Infra-rood-foto's geven
beangstigend beeld
Aardgas in
oude wijken
boosdoener
I
I
Ir
11
S3
III I
o
i
Bi
in
Ml
In
Asfalt
door Hans Invernizzi
Door geldgebrek
alleen
nog
GEB
noodgevallen
lllll
te redden
Onderhoud
Bomenfonds
Infra-rood
Drains
Aardgas
Wil
4 T
Woudreuzen”
si
•l
o
□HL
Bh
Ow
23
ZATERDAG
1 O
MEI
19 7 5
Ui
s
imiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiimmiiiinmn
I
■iiiiiiiiimimiimmimiiiniiiiiiiiiiiiii
i 2
l'i
(ft' I i
Veel Haarlemse bomen
>ad!|
op sterven na dood
>n:
ver:
siiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiii
5
3OS-
iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiini
Het grote voordeel van de infra-rood-
k
Deze beuken aan de Parklaan dreigden
het slachtoffer te worden van wortelbe-
schadigingen en bodemverdichting. Voor
de bomen is een parkeerplaats opgeof
ferd. Rondom de stammen is verse grond
gestort, afkomstig uit de Haarlemmer
Hout.
./ezel
rant.
jara-
gen-
mte-
arm-
In Meer-, Park- en Schalkwijk spelen
weer andere problemen. Hier hoeft men
in de straten „geen woudreuzen” te ver-
jd
ium
jinal
agen
Om inzicht te krijgen in wat er nu met
de bomen in Haarlem aan de hand is,
moeten we de stad opsplitsen in oude en
nieuwe wijken. De bedreigende factoren
in de oude gedeelten zijn van een andere
aard dan in de nieuwe. In het centrum
en de wijken van oudere datum is de
grote boosdoener het aardgas. Toen Ne
derland op het gas uit Groningen over
schakelde bleek na verloop van tijd, dat
de leidingen, die altijd waren gebruikt
voor cokes-gas, gingen lekken. De hen-
nep.verbindingen, die om de drie meter
de stukken buis dichthielden voldeden
uitstekend bij cokesgas, omdat dit voch
tig is. Aardgas is echter droog en na ver
loop van tijd lieten de hennep-verbindin-
gen het afweten.
Komt het aardgas in de bodem rond
en
door
de wortels van een boom, dan krijgt deze
zuurstofgebrek. Niet omdat het gas de
zuurstof wegdrukt, maar omdat een be
paalde groep bacteriën van het aardgas
leeft. Om te leven ademen die bacteriën
zuurstof, die de boom op zijn beurt moet
ontberen. Stopt de toevoer van aardgas,
dan sterft de bodemfauna, maar moet de
boom nog even geduld hebben. Pas nadat
de bacteriën door de zuurstof zijn ver
teerd krijgt de boom weer lucht.
Deze karakteristieke meidoorn aan het
Kenaupark is een goed voorbeeld van
curatieve boombehandeling. Hoewel de
boom voor de helft dood is, kan hij be
houden blijven dankzij impregnatie van
het hout. De meidoorn wordt gehand
haafd wegens zijn leuke vorm. Hij is
een slachtoffer van zijn eigen ouderdom:
ruim 100 jaar.
Het probleem van de Haarlemse straat-
bomen is voor een groot deel ontstaan
door gebrek aan geld. Geld, dat de ge
meente graag beschikbaar zou stellen,
maar dat er domweg niet is. Vandaar dat
een plan in de maak is, dat burgers in.
staat stelt een bijdrage te geven voor het
behoud van een groen Haarlem. De be- -
doeling is een Bomenfonds te stichten.
Volgens ir. Guldemond moet zo’n fonds
een succes worden gezien de reacties van
het publiek. „Wanneer onze bomenploeg
ergens aan het werk is, zijn de mensen
altijd bang dat „hun” boom weggaat. Het
publiek heeft een warm hart voor de
Haarlemse bomen”. Maar ook al zou het
Bomenfonds alle verwachtingen overtref
fen, dan nog gaat een aantal bomen er
onherroepelijk aan. Hun nabestaanden 7
evenwel kunnen nog gered worden, ook
al zal een deel genoegen moeten nemen
met (citaat van Van Loenen) „levenslange
gevangenisstraf op water en brood”.
pro-
srtijd
:he,
lekt
-/i rTO
i sta-
■V.C.-
igen.
lang.
Uiteraard laat de luchtverontreiniging
bovengronds de bomen ook niet onge
moeid en zijn de temperaturen in de stad
vaak voor een boom ongezond hoog of
laag. Het zal niemand verwonderen, dat
de laatste jaren honderden bomen het
loodje legden of gewond raakten. De
dienst Hout en plantsoenen liet het er
niet bij zitten en deed, waar het om het
dichten van aardgaslekken aankwam, een
beroep op het GEB. Deze dienst zag zich
voor de gigantische taak geplaatst om de
drie meter rubberringen aan te brengen
om de gasleidingen.
De dienst Hout en plantsoenen is best
te spreken over de medewerking van
het GEB, maar begrijpt dondersgoed dat
dit bedrijf ook alleen toekomt aan nood
gevallen. De heer Van Loenen vertelt, dat
twee mensen van het GEB ernstig ziek
zijn geworden door de grote psychische
druk die op hen wordt uitgeoefend en hij
realiseert zich „dat je geen mensen aan
bomen kunt offeren.”
arm. Deze doen goed werk, maar het be
handelen van een boom vereist enorm
veel tijd.
Blijkt een boom namelijk aan de stam
een „zwak plekje” te hebben dan is het
heel goed mogelijk, dat er achter een
volledig vermolmde binnenkant schuil
gaat of een opeenhoping van regenwater.
Wil men de boom toch redden, dan moet
de wond helemaal uitgefreesd worden en
met bepaalde vloeistoffen bewerkt. Ook
de „boomchirurgen” komen slechts aan
de acute noodgevallen toe.
Dat het weghakken van asfalt een kar
wei is begrijpt een kind. Toch is ook dat
weghakken gevolgd door het storten van
nieuwe, voedselrijke aarde een „must”.
Gelukkig wordt de laatste tijd bij het
aanleggen van wegen rekening gehouden
met de bomen. Trottoirbanden wijken
voor wortels in plaats van andersom en
parkeerruimte wordt op^eofferd ten be
hoeve van een boom.
In Haarlem staan duizenden bomen en iedereen ervaart dat als da ga
ivoonste zaak van de wereld. Niemand kijkt er gek van op als de grootste
levende organismen op aarde in deze tijd van het jaar uitlopen en over de
stad een groene waas leggen. Het straatbeeld wordt bepaald door bomen
en hoewel sommige mensen kankeren over het feit, dat die boom voo hun
deur zoveel licht wegneemt is er waarschijnlijk toch geen Haarlemmer die
oraag een bijl ter hand zou willen nemen om eens drastisch te gaat nok
ken in Haarlems bomenbestand. Maar zonder dat dat nu zo direct opvaic
worden de ongeveer 15.000 bomen en boompjes, die onze straten en plei
ner sieren, toch door andere „bijlen” zeer ernstig bedreigd.
«i rt V
wachten, zoals ir. Guldemond het uit
drukt, omdat de bomen „dan wel niet
staan te sterven, maar toch wel kwijnen
in dat opgespoten zand, waar geen voe
dingsstoffen in zitten. De grond is stetiel
en je zou een gat van 10 bij 10 meter en
1,5 meter diep moeten volstoppen met
goede aarde om het voor de bomen wat
plezieriger te maken. Maar dat kan niet,
omdat de boel anders gaat verzakken”.
Het komt er dus op neer, dat in de nieu
we wijken de vegetatie laag blijft, behal
ve in de parken eromheen, waai’ de
bomen wel in goede grond wortelen.
fMi|, win
3
Dit rijtje bomen
aan de Gedempte
Oude Gracht redt
het vermoedelijk
niet. De toppen
zijn verkleind en
er zijn drains aan
gebracht, maar het
aardgas zal de bo
men vrijwel zeker
vellen.
Wie denkt, dat de dienst Hout- en
plantsoenen bovenstaande gegevens zo
maar uit de mouw schudt, heeft het mis.
Vorig jaar is voor het eerst een 600-tal
infra-roodfoto’s genomen vanuit de lucht,
waarop iedere boom in Haarlem in kaart
is gebracht. De bomen, die op de foto’s
een mooie rode kleur hebben, zijn gezond.
Hoe paarser, hoe zieker de boom. Had
de heer Van Loenen dankzij eigen waar
neming al geconstateerd dat het niet best
met de bomen ging, toen hij de foto’s
begon te bekijken op zijn geïmproviseer
de lichtbak liepen de koude rillingen hem
over de rug. „De conditie van de bomen
bleek allerdroevigst, nog veel beroerder
dan ik had ontdekt. Ik ben er echt van
geschrokken”, luidt zijn trieste conclusie.
fotografie is, dat de heer Van Loenen nu
in zijn kantoor kan zien, waar de situatie
het belabberdst is. Vroeger ging hij op
de fiets of lopend de bomen aan een on
derzoek onderwerpen, met het nadeel dat
zijn waarnemingsvermogen na een paar
uur flink was verflauwd: „Je normen
vervagen. Een boom die je om 9 uur be
kijkt beoordeel je heel anders dan een
exemplaar dat je om 12 uur in ogen
schouw neemt. Je moet heel systematisch
werken en daar word je doodmoe van”.
Met de infra-roodfoto’s is dat probleem
opgelost, maar het ter plaatse gaan kijken
gebeurt nog steeds. „Op de foto’s kun je
zien dat een boom iets mankeert, de
foto’s zijn een soort thermometer, maar
je kunt niet zien wat een boom voor
ziekte heeft. Dat moet je ter plekke gaan
constateren”. Het is de bedoeling de
infra-rood-fotografie om de twee jaar te
herhalen, zodat de dienst Hout en plant-
soenen kan uitpluizen of de bomen er na
verloop van tijd beter of slechter voor-
staan.
Bij het bestuderen van de „kiekjes” -7.
doet zich echter hetzelfde probleem voor
als bij alle andere taken van de dienst.
Er is te weinig materiaal, geld en man- -
kracht. De heer Van Loenen moet alle
„plaatjes” alleen bestuderen met primi
tief gereedschap en dat vergt kostbare Z'
tijd. Zou hij er een paar mannetjes bij
hebben, dan kon de dienst sneller op de Z
zieke bomen af. Het voordeel van een
grotere boomploeg is ook, dat iets aan 1
nazorg kan worden gedaan.
In de oude wijken treffen we verder
veel bomen aan, die met hun'stam hele
maal in het asfalt staan. Uit een mis
plaatst gevoel voor netheid bouwde men
vroeger bomen helemaal in. Ook werden
wortels met het grootste gemak wegge
hakt. Men realiseerde zich niet, dat een
boom met zijn wortels voedsel opzuigt,
maar dacht dat ze alleen bedoeld waren
om de boom steviger te laten staan. Het
kwam er op neer, dat de boom aan de
onderzijde al dan niet gekortwiekt, in een
„stenen doodskist” kwam te staan. Nieu
we zuurstof kon zijn wortels niet berei
ken.
Tellen we bij het rijtje aantastingen
nog op de invloed van het verkeer (ver
dichting van de grond door trillingen,
smeltwater met strooizout, enzovoort) dan
verkrijgen we een alles behalve rooskleu
rig beeld.
De belangrijkste reden is, dat Haarlem
van een landelijk stadje is uitgegroeid tot
een steenmassa, waarin mensen en auto’s
meer gewicht in de schaal leggen dan de
natuur. En dat terwijl de natuur (en dus
de bomen, de groene longen van de stad)
onontbeerlijk is voor ons leefmilieu. De
gemeentelijke dienst voor de Hout en de
plantsoenen mitsgaders de begraafplaat
sen realiseert zich dat voor de volle hon
derd percent en strijdt manmoedig voor
het behoud van zoveel mogelijk bomen,
tegen de verdrukking in.
Veel verder dan „trouble-shooting”, zo
als directeur ir. J. L. Guldemond het
noemt, komt men niet. Er is slechts geld,
materiaal en mankracht beschikbaar om
in te grijpen bij noodgevallen. Aan „pre
ventieve geneeskunde” komt de dienst
niet toe. Dit jaar is de situatie iets verbe
terd door een extra uitkering van twee
ton, die de gemeente wist te realiseren
dankzij de kapitaalsinjectie van 800.000
gulden uit het gemeentefonds .Er kon
een hoeveelheid onderzoek- en verzor-
gingsmateriaal worden aangeschaft, een
man extra worden ingezet voor het in
ventariseren van de bomen en een auto
om de Haarlemse bomenploeg (drie man;
in Amsterdam 21) te vervoeren.
De bomenploeg van de dienst zit echter
ook niet stil. Bij een aantal aardgas
slachtoffers zijn drains pijpjes van 80
centimeter met gaatjes erin in de
grond aangebracht en tegels met gaten
erin, zodat de zuurstof beter in de bodem
door kan dringen. Vorig jaar zomer is
op die manier 700 meter pijp verwerkt,
aldus de heer Van Loenen. Voor de ver
zorging van gewonde of zieke bomen
neemt de dienst als ze er zelf niet meer
uitkomt gespecialiseerde firma’s in de
Dat lijkt heel wat, maar in feite was
de twee ton niet meer dan een eerste
dringend noodzakelijke aanvulling van
het budget. In 1974 werd namelijk twee
ton onttrokken aan de post onderhoud,
zodat het onkruid wieden, grasmaaien en
papier-vrij maken van plantsoenen erbij
inschoot. Wil de dienst Hout en plantsoe
nen de komende vijf jaar werkelijk sy
stematisch en versneld en dat is nodig
de aantasting van het bomenbestand
tegengaan dan is veel meer geld een ver
eiste.
De man, die dagelijks met de slechte
toestand van de bomen te maken heeft,
is de heer H. van Loenen, 54 jaar, tech
nisch ambtenaar en hoofd van de boom
ploeg. Hij vertelt een somber verhaal:
slechts het bij hem ingewortelde „vak
idiotisme” geeft hem de kracht om door
te gaan met zijn werk. Zijn enige troost
is, dat het publiek de laatste tijd mede
dankzij een actie als „Haarlemmer, ver
sier uw stad” zich meer betrokken
voelt bij het groen.
-a
De Koningin Wil-
helmina-boom aan
de Nassaulaan
zat helemaal in
het asfalt en zou
onherroepelijk
zijn gestorven als
de bestrating
rondom niet was
weggehaald
vervangen
goede grond. Ook
is de top van de
boom verkleind,
waardoor hij min
der voedsel nodig
heeft en werden
beluchtingspijpjes
in de bodem ge
slagen.
F ‘«s
^7*T ‘T
,-1-4^
>-*
.3
I
I mui
jfein - latel y
II
•W
I 1
X:- ’Hh -’-JF