uit de kille Tweede Kamer
Liberaal dr. Klaas
Dijk vertrekt
van
vind ik heden
van mijn leven
verouderde
is nog altijd
I
.1
Ki:
uitdrukkingen”
13 april 1945”
99
99
os®»
door Tony van der Meulen
Doosje
Links
Winkel
Adviseur
ZATERDAG
1 5
1975
27
NOVEM BER
I.)
KW
vo-
voor
RA.
aar.
AAL
■V
ng
c
c -
n of
„Nee, ik zit daar helemaal niet mee, ik lach erom”.
Dr. Van Dijk kijkt me wat vragend aan, zegt dan:
Mensen die niet bang zijn
oek-
voor de Russen, slapen
past
t.
mekaar niet?”
C
ling
VZZFZZZZZZZZZZZZZZZZZZZZZZZZZZZZ0ZZZZZZ/
■acht
rijden.
straat
)O uur
i een
an 15
Van Dijk: „Daar komt bij, dat ik eer. hondje heb dat
een pootje mist; het rechter voorpootje. Als ik door
Roden wandel, hoor ik kinderen wel 'es zeggen: papa,
die man en dat hondje lijken precies op elkaar”.
„Toen werd het me te veel, ja gaat je dan de direc
trice voelen van een tehuis voor oorlogsslachtoffers”.
Maar met die stomp, om het zo maar te noemen, heb
ik wel de meest vreselijke dingen uitgehaald. Ik zat in
Groningen als student bij het korps, in de groentijd liet
Praat u onderweg veel met mensen?
Van Dijk: „Als ze maar even een
opening geven wel, ja. Alleen, in de
eerste klas zit men meestal te lezen,
vergaderingen voor te bereiden. De
tweede klas is wat spraakzamer.
Gezelliger ook. Maar in zo’n restauratie
zit meest tweede klas. Wat je als
Hoezo?
„Ze willen toch ook steeds meer geld
hebben?.
Maar dat gaat om geld voor hun
jeugdcentra, het lijkt me geen eigen
gewin.
„Iets improviseren, met weinig middelen
iets van de grond krijgen, dat kan ook
idealisme zijn. Hun eisen rijzen toch de
pan uit”.
Hebt u eigenlijk ooit een Rus
ontmoet?
Dr.
397.
Voelt u zich een rechtse man?
„Links en rechts vind ik verouderde
uitdrukkingen. Maar persoonlijk zou ik
links als een scheldwoord ervaren. Ik
zou niet graag links genoemd worden. Ik
wil de maatschappij aanpassen, niet
ondersteboven gooien”.
Me’ wie in de VVD voelt u zich
meer verwant, met senator Harm van
Riel of met fractievoorzitter Hans
Wiegel?
„Ik ontmoet Wiegel veel meer, maar
Van Riel, dat is een geweldig erudiete
man. Zijn kennis van de historie
i de
109,
ac-
be-
cieel
ere-
12,
ik dan zo’n eerstejaars op mijn kamer komen. Vooraf
blies ik een plastic keukenhandschoen op, en bond die
om de korte rechterarm. De student-in-wording kwam,
drukte me de rechterhand, waardoor hij de lucht uit die
handschoen kneep en dat gaf een akelig gefluit. Zo’n
jongen schrok zich te pletter”.
wij beiden met onze ene arm plus dat hondje op pad.
We komen bij een huis en daar staat een geitje dat in
een maaimachine heeft gezeten: pootje eraf”.
Wat was u vroeger voor een
jongetje?
„Zeer gedwee. Mijn ouders zijn erg
geschrokken toen ik op het gymnasium
plotseling de grootste rotzak van de klas
was. Ik had een doosje dat „boeh” zei
als het omdraaide. Dat liet ik dan dooi
de klas gaan. Mijn vriend had een
doosje dat „mama” zei. Vooral de
juffrouw die Frans gaf, heb ik het bloed
onder de nagels vandaan gehaald. Ik heb
wel een bepaalde neiging tot rebellie”.
„Laatst kregen wij gasten uit Duitsland, die ik nog
niet eerder getroffen had. Vooraf dacht ik nog: als er
maar geen oorlogsslachtoffer bij is. De man komt, oh
god maar één arm, ook de rechter eraf Ik wou die
mensen laten zien hoe wij in Drente huisjes opknappen,
U bent een doener?
„Hiervoor was ik wethouder van
Groningen en dan kwam er een vent bij
je die een winkel wou beginnen; daar
werkte je aan mee, en als je ging
verhuizen, kocht je je nieuwe stoelen bij
hem. Er gebeurde iets. Ik heb er nog een
eerste paal mogen slaan voor een sociale
U piraat vrij opgewekt over uw
handicap.
„Ja, het meeste last heb ik er nog van
genad in de puberteit. Je merkte dat
meisjes eerder naar een andere jongen
keken dan naar jou. Maar tegenwoordig,
ook met die stomp kan ik een borrel
dragen. De mouw van het pak moet dan
een beetje nauw zijn, voet van het
borrelglas ertussen. Een glas sherry
wordt al moeilijker, wijn wil niet”.
Minister Gruijtërs heeft eens gezegd
dat je met confessionelen moet
oppassen: als je ze een hand geeft, moet
je je vingers natellen. Iemand zei toen:
dat klopt, kijk maar naar Van Dijk. En
dat kon u kennelijk zeer waarderen”.
„Ja, dan lach ik me rot”.
Hoe kunt u daar in uw partij, de
VVD, mee uit de voeten?
Van Dijk wacht even, begint over
acupunctuur. „Mijn laatste uiting van
rebellie was op een congres voor artsen,
waar ik een pleidooi heb gehouden over
de randgebieden van de geneeskunst,
zaken als acupunctuur. Daar ben ik zeer
mee bezig. Op een morgen stond ik op
geweldige pijn in mijn been, kwam
vanuit de rug. Ik toch naar Den Haag.
Ik huppelde wat door de Kamer. Ga
toch naar huis, zei Hans Wiegel, maar ik
ben naar Jaap gegaan, arts en een
zwager van me. Hij werkt mei
acapunctuur-naalden. Ik zei; Jaap, zet ze
d’r maar in. Hij stak veertien naalden in
mijn achterwerk en langzaam voelde je
de pijn weggolven. Hij zei: blijf hier
slapen, vannacht krijg je pijn in je
kuiten. Dat klopte, hij behandelde me
••••••••a..
I,
Ie
Wilt u daarmee zeggen:
communisten, maar wel lekker eerste
klas reizen?
Nee. in Rusland zelf hebben ze geen
eerste klas. Ik wil ermee laten zien hoe
ze zich afzonderen”.
De Randstad komt in zicht. Tijd voor de
samenvatting: waar ergert hij zich
voornamelijk aan?
,.Aan het optreden van Arie Groenevelt
van de Industriebond NVV. Maar ook
aan zo’n demonstratie van net kabinet-
Den U.yl tegen de doodvonnissen in.
Spanje. U moet van mij aannemen dat
wij ook tegen die executies zijn. Maar
een kabinet hoort niet de straat op te
gaan”
Uw partijgenoot Van Riel zei: Wiegel
hoort niet bij roverhoofdman Den Ugl.
Zejt u dat ook?
„Dat is op zo’n moment de
ongenuanceerdheid van Van Riel. Maar
Wiegel heeft zich bij die demonstratie
doodongelukkig gevoeld. Hij hoorde er
ook niet, dat heeft hij dondersgoed
gevoeld'.
We zijn nu bijna in Den Haag Van
Dijk: „Zal ik je eens een voorbeeld van
onverdraagzaamheid noemen. Mijn
dochter heeft een plakkertje op de fiets:
VVD-aktiepartij. Gced, ik vind de VVD
geen actiepartij, maar het zat bij de
post Toen ze die fiets bij een bushalte
had staan, hebben ze dat plakkertje eraf
gehaald. Oke, maar waarom laten ze ook
haar banden leeglopen? Dit is
onverdraagzaamheid”.
„Ik gun die linkse mensen allerlei leuke
dingen. Maar ik erger mij eraan dat ze
he+ liefst iets van mij afpakken, om het
onder anderen te herverdelen”.
Van Dijk wurmt zich door het gangpad
„om wat koffie en bier weg te brengen”.
„Een passagier: „Zeg ik las in de krant
dat je ermee.Van Dijk: „Ja, ik baal
ervan'
Omdat hij de politiek steeds onverdraagzamer gaat
vinden en in het Tweede-Kamergebouw ook de nodige
„maatschappelijke warmte” ontbeert, houdt de VVD’er
dr. Klaas van Dijk uit Roden ermee op. Het is wel niet
zo aardig, en het is ook maar goed dat hij er zelf in het
geheel niet mee zit, maar bij het kamerlid Van Dijk
denken de meeste mensen in eerste instantie aan de
volksvertegenwoordiger met de ene arm. Zijn rechter-
onderarm mist hij vanaf zijn geboorte. Hij is daar ken
nelijk zo aan gewend, dat hij je in een interview ver
rast met de zinswending „Hoewel ik er maar vijf heb,
kan ook ik op mijn vingers natellen dat
Een gulle lach klinkt door de restauratiewagen. Wij
zijn per trein op weg van Assen naar Den Haag, het is
dinsdagmorgen half acht. Buiten komt in Drente de zon
op, akkers liggen wat mistig te dampen wat moet een
boer toch vroeg op.
Twaalf en een half jaar heeft de heer
Van Dijk dit traject per spoor af gelegd,
dinsdagmorgen naar Den Haag, meestal
donderdagsavonds terug, en in de
tussenliggende tijd werd de liberale
kiezer vertegenwoordigd.
Omdat je zelfs een politicus ’s morgens
vroeg om half acht niet meteen kunt
overvallen met de rauwheid van het
bestaan, begonnen we met licht peinzend
uit het raam te kijken en zijn kennis
van het traject te toetsen. „Straks
komen we langs Meppel, mijn
geboortestad, en daar werp ik wel vaak
even een blik op het gehucht
Oosterboer, waar ik mijn eerste zoen
heb gegeven. In Zwolle kan ik vanuit de
trein altijd mijn gymnasium zien
liggen’
Vindt u het een punt van discussie of
je de relaties die je hebt als gekozen
volksvertegenwoordiger, mag gebruiken
voor zakelijke doeleinden?
„Maar dat doe ik ook niet. Je zorgt
alleen dat deuren opengaan, dat iemand
van zo’n bedrijf waar je adviseur van
bent op een departement bij de juiste
man terechtkomt”.
werkgemeenschap. Mijn dochtertje stond
erbij. Jaren later zei ze, als we erlangs
kwamen, nog altijd: papa, dat is onze
fabriek, hè”.
„Dat soort dingen heb je als kamerlid
niet. In die 12 jaar heb ik zo n zeven
amendementen van me (wetswijzigingen
- red.) aangenomen gezien, en een stuk
of vijf moties. Dat is in Den Haag
hartstikke veel, maar voor twaalf en een
half jaar werken is het natuurlijk een
schijntje”.
„Daar komt nog bij: het wordt er in de
politiek niet gezelliger op, het individu
vereenzaamt, ook in de Kamer. De
vorige voorzitter Van Thiel trok na
afloop nog wel ’es een flesje wijn open,
even nalachen. Er was veel meer
onderling contact. Tegenwoordig krijg ik
het idee dat ze in veel partijen .maar
lekker onder mekaar blijven, dan krijg
je ook altijd gelijk”.
„Maar ach, als ik aan de universiteit van
Groningen was blijven hangen (hij
werkte er als socioloog - red.) was ik
wellicht ook een vakidioot geworden.
Dan had ik nu van een onderwerp alles
geweten. Na 18 jaar in de politiek weet
ik dan liever van alles niks”.
Raas ik nu langs Harderwijk
tegenover een teleurgesteld politicus?
„Nee hoor. Ik ga een boek schrijven
over het veranderde mensbeeld; ik heb
een paar adviseurschappen in het
zakenleven, binnenkort vlieg ik met
mijn vrouw naar een congres in
Florence, ik ben wel bezig”.
Wat voor adviseurschappen zijn dat?
„Ik zit bij de projectontwikkeling, de
bouw. Op heel bescheiden wijze; mijn
hoofdwerk wordt straks dat boek. Ik wil
wel van dat weekendhuwelijk af, maar
mijn vrouw weet ook wel dat ik zo’n
woelwater ben, dat ik niet tegen een
mooi regelmatig leven in Roden kan”.
Wat. gaat u die bedrijven adviseren?
We naderen Amersfoort en dr. Van Dijk
denkt even na. „Ze vragen ons daar
natuurlijk voor omdat we de kerels op
de departementen kennen. Je kent niet
alleen de ministers, maar ook de
ambtenaren en de secretaresses van de
ministers, die vaak wat langer blijven
zitten dan de ministers zelf”.
Toch zijn het de baantjes waar vaak
wat om wordt gelachen: eerst in de
politiek, daarna adviseur.
„Ik heb ze wel gezegd dat ze me niet te
veel moeten betalen. Alles wat ik meer
krijg dan een bepaald bedrag, gaat van
mijn schadeloosstelling af. Ik krijg nu
nog twaalf en een half jaar lang een
schadeloosstelling (de naam voor het
salaris van een parlementslid - red.), als
dat ophoudt ben ik 63. Ik moet wel een
grote sufferd zijn als ik met tot mijn
65e niet red. Daar komt bij dat ik niet
zo'n geldverzamelaar ben”.
Ik ben nog nooit iemand
tegengekomen die erin spuugt.
„Nee, je moet wel genoeg hebben om te
leven”.
We naderen Utrecht. Van Dijk. „Toen in
de krant had gestaan dat ik uit de
Kamer ga, belde Gaarlandt, de oud-
commissaris van koningin van Drente,
me op. Hij zei: je hebt gelijk, maar de
kater komt nog. VermoedeliiK dezelfde
kater als toen ik aftrad als wethouder
van Groningen. De volgende dag kwam
ik nog even naar het stadhuis om mijn
opvolger wegwijs te maken, maar hij
was er niet. „Er is een vergadering”, zei
de bode. Daar weet ik niks van, zei ik.
Maar u bent ook geen wethouder meer,
zei de bode. Ik ging naar huis, ik heb
een beste borrel gedronken”.
In Utrecht gaat een wat strenge, oude
dame naast ons zitten. Ademloos volgt
ze hoe ik vlijtig zit te noteren; het
schijnt onder treinpassagiers niet
gebruikelijk te zijn.
Van Dijk: „Ik moest eens bij Gaarlandt
zijn. En, zoals u weet, heeft hij ook een
handicap, aan zijn oog. Ik kwam binnen
en Gaarlandt zei: Van Dijk, jij kijkt niet
naar mijn oog, ik niet naar jouw arm,
we zijn hier om zaken te doen. Een
geweldige benadering, met die man kon
ik een einu wegroeien.
Denkt u ook dat als vorig jaar
tijiens de oliecrisis de VVD in de
regering had gezeten, er vooral
bezuinigd was op welzijnswerk,
jeugdhonken?
„Dat denk ik, ja. Ik zeg wel es: al die
welzijnsschreeuwers, ze zeggen dat ze
van die grote idealisten zijn, maar
intussen gaat het hen ook om de
centen’
bewonder ik zeer. In zijn woerden vind
ik de diepgang terug die ik in het
parlement mis”.
Bent u net zo bang als hij voor de
Russen?
„Voor de Russen ben ik doodsbenauwd.
Ze voeren de sterkte van hun vloot
sneller op dan de Amerikanen. Ik
vermoed dat ze ook dichter bij zijn dan
de meeste mensen denken. Ze beginnen
geen oorlog in west-Europa, kom nou.
Maar mensen die niet bang zijn voor de
Russen slapen. De mooiste dag uit mijn
leven is nog altijd 13 april 1945, de
bevrijding”.
U bent ook langdurig in Amerika
geweest. Wat voor idee hebt u daaraan
overgehouden?
„Keihard. Als je ziek bent, kun je geen
dokter krijgen. Je belt op en ze zeggen:
neem maar een asperientje”.
Als je er werkloos bent, moet je het
ook maar uitzoeken.
„Er is wel een kas, maar het is lang niet
zo goed geregeld als in Nederland. Ik
heb er ook een negerwijk gezien. Maar
ik ben een lafaard. Ik wil eigenlijk niet
gelyncht worden. Daar in Chinatown
stapte je over de spiritusdrinkers heen.
Griezelig”.
Die liggen in het oostblok niet op
straat
Van Dijk, glimlachend: „Die zijn daar
verboden. Zoals je er geen werkloosheid
hebt. Het mag niet, dus het bestaat
niet”.
..Ja, in allerlei internationale delegaties.
Sta je op het vliegveld van Dakar, wij
uit het Westen stappen in de goedkope
klasse de Russen in de eerste klasse”.
weer, na drie keer was ik van die hele
pijn af”.
„Als je eens nagaat wat je zo met die
acupunctuur aan geld kunt besparen in
de gezondheidszorg. Anders had ik
twaalf keer naar een masseur gemoeten,
nu was ik in drie keer klaar”.
Toch maar terug naai- de vraag over de
VVD „Ik weet, wij hebben het image
van reactionair, conservatief. Op de
televisie zeggen ze dat laatste er vaak
even bij. Laatst zat ik met Leo Jansen
van de PPR in een forum en die begon
met mijn progressieve aandeel in deze
discussie. Tóen begon ik met: kijk es
naar mijn voorhoofd, daar zit een
plakkertje op, een etiketje: rechts,
conservatief”.
wat is dat precies?
„Ja, wat is dat precies? Ik bedoelde te
zeggen dat ik altijd dacht dat je in de
3 Tweede Kamer op een fundamentele
manier dingen aan de orde zou kunnen
stellen. Dat is niet zo. Je zou willen
zeggen mensen, er gebeurt wat in de
maatschappij. Maar de politiek heeft
zijn eigen spelregels”.
Wat gebeurt er volgens u dan in de
maatschappij?
„Het hele rijtje: bevolkingsprobleem,
werkloosheid, milieu, energieprobleem.
Het feit dat wij Nederlanders bepaalde
jobs niet meer willen doen, zodat we
200.000 werklozen hebben en 350.000
gastarbeiders,,.
„In de Kamer krijg je daar dan een
voorlopig verslag over, dan weer een
memorie van antwoord. Niet dat het
niet zinvol is, maar ik wil iets dóen. Wat
je erover zegt, heeft onvoldoende
diepgang, ik geloof dat ik op mijn 38e
verkeerd gekozen heb door in de Kamer
te gaan”.
T geregeld treinreiziger ook wel vaak hebt,
is dat je tot aan Amersfoort tegenover
n> iemand zit, af en toe wat lachend, zo
Z van: kennen we mekaar nou of kennen
I we mekaar niet?”
Hebt u nog een tip voor de minder
„De intercity nemen en een beetje
oppassen voor het najaar. Vooral als het
een warm najaar is, zoals nu, kan het in
treinen vreselijk benauwd zijn”.
We naderen Zwolle, worden een beetje
wakker en gaan ons dus toeleggen op
het gespreksonderwerp van deze reis:
het vertrek van dr. Van Dijk uit het
parlement. „Ik ben het weekendhuwelijk
zat. De kruik gaat te water tot hij barst.
En ik wil niet dat hij barst”.
U hebt in een forum in het Drentse
Smilde gezegd dat er geen menselijke
diepgang meer is in het parlement; maar
I
ervaren treinreiziger?
•~«QC