Nederlandse Opera Stichting met licht werk
Decoratieve abstractie
Glezer mocht
Onbekende schrijvers ten tonele
Sovjet-Unie
verlaten
Marijke Philips ster
Aluminium
Verdi’s Requiem als „opera
slagwerk
van Cyril Lixenberg
Vrolijk opera-avondje onder
meester Renato Capecchi
E
cabaret Tweeter
ielingen
toneel
na, bij-
r moei-
jud op
Neder- i
nannenl
de poet
rouwen
le kleu-
en zich
ters af
stellet je
sie van
ocht in
toestel.
99
50
50
48
58
50
50
80
50
I
In Galerie Boumans
Proefvoorstellingen Nederlandse stukken
CABARET IN HAARLOHEIM
INDRUKWEKKENDE UITVOERING ONDER ANTON KERSJES
Laatste tocht van
I
Henriette Davids
■I
MAANDAG
1 7
FEBRUARI
1 975
KUNST
9^*
ld
Je
BEVERWIJK In Galerie Bou
mans is tot en met 28 februari werk
van Cyril Lixenberg te zien, zeef
drukken, geëmailleerde panelen en
enkele plastieken, zowel van plexi
glas als metaal. Cyril Lixenberg is
Engelsman van geboorte, maar al
jaren in ons land werkzaam. Be
halve het feit, dat Nederland voor
hem wel „het land van Mondriaan”
zal zijn, trof hij hier kennelijk een
klimaat waarbinnen hij zich kon
ontwikkelen en weerklank vond.
Zijn werk wordt namelijk overal in
ons land tentoongesteld, hij krijgt
hier grote opdrachten. Maar ook in
het buitenland behoort hij tot de
gevraagde exposanten.
0 39
elig
11
IBai»*''
overdragen
Capecchi (rechts) dirigeert zijn kapel.
(Foto Bob van Dantzig)
l'
(Van onze toneelredacteur)
JAN VAN DAM
iaar je
estellen
'looche-
aliseerd
c soort
t meest
•ld.) zo
et Bul-
ef van
ats van
want
eur. En
muiden,
bury.
aibudhi,
werpen
3orre-5,
muiden;
deborg,
Jruvon,
:n; Hi-
Stag-
Cont.
L, Til-
nuiden;
iden.
Marjut,
Chester,
muiden
Both,
muiden;
Le Ha-
>n.
imburg;
i, Ham-
Mearsk
Leknes,
Lime-
chester;
i Roth,
W. L.
aerderij
nies en
3-jarige
natuur
tspraak
ag, hoe
Die kwaliteit is bij Lixenberg van een
onverdacht gehalte. Hij beschikt over
een groot aantal mogelijkheden op een
schijnbaar smalle basis. Het werk wordt,
naarmate je er langer naar kijkt steeds
boeiender, het is lang niet alleen een
kwestie van intellectueel construeren.
Hgt intellect kent zijn eigen gevoelsfac
toren en die van Lixenberg er nog bij
het intuïtief afwegen van de mogelijk
heden van de met finesse gekozen kleur
vlakken, hun contrasten en onderlinge
verhoudingen, waardoor het werk in een
ruimte een grote betekenis kan krijgen.
Gereduceerd, omdat de kleuren ontbre
ken, is dat met de zwart-witte panelen
eveneens het geval.
Enriueta Tarres, die haar rol van de
primadonna met zuidelijke passie verde
digde. Haar stemmateriaal is rijk en
gaaf geschoold. Zij zingt adembenemend
hoog, zuiver en subliem en met warme
kern in de laagte. De fragmenten die
Een der zwart-witte geëmailleerde pa
nelen van Cyril Lixenberg.
AMSTERDAM. In een imponerende
vertolking van het Requiem van eVrdi,
vrijdag en zaterdag in het Concertge
bouw te Amsterdam, richtte de schijn
werper van het succes zich op dirigent
Anton Kersjes, die met het Amsterdams
Philharmonisch Orkest, het Toonkunst-
koor Amsterdam en een subliem solo-
kwartet in een van Verdi-geestdrift gela
den uitvoering naar de top reikte. Was ’t
voor Kersjes een première? Ik meen te
weten van wel, want de samenwerking
met het Toonkunstkoor is pas iets van de
laatste jaren en daarvóór heeft hij nau
welijks met koren gewerkt.
In zijn instructieve inleiding vooraf
noemt Anton Kersjes het Requiem van
Verdi de grootste van zijn opera’s. Dat
klinkt uitdagend voor een religieus
werk, maar het is eenvoudig zo. Verdi’s
Requiem staat wereldwijd af van het
gregoriaanse, gedacht vanuit de diepe
eenvoud van sonore monnikenzang. Het
is niet te vergelijken b.v. met het Requi
em van Lassus, een doorklonken poly-
phoon juweel van pure schoonheid en het
raakt evenmin het wezen van de myste-
rieuze Requiemmis van Mozart. Het
staat in zijn indrukwekkendheid, in zijn
exclusieve aandacht voor de schitterende
fonkeling van de klank maar ook voor
de macht van zijn bezoeling en zijn
vermogen tot uitersten van expressiviteit
volkomen alleen.
De dood staat als dramatisch kernpunt
in het centrum van het leven Dood en
leven, deze twee polen betekenden voor
Verdi een theatergegeven, waarmee hij
met zijn ongelofelijke operafeeling klank-
werk schiep van een fascinerende klan-
n mens
ar een
et”, zei
innerde
lat zijn
goud-
asgebo-
n mis-
De moderne componist Karl Heinz
Stockhausen heeft een nieuw instru
ment ontwikkeld, bestaande uit een
raamwerk waarin aluminiumplaten
zijn opgehangen. De platen werden
gegoten in een klokkengieterij in
Karlsruhe. De componist probeert zijn
instrument uit.
eveneens een persoonlijkheid en een
voortreffelijke remplaqante voor de ziek
geworden Noortje Hulskamp, zodat de
beide optredende heren in feite naar het
tweede plan werden verwezen. Maar
in het jaar van de vrouw mag dit wel
eens voor een enkele keer. Toch hebben
zij hun partners steeds verdienstelijk
geassisteerd, om daar bij met ,,De water
plaats”, een kostelijke parodie op de
smartlap van Titus Muizelaar, plotseling
voor een der komische hoogtepunten van
dit programma te zorgen.
Bij dit alles verdiende het dapper
ensemble alle waardering voor de moed,
waarmee men zich door de tegenspoed
en de herrie in de bovenzaal heeft heen
geslagen. Met als resultaat een buitenge
woon erkentelijk publiek, dat als een
goede aanbeveling mag gelden voor een
bezoek aan „Haarloheim”, wanneer dit
programma zaterdagavond wordt her
haald.
AMSTERDAM. De crematie
Dit type kunst vormt een nieuwe
werkelijkheid binnen de ons omringende
andere werkelijkheidscomponenten. Het
gaat er verbanden mee aan, het dringt
zich zelfs sterk aan ons op, het staat
lang niet zo los van onze natuur, als we
wel eens denken. Toegepast binnen onze
architectuur, hetzij geëxposeerd, hetzij
als deel van de bouworde toegepast in
een tegelwand of ander vlak met een
AMSTERDAM. In het Universi-
teitstheater in Amsterdam worden bin
nenkort zes proefopvoeringen gegeven
van toneelstukken van Nederlandse
schrijvers, die bij gezelschappen niet aan
bod komen. De bedoeling is de auteur de
gelegenheid te geven het resultaat van
z’n werk op toneel te zien, repetities
mee te maken en de reacties van het
publiek te ervaren. Op deze manier kan
de schrijver ervaring opdoen, die hij
dikwijls mist omdat de gelegenheid tot
opvoering ontbreekt.
want met deze som is hij voor goed uit
de financiële zorgen en krijgt hij de
gelegenheid om zijn dochter Fanny (Ro
berta Alexander), op een voordelige ma
nier uit te huwelijken. Het lijkt een
eenvoudige zaak, maar de komst van de
Canadese koopman leidt tot een reeks
verwikkelingen, omdat de lieftallige
dochter haar hart reeds geschonken
heeft aan Edoardo (Henk Kooymans),
een arme jongeling met een hart van
goud. Ncrton (Tom Haenen), de bediende
van de in het nauw gebrachte vader, en
het kamermeisje Clarina (Mary Wil
lems), bemoeien zich indringend met het
geluk van het wanhopige jonge paar en
zorgen op hun beurt voor de nodige
verwarringen. Met deze gegevens heeft
Renato Capecchi een klucht in elkaar
gezet, die zijn weerga niet heeft. Daar
dient echter dadelijk bij gezegd te wor
den, dat het de jonge zangers om hem
heen niet aan talent ontbrak. In de
eerste plaats Willem Laakman, die als
zanger en acteur onvermoede talenten
tentoon spreidde. Hij was de evenwaar
dige tegenspeler van Capecchi, die van
de Canadese koopman een jonge God uit
de ijstijd maakte met alleen maar goede
bedoelingen.
Roberta Alexander, die hier voor he’
eerst op de planken stond, was nog wat
verlegen, maar zij zingt als een nachte
gaal en speelt als een katje, dat men
zonder handschoenen aanpakken kan.
Mary Willems hield in een potsierlijk
pak nog zoveel aantrekkelijks over, dat
wij de opgewondenheid van Tom Hae
nen heel goed konden begrijpen. Zij
bleken vergevorderd te zijn in de kunst
van het kussen en van het zingen. Henk
Kooymans met zijn hart van goud sloot
de rij van jonge sterren, met een zilve
ren stemgeluid. De decors van Gerard
Deen waren doelmatig, maar niet mooi,
zijn costuums maakten veel goed.
Ik wilde dat ik U vertellen kon, dat
de Stadsschouwburg afgeladen vol was,
maar helaas waren er teveel lege stoe
len. Wij weten nu dat er Amsterdam
mers zijn die liever een sporthal hebben
dan een opera. De opera-liefhebbers
moeten zorgen, dat zij niet door de
sportlieden onder de voet gelopen wor
den en metterdaad aantonen dat de
Stadsschouwburg te klein is. De Neder
landse Operastichting heeft supporters
nodig, die mee gaan door dik en dun,
geen bezoekers, die wegblijven.
J. H. MOOLENIJZER
Glezer is een jood. Hij had toestem
ming gekregen naar Israël te emigreren,
maar heeft laten weten van plan te zijn
naar Londen te gaan.
Het is voor vele Nederlandse schrij
vers erg moeilijk hun toneelstukken ge
speeld te krijgen. Dat heeft allerlei oor
zaken. Vaak hebben de stukken weinig
k|waliteit, vergeleken met het buiten
landse aanbod. Veel beginnende schrij
vers hebben weinig of geen begrip van
de eisen die de theaterkunst stelt. Soms
zijn er goede, eigenzinnige ideeën, maar
ontbreekt een kundige begeleiding om er
een speeblaar stuk van te maken. Vele
Nederlandse toneelgezelschappen durven
uit tijdnood, gemakzucht of gebrek aan
moed, de risico’s niet aan, die verbonden
zijn aan het opvoeren van werk van een
onbekend Nederlands toneelschrijver.
Sinds enige jaren is er verbetering in
deze toestand te constateren. Er is een
Centrum voor Nederlandse Dramaturgie,
dat zeer veel stukken laat beoordelen
Bij de eersteaanblik komen de pane
len en zeefdrukken over als perfect
„geconstrueerde” decoratieve abstracties.
Lixenberg werkt met cirkels, cirkelsne-
den, vierkanten, rechthoeken en banen,
waarbij hij een non-figuratief beeld op
bouwt. Deze abstracties zijn toch minder
„koel” dan je zou verwachten. Ze boeien
door contrastrijke kleuren, hel oranje,
blauw, veel rood, geel maar ook zwart
en wit. Door die contrasten zijn die
panelen zeer duidelijk aanwezig. Ze
wekken daardoor op tot een persoonlijke
betrokkenheid, tot het meebeleven van
het spel van verhoudingen, binnen zo’n
paneel. Je gaat in het werk op zoek
naar de relaties met de Nieuwe zakelijk
heid uit de tijd van Mondriaan, latere
constructivisten, soms op-art elementen
en andere richtingen waarbinnen werd
gezocht naar een stijl, waarin vooral
geen directe weerslag van de zichtbare
realiteit om ons heen wordt terugge
vonden-
Soberder zijn de plastieken, combina
ties van doorzichtige plexiglas vierkan
ten, tot vlakke staande reliefs samenge
steld. Ze doen mij veel minder dan de
panelen. Met de metaalplastiek, variaties
op de ribben van een kubus is dat ook
zo, vermoedtelijk omdat hier geen kleu
ren meespelen en de bewogenheid die
kleuren natuurlijkerwijze
voor mijn gevoel ontbreekt
HEIN STEEHOUWER
MOSKOU (Rtr). Alexander Glezer,
de drijvende kracht achter de recente
tentoonstellingen van officiële kunst
in de Sovjet-Unie, is zondag per vlieg
tuig naar Wenen vertrokken met 80
schilderijen uit zijn particuliere verza
meling.
Vrienden die op het vliegveld Sjere-
meyevo afscheid van hem namen zeiden
dat Glezer, die zijn vrouw Maya en zijn
13-jarige zoon Alexei bij zich heeft,
binnenkort hoopt door te reizen naar
Londen.
Glezer is een 40-jarige dichter en
kunstverzamelaar. De Sovjetrussische au
toriteiten oefenden steeds meer pressie
op hem uit het land te verlaten. Hij was
nauw betrokken bij twee tentoonstellin
gen die vorig jaar september werden
gehouden in Moskou. Op die tentoonstel
lingen werd onorthodoxe kunst ver
toond. De eerste werd verstaand door
werk met graafmachines wat tot protes
ten in het buitenland leidde. De tweede
werd daarop officieel goedgekeurd en
mocht in een park in Moskou worden
gehouden.
regie, in zijn dynamische verhoudingen
één groot spanningsveld. Een meester
werk dat nog altijd volle zalen trekt.
Kersjes dirigeerde vrijdag en zaterdag
voor een uitverkochte Grote Zaal. En
mocht bij wijze van spreken het opera
repertoire de volgende eeuw niet meer
halen, dan geloof ik dat dit Requiem
daar een uitzondering op zal maken.
Anton Kersjes beeft de complexiteit
van dit werk zowel naar de inhoud als
naar de klank met bezielende'kracht tot
een eenheid van grote spanning opge
voerd. Daartoe hebben bijgedragen: het
door dirigent Monnen grondig voorberei
de Toonkunstkoor, trefzeker en paraat:
ook het herenkoor, dat zelfs in sonoriteit
soms het dames-ensemble overtrof (het
pianissimo van alten en sopranen heeft
in de middenligging wat weinig klank-
kern). Het Orkest dat nu niet als gast-
maar als Kersjes eigen ensemble hele
maal naar zijn intenties kon toeleven.
Een geweldig pluspunt voor een dirigent.
En dan last but not least het schitte
rend solokwartet, dat in zijn samenstel
ling aan de hoogste normen voldeed.
Vier mensen die het muziektheater, het
operamétier in hun vingers hebben. Dat
gold voor allen en elk in het bijzonder.
Voor de temperamentvolle sonore bas
Henk Smit; voor de tenor Anton de
Ridder, die een flair en een glans had
als van een geboren Italiaanse zanger,
(een enkele keer verwaarloosde hij een
p.p.). De mezzosopraan Cora Canne Mei
jer, muzikaal bezield, en expressiefglan-
zend in alle registers van het omvang
rijk toonbereik van haar partij van hoge
sopraan tot lage alt. Haar stemtype past
geehel bij dat van de Spaanse sopraan
HAARLEM. Pij de Nederlandse ca
baretgroepjes is er al geruime tijd spra
ke van een ware hausse. Het aanbod is
dan ook zo groot dat het Paul Schee-
lings waarschijnlijk weinig moeite zal
kosten zijn kleinkunsttheater „Haarlo
heim” geregeld van nieuwe en attractie
ve programma’s te voorzien. Wij menen
in dit verband zelfs te mogen veronder
stellen dat hij door een dergelijke over
vloed van gegadigden in staat is een
zekere selectie toe te passen, waarbij in
de loop der jaren slechts van weinig
„miskopen" sprake is geweest.
In deze serie was het nu zaterdaga
vond de beurt aan cabaret „Tweeter’’,
een oretpedn waarvoor de muze Thalia
het ensemble helaas haar gunsten wen
ste te onthouden. In de eerste plaats
moest „Tweeter” op korte termijn uit
zien naar plaatsvervangers voor de ziek
geworden Noortje Hulskamp en pianist
Karei Smit, waarvan Willem Gevers als
nieuwe begeleider ook pas woensdag
voorzichtig zijn ziekbed had verlaten.
Daar komt nog bij dat het technisch
personeel van de toneelgroep „Centrum”
zaterdag bitter weinig consideratie toon
de voor het cabaret in de benedenzaal,
door zich nog tijdens de voorstelling
boven met decorbouw bezig te houden.
Deze overlast was niet bevorderlijk voor
de concentratie van de cabaretiers, zodat
twee hunner zich op een pijnlijk ogen
blik geen woord meer van de tekst
herinnerden.
Ondanks al deze ongunstige bijkom
stigheden mag het optreden van „Twee
ter” toch allerminst een totale onvol
doende worden nagegeven. Al zou dit
alleen maar zijn door de aanwezigheid
van Marijke Philips, voormalig mede
werkster van Wim Sonneveld, die zonder
enige restrictie als de ster van dit en
semble kan worden beschouwd. Zelfs nu
men de laatste tijd nog al eens bezwa
ren tegen een dergelijke kwalificatie
pleegt aan te voeren.
Maar zij steekt nu eenmaal met een
expressief kopje en tengere schouders
ver boven haar omgeving uit. Niet al
leen door een onbevangen oprteden en een
voor dit genre goed genuanceerd stem
geluid, doch ook door de vele originele
teksten die zij voor dit programma heeft
geschreven. Zoals bijvoorbeeld het tot
nadenken stemmende „Miss Bestand” en
het grappige „Snoepjes”, waarmee zij dit
ensmeble het eerste deel van zijn
programma met een plezierige climax kon
laten afsluiten.
Naast haar bleek Hannah de Leeuwe
vormingstoneel groepen als Proloog,
Nieuwe Komedie, Sater, brengen vrijwel
uitsluitend oorspronkelijk Nederlands
werk. Maar deze stukken ontstaan meest
al uit studie en improvisaties van de
spelers zelf. Een schrijver komt er
meestal niet aan te pas.
De voorstellingen in het Universiteits-
theater, Nieuwe Doelenstraat 16, Am
sterdam, bestaan uit twee een-acters en
het Nederlands -een avondvullend stuk. Op 28 februari, 1
en 2 maart zijn te zien: „Wind en
wolken” van Willem Capteyn in regie
van Rudi van Vlaanderen en „De val
van de houtblazer” van Frans Hydra in
regie van Henk Uterwijk. Op 14, 15 en
16 maart wordt gespeeld „De zwarte
paus” van Rudolf Bruyn in regie van
Albert Verhuist.
Deze voorstellingen werden met een
subsidie van CRM mogelijk gemaakt
door bovengenoemd Centrum voor Ne
derlandse Dramaturgie en het Instituut
van Johan Greter. Via een open selectie
procedure hebben belangstellende ac
teurs en regisseurs zich kunnen opgeven
voor de drie stukken. Dat ging onder
meer in samenwerking met de Neder
landse Vereniging van Toneelkunste
naars. De voorstellingen zijn gratis.
Aan de recente ontwikkelingen in de
Nederlandstalige toneelschrijfkunst
wijdt het maandblad Toneel Theatraal
in het jongste nummer uitvoerig aan-
AMSTERDAM. Na een januari
maand met XXe eeuwse muziek
(Schönberg, Bartók, Sjostakowitsj, Kur-
ka, Strawinsky en Janacek) kwam de
Nederlandse Operastichting ons vrijdag
avond verrassen met een avondje Re
nato Capecchi. De grote zanger en regis
seur had een menu samengesteld, dat
wij ons goed lieten smaken.
van
Henriette Davids is dinsdagmiddag a.s.
om twee uur in het crematorium Drie-
huis-Westerveld. Dinsdagmorgen van
10.00 tot 12.30 uur kan het publiek
afscheid nemen van Heintje Davids in
I Carré ta Amsterdam, waar een rouwka
pel is ingericht.
De hors d’oeuvre van Cimarosa „II
maestro di cappella” (plm. 1790), werd
geserveerd door de chef de cuisine, Re
nato Capecchi zelf. Een goede kok heeft
een goede staf nodig en die was op het
toneel aanwezig. Een klein strijkorkest
met enkele blazers van het USO onder
aanvoering van Emmy Verhey, assisteer
de de meester op onberispelijke wijze.
Want vergist U zich niet, de partituur
van „II maestro di cappella” is een lastig
recept. Cimarosa (1749-1801) was in zijn
tijd beroemder dan Mozart, zijn opera
„II matrimonio segreto” (Het geheime
huwelijk) had in Wenen meer succes
dan de „Don Giovanni”.
Cappecchi liet heel verstandig de ei
genlijke leiding van het orkest aan Em
my Verhey over en bepaalde zich tot het
wuiven met zijn zakdoek. Hij verdweem
even schutterig als hij gekomen was
een oude man, aan het einde van zijn
krachten, die het toneel moet verlaten.
Een prachtige typering van vergane glo
rie, die ons deed lachen, terwijl wij
steeds verdrietiger werden. De afstand
tussen humor en tragedie is klein.
Na de pauze was het orkest van het
toneel naar de orkestbak verhuisd om
onder leiding van Hans Vonk de ouver
ture te spelen van „La cambiale di
matrimonio” van Gioacchino Rossini.
Hoewel dit de tweede ouverture is die
Rossini schreef (het was 1810 en Giac-
chino was 18 jaar), zijn de eerste sporen
van zijn genialiteit al duidelijk waar
neembaar. De manier, waarop hij bij
voorbeeld een indrukwekkende hoornso-
lo inpaste, bewijst niet alleen dat hijzelf
een goede hoornist w.as, maar ook dat
hij wist hoe er voor hoorn geschreven
moest worden.
„La cambiale (de wissel) is een echte
„farsa”, een klucht. Mr. Slook, een Ca
nadese bont-exporteur (Capecchi), stuurt
zijn vertegenwoordiger in Europa, Tobia
Mill (Willem Laakman), een waardevolle
wissel met het verzoek voor dit hoge
bedrag een vrouw voor hem te zoeken.
Tobia Mill springt een gat in de lucht,
jenj
Verdi aan sopraan en mezzo toebedeelde
o.a.in het subliem duet „Recordare” wa
ren van een vlekkeloze eenheid.
In zijn geheel een Verdi-vertolking die
sterke indrukken heeft achtergelaten.
TOON VRANKEN.
VARA
i kwam
le Boer,
die de
ter en
s socia-
arbei-
:te uit
luw, de
>veel je
ervoor
t meer
’ostema
begra-
oos zei
Domela
door adviseurs uit de toneelwereld. De
normen waarop dit gebeurt zijn nogal
willekeurig. Bovendien is een schrijver,
wiens stuk als speelbaar wordt gekwali
ficeerd, nog lang niet zeker dat het
wordt opgevoerd. Een gezelschap, een
regisseur of spelers zijn niet verplicht er
iets in te zien.
Sinds een paar jaar leidt regisseur en
spelleraar Johan Greter zijn Jnstituut
voor Onderzoek van L-t L_.
Theater in Amsterdam. Daar kunnen
schrijvers met spelers gedurende een
periode van een paar maanden samen
werken aan een stuk dat het eventueel
tot een openbare opvoering kan bréngen.
Ook bij sommige gezelschappen is
meer belangstelling gekomen vóór Ne
derlandstalig repertoire. Het belangrijk
ste voorbeeld daarvan geeft toneelgroep
Centrum Sinds de samenwerking met
Gerben Hellinga („Kees de Jongen”) be
schikt Centrum nu over een „stal” van
vaste schrijvers: Herman Lutgerink, Ge
rard Lemmens, Bernlef en komt met
nieuwe namen in het volgend seizoen.
Ook de Haagse Comedie heeft dit sei
zoen weer twee moderne Nederlandse
stukken opgevoerd; maar van een vast
beleid als bij Centrum is nog niet veel
te zien. Hetzelfde geldt voor Globe, dat
oude stukken van coryfee Hugo Claus
ophaalde en een nieuw stuk van Eric
Schneider op het repertoire nam. u
Jonge gezelschappen, bijvoorbeeld Het dacht. Het blad is in verschillende kïos-
Werktheater, Onafhankelijk Tondel en ken. en. theaters te koop.
decoratieve functie - kan ze een deel
van de wezenlijke „leefruimte” worden.
En dan gaat zich de vraag voordoen
naar de kwaliteit.
II