zien
De kampioen van
de nuchterheid
gaan bewijzen
er
toch
we
beetjé
een
ijdel
weer
een levensverhaal
tl
moet zich nu
van
Boem”
Manager Jan Janssen: „Kuipertje zal wat moeten laten
„Ik word
si B
Uitslag nodig
Geweldig blij
Sportief
door Peter Heerkens
Verwachtingen
mek’
Akkoord
ZATERDAG
6 SEPTEMBER
197 5
Danny’s been
/Afkopen
V ragen
r
van
uter-
uiter-
Be-
een
andi-
ijk,
estaurant
13
Kiljan.
MENU
as wijn
Hennie Kuiper niet zijn vrouw en zoon Patrick tijdens de triomfocht
teer
elvis
■elpje,
oter
allemaal precies
zei Van Praag
door
meende
waakte
De huldiging van Kuiper op de trap
pen van het gemeentehuis van Osesn-
drecht.
n de
1, in
voor
iag 9
van
;t week-
kale
door
izen
inan-
ie en
geniet
/an onze
idue's en
n o.a. Pei>
:argots,
MC.
istaurant
lieden
a la
t deze
iteiten:
ff en
'alma-
urant
Zee
- 2 19
nd
>tels
en
■ijs
oom
■37,
3-3210
m DE
r uw
en overi
er met
nanas
afde
n in
us
en
of rijst,
es,
;s of
■salade
koffie
suiker
>n
agen
m
zakelijk hun verhalen. Ik heb onge
veer 40 uur gesprekken op de band
opgenomen. Eerst had ik „Cupstuk-
ken” en „Cruijff, Hendrik Johannes,
fenomeen” gelezen, en later heb ik
nog gesproken met Cor en Rien en
oom Henk en Nel om nog wat dingen
uit hun jeugd af te checken, maar
uiteindelijk is het hun boek. Er staan
dan ook dingen in waar ik het beslist
niet mee eens ben, maar dat doet er
niet toe, ik moest in dit geval dienst
baar zijn aan Johan en Danny. Dan
ny praat overigens gemakkelijker dan
Johan”.
Volgens de geruchten, die na een we
reldkampioenschap immer de kop opste
ken, zou Kuiper volgend jaar voor de
ploeg van Peter Post gaan rijden. Con
tractueel gegeven in de shirtreclame
voor komend seizoen is de optie die zijn
huidige sponsor Frisol heeft. Maar daar
wil Frisol-directeur Nico de Vries niet
zwaar aantillen. „De opzet van onze
ploeg voor volgend jaar is qua program
ma bescheiden. In dat patroon zal Kui
per zich niet thuis voelen. Hij kan elders
waarschijnlijk beter terecht en daarin
wil ik hem niet tegenhouden”. Van Nico
de Vries is ook de in de maandagkran
ten opzienbarende uitspraak: „Kuiper is
een domme coureur”. De Vries weer
spreekt dat nu. „Dat heb ik niet gezegd”.
In elk geval: Kuiper rijdt volgend jaar
in andere dienst.
„Ik weet dat er beteren zijn dan ik.
De Vlaeminck bijvoorbeeld. En Merckx
natuurlijk. Dat zijn echte vedetten. Ik
niet. Ik ben er misschien een in wor
ding. Maar hoe je het ook bekijkt: ik
was in Yvoir in de finale de beste.
zijn beurt, zegt: „Ik hoop dat zij de
tekst toch als eigen voelen en erva
ren”.
Op dit moment is het geen probleem.
Die mensen willen gewoon de wereld
kampioen aan het vertrek. Maar straks,
volgend voorjaar, dan moet je echt met
uitslagen komen om de volle mep bin
nen te kunnen halen. Kuipertje zal wat
moeten laten zien. Hij ligt erg goed in
de markt ik word gek van al die
telefoontjes van organisatoren maar
hij zal zich echt moeten waar maken”.
Lukt dat, dan,is de toekomst in finan
cieel opzicht voor Hennie Kuiper onbe
zorgd. Een regenboogtrui in de profwie-
lersport. zo is bekend, levert een bank
saldo met vijf muilen op.
rde
'filet
nsaus
gnons,
krab,
zn
len,
es,
>.s of
■salade
De opmerking van Roger de Vlae
minck viel in het plezier van het feest
misschien niet zo aardig, eerlijk was die
uitspraak in elk geval wel. Hennie Kui
per behoort niet tot die uitzonderlijk
kleine elite-groep waaruit men in eerste
instantie een wereldkampioen verwacht.
voetbal, al schrijvend over Johan
Cruijff, helemaal te kunnen vergeten.
„Ik vind het sportief van mijnheer De
Vries dat hij mij de kans laat naar een
andere firma te gaan. En wat die uit
spraak over mijn domheid betreft: ik
kan me best voorstellen dat mijnheer De
Vries mijn eerste ontsnapping in dat
wereldkampioenschap een stomme streek
vond, want zo dacht ik er zelf ook over.
Ik vroeg mezelf óók af wat ik nou
precies aan het doen was. Maar ja, die*
sfeer hé..Echt, dat kan ik niet uitleg
gen. ’t Is iets aparts. Daar word ik
helemaal dol van. Toch geldt hij als„de
kampioen van de nuchterheid”, of
zoals een t.v.-commentator het zei
„de kampioen van de eenvoud”.
manier van koersen meer halen dan je
nu doet. Dat geeft me een hoop vertrou
wen voor de toekomst, die opmerking”.
Daardoor heb ik nou toevallig die trui
en de rest zal ik moeten bewijzen. Daar
ben ik me terdege van bewust. Voor een
werkelijke crack verandert er weinig als
hij wereldkampioen wordt, hij haalt z’n
resultaten toch wel. Maar ik, ik moet
me nu gaan bewijzen als wereldkampi
oen. Ik zal dit najaar nog een flinke
uitslag moeten maken en dat zal niet
meevallen omdat ik geen sprinter ben.
Als je rap bent ip de aankomst lukt ex
allicht nogal eens wat, maar wanneer je
het moet, hebben van alleen aankomen,
zoals ik, wordt het al wat lastiger. Ik
win moeilijk, dat is gewoon een feit. Mijn
kracht is eigenlijk dat ik een specta
culaire koerser ben. Ik stunt graag. Zo
als in dat kampioenschap in België bij
voorbeeld. Ik was de eerste en de laatste
die demarreerde. Dat vind ik prachtig,
zoiets. Maar ja, als wereldkampioen zal
ik toch nog eens een belangrijke eerste
plaats moeten halen. Joop Zoetemelk zei
een paar dagen voor het kampioenschap
tegen me: Hennie, jij kunt uit jouw
„Boem! Johan en Danny Cruijff
vertellen hun levensverhaal aan Jaap
ter Haar” is de ietwat omslachtige
titel van een boek dat omstreeks 22
september (als Mies Bouman voor de
AVRO een tv-gesprek met de
Cruijffjes heeft) zal uitkomen. Het
blad Televizier heeft inmiddels al en
kele afleveringen afgedrukt, te weinig
echter om er nu al een oordeel over
te kunnen geven. Wel kan ik al iets
vertellen over het tot stand komen
van dit boek, dat wel de roepnaam
„Boem!” zal krijgen. Om te beginnen
was het natuurlijk al een vondst van
jewelste van de uitgever, om juist
Jaap ter Haar te vragen een boek
over Danny en Johan te schrijven.
„Een kampioenschap rijden vind ik
iets geweldigs. Dat jaagt me helemaal
op, die sfeer, spandoeken, gillende men
sen, applaus, namen op de weg gekalkt.
Dat hele spektakel, dat bedoel ik. Als
beroepsrenner ben je toch een soort
artiest. Er komen een hoop mensen kij
ken die wat verwachten. Dat inspireert
me enorm. Daarom ging ik zondag ook
zo gauw in een ontsnapping. Ik wilde
die sfeer proeven. Dat klinkt misschien
gek, maar toch is het zo. In zo’n situatie
groei ik. Dan voel ik me geweldig”.
Ter Haar is via jeugdboeken als „Sas
kia en Jeroen" en „Boris” (om mij tot
de bekendste te beperken) in de loop
der jaren opgestoomd naar de top
van de Nederlandse kinderboeken
schrijvers, hij kent de leeftijdsklasse
van Johan en Danny via zijn eigen
tweeling Saskia en Jeroen, en hij
speelde bovendien als viereneenhalf-
jarige zijn eerste voetbalwedstrijd
voor K.M.D. (Klein Maar Dapper)
tegen A.P. (Altijd Pret). Later voet
balde hij nog lang in de zomeravond-
competitie, hij kijkt naar Studio
Sport, kortom: hij heeft voldoende
feeling met het voetbal om niet een
volslagen outsider te zijn, en neemt
tegelijkertijd genoeg afstand om het
„Eenvoud. .Ik weet natuurlijk wat ik
kan. Van mezelf heb ik bepaalde ver
wachtingen maar ik loop er niet mee te
koop. Ik vind dat je je eigen gevoelens in
dat 'opzicht moet wegsteken. Dat is iets
voor en van jezelf. En bescheidenheid
Och, ik ben geen druktemaker. Maar wat
er nu allemaal rond dit wereldkampioen
schap gebeurde, ervaar ik heus als iets
geweldigs. Het betekent dat je wat be
reikt hebt, al die belangstelling. Ik voel
me echt wel gestreeld. Al die bloem
stukken, die telefoontjes en zo. Ik laat
het niet merken, maar ik word er toch
wel een beetje ijdel van; Zoiets doet je
wat, of niet? Ijdelheid hoeft toch niet
slecht te zijn
Het feit dat Hennië Kuiper de deur
tot een in veel opzichten beloftevolle
toekomst opendrukte, was vooral opmer
kelijk in relatie tot het akkoord binnen
de nationale ploeg. Jan Janssen, zo werd
duidelijk, maakte van de individualisten
een team dat in dienst van Joop Zoete
melk zou fietsen. Vóór dat kampioen
schap („ik heb hier geweldig naar toe
geleefd”) en daarna („de avond tevoren
had ik er een heel gesprek over met
Gerrie Knetemann) echter bleek duide
lijk dat Hennie Kuiper zichzelf aller
minst als knecht naar Yvoir had bege
ven. Brandende vraag: was het uiterlijk
over de saamhorigheid slechts schijn?
„Neen. De theorie dat ik voor mezelf
meer in gedachten had dan knecht van
Zoetemelk klopt, maar toen Jan Janssen
in onze vergadering over de taktiek met
zijn plan kwam heb ik me daarbij
aangesloten.
Janssen stelde het simpélweg zo, dat
Joop Zoetemelk van ons allemaal de
grootste kanshebber was. In alle eerlijk
heid kon ik niet anders dan daar „ja”
tegen zeggen. Bovendien kwam Jan met
een premiepot van 15.000 waar spon
sors voor gezorgd hadden. Daarbij ge
voegd het bedrag dat Joop zou betalen
(rond de 25 mille, P.H.) was dat een ge
geven waar je als beroepsrenner alleen
maar „akkoord” tegen kon zeggen. Na-
Het moest immers niet een boek
worden over de voetballer Cruijff,
maar over de mens Johan en de
mens Danny met hun drie mensjes.
Daar kwam bij dat Johan in zijn
contract had laten vastleggen dat het
„zijn” bock moest worden. Vandaar
dat de „ik" beurtelings Johan Cruijff
en beurtelings Danny Cruijff is, en
ook de schijn wordt gewekt dat Jo
han het boek schrijft. Dat „ik” wordt
niet alleen sprekend ingevoerd, maar
ook handelend: „Ik zit op de bank en
heb mijn schoenen uitgeschopt. Mijn
voeten spelen zachtjes over Danny’s
been”. Ezn. Omdat ik mij toch moei
lijk, kan losrukken van de weten
schap dat het boek in werkelijkheid
door Jaap ter Haar geschreven is, zie
ik Ter Haar daar dan even zitten met
zijn los-geschopte schoenen, zijn voe
ten zachtjes spelend over Danny’s
been, maar meteen daarna herinner
ik mij toch weer dat het Johan is die
spreekt.
„Ik ben het werktuig geweest, ik
heb getracht mij in die kinderen te
verdiepen en waar zij geen woorden
konden vinden vbor gevoelens, heb ik
die naar beste vermogen ingevuld”,
zegt Jaap ter Haar. „Het zijn hoofd-
Een grote uitslag in het najaar, heeft
Kuiper in elk geval nodig om volop in
de belangstelling van criterium-organi-
satoren te blijven. Met de bereidheid om
startgelden te betalen die in één dag een
bedrag opleveren waar de gemiddelde
werknemer een maand voor nodig heeft,
zijn de „inrichters” uiterst belangrijke
figuren voor een wereldkampioen. Jan
Janssen, die zijn brede ervaring nu als
persoonlijk manager van Kuiper in
dienst gaat stellen weet: „Met die trui
om je lijf moet je op de voorgrond
blijven.
allemaal? Wielrennen is zwaar. Wanneer
je dan iets bereikt, zoals ik. geeft dat
een geweldige voldoening. Maar ik ge
loof niet dat mijn levenshouding daar
door ial veranderen. Ik ga met dat geld
wat ik verdien echt geen gekke dingen
doen. Dat is mijn aard niet. Ik wil op
een verstandige manier van m’n geld
genieten. Hoe? Dat weet ik nog niet. Het
enige wat ik me heb voorgenomen, is
een lekkere wintervakantie.
Een tijdje geleden zaten m’n vrouw en
ik te twijfelen tussen Spanje en de
wintersport. Nou kan het alle twee! Dat
is toch heerlijk! In dat opzicht wil ik
me wat gaan permitteren. Ik ben zeker
niet van plan om ons nu niets of weinig
te gunnen om wat ze noemen „later”
wat te hebben. „Later” is voor zoveel
mensen al op een fiasco uitgelopen door
ziekte en dat soort narigheid, dat ik daar
nu niet alles voor wil laten”.
In de drukte rond Hennie Kuiper als de nieuwe wereldkampioen wiel
rennen bij de profs, is een uniek statistisch gegeven nog niet tot zijn recht
gekomen. Dat opmerkelijke feit, vergeten in het feestrumoer: Kuiper
(26 jaar oud, sinds zijn dertiende wielrennend) bezit vier titels tegelijk.
In volgorde van verovering: Olympisch kampioen, nationaal crosskampioen,
nationaal wegkampioen en wereldkampioen.
Na dat laatste succes, zondag in het Belgisch-Waalse Yvoir, zei Roger
de Vlaeminck (de zilveren medaille-winnaar) over deze renner met die
respectabele ere-lijst: „Kuiper is een goede coureur, maar ik vind hem
geen winnaar. Het is jammer dat een renner, die maar twee of drie keer
per seizoen kan winnen, hier wereldkampioen wordt”.
Het is inderdaad opzienbarend hoe weinig andere wedstrijden Kuiper
wint. Dti jaar bijvoorbeeld startte hij naar eigen schatting tussen de 130 en
140 keer, waarbij hij maar viermaal won doch daarbij wél drie titels haalde!
(crosskampioen, wegkampioen, wereldkampioen. Zijn vierde zege was een
rit in de Ronde van Spanje).
aanging. Ik had gehoord dat Danny,
toen het boek eenmaal af was, zich
opeens gerealiseerd had dat hun hele
handel nu op tafel kwam, terwijl zij
dat nu juist jarenlang had trachten
te voorkomen. Johan heeft gezegd:
„Als ik het huis uit stap, gaat het
harnas aan”, maar zij was het toch in
de eerste plaats die het gezin altijd
buiten de voetballerij en alle heisa
daaromheen heeft trachten weg te
houden.
Naarmate de verschijning van het
boek naderbij kwam, vond ze het
idee, dat allerle' innerlijke roerselen
'en persoonlijke feiten nu toch open
baar werden, steeds afschuwelijker;
reden waarom ze zelfs aangeboden
heeft het manuscript alsnog op te
kopen om publikatie te voorkpmenl
Haar laatste woorden in het tv-ge
sprek met Mies Bouwman zijn dan
ook: „Ik hoop dat niemand het
koopt”, maar die hoop zal ongetwij
feld vergeefs zijn Jaap ter Haar, op
tuurlijk kostte me dat moeite, maar in
het belang van de ploeg ben ik niet
gaan dwarsliggen. Ik dacht: als ik er
tegenin ga, zitten we hier over uren nog
en daar is niemand mee gebaat. Boven
dien werd de ruimte gelaten voor ren
ners die in de finale in goede positie
zouden komen. Dan zou Joop zich in
dienst van de ander stellen.
Daar klampte ik me aan vast. Won
derwel is het zo uitgekomen, maar ik
heb tot aan het moment waarop ik aan
die solo begon voor honderd procent
gekoerst met het idee dat Joop voorop
moest komen. Toen de actie van Gerben
Karstens dreigde te mislukken ben ik
naast Zoetemelk gaan rijden en ik heb
gezegd:.wat doen we? Ik zou wel willen
demarreren. „Als je je sterk genoeg
voelt”, zei Joop, „moet je gaan”. In de
afdaling van dat colletje ben ik toen
gesprongen. Ik passeerde Joop, ik gaf
hem een teken, hij liet een gat vallen en
het was gebeurd. Wat Zoetemelk en
Knetemann daarna voor mij gedaan
hebben was groots”.
vond om Ajax te coachen, vroeg één
der journalisten, vindt u Rinus Mi
chels dan wel gemotiveerd genoeg,
nadat hij toch ettelijke keren gezegd
had dat hij geen positie bij Ajax
ambieerde en ook nu nog geëist
schijnt te hebben dat Ajax zo sneb
mogelijk naar een andere trainer uit
kijkt? Ik wel. zei Van Praag.
Een ander vroeg aan Michels of hij
nog contact had gezocht met Hans
Kraay. Hij had immers zo vaak ge
zegd dat hij niet over de rug van
Kraay trainer wilde worden, dat het,
al was het alleen maar uit menselijke
overwegingen, voor de hand had ge
legen dat hij ook diens visie op de
ontslagkwestie even had aangehoord
alvorens over zijn rug heen bij Ajax
te komen. Maar nee, dat had Michels,
onder de omstandigheden, onjuist ge
vonden, althans op dit ogenblik.
Tja, maar op een later ogenblik hoeft
het natuurlijk niet meer, want dan is
alles al in kannen en kruiken.
Ik had ook nog wel een vraag
gewéten. Jaap van Praag zei, dat
Ajax géén Velocitas zou zijn
daarom geen ongemotiveerde trainer
kon veroorloven, maar als je dan
hoort dat hij zich vervolgens in ver
binding stelde met de Tsjechische
trainer Malatinski en een onbekende
Griekse trainer, dan vraag je je toch
af waarop zijn mening berust dat
Ajax gëën Velocitas zou zijn.
STOPPER
Johan en Danny hebben hun tekst
tweemaal grondig gelezen. Johan
schijnt er nog wat dingen uitgehaald
te hebben over bepaalde giften aan
liefdadige doelen, die een nieuw beeld
gaven van de voetballende geldwolf,
maar hij vond dat dat niemand iets
„Tja, als het loopt zoals het kan. dan
krijg ik een jaar dat financieel voor m’n
hele leven goed is. Dat idee maakt je
natuurlijk geweldig blij. Ik zie het vooral
als beloning voor alles wat ik ervoor
heb moeten doen. Want het is natuurlijk
een hard vak, dat wielrennen. Als je in
het voorjaar door de bijtende kou moet,
soms door de sneeuw zit te modderen,
dan denk ik wel eens: waar ben ik
eigenlijk mee bezig? Wat is dit nou
Zo’n persconferentie, waarop Jaap
van Praag de hele geschiedenis rond
Kraay en Michels nu eens haarfijn
uit de doeken zal doen, is eigenlijk
een geheimzinnige gebeurtenis. Ik zal
langzaam praten, dan kunt u het
in uw krant zetten,
en hij hield woord.
Nadat hij alles had uitgelegd, was er
gelegenheid om vragen te stellen. Er
gebeurden toen twee dingen: de vra
gen werden niet gesteld, en de vragen
werden niet beantwoord. Wat dat
laatste betreft: Van Praag wilde niet
ingaan op de persoon Hans Kraay en
ook niet op de zaken waarin hij
beknot was. Dus de vraag diende zich
aan waarom hij niet gewoon een
briefje aan het ANP had gestuurd
met een chronologisch verslag van de
gebeurtenissen. Dan hadden al die
journalisten rustig op hun krant kun
nen blijven. Wat het vragenstellen
betreft: iedereen die door eigen
nieuwsgaring wat meer meende te
weten dan de anderen, waakte er
natuurlijk wel voor door een goede
vraag zijn kaarten open te leggen.
Toch werden er natuurlijk nog wel
een paar hatelijke vragen gesteld. Als
u Hans Kraay te weinig gemotiveerd
Z s
■'M'x/.,.