Ton van Dalen wil
F®
beter imago club
r
FC TWENTE HEEFT LAATSTE JAREN
TEVEEL GOEDE SPELERS VERLOREN
Michels en ome
Joop van Ajax
s
9 J/1
ri
F 'i
I
fl
Zuidema
f
Krachtfiguur
Erkenning
H
Oud
Thijssen
ZATERDAG
2 2
NOVEMBER
19 7 5
25
ft®
r-
Dromen
Fotosadisme
Vyf 1
fc'
ITl
Zijn leven wordt beheerst door voetbal. Onder de meest denkbare omstandigheden. Voetbal, het is
hem bij wijze van spreken met de paplepel ingegoten. Reeds als kleuter raakte Ton van Dalen bijna
spelenderwijs vertrouwd met zowel binnen- als buitenlandse voetbalbonzen, met scheidsrechters, trai
ners en spelers. Hij heeft nooit anders meegemaakt. Het onderkomen van zijn vader, ex-bondsbe-
stuurder Hennie van Dalen, aan de Enschedese Tubantiasingel, was vele jaren een open huis voor
iedereen die ook maar iets met voetbal te maken had. Voor een aankomend sportjournalist een unieke
broedijver voor het kweken van relaties en het vergaren van voetbalkennis.
Koolhaas
J*
Jt
Een vreemde man
Geneesheren
J JBF i li"
24’
I
hli
HBi
I
X
'V
21
F
j
*1
t
Oiiii
f
dit gebied binhen
•hl
f
TON VAN DALEN
dan
er
stond, passeer-
STOPPER.
Marius Koolhaas de grootste?
o
-
•V
Met even veel recht kunnen zijn te
genstanders echter een aantal negatieve
punten opsommen, zoals zijn totale ge
brek aan financieel-economische kennis
en de volslagen onbekendheid met de
sociale aspecten binnen een bedrijf. Fi-
nancieel-economisch mist hij gewoon de
opleiding om die materie ooit ter hand
Geels: „Hij zei: het houdt op met
zachies regenen, lel ze erin Ruud!’’
Geels: „Inderdaad ja, hoe weet u
dat?’’
■Wh.
-
Miff
- -jW»
AH
Het waren onmiskenbare voordelen toch is het op de eerste plaats zijn
eigen verdienste, dat vrijgezel Ton van Dalen ook in de praktijk volledig
vertrouwd is geraakt met de materie van de door NVV-voorzitter Wim
Kok als een jungle omschreven voetbalwereld. Daartoe werd hij ook in
niet geringe mate geholpen door zijn krant, die hem in dertien jaar sport
journalistiek de kansen offreerde zich overal in Europa te oriënteren en
zodoende zijn kennis nog te vergroten. Ambitieus en vasthoudend als Ton
van Dalen is, greep hij de hem geboden kansen in de loop der jaren met
beide handen aan.
Opeens begreep ik, dat zij welis
waar clubartsen van ‘s wereld be
roemdste club zijn, maar in feite toch
in dezelfde positie verkeren als bij
voorbeeld de trainer van Excelsior of
SVV. Zo’n trainer ziet zijn club steeds
m mineur omdat hij onderaan staat,
en weliswaar zien Greep en Rolink
steeds een Ajax in majeur, maar zij
hebben toch voornamelijk te maken
met de mankementen van de club.
De knie van Mulder, de enkel van
Steffenhagen, de nek van Geels en ga
zo maar door.
t
,ri
om het hoofd boven water te houden.
Andere clubs doen dat ten slotte ook”.
«uw.
Wat betreft zijn kennis van het voet-
balvak, althans datgene wat zich in de
gaarkeuken van zo’n voetbalbedrijf
pleegt af te spelen, had FC Twente met
zijn benoeming tot commercieel direc
teur, de derde op rij, een slechtere keus
kunnen doen. Want juist op die essentië
le punten waar zijn twee voorgangers,
mr. Eric Mulder en Guy Defaix, strui
kelden, kon Ton van Dalen onmogelijk
een gebrek aan kennis van zaken wor
gen verweten. In tegenstelling tot zijn
twee voorgangers, spreekt, hij de taal der
voetballers. Bovendien is hij beter op de
hoogte met de „ins” en „outs” van het
Voetbalbedrijf, de relatie met de pers zal
ontegenzeglijk wat minder stroef verlo
pen dan de laatste jaren het geval was,
en de presentatie van de club naar
buiten uit dat mag althans van een
journalist worden verwacht zal ver
moedelijk wat meer inhoud krijgen. En
juist aan die voorwaarden dient een
zakelijk leider van een betaalde voetbal
club primair te voldoen.
woordelijkheid ten aanzien daarvan vol
ledig in de schoenen te schuiven van FC
Twentes directie. „Tenslotte heeft Defaix
zich verkocht als iemand die volledig op
de hoogte was met het voetbalbedrijf. In
dat geval moet hij de schuldvraag dus
op de eerste plaats bij zichzelf zoeken”.
i 1
gr
de laatste drie jaar te veel goade spelers
vertrokken”.
Het eerste doelpunt van Ajax werd
gemaakt door Geels, met een harde
kopbal in de verste bovenhoek na
fraai aangeven van Steffenhagen. En
kele seconden later klonk de stem
van speaker Steenbergen, die met op
getogenheid meldde: „Het eerste doel
punt van Ajax werd gescoord door
Brokamp, na prachtig aangeven van
Suurbier!” Ik noteerde deze dubbele
misser'in één zin onmiddellijk, want
als het al zin heeft dat een speaker
mededeelt wat we allemaal al met
eigen ogen hebben kunnen zien, dan
is het toch op zijn minst gewenst dat
hij de goede namen noemt! ‘s Avonds
bij de onverbiddelijke beeldbuis zag
ik het nog eens. Steffenhagen hakte
naar Suurbier, die zette voor en de
inkomende Brokamp kopte fraai in!
Ik begin oud te worden.
Twente nu eenmaal niet in staat grote
investeringen te doen. Wanneer FC
Twente in dat soort zaken wat alerter
reageert en daarnaast keihard gaat wer
ken aan een feilloos functionerend scou-
tings-systeem, moet het mogelijk zijn de
club op dit niveau te handhaven”.
naast de massagetafel ongeduldig op
hun horloge te kijken, omdat het nu
al de tweede week is dat Ruud niet
kan spelen. Een leven zonder gla-
mour. Voor Rolink en Greep stijgen
er uit de naam Ajax alleen maar
geuren op van massageolie, zalf en
jodium. Behalve natuurlijk „als die
zwelling over is”, dan mogen ze even
méekijken naar de doelpunten.
Michels: „Maar man, dat is de
vader van de onderdirecteur van het
KNMI in de Bilt. Het houdt op met
zachies regenen, hè? Dat kan beteke
nen dat het zo meteen droog wordt,
maar het kan ook betekenen dat het
strak gaat gieten. Was dat het enige
dat hij zei?”
Van Dalen beschouwt het evenzeer als
een dwingende noodzaak dat Frans
Thijssen, wiens contract evenals dat
van Niels Overweg op het einde van
het seizoen afloopt, vóór FC Twente
behouden blijft. „Alleen al uit psycholo
gische overwegingen. FC Twente moet
de reputatie kwijt, dat je het talent bij
deze club wel weg kunt kopen. Er zijn
FC Twentes per 1 februari in dienst
tredende commercieel directeur be
schouwt het als zijn voornaamste op
dracht het imago van FC Twente te
verbeteren. „FC Twente speelt nu al zes
jaar aan de top, maar wordt eigenlijk
nog steeds niet erkend als een echte
topclub. Daarin moet verandering ko
men. Net zo goed als FC Twente in het
verleden te weinig van zich heeft afge
beten. De club zou zich best wat agres
siever mogen opstellen. Zo’n Oranje-
boycot zou ik daarvoor geloof ik niet
hebben aangegrepen, maar kwaad kan
het ook niet”.
Bestuurlijk en organisatorisch zou FC
Twente ook best eens opgepoetst mogen
worden. Ton van Dalen onderkent het,
maar voelt er weinig voor daarover in
details te treden. Hij volstaat, met: „Het
zou geen kwaad kunnen wanneer het
bestuur zou worden aangevuld met za
kenlieden zoals Sportclub Enschede die
heeft voorgedragen. Het is tenslotte de
bedoeling dat FC Twente in de toekomst
puur professioneel wordt geleid. Het da
gelijks bestuur moet je in dat verband
zien als een controlerend apparaat, het
algemeen bestuur als een soort raad van
commissarissen. Persoonlijk vind ik
Masman overigens geen slechte voorzit
ter. Misschien zou hij alleen meer als
voorzitter moeten opereren”.
In het boekje „Ajax” van Wim
Jesse lees ik dat Marius Koolhaas, in
AS
Geels vervalt in gepeins. „Ja, hij
zei nog iets, maar wat was dat nu
ook alweer? Zoiets van „lange halen,
gauw thuis?”
De gezonden en verkwikten stap
pen opgewekt in de bus of bestijgen
de trap naar de bestuurskamer, en zij
blijven achter met de kreupelen en
gepijnigden. En als een speler die niet
gemist kan worden geblesseerd is,
staan de trainer en de voorzitter
FC Twente speelde zich de afgelopen
seizoenen regelmatig in de Europese
kijker, maar volgens Van Dalen zit
het met het imago als topclub niet
goed. Op de foto Jaap Bos. Kick van
der Valt. Frans Thijssen en Epi Drost.
Michels slaat zich voor zijn hoofd
en zegt met stentorstem: „Mag ik
even de aandacht? Iedereen trekt zijn
schoenen met motregennoppen uit en
verwisselt ze voor stortgietnoppen-
Ome Joop zegt lange halen gauw
thuis, dat betekent dus dat er niet
gepriegeld moet worden omdat de bal
dan in het sappige gras blijft liggen.
Das jullie weten het: lange ballen
naar de vleugel. Bedankt Ruud, voor
je oplettendheid. Wil iedereen voor
taan opletten wat ome Joop mompelt,
als jullie naar het bijveld lopen, want
ome Joop is het orakel van Ajax!”
tri Voetbal International staat elke
een zogeheten „profiel” van
.■voetballer. Op de vraag
„Droom je wel eens van voet
bal?”', antwoorden de meesten van
met. ,Dat verbaast me altijd hogelijk,.
Ik droom altijd van voetbal. Soms
voetbal ik zelf, en zoniet, dan zit ik
wel op een tribune, heel hoog in de
nok op een bank die voorover helt
zoaat ik, als ik me niet heel goed
vasthoud, voorover in de Kuip stort.
Een mooie dood, dat wel, maar een
nare droom. Laatst droomde ik bij
voorbeeld dat Schrijvers nog net een
ingeprikte bal van de doellijn haalde,
uit pure vreugde het ding een vijftal
keren tegen de paal duwde, waarna
een speler van de tegenpartij de bal
uit zijn handen pakte, op de grond
neerlegde, en in het doel schoot. De
scheidsrechter, die er vlakbij stond,
rende meteen met uitgestrekte wijs
vinger naar de middenstip: hij kende
het doelpunt goed! Uit zulke dromen
word ik -altijd kwaad wakker!
Michels kijkt lichtelijk verstoord
op, want hij houdt er niet van dat
buitenstaanders zijn uitgestippelde
beleid doorkruisen, en vraagt: „Wat
zei deze meneer de voetbalkenner
dan wel dat ik nog niet wist?”
Toen het bij AjaxFeyenoord 4-0
stond, begaf V.I.--fotograaf Robert
Collette zich vanachter het Feye-
noord-doel naar de dug-out van Fey
enoord, -waar trainer Brzezanczyk
met de doodsnood in zijn ogen zat te
bedenken wat hij zo meteen in Polen
zeggen moest als ze hem daar vroe
gen waarom hij al na een klein half
jaar bij Feyenoord was weggegaan.
Toch was dat gemis aan financieel-
ecoonmische kennis vorig jaar de belang
rijkste oorzaak, dat beide partijen al
snel Uiteen gingen. Van Dalen: „Er werd
toen zo sterk de nadruk gelegd op dat
financieel-economische aspect, dat ik me
vrijwillig heb teruggetrokken. Toen ik
anderhalve maand geleden opnieuw
werd benaderd, heb ik het bestuur eerst
gevraagd hoe nu de verhoudingen lagen.
De normen waren echter verlegd. De
voorkeur ging nu duidelijk uit naar
iemand uit de voetbalwereld, die zowel
bij de trainer als de spelers goed moest
vallen en die in staat moest zijn de
public-relations te verzorgen. Bovendien
moest het een vent uit deze streek zijn,
iemand die de Twentse mentaliteit aan
voelt, want vooral daarop schijnt Defaix
uiteindelijk stukgelopen te zijn”.
Om op zo’n moment voor je krant
een foto van zo’n man te nemen, is
niet alleen moedig maar ook sadis
tisch. Ik zou er het lef niet voor
hébben. Na afloop vroeg ik Rob Col
lette, of hij het niet moeilijk vond
om bij zo’n 4-0 stand op zijn buik in
het gras voor de dug-out te gaan
zitten voor het maken van de foto
van de man met het gefolterde ge
zicht. „Dat is inderdaad'-heel verve
lend”, zei hij. „Maar het moet toch
gebeuren. Het is, wel zo, dat ik niet
plompverloren ga liggen fotograferen.
Voordat ik me installeer, knik ik zo’n
man even toe, dat hij weet wat ik
van plan ben en ook bij wijze van
verontschuldiging. Ik maak even con
tact. Maar daarna maak ik toch de
foto”.
„Zakendoen is vaak risico nemen”,
oordeelt Van Dalen. „Tot dusver heeft
FC Twente er altijd naar gestreefd uit
de rode cijfers te blijven. Een nobel
streven, maar toch zul je soms bepaalde
risico’s moeten durven nemen. Net zo
goed als ik me zou kunnen voorstellen
dat jé bij contractonderhandelingen in
sommige gevallen bepaalde wegen moet
bewandelen om een speler te houden.
Masman redeneert in dat soort zaken
vanuit een puur idealistische stelling,
maar inmiddels zal hij er ook wel ach
ter zijn gekomen, dat dit gewoon niet
haalbaar is. Hij handelt te veel volgens
de regels. In principe is dat juist, maar
je zult wel eens iets moeten verzinnen
Ten overvloede somt Van Dalen ver
volgens nog eens de missers op die Guy
Defaix naar zijn oordeel heeft begaan.
„Hij ging in elk geval niet vrijuit wat
betreft Ardesch en Zuidema, ook in de
contacten met de pers is hij zwaar te
kort geschoten. Maar ook ten aanzien
van het aantrekken van jeugdspelers
heeft hij niet slagvaardig genoeg gehan
deld”,
Puur zakelijke bezwaren, die Top van
Dalen straks zal moeten ondervangen.
Hij meent dat te kunnen. „Het is de
bedoeling dat ik na een inwerkperiode
en gebleken geschiktheid volledig zelf
standig ga werken en daar waar moge
lijk initiatieven ontplooi. Waar nodig, zal
ik natuurlijk overleg met het bestuur
moeten plegen, maar niet voor elk wis
sewasje”.
Hoewel een definitieve taakomschrij
ving van zijn functie nog schriftelijk
moet worden vastgelegd, verlangt Van
Dalen die armslag om binnen het raam
van de financiële mogelijkheden snel te
kunnen beslissen zonder voorafgaand
overleg te hebben gepleegd. Vooral op
die momenten, dat van de ene op de
andere minuut een beslissing moet wor
den genomen.
Van Dalen: „Mede door een te weinig
slagvaardig beleid zijn FC Twente deze
zomer een paar talenten door de vingers
geglipt. Zoiets moet voorkomen worden.
Wil FC Twente op dit niveau blijven,
dan is het een dwingende eis, dat het
talent jong wordt opgespoord wanneer
het nog niet te duur is. Financieel is FC
Michels blijft als door de bliksem
getroffen staan. „Dat was toch niet
ome Joop met de kleppet en het
kromme pijpie?”.
-
-
--■
te kunnen nemen, wat betreft de sociale
begeleiding van de spelers moet hij ech
ter, mjts hij in dat opzicht goed wordt
begeleid, in staat worden geacht zich op
dit onderdeel te bekwamen. Blijft niet
temin de kardinale vraag of Van Dalen
zich in de toekomst kan ontwikkelen tot
die krachtfiguur die FC Twente nódig
heeft om zich aan de top te kunnen
handhaven. Hoewel een enkeling in de
voetbalwereld zijn benoeming heeft ge
kenschetst als „weinig professioneel”,
verdient Van Dalen ondanks een aantal
bezwaren het voordeel van de twijfel.
Ton van Dalen kent zijn beperkingen
en heeft daarom ten aanzien van een
aantal aspecten wel degelijk zijn twij
fels. Terecht is hij echter van oordeel
dat de tijd zal moeten uitwijzen of hij
er verstandig aan heeft gedaan de veel
omvattende taak van zakelijk leider te
ambiëren. Niettemin staat hij frank en
vrij tegenover deze voor hem volslagen
nieuwe functie en acht hij wel degelijk
de kans aanwezig te kunnen slagen. In
het tegenovergestelde geval zou hij er
ongetwijfeld ook niet aan zijn begonnen.
Daarnaast ziet hij niet de noodzaak dat
een leider voor alles een financieel-
economisch deskundige behoort te zijn.
Zeker in het geval van FC Twente niet,
dat in penningmeester Piet Nijland een
autoriteit op dit gebied binnen haar
college heeft.
In het literaire tijdschrift De Revi
sor staat een gedicht van Anton Kor-
teweg dat „Een vreemde man” heet
mdar kennelijk een nachtmerrie on
der woorden brengt van iemand die
droomt dat hij Johan Cruijff is maar
de weg naar het stadion niet kan
tgen Benfica in het Pare des Prin-
vinden. Ik citeer het voor u:
Dwalend op voetbalschoenen en in
rood en wit,
st -aat in straat uit, huilend, verblond:
ie moet
tegen Benfica in het Pars des Prin
ces
Voor de aanvang van Ajax
NEC heb ik me een kwartiertje
verdekt opgesteld tussen het
wachtende voetvolk, dat de spelers
naar buiten wilde zien komen
voor het intrappen, inlopen en inspe-
len op het drassige bijveld. Dat zijn
de ware liefhebbers, die hun favorie
ten van dichtbij willen zien, even
hun arm langs hun jas willen voelen
schuren, of ze iets willen toeroepen.
Dat zijn dan meestal geen dingen
waar ze iets van meenemen. Ik kan
me althans niet voorstellen dat bij
voorbeeld Ruud Geels, na die war-
ming-up teruggekeerd in de kleedka
mer, tegen Rinus Michels zegt: „Mag
ik even belet, meneer Michels? Toen
ik zo straks naar het bijveld liep, zei
een supporter iets tegen me wat me
te denken gaf. Ik dacht: dal moet ik
toch even voorleggen aan meneer Mi
chels, want je weet het maar nooit.
Het is misschien een nuttige tip”.
en hebt nog een kwartier, krap
dat gevoel
dal ken je toch? En dat
ineens
iemand die ook die kant op moet je
bij je naam
roept Johan dus je stapt snel in
en droogt
je tranen, hij geeft gas en rijdt
glimlachend de verkeerde kant op
dat gevoel.
de wandeling „Grote Maar” genoemd,
in 1915 secretaris van de elftallen-
commissie van Ajax werd. Dat bleef -• week
hij tot 1926. Toen werd hij secretaris een.
van Ajax. Dat bleef hij tot 1932. Toen
werd hij voorzitter van Ajax, en dat
bleef hij tot 28 jun H956. Vierentwin-
tig jaar dus, Koolhaas is kort geleden
overleden, voorzitter Jaap van Praag
vroeg voor AjaxNEC om enkele
seconden stilte ter ere van „een van
de grootste voorzitters die Ajax ge-r
had heeft”. U merkt het, Jaap van
Praag hield nog een slag om de arm,
hij sprak niet van „de grootste voor
zitter”. Net als George Knobel, die ook
nog een plaats openhoudt in zijn
selectie voor onvoorziene omstandig
heden, houdt Van Praag de slag om
zijn arm dat er in het 'verleden
wellicht eén nog grotere voorzitter is
geweest dan Marius Koolhaas.
Maar zeker niet alleen daarop, hoewel
dit detail in niet geringe mate heeft
bijgedragen tot het uitzonderlijk snelle
vertrek van Defaix. Een afscheid waar
toe Van Dalen via zijn krant een belang
rijke bijdrage heeft geleverd, hoewel
hij nu met de hand op zijn hart ver
klaart nimmer de intentie te hebben
gehad Defaix naar huis te hebben ge
schreven teneinde zelf op de stoel te
kunnen plaatsnemen. Of het ontslag van
Defaix nu terecht of ten onrechte was,
een feit blijft dat hij foüten heeft ge
maakt. Fouten die konden ontstaan door
een gebrek aan begeleiding. Van Dalen
vindt het echter ten onrechte de verant-
Terwijl ik daar zo stond, passeer
den mij twee opvallende figuren, die
al lopend in een druk gesprek gewik
keld waren. Zij vielen op, omdat zij
te midden van al die mensen met
duffelse jassen aan, in hun colbertje
liepen. Bovendien hadden ze een be
kend gezicht. Het waren de geneeshe
ren van Ajax (EHBO, Eerste Hulp bij
Overtredingen), de dokters Greep en
Rolink. Ik ving een flard van hun
gesprek op: .Als die zwelling over
is.En toen waren ze alweer voor
bij.