programma staan
een aantal documentaires en animatie
films, lezingen, een wedstrijd in het
„spheppen” van een buitenaards wezen
naar eigen inzicht, een boekenruilbeurs,
een sf-veiling en een forum van Neder
landstalige sf-schrijvers.
Een van de organisatoren van de Be
neluxcon ’74 is Peter Coene, 31 jaar,
grafisch ontwerper van beroep. Hij
woont in Bilthoven in, nota bene, het
flatgebouw Grote Beer.
Wat voor mensen komen naar zo’n
bijeenkomst? Je zou mogen veronder
stellen dat het wat moeilijk is om de
man die louter uit technisch oogpunt in
sf geïnteresseerd is, hem die sf leest
omdat in het genre literair uitstekend
werk te vinden is en degeen die het
meer zoekt in de afdeling gruwels-uit-
de-ruimte naar een en dezelfde bijeen
komst te lokken.
Coene: „Dat is ’t ’m juist. Dat is
diverse pluimage, daar is geloof ik geen
vaste norm voor. Het kan iedereen zijn.
Kijk, science fiction is ook een beetje
avontuurlijk, een beetje mystiek. Het
staat niet, eh, helemaal in het heldere
daglicht, er is wat mee gebeurd, het is
iets bijzonders. Het is gek zo je wilt,
extravagant, of toverachtig met een
droomsfeer - het is een fenomeen”.
„Science fiction is eigenlijk iets, dat je
moet ondergaan en dat je moet ervaren
en dan kan je er eigenlijk pas een
oordeel over vellen. Na verloop van tijd
pas kan je selectief gaan optreden, dan
kan je gaan zeggen: dat wil ik lezen en
dat wil ik niet lezen en dan weet je
voor jezelf ook waarom.”
Dit is de tweede Beneluxcon. De vori
ge werd in België, Gent, gehouden. Wie
kwamen daar, spitste die con zich vooral
toe op sf-boeken?
Coene: „Neen. Net zo goed op films en
muziek. Groepsvorming heb je natuur
lijk altijd, als gevolg van het feit dat je
nu eenmaal beperkt geïnteresseerd bent,
binnen dat gebied van science fiction.
Maar het was niet zo dat zich daar
duidelijk verschillende stromingen ken
baar maakten. Het was gewoon een
gezellige con. Dat gewoon gezellig bij
elkaar zijn speelt wel een grote rol”.
„Misschien ligt dat ten grondslag aan
het gevoel dat je krijgt als je met
anderen over sciene fiction wil gaan
praten, omdat het misschien jouw eigen
begrip te boven gaat en je het toch wilt
begrijpen en dat je dan bij andere
mensen die in een vast patroon denken,
in hokjes denken, dat die weinig souples
se hebben om iets anders te kunnen aan
vaarden - zo ongeveer
Een paar jaar geleden werd in Oude
water ook een Herman-de-Man-avond
met tentoonstelling gehouden, waarvoor
grote belangstelling bestond. Toen ook
werd de televisiefilm „Midden in Hol
land” vertoond, die was gebaseerd op het
leven van de schrijver.
Specialiteiten
Restaurant
Auberge vanouds
Santpoort
„Ik kan het natuurlijk niet aantonen,
maar ik geloof vast en zeker dat aan de
ontwikkeling van de techniek voorlopig
nog geen einde is. Je zou kunnen zeggen
dat de tegenwoordige mens een beetje
verwend is door de techniek, hij wordt
er gewoon door overvoerd. Je zou mis
schien kunnen zeggen dat daardoor een
ander soort belangstelling ontstaat voor
een andersoortige science-fiction, meer
op de mens gericht.
Er verschijnen de laatste tijd inder
daad een aantal boeken die meer op de
cultuur, meer op de mens zijn geschre
ven dan op de techniek. Je zou een
evolutieproces in de sciene fiction kun
nen waarnemen. In de tijd dat de men
sen nog naar die technische ontwikkelin
gen uitkeken, had je een aantal boeken
die juist over die ontwikkeling gingen.
Maar toen die ontwikkelingen gemeen
goed waren geworden, werd terugegre-
pen op de mens zelf - want die ontwik
keling is eigenlijk ten achter gebleven.
De menswetenschappen zijn ver ten
achter bij de technische wetenschappen”.
Stoten de verschillende aspecten van
de komende Beneluxcon- enerzijds bij
voorbeeld de literair geïnteresseerden en
anderzijds de fans van het groene-mon-
sterdom - elkaar niet af?
„Het is inderdaad wat je een alle
gaartje van activiteiten en smaken zou
kunnen noemen” geeft Coene toe. „Maar
dat ligt eigenlijk aan de sciene fiction
zelf. Het is te breed. Wat voor de een
echt science fiction is, kan voor de
ander pure onzin zijn. Ja, misschien
stoot dat veel mensen wel af van zo’n
con, dat zou je gewoon eens een keer
moeten gaan peilen. Maar de gemeen
schappelijke factor op zo’n con is juist,
dat er mensen komen die daar graag
met anderen over praten”.
(ADVERTENTIE)
Q
e
e
i
e