Hans Möller knokt voor Amsterdamse haven Steeds meer passagiers 99 Café-tent Cochins bede aan Samkalden Toerisme 700 nieuws SCHEEPSPORTRETTEN VAN J ACOB SPIN IN BOEK IIO I6MI L‘ Jl LI „Met mijn afgepakte fluiten kun je museum vullen” >2 VARIA - 1 1 '9,- ,W. t en er- ien al- AUTORITEITEN laten doorgaans weinig na om de rivaliteit tussen Am sterdam en Rotterdam tot acceptabele bon-mots zoals „A’dam is een stad met een haven en R’dam is een haven met een stad” te bagatelliseren. Maar als ik VCK’s Hans Möller mag geloven ligt dat oud zeer nog metershoog langs beider havenwegen opgestapeld. „R’dam kan niet nalaten”, zegt hij, „meteen negatief te reageren als er iets in de Amsterdamse haven gebeurt. Neem nou de voorhaven. Tijdens het vooronderzoek is het plan tegenge werkt en als het rapport eenmaal is uitgebracht, vallen ze je via een ach terdeur nog eens aan. Een kinderachtige manier van doen. En toen Lam mers enige tijd geleden vertelde dat onze haven 3,5 percent vooruit was gegaan waar hij die gegevens vandaan heeft weet ik ook niet moesten ze ook direct vertellen dat het daar ook goed ging”. ONDER REDACTIE VAN ROLF STALLING aH^p Si Er zit hier ’n stel goede mensen s. Mr. Hans I. Möller AS Een schip van Jacob Spin Sygurd Cochius „HET IS een sprookje op zichzelf. Op „ma- en heid eeuw nodig en gebrekkig is die nu nings. Provo’s als Roel van Duyn, Rob Stolk en Jasper Grootveld waren er zijn gasten. „Het was geweldig, maar ze heb ben wel al m’n geld opgemaakt en het huis zodanig gemolesteerd dat m’n fami lie het maar beter vond dat ik er uit ging”. In die periode ontstond het Co- chisme, dat het magische niets als uit gangspunt heeft. Het leeuwedeel van deze bootreizi» gers zo'n 250.000 komt en gaat via de terminals van het Verenigd Cargadoorskantoor (VCK). Het verte* genwoordigt ook de Spaanse rederij „Aznar Line” die de nieuwe „autoweg door zee” (aldus da slogan, 41 uur varen is inderdaad snel) verzorgt. Hun komst gold vooral de doop van het boekwerk met twintig kleu rige „spinnen”, zoals kunstverzame laars ze plegen te noemen. De druk ker Willem van Olphen (van G. Kolff en Co. in Amsterdam) en auteur C. J. W. van Waning hebben er dertien jaar aan gewerkt maar het resultaat mag er dan ook zijn. DE OPENING van een nieuwe pas- sagiersdienst tussen Amsterdam en het Noordspaanse Santander betekent dat de positie van Amsterdam als passagiershaven opnieuw is versterkt. Verwacht wordt dat via zee- en Rijn reizen dit jaar zo’n 320.000 passagier» worden verwerkt en daar zitten dan nog niet de opvarenden van ander* cruiseschepen bij die de hoofdstad geregeld bezoeken. de op Kattenburg geboren tekenaar aan de hand van diens portretten een gaaf beeld van de laatste glorietijd van de Nederlandse koopvaardijvloot in de vorige eeuw. De tijd van de ronde koffen en galjoten, de buikige oostinjevaarders tot de machtige schoeners en klippers. Met een scherp oog voor details tekende Jacob Spin hoe ze werkelijk zeilden. In een vlie gende storm of feestelijk voor de rede van Nagasaki. IN HET eerste kwartaal van dit jaar zijn belangrijk meer Franse, En gelse en vooral Duitse (plus 32 pet.) toeristen naar Amsterdam gekomen en volgens vice-voorzitter P. F. Ti chelaar van de Golden Tulip Hotels heeft dat allemaal iets te maken met Amsterdam 700. Daar staat tegenover dat het toerisme uit Japan met 20 pet. er, uit Amerika met 4,5 pet. is teruggelopen. Dat het vorig jaar niet best ging, illustreren de volgende cij fers: terwijl het toeristenbezoek in ons land over de hele linie met 4,7 pet. daalde, liep het aantal overnach tingen in Amsterdam met 6,7 pet. terug. Voor 1975 is Tichelaar gema tigd optimistisch. Het aantal over nachtingen in het eerste kwartaal steeg met ruim 14 pet. „Men moet evenwel voor een te groot optimisme waken”, aldus de hotelier. De bedbe- zetting in de hoofdstad was vorig jaar 38, pet. terwijl de zaak pas bij 60 pet. rendabel is. Op dat punt ligt de situatie in de binnenstad gunstiger en daar zijn juist de meeste nieuwe hotels gebouwd. De filosoof en uitvinder („op psycholo gisch gebied”) beleefde daarna op zijn zwerftochten spannende avonturen, al moet hij toegeven dat de achtervolgin gen door de politie daarin een voorname rol speelden. Zijn absolute record vestig de hij in Hilversum waar hij op één dag drie keer werd gearresteerd. mondialer dan elders. Maar het blijft gewoon jammer dat je via de financiële handel niet meer vervoer voor A’dam kunt aantrekken”. IN DAT verband is hij er trots op dat de Spaanse ferry-rederij „Aznar Line” wel voor A’dam heeft gekozen. „Dat is nu eindelijk een positief iets want ze hebben heel nadrukkelijk, A’dam en R’dam, Antwerpen en andere havens vergeleken en dat echt op eigen obser vatie. Toen we er lucht van kregen, hebben we er natuurlijk wel aan ge trokken maar ik geloof niet dat het die de haven hier een stiefkind is geweest, maar nu zit er duidelijk een positieve drive in”. „Dat is een pluim op Han’s hoed”, laat PR-man Joris Moes vallen. Möller: „Ja, het is gunstig dat wethouder Lammers tevens bereid is om niet alleen achter maar ook voor de schermen op te treden”. Terwijl fotograaf Arthur Bastiaanse zijn platen schiet laat de Amsterdamse cargadoor zijn blik over de dokken van de ADN glijden, „Het is er in lange tijd niet zo druk geweest als nu”, meldt hij opgewekt. ara Met een „Spin”, zeggen de kenners waartoe ook commandeur b.d. Van Waning mag worden gerekend, ont dek je steeds nieuwe dingen. Het is inderdaad een feit dat zij veel vertelt over de scheepsvormen en andere specifieke kenmerken. Het boek is nogal kostbaar maar de losbladige reproducties (41 bij 32 cm) zijn de moeite waard om zo ingelijst en aan de muur te worden gehangen. Het zijn twee wapenfeiten die d* mannen, die de Amsterdamse haven een warm hart toedragen, erg goed doen want de wereldhaven van wel eer is inmiddels door andere gigan ten voorbij gestreefd en er waren de laatste jaren nauwelijks aanwijzingen dat de bitterballen aan het IJ weer warm zouden worden opgediend. In onderstaand interview praat alge meen directeur mr. Hans I. Möller van het VCK over het recente verle den en de wat meer rooskleurige toekomst. Hemelvaartsdag raak ik weer een fluit kwijt en daarna ontmoet ik de man van een concern die zegt: van nu af aan krijg je van ons fluiten en speel nou maar zo veel als je wilt. Dat is meege nomen maar ik moet eerlijk zeggen: al staat er een miljoenenzaak als Philips achter, dan nog ben ik eigengereid ge noeg om m’n eigen fluit te kopen. Dat heb ik net gedaan”. Voor een goed begrip, Sygurd Cochius is in het Gooi geworteld. Daar groeide bij op in Laren en Blaricum, waar hij na de oorlog als tennisser de aandacht op zich vestigde en in de Provo-tijd open huis hield voor muzikale happe- Dc groei als passagiershaven is de laatste tien jaar opmerkelijk geweest want na het wegvallen van Indonesil eeuwenlang de basis voor de bloei van de Amsterdamse handel was daar nauwelijks sprake meer van. Het VCK heeft er hard aan getrok ken om er weer iets van te maken. Door zijn historische banden met Skandinavië slaagde het er in de Tor Line maar ook Fred Olsen Lines en Bergen Line naar de hoofdstad te halen en de Coen Terminal regi streerde vorig jaar 200.0.00 passagiers. Voor de jumbo „Tor Britannia"* kwam onlangs de nieuwe Scandia Terminal gereed en kort daarna ver trok de „Monte Toledo” (met ruimte voor 800 passagiers en hun auto’s) voor de eerste maal richting Spanje. Het gemeentebestuur stelt al jaren dat de zandvlakten in het westelijk haven gebied ondanks een selectief beleid op de lange duur wel vol komen. Hoe ziet Möller dat? „Het is waar dat industriegebied bij zee in West-Europa een schaars artikel zal worden. En dat het hier straks onherroepelijk wel goed zit. Het is alleen jammer voor de mensen die er nu tegen aan zitten te kijken, dat het nog niet gerealiseerd is. Met andere woorden: als je het niet meer meemaakt, heb je er niks aan”. Voor een leek lijkt het vreemd dat Amsterdam als centrum van internatio nale handel, banken en verzekeringswe zen alleen Schiphol heeft zien groeien en niet zijn haven. Ondanks de vermin derde toegankelijkheid voor schepen die groter zijn dan 85.000 ton. Möller: „Wij zijn wat minder chauvinistisch, zien het „WAT MOET ik nou?”, verzucht hij, „stil in een kamertje zitten maar ik wil mijn toverfluit aan de mensen tonen. Tenslotte vinden ze het geweldig als je hun monotone en conventionele leven zo doorbreekt. Trouwens, zolang de politie op mij jaagt lossen ze de criminaliteit nooit op. Zolang Pistolen Paultje onge stoord zijn wapens mag verkopen en ze achter een kinderfluitje aanzitten, schie ten ze niets op”. Sinds kort wordt Cochius ook gisch aangetrokken” door Rotterdam. „Omdat daar helemaal niets is. Op de Lijnbaan sta ik altijd in m’n eentje. Maar nu word ik ook daar gearresteerd. Een winkelier zei toen: laat die man toch spelen want hij moet ook zijn brood verdienen. Het gaat echter niet alleen om het brood maar ook om de psychische mogelijkheid om te leven. Als Samkalden dat nou eens zou begrij pen, was alles beter. Misschien wil je ’m vragen of hij voor dit jaar, dat toch zo speciaal kan worden, één oog zou willen dichtknijpen”. Dat doe ik bij deze want Cochius is voor het Amsterdamse straat toneel eigenlijk onmisbaar. I „KUNST als regeringszaak in het zeventiende-eeuwse Amsterdam” heet de expositie in het paleis op de Dam, die deze week door koningin Juliana is geopend. Van de tentoonstelling is veel werk gemaakt. De nadruk valt op schilderijen van Rembrandts leer ling Ferdinand Bol. Hét is echter ook de moeite waard om zomaar eens het paleis van binnen te bekijken. Dat kan tot eind augustus van 10 tot 12 en van 14 tot 17 uur. Het Tropenmu seum wijdt tot half september een tentoonstelling aan Tantra. De collec tie skulpturen, gouaches en mystieke diagrammen van de heer A Mooker- jee uit India trok in andere Europese hoofdsteden veel publiek. Van 10 tot 17 uur kan m en er terecht en op zondag' alleen ’s middags. Wie wil zien welke creaties Amsterdamse scholieren van hun jarige stad heb ben gemaakt, moet naar de vijfde etage van de Bijenkorf. Erg suksesvol zijn de concerten in de (ten dele gerestaureerde) Nieuwe Kerk. Zater dagmiddag om een uur concerteert daar het Nederlands Kamerorkest. Meer muziek, maar dan van Spaanse bodem, is er van 25 juni tot 7 augus tus in het Nieuwe De la Martheater. De groep Fiesta Gitana brengt daar elke avond om negen uur „The night of the gipsies”. beslissing heeft beïnvloed.” Het is lange tijd zo geweest dat het PvdA-bestuur van R’dam duidelijk meer oog had voor de havenproblematiek dan „Hetzelfde” PvdA-bestuur op het Prin senhof. Hoe is dat verklaarbaar? „Het enige excuus zou kunnen zijn”, aldus Hans Möller, „dat ze hier zoveel andere problemen aan hun hoofd had den. In die tijd van d’Ailly is er nog wel actief meegedaan, maar daarna is het minder geworden. Ja, ik dacht wel dat „Rotterdam” zal als een rode draad door het gesprek met mr. Möller lopen. Het is niet onwaarschijnlijk dat de te grote vinger, die de Maasstedelijke fir manten tot voor drie jaar in zijn bedrijf hadden, daar iets te maken heeft. Het huwelijk is inmiddels ontbonden en de cargadoor voelt zich er gelukkig bij. Tenslotte gaat het om een Amsterdams bedrijf dat via Wed. Jan Salm Meijer alsmede B. J. van Hengel twee eeuwen geleden reeds de Hanzesteden bediende. Dat de connecties met de Scandinavi sche landen nog altijd hecht zijn, blijkt uit het feit dat Hans Möller tevens consul van Zweden is en zijn vader ondanks diens 84 jaar als consul-gene- raal de Deense belangen hier behartigt. dat er een groeiende belangstelling voor milieuhygiëne bestond. Volgens de VCK-directeur. die 400 man in bedrijf heeft en zijn vrachtom- zet sinds 1965 tien maal zo groot heeft zien worden (er zijn inmiddels een eigen stuwadoorsafdeling, luchtvrachtkantoor op Schiphol en een reisbureau) heeft de Amsterdamse haven nieuwe stimulansen nodig. Als zodanig stipt hij de mogelijke komst van de voorhaven en de ontwik keling in de passagiershoek aan. „Maar voor mij”, meent’ hij, „blijft de basisindustrie toch het belangrijkst. Dat hoeven echt niet allemaal raffinaderijen te zijn maar toch web chemische bedrij ven. Tenslotte is dat de industrie waar de meeste groei in zit. Ik weet dat hier een stel goede mensen in de haven zit maar het wachten is op industrie”. „SCHRIJF maar op”, dicteert hij, „dat lochius overweegt om vooi' al het leed dat hem is aangedaan een schadevergoe ding van 60 mille te eisen. Want met al die afgepakte fluiten kun je een heel museum vullen”. Terwijl hij van een sorbet snoept („Dat inspireert me”) leest Cochius de fanmail voor. Zijn schriften staan er bol van en terloops heeft hij er eigen versjes aan toegevoegd. „De politie is je beste kameraad 7. vooral als het om spelen gaat ze begrijpen het allemaal zo goed maar een ding niet: dat muziek ons voedt”. „Het is ook te gek. Ik zit op een dag in de passage, komt er een agent aan die zegt: dag Cochius, leuk dat je er bent. Hij geeft me een kwartje, maar .nog geen tien minuten later staat er een rechercheur vooi' mijn neus die me de wagen intrapt. Je wordt trouwens hele maal behandeld als een misdadiger. Zo word je gefouilleerd. In Engeland heb ben ze me zelfs een keer helemaal laten uitkleden”. Het wordt hem door de politie niet in dank afgenomen want straatmuzikan ten hebben een vergunning voor Cochius („U bent niet genoeg”, schreef Samkalden) eenmaal niet weggelegd. Zijn hardnekkige boycot van de wet heeft de 60-jarige bespeler van de schouwburg-passage inmiddels een paar honderd fluiten gekost. Kinderfluitjes, maar ook exemplaren van een gerenom meerd fabrikaat waarvoor hij diep in de geldbuidel moest tasten. En die is nu eenmaal niet altijd gevuld. Op dat punt is Cochius een ongelukkig mens. ZE WAREN er allemaal in het knusse Werkspoor Museum aan de Oostenburgergracht 77: de club van Kaap Hoornvaarders en de kapiteins van de Grote Zeilvaart. En bepaald niet alleen om te herdenken dat de befaamde scheepsportrettist Jacob Spin honderd jaar geleden in het nog bestaande huis op de hoek van de Brouwersgracht en Lindengracht overleed. MEEST opmerkelijke sukses van de manifestatie Boek en Stad was het literaire-en-van-alles-wat gebeuren in de Belgische tent die de gezellig- en schittering van de vorige nog met zich meedroeg. Dat heelt zijn uitwerking op het publiek niet gemist zodat deze hoek van het doorgaans wel fraaie, maar toch ook wat stijve Museumplein ineens een uiterst sfeervol karakter kreeg. Het dorpse was terug in de stad en de meeste bezoekers waren het er wel over eens dat deze tent Amsterdam nooit meer mag verlaten. Daar moet men op het Prinsenhof maar eens over nadenken. Ook Boek en Stad is alleszins voor herhaling vatbaar. Bas Lubberhuizen en René Solleveld, die dit feest maakten, denken er ook\ zo over. Het zeer fraai uitgevoerde boek geeft behalve het levensverhaal van HANS Möller, 40 jaar, groeide op in „de zalige veronderstelling dat A’dam en R’dam nog gelijkwaardige havens waren. Goed, ook toen had je de concurrentie strijd maar je dacht dat de industriële groei ook bij ons nog wel zou meevallen. Ik ben beslist van mening dat onze grootste achterstand is, dat we niet de grote basisindustrie hebbën die R’dam na de oorlog heeft gekregen”. De injecties die de Maasstad kreeg, heeft men aan het IJ moeten ontberen. Over het waarom zegt hij„Het is onmiskenbaar dat de contacten tussen Den Haag en R’dam altijd veel sterker geweest dan met A’dam. Er zijn jaren geweest dat het wel heel koel was, maar de laatste tijd gaat het beter (doordat er zoveel Amsterdammers in de regering zitten, r.s.) Misschien heeft men hier destijds gedacht: dat kunnen we zelf wel”. Möller voegt er aan toe dat Am sterdam te laat met zijn industrie is gestart, omdat het juist in de periode lag IN HET literair café op het voor een weekje Vlkamse Mu seumplein hield Sygurd Cochius zijn enthousiast gehoor voor: „Gaan jul lie nu ook met je bassen en tuba’s de straat op want alleen zó kan het Amsterdamse feest nog slagen.” Hoewel de door het Holland Festival geïnspireerde vlootrevue over de Amsterdamse grachten zijn gelijk aantoonde, is de zwervende fluit speler met de markante baard een van de weinigen die dagelijks de daad bij het woord voegen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1975 | | pagina 23