Centrum speelt stuk over het sterven van een vader NOS-BESTUUR TEGEN AFSCHAFFING STER bij Haagse Comedie ai KvanVEELEN Hoeksema illustreert werkloosheid Prima voorstelling „De Zanzibar" It VAN DER POL B.V. I I iP :aterdag Anders sluipt commerciële tv binnen AIRCONDITIONING KRUISWEG 47-49 HAARLEM 023-320244 Wassei Wasserij DUYN r«j IVoorlichtingsshow over gitaren en versterkers j 9 1 5 NOVEMBER 19 7 5 KUNST (Van een medewerkster) l 1 „REINO” B.V. voor tapijtreiniging Vaste vloerbedekking Losse kleden Telefoon 023-313289 AMSTÉRDAmIcVAART 20 AMSTERDAM. ’s Morgens om half elf in Bellevue, het theater dat de toneelgroep Centrum sinds sep tember vast bespeelt. De grote zaal is hel verlicht. Regisseur Lodewijk de Boer zit achter een tafel vooraan en bekijkt de meest uiteenlopende attributen, die door zijn assistente ïenriëtte de Wever met kennelijke rorg zijn ingekocht: ongebleekt ka toenen ondergoed en sokophouders, zoals die door heren op leeftijd nog yel worden gedragen, een houten jaardje, een grote gifgroene speel- 'oedhond en een schip in een fles, te worden beurtelings besproken »n bewonderd door de acteurs en ictrices, die geleidelijk aan komen jinnendr tippelen. Ernst Zwaan en A.d van Kempen passen de pyjama’s lie ze moeten dragen, en dan be- jint de repetitie van Harry Mulisch’ oneelstuk „Het Bezoekuur”, dat rolgende week woensdag in pre- nière gaat. EERSTE! JMUIDER MARKIEZENFABRIEK j| A| F Lodewijk de Boer regisseert (Van onze RTV-redactie) (ADVERTENTIE) tekst. Coby Stunnenberg, die een (ADVERTENTIE) F (ADVERTENTIE) (ADVERTENTIE) BUUI (ADVERTENTIE) Alphenaar Van links naar rechts: Wim van den Heuvel, Wim van Rooij, Sacco van der Made, Emmy Lopez Diaz en Gui do Jonckers in „De Zanzibar”. Lodewijk de Boer: „Ik ga graag uit van een dynamische, spectaculaire bena dering, die ik dan later wat afzwak. In de latere versie blijft vaak de spanning van de eerste hangen, en die werkt dan nog sterker”. Er gaat iets aardigs en rustigs van hem uit. Hij is in zijn regie niet autoritair, hoewel hij duidelijk de leiding heeft. Hij suggereert veranderin gen, er ontgaat hem geen detail, maar hij laat iedere speler uiteindelijk zelf uitmaken wat hij wil doen. Middenhavenstraat 27 IJmuiden Tel.0 2550 - 14108 maakt. De andere praktische problemen zijn min of meer opgelost. Centrum gaat af op de première van Harry Mulisch „Het Bezoekuur”. Marry Mulisch (links) en Lodewijk de Boer in de bedden van „Het bezoekuur”. HAARLEM - TEL. 322462 Bloemendaalseweg 275 Overveen - Telefoon 023-25 94 91 "u>.LuAABirM rri Het is de dramatisering, de verdere litwerking van de manier waarop Mu- isch de dood van zijn vader beschreef n „Voer voor psychologen” (uitgegeven n 1961). „Toen hij in december kwam, ag hij in het eerste bed van de kleine liekenzaal. De anderen waren een bed ipgeschoven in de richting van het aam. Bloed urineerde hij al lang. Frie- la was sinds een half jaar dood. In het weede bed begon hij te vermoeden, dat lij niet meer op zou staan. Toen was hij d veranderd in een witte uitgeteerde vreemdeling, die ik niet idere dag be- :ocht”. Het motief van Schuberts Erlkönig, lat zuster Euclides (Elizabeth Hoytink) van begin tot eind in fragmenten zingt, oopt als een rode draad door die ont wikkeling heen: „Es ist der Vater mit leinem Kind”. Maar het kind dat hij tervend in de armen houdt, is het kind lat hij zelf ooit was en waarin hij naar iet einde toe steeds meer verandert. Harry Mulisch, die de repetities regel matig volgt, dacht aanvankelijk dat het een figurantenrol zou zijn, maar om de timing die het boeiend maakt te kunnen waarmaken, moest de rol, hoe klein dan ook toch door een ervaren actrice wor den gespééld. NA DEZE REGIE gaat Lodewijk de Boer waarschijnlijk naar New York, om daar de Amerikaanse „Family” te zien, waarvan 29 oktober de eerste try-out is gegaan. Dit door hem geschreven drama tische feuilleton, staat, na te zijn uitge voerd in Zweden en Franstalig België, nog steeds in Duitsland op de planken. Het zal ook door het Vlaamstalige „Are na” in zijn programma worden opgeno men, terwijl vertoning in Parijs voor 90 procent zeker is. Elisabeth Hoytink, die een onwillige patiënt naar het volgende bed moet verhuizen, stelt voor de dekens vanaf het voeteneinde plotseling weg te trek ken: „We kennen toch allemaal uit onze eigen herinnering, hoe je vader of moe der je op die manier dwongen om op te staan. Je voelde je dan zo machteloos en zo verdrietig, omdat ze je de enige veiligheid, die een mens in zijn leven kent, je eigen warme bed, abrupt af ne men. Zo is het voor iedereen herken baar”. Ze oogst algemene bijval. HILVERSUM. Het NOS-bestuur is bang, dat een eventueel door de Tweede Kamer aan te nemen motie om de STER-reclame geleidelijk af te schaffen, zeer verstrekkende gevolgen voor de omroep zal hebben. Daarom besloot men vrijdag een telegram aan het parlement te sturen, waarin wordt verzocht deze motie uit te stellen. „Etherreclame is een zo gecompliceerde zaak, dat een beslissing om deze eventueel te laten verdwijnen, niet kan worden genomen zonder dat daaraan een zeer uitgebreid onderzoek is voorafgegaan”, meent het NOS-bestuur. Gebouw de Linge, B Lingestraat, Haarlem (ach ter kerk bij de kruising Rijkstraatweg/ Jan Gijzenkade. VARA-voorzitter André Kloos vreesde ook dat een dergelijke maatregel desas treus zou zijn voor de inkomsten van de omroep. De STER-opbrengst immers maakt met zijn 125 miljoen per jaar een derde deel uit van de totale omroeppot. Kloos dacht ook, dat als de STER wordt afgeschaft, de reclame toch, maar dan langs allerlei sluipwegen, in de omroep zou infiltreren. Hij was tegen de ge dachte dat bij afschaffing het tweede televisienet zou moeten verdwijnen. inrichtte en een kleine Moog-synthesi- zer installeerde, die ook tonale mogelijk heden heeft. Aan het eind van het derde bedrijf wijkt het gordijn achter het oorspronkelijke decor opzij, zodat een grote ruimte zichtbaar wordt, waarin alle spelers zich vertraagd op muziek bewegen Ze dragen daarbij prachtige, uiteraard door Frank Raven ontworpen, dierenmaskers, die corresponderen met de namen, die ze in het stuk dragen: Vis, Wolf, Mus, De Leeuw en De Bok. Rondom de hoofdfiguur tekenen de rodere personen zich duidelijk af. Be- lalve zuster Euclides zijn het patiënten :n bezoekers. Het aftakelingsproces, dat ïlsendoorn doormaakt, wordt gedeeld ioor de mensen in de vorige of volgende ledden. Tony Vis (Ad van Kempen), een irtiest, die als deel van een komisch duo arenlang een populaire televisieshow leeft gehad, zien we dat het meest volledig doorlopen. Maar hij is geen zader. In één van de scènes zegt hij: „Je noet er op een bepaald moment voor dezen wat je wilt zijn, een vader of een toon. Ik heb voor het laatste gekozen”. hun kleine rol heeft als vrouw van de ster vende mijnheer De Leeuw herhaalt en herhaalt het uitpakken en neerzetten van een houten speelgoedpaard. Lanza- merhand groeit het uit tot een interval van emotioneel verzet in de bijna uitge doofde berusting, die ze verder demon streert. Regisseur Lodewijk de Boer stelt voor om het geluidsvolume geleidelijk aan zo op te voeren, dat ze eikaars verstaan baarheid min of meer uitvegen, terwijl het gesprek dan naar het einde toe weer Uitdooft. Dat wordt eindeloos gerepe teerd, een uitputtingsslag waarbij het gelach en de vernietigende commenta ren niet van de lucht zijn. Ad van Kempen komt zelfs even uit zijn bed om stoom af te blazen: „Ja, misschien lukt het bij de 229e keer”. Iedereen is erbij betrokken, ook de acteurs die niet op het toneel zijn. Het experiment leidt niet tot een haalbaar resultaat. Er wordt naar een andere vorm gezocht, waarin toch de verstaanbaarheid weer gaat overheersen. „Het bezoekuur” van Mulisch DE COMBINATIE tussen droom, visi oen zelfs, en de soms banale realiteit van dit stuk maken het tot een fascinerende, naar niet eenvoudige opgave. De acteurs en actrices zijn er dan ook kennelijk intensief mee bezig het in hun gedach ten tot een organisch geheel te maken. De concentratie waarmee ze werken is bijna tastbaar. In haar rol als zuster Euclides loopt Elisabeth Hoytink in strikt vastgelegde geometrische figuren. Iedere beweging, ieder woord heeft daarin zijn vaste plaats. Euclides was een Griekse wijsgeer, bekend gebleven door een rekenkundige stelling, een wet, die in zijn geheel wordt uitgesproken. Voor haar bestaat de wereld uit rechtlij nige wetmatigheden. Je komt gewoon otn dood te gaan, en ze verdraagt geen slordigheden die buiten dat patroon val len. eenmaal bestaat en niet uit de ether kan worden geweerd. „In de STER is de reclame echter in een gereglementeerde vorm gegoten. Is er geen STER meer, dan staat natuurlijk de commerciële omroep te trappelen om Hilversum bin nen te komen. Nederlandse bedrijven zouden hun reclame-orders aan het bui tenland kunnen geven en van daaruit zullen wel wegen worden gevonden om via de kabel en satellietzenders toch met reclameboodschappen bij het Nederland se volk te komen. En verder zullen door derving van de STER-gelden toch omdat er bij de omroep minder geld beschikbaar is programma’s moeten verdwijnen”. Maar ook de acteurs die de andere rollen bezetten zijn, voortdurend op zoek naar de meest compacte beweging en de meest effectieve beklemtoning binnen Ondanks het duidelijke verlangen van het NOS-bestuur om de STER („het minste kwaad”) te houden, werden er toch kritische opmerkingen gemaakt over de wijze, waarop de Stichting Ether Reclame zelfs Loekie de Leeuw had ingeschakeld om het Nederlandse tv- publiek te vertellen dat de STER moet blijven. EO-directeur drs. L. P. Dorenbos meende dat de STER hiermee buiten zijn boekje was gegaan. Regeringscom missaris Custers deelde hierop mee, dat deze zaak deel uitmaakt van een discus sie in het STER-bestuur en de reclame raad. Middelpunt in het decor van Frank laven zijn drie smalle bedden, als .Teemde insekten op hoge poten. De loofdpersoon Mijnheer Elsendoorn (On- no Molenkamp) gaat in drie bedrijven die drie verschillende bedden passeren. Hij verandert van een man die denkt te tomen voor observatie, niet wetend wat tem zou kunnen mankeren, in een nau welijks meer op de buitenwereld reage- ende stervende. Het gaat over mensen die net aan kunnen rondkomen van hun geld. De middelbare kroegbaas, die het noch als haringboer noch als arbeider heeft kun nen rooien en nu net het hoofd boven water kan houden met behulp van de brouwerij. Zijn dochter is cassière bij de supermarkt en zijn schoonzoon werkt in een klein metaalbedrijfje. Verder zien we een glazenwasser en een drankzuch tige orgeldraaier. Deze twee en het jonge stelletje komen alle vier op straat te staan. De treurigheid wordt opgefleurd met een oudere jongedame, die een rijke bink aan dé haak geslagen blijkt te hebben en twee straatvegers, die met een zuigend soort humor als komisch duo de gebeurtenisjes begeleiden. Ten slotte verschijnt de baas van het metaal- Elsendoorn draagt de kop van de Mi- notaurus, een mensenverslindende stier uit de Griekse mythologie. Het is ’t enige masker waarover men nog niet tevreden is, en dat nog moet worden overge- DEN HAAG. De Haagse Comedie geeft in het HOT een prima voorstelling van het nieuwste stuk van eigen kweek, „De Zanzibar” door acteur/schrijver Pe ter Hoeksema. Vorig seizoen ging van hem „Atika, Atika”, een vertellend stuk over voornamelijk politieke gevangenen, waarin hij nogal wat universele preten ties legde, die er niet uitkwamen. In „De Zanzibar” blijft Hoeksema dichter bij huis, met beter resultaat. Het stuk speelt in een keurig buurtcafé in een verlopen de buurt. De mensen spreken een taal, die Hoeksema goed in zijn eigen kroeg heeft zitten beluisteren. en veel gein in de weer. Sacco van der Made en Emmy Lopes Dias, Guido Jonc kers en Maria Stiegelis. Herman Frank en Reinier Heidemann, Kees van Lier, Nanni Vermeer, Wim van den Heuvel en Wim van Rooij spelen met zorg en menselijkheid en hoeden zich voor goed kope typeringen. Regisseur Kees Coolen is er weer in geslaagd een hecht team te smeden, dat de bedoelingen van de schrijver met l’efde overbrengt. JAC HEIJER Onno Molenkamp, die in het tweede bed, als kou en donker hem overvallen een speelgoedhond in zijn armen krijgt, heeft wanneer hij tijdens het vertellen van een visionaire droom overeind moet komen, moeite met het hanteren van dat enorme beest Het mag niet op de grond vallen, en de bedden zijn zo smal, dat zoiets erg makkelijk gebeurt. Hij voelt zich bovendien zo belachelijk met die hond en in het veel te grote ouderwetse blokkeert: „Ik kan niet bekijken, hoe het ondergoed, dat hij draagt, dat het hem er voor jullie uitziet.Ik doe het nog een paar keer over om er aan te wen nen, we zullen wel zien wat we er nog op vinden”. Lodewijk stelt voor een kleinere even gjfgroene speelgoedhagedis te laten maken, die beter te hanteren is en bovendien meer past in de sfeer van het hele stuk. De schrijftechniek in „De Zanzibar” is een stuk beter dan Hoeksema in „Atika, Atika” hanteerde. De dialogen flitsen, de figuren zijn met zorg getekend en‘ er is voortdurend afwisseling. Wat nog te vaak ontbreekt is een goede dramatische dubbele bodem. Ik vond weinig spanning tussen wat de mensen zeggen in dat stuk en wat ze doen of straks gaan doen. Dat liefst vier personages ontsla gen worden is dramatisch genoeg, er gaat toch weinig aan vooraf, waar door je als toeschouwer tussen de regels door iets van die rampen zou kunnen zien aankomen. De voorstelling ziet er ondanks voor noemde bezwaren uitstekend ”!t decor van Ronald in ’t Hout is zorgvul dig tot in de kleinste details, ev belichting en geluidsdecor. De rollen zijn goed bezet en de spelers zijn zond®- uitzondering met zichtbaar enthousiasme VOGELS, HAGEDISSEN en gelach van een vrouw spelen een grote rol in het elektronische geluidsdecor, dat hij zelf componeerde en opnam. Hij vertelt hoe hij daarvoor in zijn huis een studio Zijn partner Hijko de Bok (Polio lamburger) vormt een overgangsfiguur ussen de patiënten en de bezoekers. Hij >egint als gewild komische binnenvaller :n eindigt in het eerste bed. De andere >ezoekers, een zoon, een vrouw en een iochter, gaan ook onderling relaties aan, lie zich gedeeltelijk als zichtbare werke- ijkheid afspelen, en voor een ander deel n de bijna surrealistische wereld van lit wonderlijke ziekenhuis, dat niemand tevoren kende. EN/ZONNE0CNERMEW ÏUXAHXXAAUVZISëN heid van een achtergrond te voorzien. Hoeksema illustreert (humoristisch en toch geestig, daar niet van), maar laat het daarbij. VOOR DE GROTERE rollen is die timing bijna nog belangrijker vooral daar waar ze hem moeten instellen op wat de anderen binnen dat zelfde mo ment doen of zeggen. Er is een scène in het tweede bedrijf, waarin twee ver schillende gesprekken door elkaar lo pen. Het ene gaat over voetbal, het andere over politiek, maar ze eindigen tegelijkertijd met dezelfde conclusie. Lodewijk de Boer is inmiddels al weer bezig aan een nieuw stuk voor Huib Broos, Cees Linnebank, en Martine Crefcoeur, het befaamde „Family”-trio. Het wordt een geschiedenis waarin twee gangsters op een kamer hun volgende opdracht afwachten. „Nee, het wordt geen soort, „Family”' .Het is meer inge houden, filmischer zou je kunnen zeg gen”. Het wordt in ieder geval een stuk, waar veel mensen zich al bij voorbaat op zullen verheugen. bedrijfje (die de bink van de dame blijkt te zijn) om de schoonzoon zijn ontslag te geven. Hoewel een rotzak, is ook die kleine ondernemer een slachtof fer van de slechte economische toestand. Kortom, Hoeksema zet mensen bij el kaar, warover Frans Nypels en Kees Tamboer van die góede reportages schrijven in de Haagse Post: de modale middenstander (de kroegbaas), de modale werknemer (zijn kinderen) en de modale werkgever (het directeurtje). Wat Hoeksema verzuimt te doen is deze mensen te voorzien van een achter grond, die sociaal-economisch geanaly seerd is. Hij laat niet blijken dat hij heeft nagedacht over het waarom van al die actuele treurigheid. Zijn personages houden zich bezig met voor de hand liggend gekanker op de toestand. „Wie als voorwiel geboren is, wordt nooit een achterwiel, laat staan een vliegwiel. Niet dan?”, zegt de glazenwasser. En bij die uitzichtloze teneur laat Hoeksema het zitten. Natuurlijk gaat het zo ook bij de meeste mensen, maar het toneel geeft een schrijver de kans om die werkelijk- Radio-programmacommissaris mr. W. J. A. Wagenaar zei, dat de reclame nu II

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1975 | | pagina 9