(P. Blom, architect te Monnickendam) (E. Kalk, sociaal geo graaf, Werkgroep 2000 te Amersfoort) Als ik door de Amster damse Bijlmermeer reis, springt mijn hart niet van vreugde open, omdat ik meen, dat daar een onverganke lijk cultuurmonument is neergezet. We moeten niet probe ren de woonvormen zo vast te leggen dat wij in feite gaan uitmaken wat goed is voor de mensen. Er moet een reële keuzemogelijk heid voor hen zijn. Je moet de mensen heel duidelijk mee laten spreken, mee laten be slissen. Ik geloof, dat als er een liberaler woonbeleid wordt gevoerd dit de kwaliteit en de belang stelling in de bewoning zal bevorderen. Ik zou het helemaal niet ver keerd vinden als meer mensen baas in eigen huis waren, hetgeen ei gendom van eigen be woning impliceert en als men er een behoor lijke belegging in ziet, vindt men het ook de moeite waard het een goed onderhoud te geven. (H. J. L. Vonhoff, bur gemeester van de ge meente Utrecht) (D. Hillenius, bioloog te Amsterdam) De opinies van „de Zes” op deze pa gina’s zijn uitspraken op het Wooncon- gres te Rotterdam „Wonen 1900-1950-1975” op 8 oktober. (P. Struycken, beel dend vormgever te Am sterdam) Ik ben van mening, dat rijke en arme mensen tot hetzelfde soort be horen, dus dezelfde wensen hebben. Maar de rijke mensen hebben meer mogelijkheden een aantal wensen, ze ker op het gebied van de woningbouw, te rea liseren en de anderen zijn vaak gedwongen maar in een flatwoning te zitten en het maar goed te praten, zo van „Dit is eigenlijk een heel aardige wo ning. Ik heb bijna haatgevoe lens sils ik door de Bijl mermeer rijdt. Bij die rentuinen is men in het algemeen op het ogen blik verder dan bij ste denbouw. Die gaan eerst kijken welke be hoefte een dier heeft. Dat gaan ze verdiscon teren in een nieuwe bouw. Bij de mens be gint men het zich nu eens eindelijk voorzich tig af te vragen welke behoeften er zijn, maar we zullen eerst nog wel een hoop afschuwelijke hokken bouwen, die be paald ook niet goed koop zijn en je zit maar met die afschuwelijke aperotsen. Het wensenpakket van de mensen is gebaseerd op lust- en onlustgevoe lens. Mensen, die auto’s hebben, willen die auto voor de deur. Mensen, die kinderen hebben, willen die auto’s niet voor de deur. Mensen, die auto’s en kinderen hebben, hebben dan een groot probleem. Het inventariseren van de zogenoemde woon wensen blijft altijd han gen op een buitenge woon primitief niveau. Het is dan een matige sociale actie mensen al leen maar aan te reiken waar ze zelf om vragen, terwijl je ja kunt zeggen tegen een bevoogdende taak van de overheid en in ieder geval moet aan reiken, dat er ook nog meer te beleven is dan een auto wel of niet voor de deur. Laat het maar aan de specialist over, dan komt het wel goed. (R. Hueting, hoofd Afd. Milieustatistieken Cen- traal Bureau voor de Statistiek te Voorburg) tweede vakantievlieg reizen. Dan nemen de s meesten van ons de ver- - ■i< slechtering vah woon omgeving en landschap op de koop toe. De ten dens is daardoor uni form, koud, kil, weinig diversiteit, fantasieloos. We zijn op de verkeerde - weg. Wat we zien aankomen r zijn de grote uniforme f blokken met stroken as- fait ertussen en tussen die stroken asfalt hier en daar wel eilandjes, waar het stiller is en ook wel beter toeven. We willen blijkbaar niet erg veel van onze j schaarse middelen spenderen aan indivi- a dualiteit van onze wo ning en daarmee dus aan de diversiteit van onze woonomgeving. Liever mobiliteit: ten eerste de privé-auto, ten ja. Ja, we hebben een huis, een vrouw, drank, televisie, maar ook bij na niets anders dan dat. Moet je je eens voorstel len hoe eng. Je zou de grote steden, de grote agglomeratie, moeten onderverdelen tot dorpsniveau. Ik ben voor een drastische ver kleining wat de proble men betreft en ook de bouwopdrachten. We hebben alles veel te groot gemaakt. Alles gebeurt zo gigantisch en daardoor onmense lijk. Als ik minister was zou ik heel Nederland een maand plat leggen en in alle stadions net zo lang met elkaar praten dat we een uitgangspunt hebben om ’s morgens weer met plezier wak ker te worden en er ge loof en gein in hebben om een lied te kunnen zingen en er zin in te hebben. De besluitvorming ten aanzien van het bouwen en wonen moet anders worden. Het moet mo gelijk gaan worden, dat de bewoners zelf vooral meer directe invloed kunnen uitoefenen op hun woning, maar ook op de omgeving, waar ze gaan wonen of wo nen. Tevens moet er verandering komen in de zin van de beheers vorm van woonge bieden. De eerste stadsvemieu- wingscoöperatie, die er op lijkt, is die van de Nieuwe Weertjes in Arnhem. Een voorbeeld van samenwerking, coöperatief, waarbij mensen, die in die buurt wonen, zelf gaan beslis sen over het hoe. De beslissingsmacht, de bevoegdheid iets te kunnen doen met een huis en met de woonom geving, zou in de toe komst collectief gere geld moeten gaan worden. Er is in onze hele cul tuur een ongelooflijke somberheid. Geen re den meer om een lied te zingen. We zien er geen gat meer in. Een eigen huis? Mis- -Cy

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1975 | | pagina 19