Engels-Zweedse formatie Scafell Pike wordt steeds bekender in ons land NT( Muzikale principes als afgodsbeeld (2 en slot) Hl VA I i te Fil Ov( Mini Satie ten onrechte bewierrookt 1 - r 11 ta - DU DINSDAG 2 5 NOVEMBER 19 7 5 MUZIEK 10 door Cees Straus I Mozaïek door Johan van Kempen Rituele kracht w HHK sa O ■Sa» 1 j ■A KW fe, föi Oude folkmuziek is nog springlevend David Hynes (tweede van links): „Vijfde man zou het ongezellig maken (foto Frits Droog) DAVID HYNES tra. wiu.. is Handschrift van Erik Satie Na mijn vorig artikel over Satie (naar aanleiding van de zojuist verschenen grammofoonplaat van diens vroege pianowerken, gespeeld door Reinbert de Leeuw), waarin vooral aandacht werd geschonken aan zijn betekenis als revolutionair componist, wil ik in dit tweede artikel nog eens wat dieper ingaan op de principes van zijn muziek, die nu in bepaalde kring als de grondslag Van een nieuwe richting in de toonkunst worden gezien. Wat is het afwijkende aan die zogenaamde additief gecomponeerde stukken: Het gebruikelijke verloop van thematische en expressieve ontwikkeling Derek: „Vroeger heb ik in Spaanse uitgaansgelegenheden opgetreden. Met een stel Zweedse jongens brachten we Dylan-songs. Toen we er genoeg van hadden, zijn we eerst naar de Canarische eilanden vertrokken en vandaar kwam ik in Zweden terecht”. Roy: „We hebben nu ook voor werk van Carl Michael Belman gekozen. Dat is een Zweedse componist die in de 18de eeuw heeft geleefd. Hij schreef voor namelijk songs over het leven aan de zelfkant in Stockholm, over drank en maitressen. Belman, die in Zweden veel gearrangeerd wordt voor orkestjes met barok- en of snaarinstrumenten, had een goed gehoor voor melodie en maakte ge bruik van Engelse instrumenten zoals de horlepijp”. Op dezelfde manier is er nu blijkbaar, als de tekenen niet bedriegen, een tendens om de additieve componeerprincipes als alleenzaligmakend voor deze en komende tijd aan te wijzen. Ook dit procédé zal wel weer, evenals de atonaliteit, een kort leven beschoren zijn. De onvermoeibaar tegen de verstarring strijdende Satie zou zich trouwens in zijn graf omdraaien als bepaalde principes tot cultus werden verheven. Er zal een synthese moeten komen van alle verworvenheden uit het verleden, waarvan de elementen in een nieuw verband dienen te worden gebracht. Je moet ons trouwens niet zien als een specifieke folkgroep. Zoals het publiek dacht dat op 5 mei van dit jaar naar een folkfestival in Vlaardingen was ge komen. Ze hadden traditionals van ons verwacht, maar we zoeken het meer in oude songs die door grote bevolkings groepen nog steeds geaccepteerd worden, ook in een modernere uitvoering. In Engeland zijn veel van die liedjes nog springlevend, ze worden vaak meege zongen. beter gezegd meegeschreeuwd”. schikte toch over voldoende kwaliteiten, vonden we. Glass borduurt overigens veel langer op de uitgangspunten door dan Satie in strikte zin ooit zelf heeft gedaan. Diens pianowerken, van de Sarabandes uit 1887 tot de Nocturnes uit 1919 toe, zijn zeer beknopt. In zijn balletmuziek, die in de uitvoering meer tijd in beslag neemt en ook in het symfonisch drama „Socrate” wc.’dt hetzelfde procédé wat uitgebreider toegepast. Maar de belangrijkste reden is wel het feit dat we met zijn vieren gezamenlijk een hotelkamer kunnen delen. Met nog een man er bij zouden we twee kamers nodig hebben en dat is toch niet zo ge zellig, hè”. „Nee, vanwege praktische redenen. De kleine clubs waar we doorgaans spelen, maken het moeilijk om met vijf man op het podium te staan. Ook uit economi sche overwegingen vonden we het aan vankelijk een te grote gok om een drum mer aan te trekken. Derek: „Het geeft geen bijzondere problemen om zonder slagwerker te spelen. We hebben het nooit gedaan en dan wordt het een kwestie van reper- toire-keus die gemakkelijk aan onze bezetting kan worden aangepast”. Twee weken later belde Derek terug met de mededeling dat hij wel met me wilde doorgaan. Ik had toen nog geen ambities om een grote groep te vormen”. Dave: „Ik heb eigenlijk nauwelijks een voorkeur voor bepaalde nummers. Mis schien wel voor carrolls (gedefinieerd als een type dansliedje dat met een refrein opent) en saesongs. Maar met carrolls kan je toch geen hele avond vullen?” schrift kan lessen, de meeste nummers uitkiest, ze van een arrangement voor ziet en ze dan aan de andere groeps leden voorstelt, die vrijwel altijd akkoord gaan met zijn voorstel. Derek: „Als ik iets leuk vind, heb ik het op een gram mofoonplaat van anderen gehoord. Wat natupurlijk verkeerd is, omdat zo’n song op een totaal andere manier gearran geerd is dan wij het zouden doen”. In de benauwende atmosfeer van het „fin de siècle” zocht Satie naar nieuwe uitgangspunten, naar een maagdelijke schoot om een nieuwe kunst uit geboren te doen worden. Voor die levenshouding verdient hij alle eer, hij dient er in nagevolgd te worden, met dezelfde psychologische onafhankelijkheid en integriteit. Hij nam de destijds noodzakelijke taak op zich om het muzikale materiaal te ontdoen van al te zwaar belastende symbolische en expressieve associaties. De muziek moest gehaald worden uit de Het is waarschijnlijk mede door het ondergaan van dit magische effect dat figuren als Steve Reich en Terry Riley het gingen zoeken in de „minimal music”, die te maken heeft met Satie’s ideeën. En evenzo zal LaMonte Young er door beïnvloed zijn, alvorens tot zijn formuleringen té komen in het concept „Theatre of eternal music’. Gezegd moet worden dat, ondanks alle getheoretiseer, geen van alle Amerikanen uit deze hoek in staat is geweest om zelfs maar een flauwe afschaduwing van de rituele kracht in Ravel’s Boléro op te roepen. we in dit verband maar aan de bedwelmende Boléro van Ravel, een op zichzelf staand werk binnen het veelzijdige oeuvre van deze meester, dat overigens qua inspiratie door hem zelf niet hoog werd aangeslagen, maar zijn uitwerking in de concertzaal nooit mist. De groep bleef in die eerste maanden op een tamelijk amateuristisch niveau werken. Dave: „We hadden allemaal een baantje erbij. Ik werkte als computer programmeur van een krant, anderen studeerden of werkten ook. Derek heeft zelfs nog een tijd lang een optreden als solo-zanger gedaan. We hadden in die tijd geen uitrusting of manager, we deden alles zelfIk her inner me dat ons eerste optreden nogal gecompliceerd verliep. We hadden een afspraak gemaakt voor een optreden in een theater in Stockholm. In de zaal bleek toen we er aan kwamen, geen piano aanwezig te zijn. Om de hoek van de straat was een pub waar wel zo’n ding stond. Daar konden we een half uurtje als voorprogramma fungeren en we kregen na afloop het aanbod elke week terug te komen. In dat theater zijn we. nooit meer teruggeweest”. „Begin vorig jaar”, vertelt Dave, „hebben we onze eerste tournee door Engeland gemaakt die boven verwach ting bijzonder aardig slaagde. In mei ’73 hadden we al onze eerste elpee, The bewierookte reliekschrijn waar de Romantiek haar in geplaatst had en teruggewonnen worden voor onze alledaagse wereld. De actuele vraag is welke betekenis Satie heeft voor het muzikale heden. Hoewel sommigen blijkbaar toch ook nog een suggestieve spanning in Satie’s kunst van gewilde onnozelheid en verschrompelde vorm voelen, draait het nu dus in de eerste plaats om de levensvatbaarheid van de principe-zelf. Het fletse resultaat van de nagestreefde uitgangspunten in de „musique d’ameublement” zegt iets van Saties bescheiden'talent en niets van de bruikbaarheid van de toegepaste basistechniek. L’histoire se répète? Rond 1960 wisten in de muziekwereld haast alle deskundigen te vertellen dat de toekomst van het componeren in de atenoliteit lag, in de seriële technieken. Nog geen tien jaar later werd het geloof „We zorgen ervoor”, vertélt Roy aan het einde van het gesprek, voordat we naar de trap van het nabijgelegen stad huis lopen om fotograaf Frits Droog in staat te stellen zijn werk te kunnen doen, „om een goede reputatie te krijgen voor wat betreft onze optredens. Weet je dat er van onze 690 optredens tot nog toe slechts een enkel concert is afgelast en dat we maar bij drie optredens te laat kwamen, voornamelijk omdat de taxi in het verkeer vastzat?” van de opposanten hiertegen, omgezet In absolute zekerheid: de hele, met heilig vuur verdedigde richting was voltooid verleden tijd. l Qoood ioonoo| Mini beperk noemd 1972 v keurd CRM. zijn g nieuwt dat ooi de om HIL Doorn bestuc is mei overee hebbel dan ti reclam progra Zon vergel pese, sche e ming lange- rentie den ir nog n: De politie kinger genom den E beden] aanvn totale welisv DEP ingan deert o-onti overd; België een 1 landst twee vermc de tb: gebru: kW (l lange- zodat de gre month of Maying, opgenomen die echter pas tegelijkertijd met onze Engelse tournee in omloop werd gebracht. De mixing is hier en daar niet helemaal geslaagd, maar als geheel vind ik het een redelijk goede plaat geworden”. Derek: „We moesten de plaat in korte tijd opnemen, we hadden nauwelijks ervaring met dat soort werk. Je merkt dat onze tweede plaat, Lord’s Rake (evenals de eerste uitgebracht op het Epic-label) een stuk beter is. In tegen stelling tot The month of Maying toen we met studio-musici moesten werken hebben'we op deze plaat alleen met onze eigen mensen gespeeld, zodat je alles veel beter in de harfd kan houden”. De fi king m se Zak king film w documi HILI groot het we van Rc is een Franse kend. 1 Scafell Pike is op dat moment net bezig aan z’n tweede tournee in ons land. Het publiek in de Rotterdamse jongeren gelegenheid Eksit en in het Haagse Paard van Troje heeft hen met veel succes en niet dan na het geven van veel toegiften ten langen leste laten vertrek ken. Hoewel nog niet doorgebroken bij het grote publiek begint Scafell Pike (de naam is ontleend aan een 978 meter hoge berg in het Engelse Merendistrict) hier een aardige naam te krijgen. In Engeland (de groep heeft Zweden als thuisbasis) werden drie tournees, in hoofdzaak langs de universiteitscolleges. gemaakt met een zeer goede ontvangst. Dat is toe te schrijven aan het feit dat het repertoire erg Engels is georiënteerd, al zullen daar zoals straks zal blijken, wel enige ver anderingen in komen. Satie was onafhankelijk als kunstenaar en door en door origineel. Door zich al in de jaren tachtig van de vorige eeuw los te maken van het algemeen heersende Wagnerisme en tegelijkertijd een harmonische schrijfwijze van totaal afwijkende aard te introduceren, toonde hij zich de ware anti-epigonist. Een houding, die in combinatie met zijn strijdbare en flitsende geest, in de toenmalige Parijse kunstenaarswereld niet onopgemerkt bleef. Zijn creatieve daden hebben hem tot de officiële vader van meer stromingen, zoals het impressionisme en de kubistisch- dadaïstisch getinte richting, doen worden. Allereerst dus in directe zin, in de tijd dat hij nog leefde en als de tekenen niet bedriegen een halve eeuw na zijn dood op indirecte wijze doordat men alles ziet in zijn additieve componeermethode (additief is toevoegend, bij een voegend). Verschillende vertegenwoordigers van onze huidige avantgardistische componistengeneratie zien in Satie meer dan alleen maar een figuur van historische betekenis. Ook de muziek van het Philip Glass Theatre is gebaseerd op Satie’s principes. Philip Op de vierde plaats kwam eerst een Franse dobra-bespeler toen onze toen malige producer Jerry Gustavson voor stelde. Hij had Jerry ’s morgens tijdens een optredentje voor de radio kunnen horen. Op de radio maakte Jerry een goede indruk, zodat we besloten hem op te nemen. Maar hij vertrok met achter lating van zijn versterker-installatie en zei verder niets. Gelukkig kwam-ie wel weer terug. Een jongen die een soort Oosterse rust bezit, die zich niet gauw uit het veld laat slaan”. Dave: „Het wordt nu tijd voor een derde plaat. CBS wilde echter dat we onze stijl veranderen, ze willen in ons een commerciële popband zien. Maar het publiek is erg enthousiast over onze manier van spelen, voor verandering voelen we niet veel. In Engeland zijn er van onze platen zo’n 1500 exemplaren verkocht dat voor een folkplaat echt goed is te noemen. We hebben onlangs het contract met CBS verbroken en we zijn nu in onderhandeling met Phono gram. We zullen voor de nieuwe plaat waar schijnlijk een bredere selectie maken. Belman en ook materiaal van Offenbach zou ik graag willen nemen”. Op de vraag of „historisch” de enige selectie-norm is, antwoordt Dave: „We zoeken met naar het onbekende en ver borgen werk, maar naar de populaire werkjes uit de Engelse muziek van de laatste zes tot zeven eeuwen. Er is materiaal voor jaren, het aanbod is vrijwel onbeperkt. Scafell Pike had in haar begintijd nauwelijks een andere groep die als voorbeeld kon staan. „Iets waaraan we ons konden optrekken bijvoorbeeld, dat ontbrak geheel. We hebben het allemaal zelf gedaan, alles is in de praktijk tot stand gekomen”, aldus Dave Hynes. „Hoe ik met deze groep ben begon nen? Ik zou aanvankelijk muziek gaan studeren in Parijs, maar ik besloot daar al binnen 14 dagen weg te gaan. Dat was in 1964 als ik me goed herinner. Om m’n geld op te maken ben ik op vakantie naar Zweden gegaan en daar ben ik uiteindelijk gebleven. In 1971 trad ik met een Zweedse groep op toen ik Derek ontmoette. Ik zat toen net in een periode dat ik flink genoeg van die band begon te krijgen. In een club hoorde ik Derek een nummer van Gordon Lighttfloot spelen en we hebben toen getracht om samen wat te spelen. Derek op gitaar, ikzelf aan de piano. Het nog vrij nieuwe Waagtheater in Delft was dezer dagen rond de middag gesloten, maar een bereidwillige heer wilde het gezelschap graag onderdak bieden voor een vraaggesprek. Aan de tafel, keurig naast elkaar, zitten David Hynes, Derek Hudson, Roy Colgate en Jerry Gustavson van de Engels-Zweedse folkformatie Scafell Pike. In hun midden ook manager Adriaan van der Weel die op een nagenoeg non-profit basis de publiciteit voor de groep verzorgt. is verlaten. Voor de toehoorder wordt de klankenstroom van een klassieke tijdsstructuur uiteindelijk door het muzikale geheugen duidelijk ervaren als een geheel, waarvan alle onderdelen dienen als bouwstenen voor een totaalvorm. Satie’s vormgeving is daarentegen eigenlijk meer te vergelijken met een mozaïek. Korte melodische figuren worden domweg herhaald, daarna getransponeerd (dat wil zeggen op andere toonhoogte gebracht), opnieuw gebruikt en dan plotseling weer verwisseld voor een ander motief dat dan dezelfde bewerking ondergaat. Over die vormschema’s, geënt op de zogezegde variabele metriek, werd eerder uitgebreid naar aanleiding van de muziek van het Philip Glass Theatre in onze krant geschreven. Dave: „Bovendien vinden we dat een werkelijk goede drummer moeilijk te vinden is. En heb je er eenmaal eentje dan zal zijn inbrenig de sound als geihéel ingrijpend veranderen. De groep zoals die nu bestaat werkt goed en het publiek blijkt ons zonder drummer best te accep teren. Ei zijn wel eens mensen die naar ons toekomen met het advies om uit te breiden, maar die blijken dan zelf slag werker te zijn”. Scafell Pike vindt zijn repertoire voor namelijk in bibliotheken, „waar je nog erg veel kan vinden in boeken op ons gebied. Maar verwacht geen dode tradi tie van ons, deze muziek leeft nog volop zoals het publiek in Engeland kan bewij zen”, vertelt Derek. De repertoirekeuze wordt zoveel mogelijk in overleg ge maakt. in de praktijk komt het er echter op neer, dat David, de enige die noten- Bij de klassici hebben we vaste ‘schema’s; alleen de varianten daarop brengen de verrassingen. In de Romantiek komt alles op losse schroeven te staan; de enige zekerheid i hoogstens de eigengeaarde manier van doen van de componist. En in het impressionisme is de vorm vervaagd en verliezen we alle grond onder onze voeten, om ons te laten voortvloeien in nevels of mee te drijven op de golven van een eindeloze oceaan. Bij Satie nu, staan we stil en laten de muzikale objecten van alle kanten op ons inwerken. Door toepassing van de stereotiepe patronen krijgt deze muziek al snel iets automatisch. In die zin is ze ook tijdgebonden. Laten we niet vergeten dat in die periode veel interesse was voor automaten. Denk maar aan bijvoorbeeld Ravel’s belangstelling voor onze Hollandse molens en voor allerhande opwindbare speelgoedjes. Behalve aangaande de vorm wordt ook hij harmonisch opzicht door Satie een andere weg ingeslagen: Hij vermijdt de tot dan toe logische opeenvolging van de accoorden en voegt niet-oplossende dissonanten toe, hetgeen met name van beslissende invloed op Debussy’s kunst is geweest. Samengevat is er bij Satie dus een voorkeur voor een niet op ontwikkeling gebaseerde vormgeving, voor ritmische cliché’s en een geneutraliseerde tonaliteit. Een in zekere zin aanverwante toepassing van dit additieve procédé vinden we eigenlijk ook in de continue dansbeweging, die in het impressionisme zo veelvuldig werd toegepast. Denken Dave: „We zijn heel langzaam van start'gegaan. Op een gegeven moment is er een Zweedse gitarist bij gekomen die echter weer snel vertrok. Toen liepen we Roy tegen het lijf. Hij had zijn gitaar in Engeland laten liggen en speelde op de auditie met een staande, akoestische bas hetgeen nauwelijks hoorbaar was (waarop Roy een brede glimlach als antwoord toont). Maar goed, Roy be- La l«F“.i .-I /-f ffif - ...r, a Dave (piano, hobo, zang) is de meest gemotiveerde van het viertal, hij is er ook vanaf het begin bij geweest. Derek (akoestisch gitaar en leadzang) en Roy (bas en zang) geven alleen vriendelijk antwoord als hoogstnoodzakelijk is en Jerry (leadgitaar) zit muisstil maar wel met belangstelling toe te kijken. Desalniettemin zijn het gezellige jon gens die je in een willekeurig Britse pub best een rondje zou gunnen. Deze mid dag blijft het echter bij koffie. Aan Dave de eerste vraag. Als ik jullie bezetting bekijk, valt het direct op dat Scafell Pike niet over een drummer beschikt. Voor folkmuziek is het klimaat in Zweden volslagen anders dan in Enge land. Roy: „Er wordt veel fiddlemuziek gemaakt, om op te dansen. Je hebt in Zweden veel openluchttheaters waar zeer grote menigten komen luisteren, van tien jaar tot gepensioneerd. We geven dan optredens van een half uur die met handgeklap en zang worden begeleid. Daar worden we echt geaccepteerd. Als je een aandaehtig gehoor vindt, is er in de clubs een redelijk goede sfeer, maar er komen ook drinkebroers. Verder spelen we in dansgelegenheden, in de tijd dat de band pauzeert. Ook dat heb je in Engeland met zijn vele diskotheken niet”. faïèf ttuna/ tn un jcJ tJuna.un. cjt'td uru fu&fa.. éfalL loinv. tmt. ftaj eftax. JERRY GUSTAVSON ROY COLGATE DEREK HUDSON l ~-y .J| Jap Sk we» - JELrikO/iTlE.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1975 | | pagina 10