Ties Kruize geen moedeloze patiënt
Brok topsport steun bij
mentale klap
opvangen
1
o
'TO
door Bert Brevoord
I
Klus
Niet piekeren
Flauwekul
óverkwam, biedt het genezingsproces van
Kruize (zwaarste verwonding: een dijbeen-
breuk met de nodige complicaties) een bevre
digend beeld. Vast staat evenwel dat hij nog
geruime tijd in het ziekenhuis zal moeten
blijven en dat zijn rentree als hockeyer op het
niveau dat hem wereldfaam bezorgde zeker
niet voor het einde van volgend jaar mag
worden verwacht.
Het personeel van het Rode Kruis-ziekenhuis te
Den Haag is de laatste weken gewend geraakt aan
een opvallend grote interesse voor kamer 426, het
„domein” van Ties Kruize vanaf het moment dat
hij vanuit het Amsterdamse VU-ziekenhuis naar
zijn woonplaats mocht worden vervoerd. Vijftien
man bezoek per dag is geen uitzondering”, lacht
Kruize, wiens ziekbed in eerste instantie als ge
volg van een ingewikkeld ogende stellage een
nogal gecompliceerde indruk maakt. „Het lijkt
erger dan het is”, zegt Kruize, „maar mijn been
moet voorlopig nog in die stellage blijven hangen
om aan te sterken. Bij dat ongeluk is een deel van
het bot in mijn dijbeen weggeslagen en vervangen
door een stuk bot uit de heup. Dat moet zich nu
naar mijn dijbeen vormen en dat is alleen moge
lijk op deze manier. Ik denk dat die poot zo tot
medio januari moet blijven hangen en het moment
waar ik nu vooral naar toe leef is natuurlijk dat
waarop ik weer normaal in bed zal kunnen
liggen”.
Bijna tien maanden voor het begin van de
achttiende editie van de Olympische Zomer
spelen in Montreal wist Ties Kruize al dat hij
er in Montreal niet bij zou kunnen zijn. Een
ernstig auto-ongeluk dat hem op 25 septem
ber ter hoogte van Hoofddorp overkwam,
haalde een wrede streep door de sportieve
ambities-op-korte-termijn van Kruize. In
middels, bijna drie maanden na de crash die
hem op weg naar zijn woonplaats Den Haag
Omschakeling
•Ml
-
ii
De voorlopige prognose is verder
dat ik in mei weer een beetje op
beide benen zal kunnen lopen. En ja,
dan komt langzamerhand de volgen
de stap in zicht”.
februari in heel geringe mate het
rechterbeen weer mogen gebruiken.
Natuurlijk moet je dan even wat
wegslikken, maar echt, ik geloof dat
ik er relatief weinig moeite mee zou
hebben”.
De meeste blijken van medeleven
kwamen natuurlijk behalve uit zijn
Als ik me niet vergis heb ik de eerste
vier dagen zo’n zevenhonderd brie
ven gekregen. Ongelooflijk, die be
langstelling”.
familie- en kennissenkring uit de
hockeywereld, waarbij zelfs reacties
uit Canada, Australië, België en Pa
kistan (de hockeybond van dat land
stuurde een telegram) niet ontbra
ken. Opvallend detail: uit buurland
West-Duitsland, de laatste jaren de
grote concurrent van Nederland in
Europa, vernam Kruize tot dusver
taal noch teken. „Misschien weten ze
het daar nog niet”, zegt hij niet zon
der galgenhumor, „of wie weet zijn
ze alleen maar blij dat ze straks in
Montreal geen last van me hebben”.
jaar) opvallend vermogen tot relati
veren.
„Er is de laatste tijd wel eens ge
suggereerd dat ik me hier vanuit het
Wel heb ik nu een vrij stevige auto.
Toen ik dat ongeluk kreeg zat ik in
de auto van m’n vader, een Alfa
Romeo van zeer solide constructie.
Hij zei: hoe lang het duurt weet ik
niet, maar jij zult weer kunnen spor
ten. Daar trek je je natuurlijk aan
op”.
De gemoedsrust die van Ties Krui
ze af straalt dateert niet van vandaag
gisteren. Eigenlijk vanaf het mo
ment waaróp hij zich in het VU-
ziekenhuis realiseerde wat er ge
beurd was, schoot de gedachte door
hem heen dat hij zeker een jaar niet
zou kunnen hockeyen. Kruize: „Ja,
gek, daar was ik meteen van over
tuigd en ik heb het ook direct vrij
gemakkelijk kunnen aanvaarden. Ik
heb ook nooit over hockey ge
droomd of nachtmerries gehad met
beelden waarin ik mezelf als een
afgeschreven sportman zag. Nu ik
dat zo zeg vind ik dat zelf toch ook
wel een beetje opvallend”.
rustig in. Ik was gewend zo’n vijftig
duizend kilometer per jaar te rijden
en ik heb voor dat ongeluk in sep
tember nog nooit iets gehad. Waar
om zou ik dan nu ineens met angst in
het hart achter het stuur kruipen?
„Ach moet je luisteren, die ge
dachte aan dat hockeyen zet je nooit
voor de volle honderd procent van je
af, ik geloof ook dat dat logisch is. Je
beseft dat zo’n sportcarrière mooi is,
dat je de kans hebt gekregen heel
wat van de wereld te zien. Maar aan
de andere kant zie je toch ook de
betrekkelijkheid als je nagaat dat
zo’n ongeluk je in één klap voor
lange tijd buitenspel zet. Ik hockey
bijzonder graag en ik wil als het
even kan zeker nog een paar jaar
doorgaan, maar toch geloof ik dat ik
het vrij gemakkelijk zou kunnen ac
cepteren wanneer ik te horen kreeg
dat het voorgoed voorbij zou zijn.
Alleen al met het verwerken van de,
aan hem gerichte post heeft hij een
klus die er zijn mag. „Vooral de
eerste dagen in Amsterdam
kwamen er ontstellend veel reacties.
aeeW S.
(êfteijorri
jpepaort
hfe. iarr;
fc.rno jifr
HhMjoap
rui ney.
:Asi»iad
neg
728 rrtssl
Nog steeds betekent vooruit kij
ken voor Ties Kruize het zich bezig
houden met de vraag hoe - liever
gezegd: hoe voorspoedig - het gene
zingsproces van zijn rechterbeen
zich gaat ontwikkelen. Kruize: „Het
gaat goed, dat is zonder meer een
feit. Als die stellage weg is gaat er
aan het algeheel herstel gewerkt
worden. Ik zal op krukken moeten
gaan lopen, eerst het linkerbeen be
lasten en dan wellicht in de loop van
Ik bedoel dit: als je met het Neder
lands elftal aan een of ander belang
rijk toernooi bezig bent, dan moet je
vooral één ding doen: positief bezig
zijn met de eerstvolgende wedstrijd
en niet gaan piekeren over een ne
derlaag of te lang stilstaan bij een
mooie overwinning. Natuurlijk gaat
de vergelijking niet helemaal op,
maar ik heb me ook na dat ongeluk
voorgehouden dat ik vooral vooruit
moest kijken en niet te veel gaan
liggen dubben over de vraag hoe erg
het allemaal geweest had kunnen
zijn of zo. En vooruit kijken betrof
natuurlijk in eerste instantie de ont
wikkeling in medisch opzicht. Bo
vendien kreeg ik van de chirurg die
me geopereerd heeft, dokter Den
Otter, een behoorlijk ruggesteuntje.
„Ik heb eigenlijk ook nooit liggen
piekeren over een eventuele negatie
ve wending van het genezingspro
ces. Ik wist dat ik behoorlijk zwaar
gewond was, maar ik geloof dat het
feit dat ik een brok sportcarrière
achter de rug heb me zeker gehol
pen heeft. In mentaal opzicht is het
bedrijven van topsport een goede
leerschool. Je leert jezelf te dwingen
op een bepaalde manier te denken.
Hoewel Ties Kruize zich prettiger
omstandigheden zou kunnen voor
stellen dan die waarin hij zich mo
menteel noodgedwongen bevindt,
ontpopt hij zich allesbehalve als een
moedeloze patiënt, die iedere in het
ziekenhuis „verloren” dag tanden
knarsend ondergaat. „Nee, waarom
zou ik hier gaan liggen piekeren. Het
is toevallig wel zo dat ik me moet
realiseren dat ik er in feite nog heel
goed ben afgekomen. Het belang
rijkste is dat mijn rechterbeen weer
optimaal gaat functioneren. En
wanneer ik weer aan sport kan gaan
doen, ach dat is momenteel van later
zorg. Het klinkt misschien wat onge
loofwaardig, maar ik lig hier eigen
lijk lekker ontspannen te wachten
op de dag waarop dat been uit die
stellage kan. Verder ben ik weer zo
gezond als een vis en dat ben ik toch
wel erg belangrijk gaan vinden.
Behalve met het lezen van brieven
brengt Kruize (die telefoon en tv-
toestel binnen handbereik heeft) de
tijd door met lezen, een beetje stude
ren (hij is bezig met de voorberei
ding op een aantal examens voor het
makelaars- en assurantie-vak) en
het in elkaar knutselen van bouw
pakketten voor schepen. „Voor zo
ver de tijd het toelaat tenminste”,
lacht Ties Kruize, „want ik heb het
hier hartstikke druk. Ik zei al dat er
erg veel bezoek komt en dat gebeurt
niet alleen op de officiële bezoeku
ren. Dan wipt die even binnen, dan
die en met enige regelmaat komt er
eens een journalist langs om een
babbeltje te maken. Een dag is hier
voorbij voordat je het weet. Als ik er
over nadenk weet ik met geen moge
lijkheid waar die weken zijn geble
ven die ik inmiddels in het zieken-
Kruize: „Ach, relativeren, dat is
zo’n modewoord vind ik. Ik ben zo
als ik ben en dat betekent dat ik de
dingen vrij gauw accepteer zoals ze
zijn. Ook deze periode. Ik weet dat
ik niet eerder dan begin 1977 zal
kunnen hockeyen, al hoop ik zelf dat
het iets eerder zal kunnen zijn, bij
voorbeeld in november van het vol
gend jaar. Maar daarover beslis ik
uiteraard niet zelf.”
Tijd om zich te vervelen heeft Ties
Kruize tot dusver nauwelijks gehad.
Na de botsing zat de voorkant van
dié Alfa behoorlijk in elkaar, maar
de rest stond er nog redelijk bij. Ik
ben ervan overtuigd dat ik het er in
een‘andere auto niet zo zou hebben
afgebracht als nu het geval is ge
weest.
De periode na het ongeluk („ik
begrijp er nog altijd niets van, ik
reed door een plas en zonder dat ik
ook maar iets kon doen schoof ik
naar de linkerkant van de weg”)
heeft Ties Kruize beslist niet wezen
lijk veranderd. Hij is nog precies
dezelfde evenwichtige, openhartige
en gemakkelijk te benaderen jonge-
Heeft Ties Kruize aan de crash bij
Hoofddorp angst voor autorijden
overgehouden? Kruize: „Niet in het
minst. Ik heb alweer een nieuwe
De derde dag na de operatie was de
ergste. Behalve alle sores die ik al
had kwamen er toen ook nog eens
een lichte embolie en trombose in
m’n been bij. Ja, toen heb ik behoor
lijk moeten afzien, maar achteraf
heb ik ook daar de positieve kanten
van leren inzien. Ik heb er, vind ik,
nog meer van leren incasseren.
huis heb doorgebracht. Als ik ge
woon thuis zou liggen, zou ik het
gevoel hebben dat de tijd minder
snel zou gaan, dat weet ik zeker”.
.«908 S
tsH e
u-.Ji feliun-
fiplnmoo
S& 'lee-'
-in.tr> oal
„...aart.aS
Hoe bewonderenswaardig Ties
Kruize ook berust in zijn lot, hij
heeft natuurlijk die momenten
waarop hij het er even moeilijk mee
heeft dat hij in Montreal niet, zoals
in 1972 in München, de schrik van de
„vijandelijke” defensies zal kunnen
zijn. „Maar als het even kan ga ik
wel als toeschouwer naar Canada.
rt wqQKM
1-3 trtQQ
tjc ar
..riei'H
>q-
V terxr,
te
.btoiubu
„Waar ik het meeste moeite mee
heb gehad, dat is die totale omscha
keling van een druk bezet leven naar
dat gedwongen nietsdoen. Ook al
ben je tot niets in staat, dan nog zit
het dagelijkse ritme waaraan je ge
wend was er zo geheid in, ja dat
heeft toch wel even tijd gekost om
daaraan te wennen. Niet die eerstf
dagen hoor, want toen had ik genoeg
aan mezelf. Ik zit nu de zaak even te
reconstrueren, wat ik niet vaak doe,
en besef dat ik in de periode kort na
de operatie toch wel erg veel pijn
heb gehad. Gek hè, maar pijn is iets
dat je snel vergeet, gelukkig maar.
i'SRAje
tap» nor-
...ttcje-
ruUbneq
W iV
«p J3IW
optlrtoii
<•••0 (fwr*
.^uu
wihiP.
„—KV
„ti nwb
||(J
e?»;H
duemae
i 4, 3X
w iet O’
pJslöM -.br.
De mogelijkheid is zelfs niet uitge
sloten dat ik in dat geval iets in de
sector van de publiciteit ga doen.
Maar dat is voorlopig nog louter
toekomstmuziek”.
,blev
nee
-■‘-.-xbtrtoen
h eisQóeu
.f.1 .aeibb
y. w
rj«f>
w (Ti-Ci
♦«‘huurt
ziekenhuis volop zou bemoeien met
de gang van zaken bij mijn club
HCKZ. Een zwaar overdreven en
zelfs onjuiste voorstelling van za
ken. Het is zo dat de coach (Ab van
Grimbergen, tot en met het WK-
toemooi in 1973 bondscoach-red.)
hier wel eens komt en dat er dan wel
eens over bepaalde dingen gespro
ken wordt. Maar dat wil nog niet
zeggen dat ik me met de opstelling
bemoei of zo, dat zou te gek zijn om
los te lopen. Ik ben op de hoogte van
wat er gebeurt, mijn medespelers
komen hier vrij vaak en verder volg
ik het hockey-gebeuren als een zeer
geïnteresseerd toeschouwer. Het is
toch belachelijk om te veronderstel
len dat ik hier vanuit mijn bed voor
een deel de zaakjes regel? Ik snap
niet hoe die flauwekul in dé wereld
komt”.
i rOr nr,
»R. qO'
(x’ I
r—e ^<1 |«T