lariekoek
Boeiend standaardwerk
de fijne proever
voor
de zak
a
K, a
B Mata Hari zonder de
gewone
GEZISVFORMATIE
J
r»!ir
I
om in
mee te nemen
FIETSBOEKJE
Ml
Ml
ïr
Werphengel
„DE WAARHEID ACHTER EEN LEGENDE
tips voor vrije tijd
g 1
5-
V
ld
5^3
I
Schaar
voor
GROOT DRANKENBOEK:
door Herman Moscoviter
Luxueus op de knieën in de tuin
Zinnelijk
Spionage
L
linkshandigen
Koos Speenhoff
ZATERDAG
19
LI
-
rs
s
Hardplastic
bewerken
met een
strijkijzer
I
7 JUNI 1975
AY X V V k V YV XYYY YA.
B
Fig. 62
4
nbad!)
bon:
jpara-
tegen-
i.
'iginal
dagen
irmte-
/varm-
s.pro-
lertijd
Margreet Zelle (rechts
boven) met haar klasge
nootjes op de foto.
afwierp steeg mijn succes. Onder het
voorwendsel mijn dansen hoogst
artistiek en karaktervol te vinden, mijn
kunst dus prijzende, gingen ze om de
nudité te zien en dat is nog zo. Niemand
zal zeggen: ik ga vanavond daar en daar
heen om Mata Hari te zien dansen die
op het laatst maar een heel dun sliertje
omhoudt en dat wil ik zien; nee, men
zegt: ik ga Mata Hari zien, die Indische
kunstenares die in haar dansen
aanbidding, liefde, wraakzucht,
zinnelijkheid, ja, god weet al niet meer,
weet te leggen”.
Daar begint dan de laatste akte van haar
leven. Het deel waardoor zij een legende
is geworden: haar spionageactiviteiten.
Brokken schrijft dat er drie redenen
zijn om te gaan spioneren voor
Duitsland: het geld, opportunisme omdat
de Duitsers aan de winnende hand
Mata Hari als grande dame uit de tijd dat
ze in Rome verbleef.
n
5 over:
jsvezel
iarant.
o sta-
a.v.c.-
:ggen.
lang.
Een werkelijk nieuw werk. De opzet is
anders dan die van vorige auteurs. Niet
voor niets heeft dè schrijver de
ondertitel „de waarheid achter een
legende” aan het boek meegegeven. Niet
een boek als zovele over de verderfelijke
spionne, maar - en dat moge blijken uit
voornoemde citaten - een boek dat het
hele leven van Margaretha Zelle belicht
en niet alleen zware accenten legt op de
korte tijd dat ze spioneerde. Een boek
waarin op grondige wijze wordt
afgerekend met alle lariekoek die
jarenlang werd verkocht. Een boek
waarin echter voldoende vraagtekens
445
i.' j s
schenen, en het avontuur. Hoe dan ook:
de in Nederland opererende contra
spionagediensten wisten meteen dat Mata
Hari verdacht was. De Engelsen
waarschuwden de Fransen, maar
desalniettemin werd ze ook van die zijde
benaderd, met het gevolg (nog meer
avontuur) dat ze dubbelspionne was. In
Spanje werd ze ook nog eens door de
Russen benaderd, maar die vonden haar
vraagprijs te hoog. Dubbelspionne werd
ze ook omdat ze dan dubbel kon
verdienen.
Ondanks haar intelligentie was dit te
veel voor haar. Ze viel tussen wal en
schip. De Fransen beschuldigden haar
van landverraad, arresteerden haar op
verdenking van pogingen tot
samenwerken met en het verstrekken
van inlichtingen aan de vijand. Van de
ene dag op de andere zat ze niet meer in
sjieke hotels, maar in meer dan sjofele
gevangenisruimten. Ratten, muizen en
ongedierte deelden haar cel. Mata Hari
vroeg aan de gevangenisarts een bad en
een telefoon. Ze kreeg geen van beide.
Ze voelde zich geen spionne, schrijft
Brokken. „Ze deed aan spionage. Ze
voelde zich een artieste die door de
oorlog niet meer aan werk kon komen”.
De verhoren, de aanklacht en het proces,
resulterend in haar executie, zijn vaak
en uitvoerig beschreven. Brokken heeft
toegang gehad tot het Franse
Oorlogsarchief en geeft een juridische
reconstructie van de hele rechtszaak.
Volgens hem heeft ze zelf nooit gedacht
dat het zo’n vaart zou lopen en
verwacht dat ze er met een korte
vrijheidsstraf van af zou komen.
Margaretha Zelle, Mata Hari, leidde een
leven vol avonturisme. Dat maakt alles
wat over haar geschreven wordt tot
aangename leesstof. Ook al worden er,
zoals in dit boek, legendes ontluisterd.
Een eenvoudig Fries meisje dat als
oosterse danseres één van de sterren van
Parijs werd en daarna - ten offer
vallend aan haar zucht naar geld en
avontuur - verstrikt raakte in de netten
van de spionagediensten en voor het
vuurpeloton stierf. Brokken schrijft:
„Haar omstuimig leven blijft bloeien. En
bovendien: zij symboliseert zo prachtig
la belle époque, die eerste veertien jaren
van deze eeuw”.
MATA HARI, de waarheid achter een
legende; Jan C. Brokken;
Wetenschappelijk Uitgeverij Amsterdam.
Haar naam werd een legende de legende van de
belangrijkste spionne van deze eeuw. Er is heel wat
fantasie v Jor nodig geweest cm Mata Hari op deze
ereplaats te krijgen Deze fantasieën dienden
niet alleen voor een goed verhaal. Ook de moraal moest
niet worden vergeten. Zonder een zedepreekje is een
legende geen legende. Bewust of onbewust wilde men
van Mata Hari de personificatie van de slechte,
corrupte en tegelijkertijd uitdagende vrouw maken.
Sterker nog, men gaf haar bijna alle eigenschappen
die een vrouw niet behoort te hebben. Voor een
feministe moet het uiterst boeiend zijn een analyse
te maken van deze meestal door mannen geschreven
artikelen.
Geen wonder dus dat in de Engelse taal zelfs de
uitdrukking „she’s a real Mata Hari” ingang heeft
gevonden. Margaretha Zelle’s pseudoniem staat hier
voor een zeer verleidelijke, maar tevens hoogst
onbetrouwbare vrouw. Drie korte citaten uit het
nieuwste boek over Mata Hari. Aan de twee dozijn
werken die in de loop der jaren zijn verschenen over
de in Friesland geboren Margaretha Zelle, heeft de
Haarlemse journalist Jan C. Brokken een nieuw werk
toegevoegd.
De schaar heeft de laatste tijd veel
aandacht gekregen. Er is wel het een
en andër gedaan aan de vormgeving
en het gebruik van nieuwe materia
len. De linkshandigen bleken er niet
temin meestal bekaaid van af te ko
men. Voor hen is er goed nieuws,
omdat de Finse fabriek Fiskars (hier
vertegenwoordigd door Scanware,
Ginnekenweg 157, Breda) een schaar
met fraaie vormgeving, van gladde
roestvrije chroomstalen bladen heeft
vervaardigd, één model voor rechts-
handigen en één voor linkshandigen.
De eerste is in oranje uitgevoerd (de
kunststof vingergrepen), de ander in
rood. De verbinding van de bladen is
gemaakt door middel van een klink
nagel, die geen wrikken toestaat.
Naast deze schaar is er nog een
speciaal exemplaar voor de keuken.
Daartoe is één blad gekarteld, zodat
men ook kippebotjes, groenten enz.
kan bewerken.
ioud
larium
blijven staan om het ooit een vervolg te
geven. Het Franse ministerie van oorlog
houdt immers tot het jaar 2017 alle
rapporten over de agenten uit de Eerste
Wereldoorlog geheim.
Het verhaal. Kortweg, maar met enkele
van de nieuwe facetten die Brokken
toevoegde aan het bestaande, doordat hij
met veel speurwerk nieuwe feiten boven
water bracht. Margaretha Zelle werd in
i luxe opgevoed in Leeuwarden, waar ze
jj U in 1876 het licht zag. Ze droomde van een
artistieke loopbaan. Danste als meisje, zij
het polka’s, mazurka’s, walsen en
quadrilles des lanciers. Via de Leidse
kweekschool, waar ze werd weggestuurd
nadat ze gedeeltelijk ontbloot werd
aangetroffen op de schoot van de
directeur, ging ze naar Den Haag. Haar
latere man, MacLeod, leerde haar hier
kennen. Met deze beroepsmilitair reisde
ze naar Indië. In dit land werden haar
twee kinderen (vermoedelijk door een
wraakzuchtige baboe) vergiftigd. De
jongen overleed. Het meisje Non, haalde
het op het kantje.
Het huwelijk kende van het begin af aan
grote moeilijkheden. In brieven duidt
MacLeod zijn vrouw vaak aan als „dat
loeder” of „dat beest”. Ruzies werden
later sterk overdreven, meldt Jan
Brokken. Gomez Carillo schrijft in zijn
boek dat MacLeod in een woedende bui
de tepel van Margaretha’s linkerborst
afbeet. Dit ongelukje zou er de reden
van zijn dat zij later, toen ze in Parijs
danste, haar borsten achter een
katoenen bustehouder verborgen hield.
Dank zij een gevangenisdokter weten we
dat dit niet waar is. Margaretha had -
volgens het modebeeld in die jaren - te
kleine borsten en daarom liet ze ze niet
zien.
In 1904 kon ze nauwelijks dansen, maar
ze was mooi, droomde van het ware
artiestenbestaan en had in Indië de oude
dansen goed bekeken. Deze inheemse
dansen imiteerde ze, zeggende dat ze uit
India kwam. Maar voordat zij deze
legendevorming aanwakkerde en in
Parijs haar grootste triomfen vierde, liet
ze zich „ontdekken” door Nederlands
grootste cabaretier uit die jaren, Koos
Speenhoff. Hij heeft een bloemrijke
beschrijving van die door Margaretha
Zelle uitgelokte ontmoeting gegeven.
,,’s middags om drie uur kwam Mata
Hari in de Schouwburg. Een pianist was
er om haar te begeleiden. Ze ging naar
de kleedkamer en kwam als danseresje
terug. Wat was ze onzegbaar mooi. Een
bijna volmaakt lichaam had ze. Wat
tenger voor een Venus misschien. Een
gewelfde buik en kinderlijke borsten.
Schouders die rondden en wat dropen.
Een lieve hals en een hoofd je om mee te
nemen en op te zetten. Ze danste
bovennatuurlijk mooi en dadelijk wilde
ik haar engageren als haar gage niet
te hoog was. Ik stelde haar tien gulden
per dag voor en als ze geen onderdak
had, kon ze mijn voorkamer met
bediening krijgen. Ik zou dan mijn
vriendin eruit werken”.
Zover kwam het niet. Margaretha
vertrok na enkele optredens naar Parijs,
waar ze via-via de ladder naar het succes
beklom. Eerst door optredens met
Hindoestaanse dansen in salons voor
klein publiek; later in het theater. Zij
heette Mata Hari, de Maleise naam voor
oog van de dag, oftewel de zon. En zij
fantaseerde terwille van de publiciteit
een heel nieuw leven bij elkaar. Waar
sommige journalisten soms de spot mee
dreven: „Mata Hari is Indisch, met een
Engelse moeder en een Nederlandse
vader, wat enigszinds gecompliceerd is”.
Zelf gaf ze een rake (nuchtere)
omschrijving van haar succes: „Welnu,
ik begon met mij te decolleteren en al
meer en meer. Met elke sluier die ik
Die zinnelijkheid die wist wat. Mata
Hari was dol op liefde, hield van de sex
en ging geen avontuurtje uit de weg. De
mannen die haar zagen, gingen door de
knieën. Aanbidding viel haar ruim, ten
deel. Mannen reisden met haar naar
uitverkoren plaatsen, gaven haar een
vermogen. Schoolvoorbeeld daarvan: de
bankier Rousseau, die binnen een periode
van anderhalf jaar samen met zijn
maitresse een half miljoen gulden over
de balk smeet. Of zoals Brokken met
enige ironie schrijft: „Hij werd failliet
verklaard en sleet zijn verdere leven als
vertegenwoordiger van het merk
champagne waar hij in 1910 en 1911
samen met zijn maitresse te veel van
had gedronken”.
Vlak na die tijd kreeg ze een mislukking
te verwerken die - achteraf gezien -
groot kan zijn geweest. Bij de
Russische impresario Diaghilev kreeg
ze geen voet aan de grond. En dat in
een tijd dat Diaghilev grote successen
had en de toen 36-jarige artiste zeker
op een andere wijze in de aandacht van
zijn publiek zou hebben weten te
brengen. Ze reist niet veel later naar
Berlijn. Een jaar later breekt de Eerste
Wereldoorlog uit en wordt haar
vermogen geruïneerd. Ze moet zowel in
Parijs als Berlijn alles achterlaten. Zo
kwam ze in Nederland terug: berooid en
vermoeid.
De gemiddelde Nederlander of Belg
kan geen buitensporig gebruik van
sterke drank worden verweten. In
1972 was ons totale alcoholverbruik
per hoofd van de bevolking: 6,8 liter
van 100 pet. (Dat laatste is voor de
statistiek. Men telt de percentages op
die de verschillende dranken bevatten
en houdt alleen rekening met die
alcohol.
Gesplitst in soorten betekent dat
(per hoofd): 2,28 liter gedistilleerd
van 100 pet., 7,81 liter wijn en 65,88
liter bier. Daarmee stadh wij op de-
In deze tijd, waarin planten en bloemen volop bloeien en groeien is het
wellicht nuttig de „keurigen” onder de tuinliefhebbers te wijzen op de tuin-
schort van Hirondel International (postbus 45, Son). Wie er tegen op ziet zo
maar rond te kruipen in de tuin om onkruid te wieden of wie even tussendoor
wat in de border wil rommelen zonder dat hij of zij direct oude spullen wil
aantrekken, kan zich zo’n schort aanschaffen. Hij vindt er een grote zak in,
waar materiaal of onkruid in gestopt kan worden. Maar het bijzondere van
deze schort is, dat er een knielkussentje aan bevestigd is, dat men uit kan
klappen. Dat is dus iets voor degenen, die luxueus en zacht door de knieën
willen gaan.
Een onderzoek heeft uitgewezen,
dat ongeveer de helft van de fietsers
zelf voor een belangrijk deel het
onderhoud van hun voertuig verzor
gen. Voor hen heeft de stichting Fiets
een handig boekje uitgegeven: „Fiets-
verzorging, onderhoud een eenvoudige
reparaties”. Het was snel uitverkocht
en nu is er zelfs al een derde uitgave
verschenen, sterk uitgebreid. Alles
komt aan de orde, zoals het schoon
maken, het plakken van een band en
het onderhoud van versnellingsme-
chanismen, altijd een lastig klusje.
Het boekje staat vol met toelichtende
tekeningen en foto’s. Er staan er zelfs
zou je zeggen te veel in. want
afbeeldingen van een spatlap, een
fietspompje of een zijstandaard dan
wel een boödschappenmandje lijkt
ons wel wat overdreven. Een handig
boekje overigens, dat is zeker.
gebeurd. H.j heeft zijn provinciegren
zen verre overschreden.
En wie zich tenslotte als Cognac-
liefhebber afvraagt, waarom deze
drank bij ons en elders zo duur blijft,
het volgende.
Wie zich als Franse wijnboer specif
aliseert in vijf jaar oude Cognac,
moet de oogsten van vijf jaren in de
kelders hebben liggen. Men heeft uit
gerekend dat twee Cognacfirma’s die
over een betrekkelijk beperkte voor
raad oud distillaat beschikken, beide
ongeveer 25 miljoen nieuwe francs in
deze reserve hebben geïnvesteerd; dat
is,, riarhelijk de waaide 'win hun
104.000 vaten. Proost!
GASTON GOURMET
19e plaats van de' wereldranglijst. De
grootste drinkers zijn de Fransen met
(opnieuw in 1972 16,9 liter alcohol
(per hoofd van de bevolking) van100
pet. Gedistilleerd dronken zij onge
veer evenveel als wij: 2,3 liter; bier
veel minder: 40,3 liter, maar van de
wijn namen ze maar liefst 107,4 liter
tot zich.
Alcoholge(mis)bruik staat in
Frankrijk als derde op de ranglijst
van doodsoorzaken. Er is zelfs zo’n
verontrustende toeneming te noteren,
dat ook de drankenfabrikanten er iets
aan gaan doen. Zij hebben al geld
beschikbaar gesteld om te komen tot
een campagne die een verminderd
alcoholgebruik moet bevorderen.
En zoiets is heel begrijpelijk, want
als je de klandizie met je eigen
produkt bederft, houd je geen afzet
mogelijkheden over en zul je mis
schien gedwongen zijn het eigen pro
dukt te consumeren.Met alle mo
gelijke nare gevolgen van dien:
Nog een paar cijfertjes uit de sta-
tistiek.Wie denkt dat de Engelsen met
hun voortreffelijke whiskies wel gro
te afnemers van hun produkt zullen
zijn, komt bedrogen uit. De Engelsman
drinkt slechts 1,03 liter gedistilleerd
van 100 pet. tegen 106 liter bier!
Dit alles en nog veel meer staat te
lezen in het nieuwe Elseviers Groot
Dranken Boek. Het is een standaard
werk geworden van internationale
opzet, waarvoor de schrijfster lila
Andrea de gehele wereld is afgereisd.
Een boek voor de vakman.
Jammer is het dat de 48 illustraties
in kleur van een fantasieloosheid zijn
die lachwekkend aandoet, ook al la
ten ze dan volgens de flaptekst:
„de produkten van A-kwaliteit zien
die in ons land te koop zijn”.
Met de tekst is het gelukkig anders
gesteld. Het boek is boeiend geschre
ven met vele kleine anecdotes en nog
meer geschiedkundige feiten tussen
de zakelijke informaties.
Zo lezen we op bladzijde 187, dat
advocaat de meest geëxporteerde Ne
derlandse drank is (en niet jenever
zoals men misschien zou denken!)
En over de in onze Noordelijke
provincies zo populaire drank Beren-
burg, waarvan iedereen daar beweert
de originele te maken. Dit drankje is
ontstaan uit de huisvlijt van plaatse
lijke caféhouders. Vroeger kon men
in de cafeetjes in het Noorden vaak
een grote glazen pot zien staan met
een onsmakelijk uitziende massa
daarin. Het was een mengsel van
brandewijn met kruiden. Vaak ook
gebruikte men een stenen pot met
een kraantje er aan.
De snelle groei van de omzet in
Berenburg in het gehele land wordt
door kenners een fenomeen genoemd.
Van deze snelst groeiende omzet
heeft Sonnema nu 80 pct. van de
voorziening in handen. Ofschoon deze
firma al sinds 1860 Berenburg produ
ceert, zag zij in 1973 de omzet met 65
pet. stijgen. Wat met typisch regiona
le dranken bijna nooit lukt, is hier
Een berichtje voor de hengelsport-
liefhebbersEfka-import (Lorentz-
straat 152, Zandvoort) laat ons weten,
dat zij een pockethengel op de markt
heeft gebracht. Het is de Pocket Fi
sherman, een volwaardige werphengel
met ingebouwde molen in zakfor
maat. De hengel neemt zodoende
maar weinig ruimte in beslag, het
geen voor de kampeerder, de fietser
of de liefhebber, die in de middag
pauze even de waterkant opzoekt,
een oplossing is. De hengel is zo
klein, dat hij zelfs in de jaszak mee
genomen kan worden. De molen is
een Johnson met Trilene XL-nylon
lijn en heeft een verbeterde spoel
voor de lijn, waarop patent is aange
vraagd. Er is een ster rem voor het
afstellen van de lijnspanning en een
gemakkelijke duimrem. De steel is
opvouwbaar van flexibel nylon. Het
apparaat heeft een kunststof huis
met in gebouwd opbergdoosje voor
dobber, vishaak en lood.
Men kan tegenwoordig ook hardplastic van de
rol krijgen, dat men aan kan brengen op tafels,
kasten enz. Daarbij gaat het niet om eenvoudig
plakplastic, maar om echt hardplastic. Het voordeel
van deze door Mac Lean (Rotterdam) uitgebrachte
hardplastic is, dat het al voorzien is van smeltlijm.
Het aanbrengen is dus simpel: met het strijkijzer.
Dan moet men er wel voor gezorgd hebben, dat
de ondergrond vet- en stofvrij is en oneffenheden
zijn weggeschuurd. Dit hardplastic van de rol (55 cm
breed) is lichtecht, verkleurt of vergeelt niet, aldus
de importeur, en is bestand tegen stoten en krassen,
hitte, oplosmiddelen en huishoudelijke chemicaliën.
Als men aan het werk gaat moet men het benodigde
hardplastic zo groot afknippen, dat rondom enkele
millimeters buiten het te bekleden vlak uitsteken.
Om verschuiven tegen te gaan tijdens het vast
strijken, kan men wat cellotape gebruiken. Het
strijkijzer moet op de warmtestand linnen gezet
worden. Tijdens het strijken moet men een dunne
lap stof over de plastic heen doen om beschadiging
te voorkomen. De smeltlijm moet door de warmte
de gelegenheid krijgen om volkomen vloeibaar te
worden om in de ondergrond te kunnen dringen.
Er mogen geen luchtblaasjes onder de kunststof
zitten. Als het plastic is afgekoeld kunnen de
overstekende randen met een scherp mes worden
weggesneden. 5
Er zijn drie soorten hardplastic, in totaal zeven
kleuren: palissander, teak, effen wit, oranje en
bruin, groen en rood, licht generfd.
2S>