Twee meta-realisten in Galerie Eijlders
Gesualdo-kwintet met
boeiende oude muziek
Textiele kunst
in Gebouw
Noord-Holland
Weer passiespel
Rijk koopt kunst
voor 7,5 ton
Wayenberg
in puntgaaf
recital
Jan de Noord met verhalen uit Peru
F
in Tegelen
I
s
a
a
a
a
a
J
w
reau
r
In Teylers Museum
Veelzijdig programma
Gestolen schilderijen
teruggevonden
reai
in.
kers
Stap terug
I
F M
7
KUNST
7
197 5
MAANDAG
APRIL
6
grote liefde voor vakbekwaamheid
en een zeer verantwoorde „knappe”
manier van schilderen.
38
05
ZAND VOORT Hoe groot de
onderlinge verschillen in uitdruk
kingswijze kunnen zijn tussen toch
verwante schilders, wordt weer
eens duidelijk gedemonstreerd in
Galerie Eijlders. Daar exposeren tot
en met 9 mei twee typische meta-
realisten, beiden dus symbolische
werken creërend, beiden ook wat je
noemt „gladschilders” en met toch
zeer grote onderlinge verschillen,
zowel wat hun voorstellingswereld
als hun techniek betreft. Het zijn
Axel Kreher uit Wijdenes en Imre
Balint uit Hoorn. De eerste is Duit
ser van oorsprong, maar sinds lang
Nederlander, de tweede is Hongaar,
nog maar kort in ons land. Hun
overeenkomst is overigens, dat ze
allebei perfectionisten zijn met een
mW
-
F
F
wil
e P- >PP
L
Axel Kreher en Imre Balint
symbolen in eigen beeldtaal
JOHAN VAN KEMPEN
HEIN STEEHOUWER
HEIN STEEHOUWER.
De poppenspeler en de andere wereld
JAN DE NOORD
I
JOHAN VAN KEMPEN
;n:
zijn
„Reïncarnatie”, een schilderij met Peru
aanse cultuurelementen, door
Axel Kreher.
den van culturen en volkeren te vertel
len, zodat ze meer kunnen doen met de
stroom informatie die op hen afkomt. Er
Pavane van Marco Facoli en de „Versi
Spirituali” van Antonio Valente door
Gerard Dekker tot leven gewekt, terwijl
hij op dezelfde stijlvolle en technisch
vaardige wijze Sweelinck’s Ballo del
Granduca en een Fantasia van Anihoni
van Noord vertolkte.
Het passiespel wordt door ruim 300
medewerkers uit alle lagen van de Te-
gelse bevolking opgevoerd.
Het is mooi werk, grotendeels ontspro
ten aan een uitgesproken versierlust:
mooie materialen als gaas, tule, goud
draad en dergelijke tegen achtergronden,
alles in non-figuratieve vormen. Natuur
lijk is reliëf toegepast door de opge
brachte stoffen ruim te plooien en ook
kom je open wandkleden tegen, dan kan
ook de wand erachter - of de ruimte als
ze vrij hangen - in de compositie wor
den betrokken.
zoeker naar
schoonheid, die het agressieve verzoent,
althans binnen het beeld aanvaardbaar
maakt.
Een verademing.is daarnaast zijn hang
naar kleurenrijkdom en vakmanschap.
TEGELEN (ANP). In het Noord-
Limburgse Tegelen wordt op zondag 12
juli voor de twaalfde maal begonnen
met een reeks opvoeringen van het pas
siespel. Tegelse passiespelen die tot wijd
over de grenzen bekend zijn beleefden
hun eerste opvoering in 1931 en trokken
in de 50-er jaren honderdduizenden toe
schouwers per vijfjaarlijks speelseizoen.
g
riem
jn
ak
üs
;n,
ik,
tal
»k-
pe-
ig-
in
jen
dat
ad-
ten
aen
te
»nd
mp
ren
mij
Lgië
irkt
zij
ien,
pot
im-
olle
den
de
dit
nt-
?e-
at-
ik
ro-
iat
zas
sa-
de
ze-
nt-
ar-
>n-
3e-
in
iet
iet
en
tar
it-
rer
op
oe
an
ns
likt
ien
•oor
■den
ouder
aoed
iige,
ate
kz.,
guren
ur.
(Van een medewerker)
AMSTERDAM Een weemoe
dige fluit begint te spelen, af en toe
klinkt een trom. Tegen de achter
wand van de zaal zit poppenspeler
Jan de Noord, op zijn hurken,
iedere vezel van zijn lichaam ge
spannen. Dan staat hij op, loopt
naar voren, een grote zak met pop
pen om zijn lichaam gehangen, kijkt
zijn jeugdige publiek aan en zegt:
„We gaan op reis, we paan on reis.
Waar gaan we naar tee? Naar peru.
Peru”.
MILAAN (AP). In een leegstaande
milanese woning zijn zondag 28 schil
derijen teruggevonden die in februari uit
het gemeentemuseum van Milaan waren
gestolen. Het waren impressionistische
schilderijen die een waarde van 1 5 tot 3
miljoen dollar vertegenwoordigen. Vol
gens de politie warén de doeken onbe
schadigd. De werken waren ondei meer
van Cezanne, Van Gogh, Gaugin, Renoir,
Corot en andere Franse, Duitse en Itali
aanse schilders.
„Paradijsdroom mét zelfportret”
van Irme Balint.
is aanvulling nodig vanuit geheel andere
hoeken. Kinderen, en ook grote mensen,
kunnen weinig met- informatie doen als
ze er niet emotioneel bij betrokken ra
ken”.
Die emotionele betrokkenheid is bij
Jan de Noord na drie maanden Peru
overduidelijk aanwezig. Een betrokken
heid die ontstaan is door drie maanden
lang onder de Peruanen zelf te leven.
Jan de Noord: „Ik had daar vreselijk
last van muskieten. Totdat een man me
op een dag aan de hand nam, en net zo
lang met me praatte over muskieten
totdat al mijn angst voor die beesten
verdwenen was. Toen had ik er opeens
stukken minder last van, je schijnt dan
iets uit te stralen of een andere geur te
verspreiden”.
De poppen die Jan de Noord uit Peru
meenam, maakte hij daar zelf meestal
op markten, onder grote belangstelling
van de plaatselijke bevolking die hem
pirate” (Petrarca) van Luca Marenzio,
maakten deze madrigalen indruk, speci
aal ook door de staaltjes van trefzekere
a-capella-zang, welke door het ensemble
werden getoond en die de prachtige
polyfonie der ten gehore gebrachte wer
ken in een helder daglicht stelde. Ook
„Cruda Amarilli” van Pallavicino, even
als Monteverdi’s „O chiome d’or” kregen
op die manier de grootste mogelijke
aandacht bij de toehoorders.
Vorige maand exposeerde Nel Klaas-
sen hier haar keramische fabeldieren in.
gezelschap van de olieverven van haar
man. Die fabeldieren passen ook zo goed
in het kader van de nu aanwezige meta-
realistische schilderijen, dat de expositie
daarvan als een welkome aanvulling is
geprolongeerd.
allerlei materialen aandroeg. Ook speel
de hij er een programma over Neder
land, „Eerlijk delen en eerlijk spelen”.
Jan de Noord: „Het enige wat ze van
Nederland wisten Was dat er veel koeien
waren, dat komt door de melkpoeder die
ze uit Nederland kregen”.
OOK HEEFT HET verblijf in Peru
Jan de Noord tot andere gedachten ge
bracht over wat we hier ontwikkelings
samenwerking noemen: „We moeten zelf
een stap terug doen en de mensen in dé
Derde Wereld met rust laten, hun de
mogelijkheden geven om langzaam van
de oude structuur naar een nieuwe te
gaan, zonder die zwart-wit tegenover
elkaar te stellen. Die mensen hebben
vier eeuwen lang in een overlevings-
economie geleefd. Langzaam breekt daar
nu het besef door dat men uit eigen
kracht een nieuwe wereld kan bouwen.
We moeten iets minder bemoeizichtig
doen en iets minder hebberig zijn tegen
over die zaken, die die mensen nog niet
verloren hebben. We kunnen nog veel
van ze leren, vanuit hun leefsituatie kun
je een aantal zaken putten die hier sterk
zijn achtergebleven”.
Verder pratend over de kinderen voor
wie hij zijn voorstelling brengt: „De
omgeving hier is voor het kind vreselijk
vervormd. Het wordt in een auto naar
school gebracht en er weer vandaan
gehaald, Daarom heb je hier die sterke
nadruk op de creatieve ontwikkeling
van het kind. In de Derde Wereld is dat
anders, je leeft er nog heel sterk in een
familie-situatie waar iedereen deel van
uitmaakt. Als je er komt, moet je weer
op een heel andere manier leren leven
en eten. Als je daar op de markt speelde
zaten alle vaders en moeders vooraan,
omdat ze zich er sterk bij betrokken
voelden. Hier zitten ze allemaal achter
aan om te kijken hoe leuk Jan en
Pietje het wel niet vinden^’.
Het poppentheater mag zich in Neder
land in een groeiende populariteit ver
heugen, een ontwikkeling waar Jan de
Noord wel een paar vraagtekens bij zet:
„Het is hier in twee jaar een complete
kindercrèche geworden, allemaal met
grote snoepzakken van het verjaardags
feestje op schoot. Dan schrik je je wel
rot. Er is nu wel een groter publiek,
maar inhoudelijk is er weinig veranderd.
En dat terwijl het poppentheater zulke
grote mogelijkheden biedt”.
HARRY HUIZING
1
I
en ten slotte sinds een jaar zijn verblijf
in ons land.
Een mens kan zichzelf niet ontvluch
ten. Daarom vind je in het werk van
Imre Balint invloeden uit zijn jeugd
terug. Naar vorm en kleur herinneren
zijn zeer kleurrijke olieverven aan de
barok- en later rococo-schilderingen in
Midden-Europese kerkjes, plafondschil
deringen, decoraties van kerkorgels en
dergelijke. Hij schildert dan ook nooit
binnen een rechthoekig vlak. Wolken, de
vormen van een landschap of iets anders
vormen de begrenzingen van uitgezaagde
panelen en en uit die wolken of land-
schapsfragmenten ontstaan dan zijn visi
onaire verbeeldingen naar het middel
punt van het schilderij toe, waardoor hij
komt tot perspectivische vergezichten,
die bepaald meeslepend zijn-
Elk schilderij is een uitnodiging om
met hem zo’n droom als het ware bin
nen te stappen. Soms is het een bijzon
der paradijselijke droom, een andere
keer zijn er ook angstaanjagende ele
menten. Symbolisch is een schilderij dus
„leesbaar”, anderzijds heel poëtisch en
Wenen,Zeemi- mysterieus.
De grote betekenis van deze compo
nist, naar wie het hier optredende kwin
tet vernoemd is, werd eerst in de loop
van onze eeuw, mede onder invloed van
.Strawinsky, in bredere kring onderkend.
Tezamen met het wel heel bijzondere,
aansluitend gezongen „O voi thé sos
De leden van het Gesualdo-kwintet
hebben stemmen die in alle liggingen de
vereiste zuiverheid en rondheid van
klank behouden, om deze oude zang
kunst op muzikale en stijlzuivere wijze
weer te geven. Bovendien ontstaat ho
mogeniteit in de totaalklank en worden
de dynamische expressiemogelijkheden
ten volle benut. Nadat besloten was met
drie chansons van Sweelinck, bracht het
zeer geboeide publiek dan ook in royaal
applaus waarin terecht ook nog de
clavecinist Gerard Dekker werd betrok
ken zijn dank tot uitdrukking, waar
op het laatstgezongen en geestige „Tu as
tout seul”, gebisseerd werd.
HAARLEM. In het weliswaar niet
meer zo gave, maar door zijn bewaarde
authenticiteit zo sfeervolle interieur van
Teylers Museum, werd zondagmiddag
geconcerteerd onder auspiciën van de
Stichting Huygens-Fokker. Het vocaal
kwintet Gesualdo di Venosa zong hier
(naar oude gewoonte tijdens de zanguit
voering aan tafel gezeten) zestiende- en
zeventiende-eeuwse madrigalen en chan
sons, afgewisseld met clavecimbelspel
door Gerard Dekker.
HAARLEM. In Gebouw Noord-
Holland van de Provinciale Planologi
sche dienst heeft Fiorentia Scheerboom
uit Amstelveen t.e.m. 22 april de grote
hal tot haar beschikking gekregen om er
haar textiele kunst te tonen. Overwe
gend is het applicatiewerk, aangevuld
met borduurwerk, maar ook met andere
elementen als kraaltjes, stukjes metaal
en dergelijke.
Door het Vokaal kwintet Gesualdo di
Venosa, bestaande uit Hea Verhagen-
Landheer, sopraan; Catharina Hessëls,
alt; Gerard de Vos, al to; Frans Muller,
tenor 'en Piet van der Meulen bas, werd
begonnen met „Non mai non cagero” en
„Sento te nel partire” van Gesualdo.
Na het teleurstellend aantal bezoekers
in 1973 (vijftienduizend) werd besloten
om toch in 1975 weer met opvoeringen
verder te gaan.
De tekst van de in 1969 overleden
pater Jac. Schreurs, in de loop der jaren
sterk gewijzigd en aangepast, zal ook dit
jaar gebruikt worden.
Hij is dan ook bepaald geen vreemde
ling in de wereld van de beeldende
kunst, ook al exposeerde hij tot nü toe
weinig in ons land. Als graficus werkte
hij in Frankrijk, in zijn vaderland won
hij een affiche-prijsvraag en hij expo
seerde vaak in het buitenland. Zijn lief
de voor het metier, dreef hem ook tot
het beschilderen van grote halfedelste
nen, voorstellingen op doorsneden van
agaten, hier nu geëx-oseerd, maar voor
heen ook gemaakt op verzoek van Gale
rie Cartier in New York en Christie in
Londen. Het zijn met recht juwelen.
Imre Balint is een Hongaar. Hij heeft
de strijd in Boedapest in 1956 als der
tienjarige jongen zeer bewust meege
maakt, waarna hij met zijn vader
- vluchtte,eerst -naar Weu«hZeemi- iiiysxiarieus.
greerden later naar Australië, geen kli- Baiïnt is een typisch,
maat voor een emötioneel mens, die schoonheid, die het agres
vanaf zijn vijfde jaar zijn dromen schil
derde. Daarna volgden, omdat het schil-
deten een „must” was studiereizen door
Italië, Oostenrijk, Frankrijk, Engeland
Eerst Axel Kreher, die ook het groot
ste deel van de wanden in Galerie
Eijlders vult. Over de techniek het vol
gende: qua factuur is hij modern. Afge-
zien van de symbolische voorstellingen
is zijn wijze van schilderen sterk ver
want aan wat de foto- of hyperrealisten
doen. Dat wil bij hem zeggen, dat hij
al schijnt het anders net niet foto
grafisch juist schildert. In details lijkt
het dan zo, maar niet in het totaalbeeld,
omdat contrasten iets kunnen zijn aan
gezet of als tegenstelling soms ook afge-
zwakt en belangrijker nog het
kleurengamma anders is afgestemd dan
we van de kleurenfotografie kennen.
Axel Kreher’s voorstellingswereld
steunt op twee pijlers. Ten eerste ont
leent hij zijn beelden aan verscheidene
oude en nieuwe culturen binnen één
schilderij, ten tweede toont hij een dui
delijke hang naar het tijdeloze, zo men
wil, het kosmische.
Je komt in een bepaald schilderij de
mummie van een Indiaans kindje uit
Peru tegen, ontleend aan een vrij be
kende foto in boeken over die cultuur.
Die mummie is heel precies geschilderd
foto-realistisch dus weer. Daarbo
ven het gezicht van een „moderne” baby
en er omheen eh erachter voorstellingen
van Indiaanse cultuur-resten in een poë
tische „vertaling”. „Reïncarnatie” heet
zo’n schilderij en die titel maakt de
symbolische inhoud dan duidbaar. Dat is
dan ook hef meta-realistische facet bin
nen zo’n schilderij- De onderscheidene
cultuurelementen ontleent Axel Kreher,
soms aan het midden-oosten, soms aan
de evolutie, vanaf het voorwereldelijke
dier tot aan de ruimtevaart toe. Bijna
altijd verklaarbaar, soms ook weer niet,
maar wel steeds met grote finesse ge
schilderd.
WAT DAN VOLGT, heeft weinig meer
te maken met een traditionele poppen
kastvoorstelling. Of poppenkast? Zoiets
is wel een weidse benaming voor de
twee lappen jute, gespannen tussen twee
takken die bomen moeten voorstellen.
Maar Jan de Noord en ziin publiek
hebben er voldoende anp TJii stelt eerst
zijn poppen voor- Ru-a. de held van bet
verhaal, wiens paardje verdwenen is,
zijn zusje, het vriendje van ziin zusje en
symbolische figuren als de Vrouw van
het Leven, de Clown en de Condor, de
vogel die geluk brengt.
De kinderen hebben er volstrekt geen
moeite 'mee. Geboeid luisteren ze naar
de sterk beeldende en poëtisch geladen
teksten van Jan de Noord en kijken ze
naar „Het verhaal van Peruaanse Runa
en zijn paardje”. Over de bewoners van
Peru, met hun chicha (maisbier), grin-
go’s (vreemdelingen), de bus die eens per
week langs komt en de ruilhandel op de
markt.
Zo’n tien jaar geleden debuteerde de
in Meppel geboren Jan de Noord (29)
met zijn poppentheater in het voormali
ge Vestzaktheater in Groningen. Jan de
Noord: „Ik was als kind altijd al met
poppen bezig, poppen maken en dan
verhalen fantaseren. Later begon ik me
sterk te interesseren voor het verband
tussen de theaterillusie en de werkelijk
heid. De oervormen van het theater vind
je overal in het poppenspel terug. Het is
niet voor niets, dat een man als Goethe
zijn theaterstukken eerst met poppen
speelde en schrijvers als Lorca en
Bredht in hun stukken ook van poppen
gebruik maken”.
„De pop is een transformatie van de
werkelijkheid, maar blijft iets kinder
lijks. iets naïefs. En dat kinderlijke is
aan de ene kant heel blij in zijn vrolijk
heid, maar aan de andere kant weer
heel diep in zijn verdriet. Het is alle
maal heel tastbaar, heel dichtbij. Dat
zelfde vind je bij kinderen: als ze ver
drietig zijn, dan zijn ze ook verdrietig en
willen ze als zodanig herkend worden,
ze willen het niet verbergen”.
i JAN DE NOORD beschouwt
S HAARLEM. Vrijdagavond heeft
Daniël Wayenberg in de Gemeentelijke
Concertzaal zijn alzijdig ontwikkelde pi-
anistiek weer eens getoond in een tech
nisch en muzikaal puntgaaf verzorgd
recital. Onderling qua karakter zo ver
schillende composities van Brahms, Bar-
tok, Ravel en Moussorgsky, kregen alle
met eenzelfde meesterschap gestalte, in
een overtuigende artistieke uitbeelding.
Aan de acht Klavierstücke opus 76
.'van Johannes Brahms, waarmee Wayen
berg zijn piano-avond opende, verleende
hij direct al een grote innigheid aan de
voordracht; vanaf de zangerigheid in het
eerste Capriccio (met gevoelvol rubato)
en de beweeglijkheid- (met fluweelzacht
'toucher) in het tweede, tot en met het
majestueuze slotcapriccio, met alle tus
senliggende delen in een even rijke
schakering. Aansluitend kwam de Suite
opus 14 van Bela Bartpk tot klinken,
waarin alle grilligheid tot gave eenheid
werd gebracht. Soms agressief, dan weer
poëtisch, alles steeds in de juiste propor
ties, gaf Wayenberg aan deze interessan
te compositie reliëf.
In Maurice Ravel's Vaises Nobles et
Sentimentales worden de mogelijkheden
van het walsritme, op deze componist zo
geheel eigen-geaarde manier, geëxploi
teerd. Op het inleidende deel na, dat
enigszins meedogenloos uit de vleugel
werd geslagen, gaf Wayenberg met
„Schwung” een gedistingeerde vertolking
van dit heerlijk excentrieke pianowerk"
vol impressionistische tinten.
In het algemeen past Fiorentia
Scheerboom dus alle technieken toe, die
je momenteel door veel anderen ook<ziet
gebruiken. OrigineT is ze dus niet, uit
voering en beeldvorming zijn aan de
mode van de dag onderworpen. Sterk de
coratief werkt ze wel, vooral door het
nogal uitbundige kleurgebruik.
DEN HAAG. Minister Van Doorn
van CRM heeft voor dit jaar een bedrag
van 750.000 beschikbaar gesteld voor
rijksaaji,kopen beeldende kunst. De .aan
te. kopen kunstwerken \vorden opgeno-
mén ih collecties voor tentoonstellingen,
die in Nederland in roulatie komen. Alle
Nederlandse beeldende kunstenaars krij
gen een brochure, waarmee zij worden
ingelicht over de wijze, waarop aan de
rijksaankopen kan worden deelgenomen.
Na de pauze hoorde men de Schilde
rijententoonstelling van Modeste Mous
sorgsky, „pièce de resistance” vgn de
avond. Daniël Wayenberg gaf er nog
maals blijk van een muzikale visie te
hebben, die het mogëlijk maakt constant
de spanning vast te houderi. Mede door
de steeds treffend-juist gekozen tempi,
ontstond een vertolking die volledig de
authentieke Russische geest ademde.
Toegiften waren onvermijdelijk. Ach
tereenvolgens presenteerden zich ook
nog Chopin, Skrjabin' (weer met echt
Russisch karakter) en ..Strawinsky, alle
drie door middel van eén Etude.
Laatstegenoemde clavecinist verraste
het publiek allereerst met interessante
en uiterst welluidende muziek van een
zestiende-eeuwse Italiaanse anonieme
componist, in een treffend-artistieke
voordracht, met smaakvolle afwisseling
door- middel van enkele in het luitregis-
ter gespeelde passages, rijk aan fioritu-
ren en guirlandes. Zo werden ook een
WE LEZEN IN het programma: „In
de zomer van 1974 is de Amsterdamse
poppenspeler Jan de Noord naar Peru
gereisd om na een verblijf van drie
maanden terug te keren met een pop
penspel over Zuid-j'merika. Hij deed dit
in opdracht van het Tropenmuseum, met
de bedoeling in het Tropenmuseum Ju
nior de kinderen via een poppenspel
over het land en de mensen in Zuid-
Amerika te vertellen. Jan heeft kast en
poppen in Peru gemaakt. Hij gaf ook
een voorstelling, reisde met zijn poppen
kast door de dorpen, sprak met de
mensen over het spel en doet dit na
afloop van de voorstelling ook met de
kinderen hier”.
nieuwste programma over Peru als een
overgang in zijn werk van de „gedroom
de werkelijkheid” naar de „geleefde
werkelijkheid”. Zijn doel: „De kinderen
laten nadenken over andere mensen met
andere leefwijzen en gewoonten, met
name in de Derde Wereld”. En hbewel
het Zwartboek Chili en de jongste poli
tieke gebeurtenissen in Zuid-Amerika
één van de motieven was om naar Peru
te gaan, blijft bij Jan de Noord de
theaterillusie in zijn programma voorop
staan: „Ik wil met mijn voorstelling per
se niet in het politieke geharrewar te
recht komen. Ik wil het allemaal zo
herkenbaar en zo mooi maken, dat je in
je .voorstelling dan over een hele hoop
zaken niet meer hoeft te praten. Dan
kunnen de mensen vanuit hun eigen
situatie er verder aan sleutelen, het zelf
uitzoeken”.
..Daarom kondig ik mijn programma
ook nadrukkelijk aan als een familie
voorstelling, zodat de kinderen er later
thuis met hun ouders over kunnen pra
ten. In een wereld, die zoveel vensters
open wil maken, is heit nodig om de
kinderen ook meer van de achtergron-
’Sm
?*fiu
'ws