Een Nederlandse surrealist opnieuw ontdekt in «1® fi IO Mil ftp sir re i Eis: Onmiddellijke toelating tot de medische studie Vat blijft o- rem ief door W. van den Berg Woede er over van je ideaal? QÖ d :R Mislukt leven van Hendrik Cramer k rv - sch iaal Visioenen en geboorte" ie OW'--. 1975 NOVEMBER 1 23 A.TERDAG f V Achtentwintig nieuwe titels al leen al voor Nederlandse proza. Dat wordt dus lezen geblazen. En dan te weten dat er nog een stapeltje van de vorige lichting op bespreking ligt te wachten. Zojuist gelezen wat er dit na jaar weer allemaal aan literatuur zal uitkomen. Dat is niet mis! Want dat is het vreemde; hoe prettig je lezen ook vindt, er worden altijd opnieuw weer boe ken uitgegeven die moeilijk te verteren lijken te zijn. Soms staat de omslag je al niet aan, soms zint het lettertype je niet, soms lees je voor de vijfde maal de eerste pagina’s, maar uitlezen ho maar. Uw Xyi.'V P - F ■■'1 I ie iring keer uitgeloot atie, beeft haast iƒ7. i in de Am- Het moet nu wel van de Kamerleden Somite Drie (•n oor >id in rif- /an van Ivies iet ïoeilijk te zeggen waarom. Het feit dat als arts behalve in staat moet zijn tot a goed contact met je patiënten, ook techniek moet kennen om ze te Ipen. Misschien trekt me dat aan. ntact en praktisch werken, factoren even belangrijk zijn”. or haar doet het „waarom” echter “t zoveel ter zake. „Als iemand per se i bepaalde studie wil volgen is dat n goede reden om hem toe te laten”, idt ze. En hoe graag ze wil is de gelopen jaren gebleken. Allereerst is ar de aanvullende opleiding in nsterdam. In die periode veranderde namen bekend. Het Centraal Bureau Aanmelding en Plaatsing werkt wat dit betreft niet mee. Anyuta roept iedereen die hetzelfde heeft meegemaakt als zij, op zich te melden bij de ASVA, Weesperstraat 51 in Amsterdam. Het comité is inmiddels begonnen met het benaderen van kamerleden van diverse politieke partijen. En volgende week zal er een gesprek zijn met de vaste commissie voor onderwijs. De belangrijkste eis luidt: „Onmiddellijke toelating tot de medische studie van alle mensen die voor de derde keer zijn uitgeloot”. De activiteiten van dit comité worden inmiddels gesteund door ondermeer de universiteiten van Groningen en Amsterdam, Grondraden, Medische Actiegroepen, Studentendekanen, VVDM en de Jongerengroeperingen van de PvdA. In 1974 kwam ze, ook al omdat haar vriend hier studeert, naar Groningen. Na alle tegenslag rekende ze op toelating. Weer volgde een afwijzing. Tussen aanmelding en definitief bericht van het Centraal Bureau Aanmelding en Plaatsing verlopen enkele maanden. Een zenuwslopende tijd. Dat heeft Anyuta aan den lijve ondervonden. Behalve het feit dat je niet weet of eindelijk de studie eens kan aanvangen, is ook nog helemaal niet zeker waar het bureau je iindeelt. De angst om niet in de stad van je voorkeur geplaatst te worden werkt verlammend. Vooral als er goede redenen, natuurlijk altijd Intussen is het natuurlijk mogelijk dat je de auteur onrecht aandoet. Hij schrijft dat boek niet alleen voor zijn buurman en recht op antwoord heeft hij dus in ieder geval. Interessanter is het echter als je er tenslotte na veel vijven en zessen bent achtergekomen dat je jezelf onrecht hebt aangedaan. Het boek is wel degelijk te pruimen, je irritatie slaat om in enthousiasme. Dat komt in de eerste plaats omdat Steinz er bijzonder goed in geslaagd Ondanks het feit dat ze rekende op een plaatsje in het studiejaar ’74-’75 meldde Anyuta zich ook aan bij de Academie voor Lichamelijke Opvoeding. De opleiding tot fysiotherapeut leek haar voldoende overeenkomsten te hebben met het begin van de medische studie, zodat ze op die manier een eventueel wachtj aar dacht te kunnen overbruggen. Het is nogal tegengevallen. „In dat jaar werd het verlangen om medicijnen te gaan studeren steeds maar groter. Eerlijk gezegd viel het allemaal een beetje tegen. Bovendien denk ik dat voltooiing me later te veel beperkingen oplegt. De opleiding tot arts geeft meer mogelijkheden”. persoonlijke, zijn om er te willen blijven wonen. Zo kreeg het aanmeldingsbureau in het voorjaar van ’75 weer bericht van haar. Anyuta ontving opnieuw het bekende antwoord: „Niet toegelaten” of „Uitgeloot”. Machteloosheid, verdriet overheerst op dat moment. Dan komt de woede. Maar op wie moet je die koelen? Je zit in categorie E met volgnummer 930. En in jouw groep zijn mensen geplaatst tot volgnummer 342. Als het verstand weer gaat werken schrijf je een bezwaarschrift. Het wordt niet ontvankelijk verklaard. En inderdaad zijn er schrijnender gevallen. Ook al vindt Anyuta wel dat ook zij heel gemakkelijk het over de boeg van „grote psychische nood” kan gooien. Of het veel uithaalt is de vraag want de commissie die al die brieven beoordeelt, heeft daar al rekening mee gehouden. Anyuta is het er mee eens dat waar een stop wordt ingesteld het principe van „gelijke monniken, gelijke kappen” wordt gehanteerd. Zeker bij de eerste keer. Maar als iemand zich voor de derde keer aanmeldt, is er meer aan de hand dan dat iemand een bepaalde studie wel aardig lijkt. De commissie, in „Uitloting kan zeer grote psychische problemen met zich meebrengen. Zowel voor de aanstaande student als voor zijn naaste verwanten” staat in de afwijzingsbrief te lezen. Vreemd is echter dat ook een sterke motivatie om een bepaalde studie te gaan volgen geen reden is voor toelating. Blijkbaar wordt ervan uitgegaan dat mensen van gedachten kunnen veranderen. feite de staatssecretaris, zou dat volgens haar ook moeten zien. In ieder geval zou zo iemand op een wachtlijst geplaatst kunnen worden. Immers, dan ontstaat er enig uitzicht op een aanvang van de felbegeerde studie. Anyuta heeft in de gaten gekregen dat ze alleen weinig kan bereiken. Ze sloot zich aan bij het comité „Drie keer uitgeloot” dat sinds enige tijd pogingen onderneemt om de 70 mens'en die drie keer voor een studie medicijnen of diergeneeskunde zijn afgewezen alsnog geplaatst te krijgen. Lukt het niet dan willen de slachtoffers van de loting wachtlijsten. Zodat ze in ieder geval weten of ze nu over twee of over drie jaar eindelijk kunnen beginnen. Anyuta heeft gemerkt dat de dreun dit jaar bijzonder hard is aangekomen. Wat blijft er over van je ideaal? „Mijn verhaal staat niet op zichzelf. Het is wat alle anderen is overkomen. Ook al weet je het in je hart wel zeker, je gaat je afvragen: moet ik er nog langer mee doorgaan?” Ze acht het niet onwaarschijnlijk dat door deze narigheid straks een grote groep jonge mensen zwaar teleurgesteld terugkijkt op een gedeeltelijk mislukt leven. Staatssecretaris Klein hoeft die klap niet op te vangen. Daar is zijn collega van Volksgezondheid voor. gen te e, ver- t oplei- on, die e hoog netica- jreist. euning en se- net het de regeling wel en kreeg ik het volgende studiejaar eigenlijk een nog veel kleinere kans. Mensen die in 1973 uitgeloot waren kregen geen voorrang meer. Toen ik van school kwam bestond die regeling nog wel”. Een ander naar feit, ook een beetje merkwaardig, was dat het gemiddelde van de exacte vakken waarin ze tentamen had gedaan geen rol speelde, doch uitsluitend het gemiddelde van het eindexamen gymnasium. „En dat terwijl je juist die vakken ging studeren om de studie te kunnen volgen”. daarvoor eigenlijk al gedateerd. En dan tenslotte De reis naar Bra bant, het verhalendebuut van Frans Kusters, die voor deze bundel werd bekroond met de Reina Prinsen Geerligsprijs 1973. En dat niet ten onrechte. De zevenentwintig korte tot zeer korte verhalen laten zich moei lijk plaatsen binnen bestaande genres en zijn een mengeling van ongeremde fantasie en romantisch relativisme. In bijna alle verhalen wordt een tekort gesignaleerd, een pijnlijke breuk tus sen droom en daad, tussen jeugdige overmoed en het berustende inzicht van de lichtelijk teleurgestelde vol wassene. Dit inzicht is niet te ontlo pen, ér valt ook niets tegen te doen. Voortbouwend op deze thematiek, die soms ook qua sfeer veel aan Nescio doet denken, kan Kusters een goed schrijver worden. Zijn uitgever De Bezige Bij bracht onlangs een tweede druk van dit debuut op de markt. WIM VOGEL Dit laatste nu geldt bepaald voor de roman Onvoltooid, het laatste werk van de in 1971 overleden auteur P. W. J. Steinz (Nijgh en Van Dit- mar). Het boek bevat een zevental hoofdstukken waarin de ik-figuur, Amadeus Rinaldini, al poserend, als zevenenzestigjarige zijn leven aan de portretschilder vertelt. Een leven dat voor wat grote gebeurtenissen betreft alledaags is, maar dat zich na verloop van tijd toch uitstekend laat lezen. komen, want gesprekken met de staatssecretaris hebben weinig positiefs opgeleverd. „Hij vindt dat iemand die één keer is uitgeloot maar een andere studie moet gaan volgen. Veel van deze mensen komeh dan in het hoger beroepsonderwijs terecht. De bedoeling was om daar de mensen met een havo- opleiding heen te laten gaan. Er zijn al stops, maar als dit doorgaat raakt voor deze scholieren de hbo-studie helemaal Verstopt”. iftijd. t als eest, eren. 5915 blad een boeiende persoonlijkheid wien het niet ontbroken heeft aan ontmoe tingen met de besten van zijn tijd. Toch ben ik bang dat ook deze twee de poging weinig succes zal hebben. Cramers verhalen zijn daarvoor vol gens mij te zeer gebonden aan het fantastische van het surrealisme. Het zijn over het algemeen geheimzinnige verhalen waarin merkwaardige krachten vrijkomen. De werkelijk heid verandert voortdurend want al les is mogelijk, dus alles gebeurt, om de Heer Tiennoppen te citeren. Toch is het voor mij als met veel poëzie van Marsman; de woorden zijn me vaak te groot, de beelden te talrijk. Ik moet eerlijk bekennen dat veel psychische ervaringen niet de mijne zijn geworden. Men kan waardering hebben voor de voortdurende poging van Cramer duidelijk te maken dat apocalyptische krachten in de wereld, in de mensen werkzaam zijn, maar naar mijn mening is zijn methode vee jaar geleden deed ze in Beijstgeest eindexamen gymnasium. Een jede cijferlijst waarvan het gemiddelde op 6,8 lag. Het ideaal was: edicijnen studeren. Voor deze studierichting gold echter al een stop, s werd uitgeloot Dat kon al gauw omdat toen voorrang werd gegeven m mensen die gemiddeld een 7,5 hadden. Bovendien ontbraken aan tar opleiding de exacte vakken. Die ontbrekende kennis verschafte ze ch in het volgende studiejaar. Een speciale opleiding aan de Vrije diversiteit in Amsterdam. Tentamens in biologie, scheikunde en natuur- inde. Gemiddeld cijfer: 7,3. Opnieuw aangemeld voor de studie medi- jnen Weer uitgeloot. aar was rekening mee gehouden. Ze had zich tevens aangemeld voor i opleiding fysiotherapie aan de Academie voor Lichamelijke Opvoeding Groningen. Omdat er enige paralellen zijn met de medische studie, aar was wel plaats. Maar in dat studiejaar werd het ideaal alleen maar erker. Dus en nu zijn we in 1975 beland maar weer aangemeld voor i universitaire opleiding. En weer uitgeloot. In beroep bij de commissie e zorgvuldig moet bekijken of er in die lotingsprocedure geen fouten jn gemaakt, waardoor iemand in al te grote moeilijkheden komt. Beroep gewezen. Volgens het comité kan dat omdat staatssecretaris Kleip van Onderwijs en Wetenschappen maar liefst 95 plaatsen die door de universiteiten van Amsterdam en Groningen waren gevraagd, heeft geschrapt. Die plaatsen moeten alsnog worden toegekend, vindt het'comité. Daartoe worden momenteel gesprekken gevoerd met Kamerleden en met de vaste Kamercommissie voor Onderwijs. e gaat er aan kapot. Iedere keer die jun op je kop. Het ergste is wel dat je machteloos bent. Je kan schoppen lar je wilt, maar je raakt niets”. lyuta Querido (20 jaar) heeft drie erg [■velende jaren achter de rug. Dat ze comstig is uit een artsenfamilie zal er s mee te maken hebben, maar reeds het gymnasium wilde ze medicijnen an studeren. Anyuta Querido is lid van het comité „Drie keer uitgeloot”. In je eentje tegen het „apparaat” aanschoppen vergroot uitsluitend het gevoel van machteloosheid. Je organiseren in een groep die dezelfde doeleinden nastreeft is eigenlijk de enige mogelijkheid. Een andere studierichting kiezen als je voor de derde keer niet bent toegelaten kan natuurlijk ook. Maar dat is nu juist wat ze niet wil. En de andere lotgenoten ook niet. Daarvoor zijn de idealen te groot. Nog wel. Bij elke weigering wordt de frustratie groter. De tijd werkt zo in het voordeel van degenen die de loterij hebben opgezet. Vandaar dat het comité haast heeft. In de eerste plaats willen ze alle namen van mensen die drie keer afgewezen zjjn voor de studie medicijnen. Landelijk moeten het er tussen de 60 en 70 zijn. Tot nu toe zijn echter nog maar ruim twintig is de sfteer op te roepen van de eerste jaren van deze eeuw, een eeuw die tot 1914 duidelijk de negentiende ge noemd kan worden. Het zijn de jaren van het gaslicht en van het petro leumlampje. Amadeus groeit op als dromerige zoon van een idealistische dominee, Tolstoivereerder, christen- anarchist en vegetariër. Het volwassen worden van dit kind in een wereld die al snel geen boodschap blijkt te hebben aan verdwaasde dominees zoon! j es gaat uiteraard niet over ro zen. In de tweede plaats is Onvol tooid een goed boek omdat Steinz, gebruik makend van een grote erudi tie, klassiek proza schrijft dat mij bij vlagen deed denken aan Van Schen- del en aan Marnix Gij sen. Heel wat meer moeite blijf ik heb ben met Vizioenen en Geboorte van Hendrik Cramer (Meulenhoff). Het boek, dat vele korte verhalen en schetsen bevat, is nochtans prachtig uitgegeven: goed papier, mooie blad- I f spiegel, zelfs hier en daar een foto. Want een Jjijzonder boek is het na melijk wel. Cramer werd in 1884 in Utrecht geboren, maar woonde en werkte vooral in Frankrijk, Parijs. Hij maakte daar deel uit van surrealisti sche bewegingen en werkte mee aan het tijdschrift Le Grand Jeu. Hierin, maar ook in andere Franstalige bla den, verschijnen vooral in de jaren dertig zijn surrealistische en zwaar symbolische verhalen. In Nederland kreeg hij eerst later bekendheid, vooral door toedoen van uitgever Stols. Erg bekend kan hij hier echter niet worden want Cramer werd in 1944 wegens verzetswerk in Frankrijk door de Duitsers opgepikt. Op 17 december 1944 overleed hij in Neuen gamme. Laurens Vancrevel van uitgeverij Meulenhoff doet dus nu een nieuwe poging Cramer in Nederland bekend te maken. Ongetwijfeld is Cramer Ca W PT?? v ÜMt r iWi 7^-'^ 77

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1975 | | pagina 23