COACH TRUMBIC: niet serieus genoeg MART BRAS: Ik weet van mezelf dat ik lui kan zijn Vechten voor een plaats bij eerste zes Het tennis was K pni grote winnaar Poloërs hier zijn B ÜW ft?:**® Geen oplossing Afmaken door Rob Hoogland Spelsystemen |jfc |r v ZATERDAG 5 1975 JULI r Mieke Sterk Opoe Doof WW* - MB i. 9 één )MH onjuiste U MIEKE STERK STOPPER. 1J 9 verder dat zij door Atmodes altijd onder Mart Bras: „Vooral als je selectie vrijwel nooit volledig is, is het moeilijk om je pupillen allerlei ingewikkelde spelsystemen aan te leren. Theoretisch lijkt het allemaal erg gemakkelijk, maar in het water is het toch wel wat anders. Onder Harrie Vriend waren we geloof ik vooral mentaal sterker. Hij was veel harder. Daarentegen voldoet Trumbic vooral in tactich opzicht. Daar is hij heel erg goed in. Ik geloof ook dat het waterpolo in Nederland dank zij hem is veranderd. Er wordt in de hoofdklasse al anders gespeeld. Trumbic wil bijvoorbeeld graag het spel met een numerieke meerderheid forceren. dat-ie te snel in de nationale selectie komt. In de Oostbloklanden moeten ze ervoor knokken. Vandaar misschien dat ze veel fanatieker zijn, dat er veel meer discipline is”. :owel ituur. ■naxl- lucht iltge- an 70 orde i win- Bo- leinig voor dons De wereldkampioenschappen zwemmen en waterpolo in Cali (Columbia) staan voor de deur. Bijna traditiegetrouw zal ook het Nederlandse waterpolo-zevental aan dit toernooi deelnemen. Al ruim twintig jaar behoort het Hollandse poloteam tot de ondermaanse subtop. En ook al ruim twintig jaar is de ploeg, die op het ogenblik wordt getraind door de Joegoslaaf Ivo Trumbic, nooit verder gekomen dan die subtop. Dan weer eens een zesde, dan weer eens een achtste, vijfde of zevende plaats in de eindrangschikking van de Olympische Spelen, Europese of wereldkampioenschappen. Vorig jaar, tijdens de Europese titelstrijd in Belgrado, verraste Trumbic’ formatie plotseling met een vierde plaats, mede dankzij een meer dan verdienstelijk 4—4 gelijkspel tegen het ijzersterke Rusland en een 4—3 overwinning op het toch ook niet zo kleine Roemenië. Het Nederlands poloteam had daar in Belgrado echter over geluk niet te klagen. De zo langzamerhand beroemde „gouden blunder” van Nico Landeweerd in de wedstrijd tegen Roemenië (hij schoot toen Zij zegt dan haar vereniging de naam Mieke Sterk wordt inge schreven, en door de speaker tijdens de wedstrijden ook als Mieke Sterk pleegt te worden aangeduid. Ik citeer Overtredingen uitlokken, dus. Als het lukt is het natuurlijk het ideale systeem. Alleen zijn wij er niet zo goed in. En dat is weer af te leiden uit het feit dat we vrijwel nooit compleet trainen. Het team raakt zo erg moeilijk ingespeeld”. De resultaten in de diverse tot nu toe gespeelde wedstrijden en toernooien zijn dan ook nogal tegengevallen. Terwijl iedereen min of meer verwachtte dat het Nederlandse waterpolo onder het bewind van Trumbic een hoger peil zou gaan bereiken, bleven de goede uitslagen uit. Sterker nog: Men zou kunnen spreken van een lichte achteruitgang. verbazen als zij hartelijk van aard was, maar in mijn filosofie was er natuurlijk geen finaleplaats voor haar weggelegd. En als u dit leest is de finale bij de dames al verspeeld, en als mijn filosofie ook maar een knip voor de neus waard is heeft Evonne Goolagong gewonnen van Billie Jean King. Hoewel ik ook hele maal geen hekel heb aan King, want die zal tot haar tachtigste wel een „pittig ding” blijven, met die fronsen de neus onder dat brilletje. zijn eeuwige tweede, alleen kennen wij die buitenlanders minder goed omdat zij tenslotte altijd tweede wer den Bij nader inzien lijkt het me toch onzin om dit een typisch Nederlandse karaktertrek te noemen, ook al bleek het Nederlands elftal er ook mee behebt in de finale van het wereld kampioenschap. Maar eerst Feyen- oord en daarna Ajax wonnen toch vier keer de Europa-Cup. En Ard Schenk en Kees Verkerk werden toch wel degelijk wereldkampioen, zoals ook Fanny Blankers-Koen in de atle tiek en Bep van Klaveren in de bokssport bewezen dat dit falen op de beslissende momenten gewoon een kwestie is van de persoon en niet van de landsaard. Ieder land zal zulke voorbeelden kennen, elke sport kent Het is trouwens toch een getob met die wisselende namen van de dames. Evonne Goolagong, die de titel in 1971 won, werd nu op het scorebord aangeduid als Mrs. R. Cawley. Her man Kuiphof hield het echter nog steeds op Evonne Goolagong, vermoe delijk daartoe geïnspireerd door een ingezonden stuk van Mieke Sterk in de Volkskrant, waarin zij- erop wijst dat de gehuwde vrouw volgens art. 9 van het Burgerlijk Wetboek bevoegd is haar eigen naam te blijven gebrui ken. Ik citeer nu: „Toch kom ik mijn naam niet of nauwelijks in de Volks krant tegen, als mijn atletiekpresta- ties daartoe aanleiding geven. Zo las ik afgelopen maandag weer dat ene Mieke van Wissen twee zeges had behaald bij het hardlopen en ik kan me van uw zich vooruitstrevend dag blad nauwelijks voorstellen, dat het hier een slordigheid betreft. Het is immers niet de eerste keer dat deze manier wordt gegeven’’. Dit om het iedere speler zoveel mogfelijk naar de zin te maken. Hoewel het aantal trainingsuren onder het bewind van Trumbic aanzienlijk is gestegen, hebben sommige spelers nogal wat kritiek op zijn trainings wij ze. Vooral degenen die ook onder leiding van de voormalige bondscoach Harrie Vriend hebben getraind, vinden dat Trumbic de aan hem beschikbaar gestelde uren niet optimaal gebruikt. Trumbic zou te veel aandacht schenken aan het oefenen van ingewikkelde spelsystemen. Volgens sommigen zou dit ten koste gaan van de conditietrainingen. in 1966, 1967, 1968 en 1972 en 1973, in tegenstelling tot Margaret Court (winnares in 1970), die haar eerste Wimbledon-titel in 1963 nog als Mar garet Smith won. Zij is overigens geen uitzondering in de geschiedenis van Wimbledon. Helen Wills won de titel in 1927, 1928 en 1928, en won hem daarna nog vijf keer (tussen 1930 en 1938) als Helen Wïlls-Moody. Hetzelfde geldt natuurlijk voor Betty Stöve, die door de Engelse umpire met dat typische Engelse dé dain voor buitenlandse namen ge woon Stoof werd genoemd. Opoe Doof zat op een stoof, en Chris Evert was in dit geval Opoe Doof, hoewel ze er niet naar uitzag. Wat het da mestennis betreft ga ik overigens van een vrij simpel principe uit dat sterk verschilt van het herentennis: ik vind dat de mooiste moet winnen. En je kan veel goeds zeggen van Betty Stöve, ze is een struise meid en heeft een goede service, en het zou me niet Mart Bras vormt geen uitzondering. Nog meer spelers van de nationale selectie stellen, zoals dat heet, hun maatschappelijke carrière voorop. Bras: „Wat kan Trumbic daar nou van zeggen? Niets toch? Maar ik kan me voorstellen dat hij een beetje een teleurgesteld man is. Op de centrale trainingen voor de wereldkampioenschappen is de selectie misschien twee of drie keer volledig geweest. Dan is het inderdaad verschrikkelijk moeilijk om een op elkaar ingespeeld zevental in het water te brengen”. Slechts twee of drie keer dus heeft Ivo Trumbic de beschikking gehad over een volledige selectie, tijdens de door hem als zo belangrijk gekwalificeerde centrale trainingen. Gedurende de laatste twee maanden liet de Joegoslaaf zijn pupillen vrijwel iedere dag voor zo’n training opdraven, in verschillende zwembaden in alle hoeken van het land. De manier waarop Mart Bras zich voorbereidt op de wereld kampioenschappen in Cali tekent de sfeer waarin de Nederlandse waterpolosport op het ogenblik wordt beoefend. Bras heeft eigenlijk helemaal geen tijd voor topwaterpolo. Hij had dan ook na de Olympische Spelen in München bedankt voor de nationale selectie, maar op uitdrukkelijk verzoek van coach Ivo Trumbic stelde Bras zich vorig jaar weer beschikbaar, zij het onder bepaalde voorwaarden. Zo mag Bras van de centrale trainingen wegblijven als zijn werk als chef van de Veenendaalse zweminrichting De Vallei op zo’n moment zijn aanwezigheid vereist. Ook op toernooien mag hij om deze reden verstek laten gaan. Zo moest hij in mei een internationaal toernooi in Roemenië laten schieten. Bras, in dit geval Trumbic beschermend: „Je moet niet vergeten, dat je hier in Nederland om de vier jaar een vrijwel totaal verschillende ploeg in het water hebt liggen. Iedere speler ziet de Olympische Spelen als het hoogtepunt in zijn carrière en velen stoppen er daarna ook mee. Dat is typisch Nederlands. Ikzelf deed het ook, na München. Ik was toen ook echt van plan niet meer terug te komen, maar later kreeg ik er toch wel weer zin in. In de landen achter het Ijzeren Gordijn is het heel anders. Ze hebben daar jaren en jaren lang dezelfde ploeg, die steeds meer op elkaar raakt ingespeeld. Neem bijvoorbeeld de Russen. Na de Olympische Spelen hadden ze opeens een heel ander team, maar neem nou maar van mij aan dat ze straks bij de wereldkampioenschappen weer met hetzelfde zevental op de proppen komen. En dat is hetzelfde met de Joegoslaven in de laatste minuut van de wedstrijd, terwijl de Nederlandse ploeg met een man minder in het water lag, vanaf de eigen helft volkomen onnodig op het vijandelijke doel, hetgeen de Roemeense doelman zo verraste, dat hij geen vinger naar de bal uitstak) is daar een duidelijk voorbeeld van. De Nederlandse poloërs rekenen dan ook niet op opnieuw een vierde plaats, daar in Cali. Het merendeel hoopt op een plek bij de eerste zes, wat directe plaatsing voor de Olympische Spelen in Montreal betekent. Maar ook dat zal voor Trumbic en zijn ploeg behoorlijk moeilijk worden. Terwijl het Nederlandse polo welhaast geen vooruitgang boekt, verbeteren bijvoorbeeld de ploegen van Cuba, Spanje en de Verenigde Staten keer op keer hun prestaties. Over het wel en wee in het vaderlandse polowereldje en de kansen van zijn team in Cali, hieronder een interview met Mart Bras, speler van VZC-Ritmeester uit Veenendaal en ondanks zijn leeftijd (24 jaar) een van de routiniers in het Nederlandse zevental. Mart Bras kon het wel eens bij het rechte eind hebben. Ivo Trumbic, die Zijn spelers te weinig inzet en concentratievermogen verwijt, moet er echter mee leren leven, want meer dan een lichte verbetering zal de bondscoach er waarschijnlijk niet uit weten te stampen. „Ik zie in ieder geval geen oplossing”, aldus Bras. „Of de gehele Nederlandse maatschappij zal moeten veranderen. En dat zie ik niet zo eentweedrie gebeuren”. Overigens stelt Mart Bras dat hij zelf wat die „Nederlandse” instelling betreft geen haar beter is. Glimlachend merkt hij op: „Ik weet van mezelf dat ik een beetje lui ben. Ik zal bijvoorbeeld nooit uit mezelf gaan trainen. Terwijl ik in het zwembad hier toch genoeg gelegenheid heb. Pas als ze komen vragen of ik zin hem om eventjes mee te trainen, döe ik het. Eerder niet”. Toch zijn het diezelfde Nederlandse poloërs die op vrijwel ieder toernooi wel voor een verrassing zorgen. Tegen zwakker geachte ploegen worden op informatie Mart Bras roert Oranje’s zwakste punt aan: het afmaken. „Het is niet te geloven”, aldus Bras, „hoeveel kansen we nodig hebben om te scoren. Misschien heeft Trumbic ons onbewust wel een beetje bang gemaakt om te schieten, toen hij zei dat je pas moet schieten als je honderd percent zeker bent. Bijna niemand durft. Ik wel. Als ik een klein kansje zie, dan schiet ik.” Wellicht dat dat ook de reden is van het feit dat Bras, met zijn forse gestalte toch al een moeilijk opzij te zetten heerschap, topscorer is in het Nederlandse team. Samen met Evert Kroon en Gijs Stroboer (HCZ De Robben) en meestal Meeuwen-speler Tonny Buunk vormt Bras de vaste kern in het Nederlandse team, dat woensdag, als voorbereiding op de WK in Cali, voor een tien dagen lang trainingskamp naar Curasao is vertrokken. Veertien man zijn op dit moment in de West aanwezig. Drie daarvan zullen na deze tien trainingsdagen moeten afvallen. „Ik heb zo’n idee”, aldus Bras, „dat Trumbic al zo ongeveer weet wie dat zijn, maar dat hij het nog niet zegt, omdat je dan van die jongens tijdens dat kamp toch niets meer hoeft te verwachten”. Na het trainingskamp reist de rest van Trumbics’ formatie af naar Cali. Mart Bras zal daar ongetwijfeld bij zijn. Hij is daarvan bijna net zo zeker als Evert Kroon, nog steeds algemeen betiteld als ’s werelds beste keeper. Kroon heeft het Nederlands zevental al diverse malen op belangrijke momenten gered. Met Bras vormt hij het zo noodzakelijke brok routine in de ploeg. Een brok routine, dat er, ondanks alles, misschien toch nog voor zorgt dat het Nederlandse poloteam op de wereldtitelstrijd in Cali door de gevestigde ploegen niet zo maar hapklaar is te verorberen. Toch weer te weinig „moraal”, zo als dat bij de wielrenners heet? De typisch Nederlandse karaktertrek bij sportlieden, denk maar aan Kees Broekman en Wim Slijkhuis en Luc van Dam? Kees schaatste het beste van iedereen, maar als het erop aan kwam nooit het snelste. Wim liep het mooiste van iedereen, maar op het beslissende moment was er toch al tijd eentje die minder mooi maar wel iets harder liep. En Luc was geen bokser maar een pugilist, dus die kreeg ook altijd net een stoot op zijn kaak op het moment dat hij op zijn best pugileerde. daarentegen te veel punten verspeeld. „Maar tegen bijvoorbeeld de Russen spelen we altijd goed, terwijl dat toch een van de sterkste teams van de wereld is. De kansen die we anders zoveel missen, willen er tegen de Russen nog al eens ingaan. Gebeurde dat ook tegen de zwakkere ploegen, dan zie ik ons in Cali wel een plaats bij de eerste zes behalen”. Zo, die zit! Nu is het aardige dat Mieke’s echtgenoot Hans van Wissen deel uitmaakt van de sportredactie van de Volkskrant, sterker nog: dat hij de eerste atletiekmedewerker is en zijn echtgenote ook altijd aanduidt als Mieke Sterk. Het is echter geen patriarchale corrector die Sterk steeds verandert in Van Wissen, maar Ben de Graaf, de eerste sportredac teur van de Volkskrant, die nog steeds enige faam geniet omdat hij de enige journalist was die tijdens het wereldkampioenschap voetbal door de spelers van Oranje in het zwembad werd gegooid. Ben de Graaf vindt dat kennelijk maar aanstellerij, dat handhaven van die eigen naam, en doet daar niet aan mee. Hans van Wissen is nu blijkbaar tot actie over gegaan, want de ingezonden brief van Mieke was in werkelijkheid door hem geschreven, zij het natuurlijk met de onmisbare instemming van Mieke Sterk. en de Hongaren. Je ziet dan niet meer dan twee nieuwe gezichten”. Ivo Trumbic noemde onlangs in een interview de Nederlandse poloërs in vergelijking met zijn landgenoten niet serieus genoeg. Bras: „Ergens heeft hij gelijk. Als de jongens bijvoorbeeld tien banen alleen op de benen moeten trainen, dan is hij genoodzaakt om te blijven opletten. Als hij even niet kijkt, dan wordt er alweer lol geschopt. Misschien heeft de Nederlandse poloër het wel te gemakkelijk gehad. Misschien Een spelmoment uit een van de wedstrij den die Oranje tijdens de Olympische Spelen in München speelde. Wim Herm- sen (7) scoort in de partij tegen Bulgarije. Net als zovele anderen zal Hermsen er in Cali niet bij zijn. De kranten spraken van een onge kende weelde, toen zowel Tom Okker als Betty Stöve tot de laatste acht op Wimbledon was doorgedrongen. Na de daaropvolgende ronde herkenden we onze weelde opeens weer: ze wa ren allebei uitgeschakeld! En allebei op ongeveer dezelfde manier: eerst tegenstander overdonderen, de eerste set winnen, eigenlijk het beste tennis op de grasmat leggend, en dan lang zaam maar zeker toch verliezend, met een smadelijke laatste set als extra pijnlijke natrap. En wat Okker betreft: hij heeft toch prachtig tennis laten zien tegen Tony Roche, ook al kon hij dan in de laatste set geen pap meer zeggen. Als twee tennissers voor een zo mooie partij zorgen, dan is er in feite geen verliezer, ook al blijkt er na afloop natuurlijk maar één winnaar te zijn. Het tennis is dan de grootste win naar, en Tom Okker heeft aan die overwinning bijgedragen, dus wat zullen we dan nog jammeren? Ik zal ze straks wel missen Marga ret Court en Billie Jean King. Hoe veel jaar zit ik nu al niet bij hen op schoot in juni-juli, bij wijze van spreken dan. Ik heb Margaret nog gekend toen zij Margaret Smith heet te. Toen kon ze ook al zo statig rechtop staan en het hoofd lichtelijk in de nek leggen als een slag bij verrassing wonderwel gelukt was. Wat Billie Jean betreft heb ik een hele tijd moeten nadenken en in mezelf Billie JeanBillie Jean moeten mompelen voordat opeens het ontbrekende stukje in de legpuzzel viel: Moffitt, natuurlijk Billie Jean Moffitt! Ik heb het daarna nog even nagekeken in de Sports Almanac 1975 en het klopte. Alleen heeft zij als Moffitt nooit Wimbledon gewonnen. Ze was al King toen ze de titel won nu weer: „Maar niet door de Volks krant, die ofwel een patriarchale cor rector zijn bespottelijke werk liet doen, ofwel geen verwarring wil zaaien bij de lezers. Er is maar methode waarmee die verwarring voorkomen kan worden en dat is mij te benoemen met de naam die ik bij mijn geboorte meekreeg, die ik in mijn hele atletiekloopbaan heb ge dragen en die ik nog steeds bezit”. 1 i Mi....... J| ?'z'L

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1975 | | pagina 21