Patiënten over André Bolhuis: Nederlands hockeyteam krijgt het moeilijk bij verdedigen van titel Frankrijk Onze jongens Oude stempel door Bert Brevoord Geen triomftocht Leider is ZATERDAG 2 2 FEBRUARI 19 75 ft i V elsen*Deveiiter Toen André Bolhuis zich na de succesvol afgesloten finale tegen India in het toernooi om de wereldbeker 1973 terugtrok, leefde zelfs bij tal van insiders de idee dat ook hij het absolute hoogtepunt in de Nederlandse hockeygeschiedenis als het eind station van zijn internationale carrière wenste te beschouwen. Niets was minder waar. Bolhuis zou vorig jaar januari maar wat graag in het vliegtuig zijn gestapt toen de nationale ploeg aan een zes weken durende tournee door Nieuw-Zeeland en Australië begon. Omdat zijn drukke werkzaamheden als tand arts hem niet toestonden zo kort na het toernooi in Amstelveen nog eens een fors aantal weken louter aan hockey te besteden, stelde „Bolle” onmiddellijk na het veroveren van de wereld beker zijn plaats beschikbaar. „Maar”, zegt hij met de nodige nadruk, „op dat moment al had ik in mijn achterhoofd het plan om terug te komen in het Nederlands elftal”. Pijper floot 23 Onvoorstelbaar dat die hockeyer dezelfde is als de tandarts ng. jens die hij in het dan zou een is gen STOPPER ing, vrij want en □Hi de ofd- nen van nte- t de L’Equipe geeft ook de uitslagen van de Nederlandse eredivisie. Wat me Nog gekker is natuurlijk dat PSV ieder verband met Philips verliest In potentie is hij eigenlijk altijd een soort leider geweest door de zelfverzekerdheid veld uitstraalt”. Kroft, maar de anderen dachten eer der aan Charles Corner. Op 1 september 1973 toonden Nico Spits, André Bolhuis en Maarten Sikking (v.l.n.r.) de langbegeerde wereldcup aan het publiek in het Amstelveense hockeystadion. aderlating, staat stil door. Want mild elptu keren, regel- tè hè, evoel. J.V. its- 23- 5 98 9 lil ma. ste. Maar kennelijk vind ik het alle maal nog zo leuk, dat ik die opofferingen er voor over heb- Wie schetste dan ook onze verba zing toen Henk Pijper uit de Gouden Koets stapte'. Een mijner collega’s riep uit de grond van zijn hart: „Hé, gatverdarrie, Pijper, een thuisflui- ter!”, een uitroep die mij frappeerde, want als zodanig was Pijper me nog nooit opgevallen. Ik heb, er nu eens op zitten letten, en ik moet inderdaad toegeven dat het waar is. Niet dat hij glaszuivere doelpunten van Ajax af keurde of Twente een penalty of freerde die er niet was, maar het ging om de kleine dingen des levens. Het gebeurde schier onmerkbaar en daardoor, wat Pijper betreft, mis schien wel onbewust. Een aangescho ten hands van een Twentenaar bleef onbestraft en een opspringende bal tegen de elleboog van een Ajacied leverde een vrije schop op. Dat soort dingen. In de meeste twijfelgevallen trok Ajax aan het kortste eind, ech ter zonder dat dit de einduitslag merkbaar beïnvloedde. Het meest ty perend was bijvoorbeeld dat Eddy Achterberg, die van het begin af aan een guerrillaoorlog tegen de Ajacieden organiseerde, geen enkele vrije trap tegen zich kreeg, terwijl hij toch links en rechts aardig wat slachtof fers maakte. Lijnrecht tegenover die ontboe zeming staat evenwel de mening van Cees Tania. „In Barcelona heeft André zich voor mij als een voorbeeldige aanvoerder ontpopt. aan alle kanten tijd tekort. Voor je werk moet je allerlei zaken regelen, je hebt je centrale trai ningen, je moet zorgen dat je op tijd de voorbereidingen voor die reis hebt geregeld en het is niet onredelijk dat m’n vrouw me af en toe ook nog wel eens wil zien. Sommige wedstrijden in de eredivi sie, en een groot deel van de wed strijden in de eerste divese komen er in de Nederlandse kranten bekaaider af dan de wedstrijden van Barcelona, omdat daar nu toevallig drie Neder landers bij betrokken zijn. Alsof er niet veel meer Nederlanders betrok ken zijn bij VeendamFC Dordrecht! Over Dick van Dijk, die toch ook in Spanje voetbalt (en met niet eens zoveel slechtere resultaten dan Bar celona), hoor je zelden iets, laat staan dat je ooit nog iets hoort over de Nederlanders in Frankrijk. Zijn die er dan?, vraagt u misschien verbaasd. Bij mijn weten zijn er nog maar twee: trainer Hen- nie Hollink bij Straussbourg, en ex- Spartaspeler Jan Klijnjan bij So- chaux. Ik heb maar weer eens een Equipe van maandag gekocht en in alle elftalopstellingen de Nederlandse namen opgezocht tussen zulke wellui dende namen als Hausknecht, Pech, Marie, Piazza, Duguépéroux, Bour geois, Poubelle, Terrier, Chateau, In fante, Bataille, Dublin, Secré en For mica. ^nige bekende namen die ik ter- genkwam waren Klijnjan, Schilcher (bij Nimes, ik had geen idee dat hij alweer weg was uit Parijs) en Hol link en Vasovic. De laatste is sinds korte tijd trainer van Angers, dat zo te zien reddeloos onderaan staat met 17 punten uit 27 wedstrijden en een doelsaldo van 26-45. Er moeten ech ter nog 11 wedstrijden gespeeld wor den, en Vasovic kan nog hoop koeste ren de achterstand van vier punten de nummers 18 en 19 te overbrug- ben met het oog op Maleisië wel iswaar gezegd: ok, maar ik ben er zeker van dat ze daar nu wel een beetje spijt van hebben. Ik durf dan ook echt niet te filosoferen over de vraag of mijn internatio nale carrière zich nog verder zal uitstrekken dan dat toernooi in Maleisië. Zeker met het oog op de grote toernooien zal dat toch wel steeds moeilijker worden. Die laatste weken voor het vertrek naar Maleisië zijn eigenlijk één grote janboel geweest. Je komt uit te stappen is in de eerste plaats natuurlijk toestemming van mijn superieuren nodig. Die heb- Die krijgt er wel eens een beetje de balen van. Ze heeft dan ook niet staan juichen toen ik me weer beschikbaar stelde voor het Nederlands elftal. Laten we het er maar op houden dat ze niet al te veel heeft tegengewerkt. werd het Nederlands elftal ook niet bepaald benadeeld. In ieder geval hebben die Maleisiërs ons al mooi te pakken met die wedstrijd in Ipoh (Nederland treedt in deze ruim 200 kilometer ten noorden van Koeala Loempoer gelegen stad aan tegen het organiserende land). Dat betekent natuurlijk wel een x-aan- tal uren met bus of trein, spelen, slapen, de volgende dag meteen terug naar Koeala Loempoer en dan meteen weer de wei in tegen Polen. Dat zijn van die dingen die je lelijk kunnen opbreken. Maar ook daar moet je aan wennen. De tijd dat ik daarvan wakker lag ligt al lang achter me, dat leer je wel in de loop der jaren. Je moet trouwens in zo’n toernooi nooit lang stilstaan bij bepaalde zaken of details daarvan. Het is voortdu rend een kwestie van omschake len. Ik vind dat zelf wel een aantrekkelijk aspect”. André Bolhuis noemt zichzelf een „hockeyer van de oude stem pel”. „Ik ben niet iemand die de hele dag aan hockey loopt te den ken. Dat steeds maar met die sport bezig zijn en filosoferen over eventuele nieuwigheidjes hoeft van mij niet zo verschrikkelijk meer. Ik weet dat wat ik nu ga zeggen een afgezaagd cliché is, maar ik zie hockey echt als een spelletje dat ik leuk vind om te doen. Ik heb de neiging om het Niet dat Ajax zo brandschoon was (Rep sloeg een keer zijn tegenstander in het gezicht en Suurbier legde ie mand genadeloos neer), maar een feit is dat de guerrilla-activiteiten door Twente werden aangezwengeld ter wijl Pijper voornamelijk oog had voor de Ajax-activiteiten. De kritiek op Pijper was in de kranten dan ook genadeloos, en ik had dan ook graag even met hem en Meuleman terugge reden om te horen wat de KNVB- voorzitter op de thuisreis daarover heeft opgemerkt. De meest genadelo ze kritiek kwam overigens van Wim Suurbier. Ik citeer even wat hij in zijn „eigen” column in Het Parool daarover zei: „Het enige wat me van FC Twente is opgevallen is Eddy Achterberg. Jé, wat is die knaap ontstellend gemeen. En maar kletsen hè, al maar kletsen. Zo erg zelfs dat hij er niet alleen zichzelf mee kapot maakte maar ook zijn ploeg.” „Uiteraard begrenp ik heus wel dat een aantal mensen nu zegt, hou jij nou je mond over Achterberg, want zelf ging je er ook een paar keer pittig tegenaan. Okay, maar ik heb wel eerst goed gekeken hoever we van scheidsrechter Pijper mochten gaan. En toen hij tot driemaal toe Achterberg geen gele kaart had gege ven, toen dacht ik, nou, dan kan ik ook aan de slag.’’ „Een keer bijvoorbeeld moest ik een van die Tukkers echt even neer leggen. Hij was erdoor en ik dacht strekken met die hap. Het publiek begon meteen te gillen om de gele kaart, maar uiteraard en dat wist ik dus van tevoren, want er is gerust nog wel rechtvaardigheid op deze we reld gaf Pijper die niet. Nogmaals: dan had hij Achterberg al drie van die gele dingen moeten laten zien.” hele sportgebeuren te relativeren. Dat uit zich ook in mijn relatie tot de publiciteitsmedia. Als ie mand mij vraagt om een inter view zal ik de boot niet afhouden, maar ik ben beslist niet iemand die zo nodig om de haverklap in de krant moet. Verre van dat. Ik denk ook niet dat ik, als ik zelf niet meer speel, nog erg nauw met de hockeywereld verbonden zal blijven in die zin, dat ik allerlei bondsfuncties ga bekleden. Hoog uit zie je me terug in het bestuur van een club. Ik zal blij zijn als ik straks eindelijk de tijd heb om lekker aan mijn .huis te rotzooien of eens uitgebreid met vakantie te gaan. Van al dat soort dingen is de laatste jaren niets gekomen, ik heb elke minuut van de dag nodig om het allemaal bij te benen. het wedstrijdritme had vastgehou den, in het geheel niet. „In condi tioneel opzicht had ik misschien wat achterstand, maar verder was er geen enkel probleem”. Het feit dat Bolhuis enkele maanden na zijn rentree met Frans Spits en Ties Kruize werd gekozen in de Europese ploeg die afgelopen na jaar in Brussel tegen Azië uit kwam, onderschrijft dat de terug keer van de lakoniek ogende ver- dediger-annex-middenvelder geen half werk was. Bolhuis kreeg die kans kort na het toernooi om het Europees kampioenschap dat vorig jaar mei in Madrid werd gehouden en dat Nederland achter Spanje en West- Duitsland de derde plaats oplever de. In de Spaanse hoofdstad was Bolhuis afwezig om dezelfde reden die hem had doen afzien van de trip naar het vijfde werelddeel: tijdgebrek. Omdat „Madrid” voor vier topinternationals wel degelijk het einde van hun internationale hockey-besognes betekende, kwam coach Cees Tania bij zijn pogingen de opengevallen plaatsen zo sterk mogelijk te bezetten al heel snel Bolhuis daarover: „Dat is ook pas van de laatste jaren, die zelf verzekerdheid. Vroeger was ik ge woon bang als ik in het veld tegenover een of andere beroemd heid stond. Nu probeer ik inder daad meteen te laten zien wie ik ben. Ik begin een wedstrijd met de instelling om mijn directe te genstander zo gauw mogelijk een paar keer af te troeven en op die manier die vent hetzelfde gevoel te bezorgen dat ik vroeger zelf had. Of het altijd lukt is een tweede, maar het is een feit dat vooral Aziaten in mentaal opzicht vrij gemakkelijk af te troeven zijn”. Maar de praktische problemen die de combinatie topsport-maat- schappelijke beslommeringen nu eenmaal met zich brengt, zijn er voor André Bolhuis toch nauwe lijks minder op geworden. Aan de vooravond van het wereldkampi oenschap in Maleisië realiseert hij zich dat eens temeer- „De situatie ligt misschien wat gemakkelijker dan een jaar geleden ten aanzien van die trip naar Nieuw-Zeeland en Australië, maar het feit dat je je werk vier weken in de steek moet laten is een verre van een voudige zaak. Ten aanzien van mijn eigen praktijk is het alle maal nog wel te overzien, die kan in die periode door anderen wor den waargenomen. Maar ik heb naast die praktijk ook nog een baan aan de Universiteit in Utrecht en om daar een maandje Van die wetenschap zal Bolhuis ook in Koeala Loempoer zeker gebruik maken, al realiseert hij zich terdege dat met name de Maleisiërs in eigen omgeving voor afdoende tegenmaatregelen, zij het wellicht in ander opzicht, zullen zorgen. Bolhuis: „Natuurlijk zullen die gasten optimaal gebruik ma ken van het feit dat ze hun eigen publiek achter zich hebben. Maar dat is geen nieuw gegeven, dat doet elk organiserend land- Bij het toernooi om het wereldkampioen schap in Barcelona (1971) konden de Spanjaarden op de beste om standigheden rekenen, bij de Oly- pische Spelen in München was voor de Westduitsers alles nog net ietsje beter geregeld dan voor de andere ploegen en in Amstelveen terecht bij de man die in Amstel veen tot de beste spelers van het toernooi om de wereldbeker had behoord, André Bolhuis. Moeite om zich weer aan te passen aan de nationale selectie had Bolhuis, die bij landskampioen Kampong het achterste van hun tong hebben laten zien, terwijl wij juist wel hebben geprobeerd zo goed moge lijk te spelen”. Hoewel men dat van een speler met een zo grote ervaring (meer zestig interlands) niet verwachten, heeft André Bolhuis het niet zo gemakkelijk met zijn nieuwe taak als aanvoerder. De manier waarop Bolhuis zich op het veld pleegt te manifesteren wekt de indruk van een veldheer wie de rol van bevelhebber op het lijf geschreven lijkt. „Toch”, zegt Bolhuis, „valt het me zwaar om dat werk als aanvoerder goed te doen èn zelf ook goed te blijven spelen. Ik ben bij Kampong ook captain geweest. Je moet op aller lei kleine dingetjes letten. Kijk, een hockeyer is iemand die van nature alles beter denkt te weten. trof was de onhebbelijke gewoonte van veel buitenlandse kranten om de namen van onze clubs niet te accep teren zoals zij zijn. In Equipe gebeurt dan .bovendien nogal inconsequent, want waarom staat daarin wel dat Roda en AZ’67 gelijk hebben gespeeld met 2-2. maar wordt Go Ahead EaglesFC Utrecht verbeterd in De venterUtrecht? Ajax, Feyenoord, Excelsior, Sparta, Roda, AZ’67 en uiteraard Utrecht, Haarlem en Wape ningen (ook NAC Breda wil ik nog goed, rekenen) mogen hun naam wel houden van l’Equipe, maar Telstar wordt Velsen, FC Twente wordt En schede (de ene aardrijkskundige naam vertaald in ’n andere aardrijkskundige naam!) en MVV wordt Maastricht. Dat FC Den Haag verfranst wordt tot La Haya is nog tot daarentoe (FC Köln heeft in Frankrijk ook FC Cologne), maar waarom krijgt Maastricht dan niet ook zijn Franse naam Maas tricht? Op het veld ga je als een idioot tekeer en in de behandelkamer ben je de rust zelve. Maar daarom doe ik het denk ik ook zo graag; het is voor mij nog altijd de beste manier om me helemaal af te reageren”. doordat het herdoopt is in Eindhoven. Dat zal straks nog problemen geven als het enige echte Eindhoven promo veert: EindhovenEindhoven 6-3. Wie stapten zondag bij het Diek- man-stadion uit een en dezelfde au to? KNVB-voorzitter Meuleman en scheidsrechter Henk Pijper! Een net gezelschap, daar niet van, ik zelf was in een auto naar Enschede gereden met sportjournalisten en een televi siekomiek, dus je kan moeilijk zeggen dat ik in een beter gezelschap ver keerde dan Henk Pijper (of Wim Meuleman). Onderweg hadden we even gespeculeerd over de vraag wie FC TwenteAjax zou fluiten. Ik zelf schatte deze wedstrijd met bloed aan de paal (Twente zou immers de kunststukjes tegen PSV en Feyenoord ook tegen Ajax willen herhalen, bo vendien was de wedstrijd pikant om dat er bij Ajax twee ex-Twente- spelers meespeelden en bij Twente één ex-Ajacied) op Leo van der Er staan elf meningen in het veld en daar moet je een beetje tussen door proberen te schipperen. Dat minder makkelijk dan het lijkt”. André Bolhuis is zich er terdege van bewust, dat de derde editie van het toernooi om de wereldbe ker (nog steeds kent de internatio nale hockeyfederatie niet het be grip wereldkampioen) voor Neder land naar alle waarschijnlijkheid geen triomftocht wordt zoals „Amstelveen” dat was. Bolhuis: „Afgezien van het feit dat wij in Amstelveen het voordeel hadden dat we voor eigen publiek speel den, we krijgen nu te maken met klimatologische omstandigheden waarvan ik zeker weet dat ze ons behoorlijk zullen opbreken. Ge lukkig gaan we ruimschoots op tijd weg (de nationale ploeg ver trok woensdag 19 februari naar Singapore, red.) maar die overgang blijftnadelig ten opzichte van teams als die van India, Pakistan en natuurlijk Maleisië. Maar de be langrijke reden waarom we ver moedtelijk met een wat mindere klassering genoegen moeten ne men is natuurlijk dat het team van nu niet zo sterk is als dat van anderhalf jaar geleden. Dat mag ook niemand verwachten, want voor een aantal spelers wordt het toernooi in Maleisië het eerste grote internationale evene ment. Er zit heus wel talent in de ploeg, maar uit de oefenwedstrij den die we hebben gespeeld heb ik eerlijk gezegd niet de indruk ge kregen dat we het in Koeala Loempoer wel eventjes gaan maken. Uit het toernooi dat we begin dit jaar in Barcelona hebben gespeeld moet niemand afleiden dat we nog net zo sterk zijn als in Amstel veen. De resultaten die we in Barcelona hebben bereikt waren weliswaar erg aardig (met als uit schieter een 4-1 overwinning op aartsrivaal West-Duitland. red.) maar ik had toch wel sterk de indruk dat de andere ploegen niet Ook in financieel opzicht bete kent een evenement als een we reldkampioenschap voor mij mijn praktijk de kosten draaien Maar daar til ik niet zo zwaar aan, want ik ben zo geluk kig dat ik in maatschappelijk op zicht niet tot de misdeelde klasse behoor. Zoals ik hier nu met je zit te praten ben ik iemand die meer zin heeft in een maandje hoc keyen dan in een maandje wer ken. Als ik hockey geef ik me daar ook helemaal aan over. Pa tiënten van me die me ook wel eens op het hockeyveld bezig zien zeggen wel eens: het is onvoorstel baar dat je dezelfde Bolhuis bent. In het Nederlandse hoc keyteam, dat naar Azië is af gereisd en zich daar voor bereidt op het derde toer nooi om de wereldbeker in Koeala Loempoer, is André Bolhuis een van de weinige erkende routiniers. Bolhuis werd na zijn terugkeer in de nationale ploeg èn het af scheid van record-internati onal Frans Spits dan ook vrijwel vanzelfsprekend aan voerder. Daarom en gelet op het feit dat Bolhuis een enorme dosis internationale ervaring heeft, dient de Kampong-speler te worden beschouwd als een van de absolute steunpilaren in de jonge en dus vrij onervaren formatie van bondscoach Cees Tania. Realist als hij is, laat André Bolhuis zich - over de kansen van Neder land om de anderhalf jaar geleden in Amstelveen ver overde wereldtitel met suc ces te verdedigen, in zeer gematigde termen uit. gen, want Angers won afgelopen zon dag met 2-0 van Nimes, dat op de derde plaats staat. De Oostenrijker en ex-Ajacied Schilcher speelt dus in een topclub (Nimes), Klijnjan echter in een staartclub: Sochaux, dat op de 17e plaats staat. Sochaux speelde met 0-0 gelijk tegen Red Star, dat op de 18e plaats staat. Klijnjan werd in de opstelling onder het wedstrijdverslag vet gedrukt, dat betekent dat hij goed was. Hij werd ook aangemerkt als „de gevaarlijkste aanvaller” van So chaux. Hij is in feite dus de enige overgebleven Nederlander in Frank rijk, nu Dick van Dijk, Ruud Suuren- donk, Cas Janssens en Kees van Kooten (misschien vergeet ik nog ie mand) nu al weer één of twee jaar geleden naar Nederland zijn terugge keerd of naar een derde vaderland zijn verhuisd (Van Dijk naar Spanje, Janssens naar België). Eigenlijk heel merkwaardig, dat in het Frankrijk waarin Ajax en het Nederlands elftal zo bewierookt wor den (Kovacs zit er niet voor niets op rozen), en waar de velden overspoeld worden met Joegoslavische en sinds kort ook Zuidamerikaanse spelers, het Nederlandse aandeel zoveel klei ner is aan in de tijd van Rijvers, Appel, De Harder, Van der Hart, Vreeken, De Kubber en vele anderen, toen het Nederlandse voetbal nog niets te betekenen had! 1

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1975 | | pagina 23