Flatertejater: mislukken is juist leuk Louis Edeleman bij de Haagse Comedie overleden Theaterjaarboek Soler sierlijk opgediend Hit voor Laurel en Hardy uit jaren ’30 „De andere wereld”: lachertje leershow stoutenbeek select O Tweede stuk van Ton Vorstenbosch permanente ORGELCONCERT TROF DOOR SPONTANE OPGETOGENHEID auteurs Indonesisch „Indische” vertaald in 5 19 KUNST 19 7 6 JANUARI V R IJ D A G 9 is aF-VU Zijlweg 9-11 (begin Zijlweg rechts) Haarlem Tel. 324866 Filiaal van Stoutenbeek Wooncentrum en Sunart Interieur-architektuur te Beverwijk. w HERMAN VAN DER HORST LIET VOLSTREKT EIGEN OEUVRE NA Een visserskop uit „Vieren maar”. (ADVERTENTIE) KEES BOONMAN JOHAN VAN KEMPEN i Nanni Vermeer als huishoudster en Rick Nicolet als verslaafde dochter des hui zes in „De andere wereld”. nooi” waarin kemphanen en hun hu welijksceremoniën op speelse wijze geobserveerd werden. Ze waren, on danks de bijna-uitverkiezing in Can nes te beschouwen als vingeroefenin gen die de buitenwereld nauwelijks te zien kreeg. Met ,het Schot is te Boord” uit ’52 breekt de filmer door naar de openbaarheid. Deze film over de haringvisserij waarbij Van der Horst zien voor het eerst als de latere geluidsgeweldenaar liet kennen kreeg Herman van der Horst, enkele jaren geleden. tenor in de orgelpartij en de alt en de bas in het cembalo, bleef zo het interes sante stemmenweefsel steeds uitstekend te volgen. 5 Hopelijk heeft Vorstenbosch dit keer veel kunnen leren, maar aan de voor stelling van zijn tweede stuk, „De ande re wereld” is het niet af te zien. Zijn debuut zat veel helderder in elkaar en de personages waren veel beter getekend dan in dit ouderwetse keukenmeidenver- haal. „De ander wereld” gaat over mensen die zich bezig houden met spiritisme. Het gaat niet zozeer om het occulte voor waar aan te nemen of te verwerpen, maar om de reacties van de personages te laten zien op het buitennatuurlijke. LONDEN (AP). The trail of the lonesome pine, een plaat die bijna 40 jaar geleden werd gemaakt door het wereldvermaarde filmduo Stan Laurel en Oliver Hardy, blijkt in Groot-Brittannië een ongehoord succes te worden. In twee maanden bedraagt de verkoop bij na een half miljoen platen. Zou het duo geleefd hebben, dan was het zeker in aanmerking gekomen voor een gouden plaat. Ook in ons land heeft de plaat een zekere populariteit bereikt. buut kreeg Van der Horst opdracht van de pas opgerichte „Werkgemeen schap voor Filmproduktie” een film- verslag te maken over de oorlogsver- woestingen’ in Nederland. „Ontluis terd land” werd een beklemmende inventarisatie van wat er vernield was in ons land gedurende vijf jaar bezetting, maar het was niet de film- stof die Van der Horst zelf uitgeko zen zou hebben. Hij keerde tenminste snel terug naar zijn oude liefde en maakte „Dragers van het Gulden Vlies” over de schapenteelt op Texel en „Toer- Het Flatertejater (Theo Westerduin en Bart Lohr als „revue-artiesten en Frans van der Haar als technicus) slaagt er op voortreffelijke wijze in om twee uur lang sketches te presenteren, die elk op een enorme flater uitlopen. De glashob byist, de heer Greupel, laat zijn flessen- orgel al achter de coulissen tot scher ven vallen; Fred Trompet mislukt als goochelaar; de violist Heinz Achenba- cher komt er zowel voor als na de pauze niet aan toe zijn viool zelfs maar uit de kist te halen. Kortom, niets lukt, in welke gedaante Theo Westerduin en Bart Lohr ook op het toneel verschijnen. Het ligt voor de hand dat juist het mislukken het leuke van de show moet zijn. Het speelt in het huis van een bejaarde pedagoog. Een huisvriend, arts van be roep, heeft een platonische verhouding met zijn overleden vrouw gehad en poogt in spiritistische seances weer in contact met haar te treden. Gaandeweg het stuk blijkt dat hij daartoe verschil lende andere personen, zoals de dochter en de huishoudster van de pedagoog, gebruikt, zelfs misbruikt. De dochter is aan iets als heroïne of morfine ver slaafd; de huishoudster is een onnozele hals, die echter aan het slot de kwade genius van de arts doorziet en hem het huis uitzet. Of deze arts nu moedwillig deze mensen heeft gebruikt, om hun vermeende fortuin in handen te krijgen, wordt niet erg duidelijk. Het wordt wel tegen hem gezegd, maar hij bekent niet zodat je ook nog de indruk kunt over houden dat zijn beweegreden uit liefde voor de overledene voortkomt. zoen bij Centrum met Peter Oosthoek werken aan een bewerking van Frederik van „Eedens „Van de koele meren des doods”. Ik hoop dat het hem beter lukt. JAC HEIJER DJAKARTA (Antara). Twee Ne derlandse romans van Maria Dermout en Beb Vuyk worden in het Indonesisch vertaald en uitgegeven door de Indo nesische uitgeverij Pustaka Jaya. Werk van Dermout zowel als van Vuyk speelt zich zoals bekend af tegen een Indisch, al dan niet koloniaal decor. AMSTERDAM. In het Toneelmu- seum in Amsterdam presenteerde Luisa Treves gisteren het 23ste Nederlandse Theater- en Televisie Jaarboek. Het geeft een opsomming en vele foto's van de produkties, die het vaderlandse thea ter (toneel, ballet en opera) en de afde lingen drama van de televisie-omroepen hebben laten zien in het seizoen '73-’74. In 1950 is mevrouw Treves met het Theaterjaarboek begonnen. Tot die tijd bestond geen volledige inventarisatie van hetgeen het Nederlandse theater telken- jare produceerde. Al in 1958 probeerde zij ook de televisie-drama-produkties er in, op te nemen. Het jongste jaarboek is voorzien van een inleiding door Jan Willem Hofstra voor wat het theater betreft. Het over zicht van tv-produkties wordt ingeleid door Con Nicolai en andere tv-drama- turgen. De tekst is in het Engels ver taald, zodat ook in het buitenland inte resse in het Nederlandse drama kan worden gewekt. Dit jaarboek toont op het omslag een foto van Paul Steenber gen als Hendrik IV in het gelijknamige stuk van Pirandello. in Cannes de Grote Prijs. Daar werd hij het volgend jaar opnieuw onder scheiden voor zijn ,Houen zo”, een film over de opbouw van Rotterdam. En opnieuw is Van der Horst in ..Vieren maar” op zee bij de haring vissers en maakt het weer duidelijk dat het hem minder om feitelijke informatie gaat dan om verhevigde indrukken, de visafslag in IJmuiden, de bedrijvigheid aan boord, de vis vangst, elementen van een werkmi lieu die in beeld en geluid een bij zonder indringend aspect krijgen en de realiteit versterken. Het effect van deze wijze van filmen hebben de televisiekijkers nog onlangs zowel in .Faja Lobbi” als in „Toccata” kunnen meemaken. „Faja Lobbi” kreeg een ovationele ontvangst in Amsterdam en andere Nederlandse steden en ook in Berlijn waar de film de Gouden Beer als hoogste onderscheiding kreeg. Tussen deze persoonlijke evocatie van Suri name en zijn laatste film, „Toccata” (1968) komt nog de meer lyrische impressie van Amsterdam in een film die kortweg de naam van de stad kreeg. Een film met aandoenlijke fragmenten en in zijn constructie even doordacht en hecht als vroeger werk. Uit die lyrische periode stamt dan ook „Pan”, een terugkeer naar de natuur waarbij via een kleine intrige het leven der vogels en in het bijzon der der zwanen geobserveerd werd. Bij al dit werk is de vrouw van Herman van der Horst een onmisbare figuur op de achtergrond geweest. „Ik heb gemiddeld zes handen nodig”, heeft Van der Horst eens gezegd, „zij heeft er vier”. Met die zes handen is Nederland een aantal films rijker geworden die een unieke plaats in de Nederlandse documentaire wereld zullen blijven innemen. Een vriéndelijk en beschei den man en een filmer van allure is van ons heengegaan. CHARLES BOOST LOS ANGELES (UPI). Louis Ede leman, de televisie- en filmproducent die met The jazz singers (met Al Jonson in de hoofdrol) een van de eerste geluids films op zijn naam bracht, is dezer dagen op 75-jarige leeftijd in Los Ange les (Cal.) overleden. der Horst was een gesloten man en zeker had hij meer facetten dan de hier genoemde. Maar deze waren voldoende om een klein, maar volstrekt persoonlijk oeuvre na te laten dat in zijn geheel praktisch alle onderscheidingen verwierf waar over het festivalwezen van de gehele wereld de beschikking heeft. Of die universele waardering ook maar eni ge relatie vertoonde met de apprecia tie en bekendheid in eigen land is een moeilijk te beantwoorden vraag. In de kring van mensen die hem be roepshalve of om andere redenen in zijn werk volgden, was er nauwelijks verschil van mening over dit unieke en sterk persoonlijke werk, dat van zorgvuldige observatie van dieren geëvolueerd was tot de heftige im pressionistische visies op haringvisse rij, op Suriname of op orgelspel. Maatschappelijk gesproken begon Herman van der Horst als bioloog die de camera een onmisbaar werktuig vond in zijn vak. Filmgek was hij zeker niet. Hij beweerde tenminste altijd dat hij alleen maar „Trader Horn” had gezien, voor hij voor het eerst een camera in de hand nam. Een camera die hij voorlopig als hulpmiddel gebruikte bij zijn studie van de natuur, het vogelleven en de insecten. In twee jaar kwam een film tot stand die hij „Metamorphose” noemde en die het leven van rupsen en vlinders tot onderwerp had. „Me tamorphose” werd ingestuurd naar het filmfestival van Cannes in 1946 en zou de hoogste onderscheiding heb- ben gekregen als er niet een Rus was geweest met een documentaire over bijen. Na dit niettemin opzienbarend de- HAARLEM. Na voorstellingen in jeugdsociëteiten en in theater Pepijn in Den Haag (voor familie en vrienden) heeft het Haagse Flatertejater de stap gewaagd naar het Grote Toneel. Voor nog geen twintig toeschouwers werd de „Haarlemse Première in de Toneel schuur gegeven. Het boek De tienduizend dingen van Maria Dermout zal de titel van Taman Kate Kate krijgen, Beb Vuyk’s Het laat ste huis gaat Sebuah rumah nun di dana heten. De vertalers zijn respectie velijk Dick Hartoko en Gadis Rasjid. Hun werk wordt mogelijk gemaakt door het ministerie van CRM. Het liedje werd oorspronkelijk gezon gen door het tweetal in de in 1937 gemaakte film Way out West, die on langs is vertoond op de Britse televisie. Aanvankelijk bestond enige scepsis over het uitbrengen van het plaatje, maar toen de disc jockeys en pluggers zich over Laurel en Hardy ontfermden begon de populariteit pas goed op gang te komen. Stan Laurel was van Britse afkomst. Hij werd geboren in Lancashire en over leed in 1965 in Amerika. Oliver Hardy, afkomstig uit de staat Georgia in Ame- rika’s „diepe zuiden”, overleed in 1957. Laurel was indertijd naar Amerika ge gaan met de uit Londen afkomstige Charlie Chaplin. Hun samenwerking in de Verenigde Staten had een kortstondig karakter. Toen Laurel de dikke Oliver - destijds een onbekende acteur - tegen het lijf liep, werd de basis gelegd voor wat een onvergefelijk duo zou worden. vasthoudendheid en gevoel voor degelijk vakmanschap, anderzijds en bezeten filmer die de moge lijkheden van zijn vakmateriaal tot de uiterste grenzen wilde be proeven. Herman van gesloten man Vanavond en morgenavond zijn er nog voorstellingen in de Toneelschuur. En neem uw kindeern eens mee naar het theater, want die zijn dol op clownerie. Misschien was het verstandiger ge weest om voor de voorstelling een paar borrels in te nemen, want ik ben nau welijks tot een echte schaterlach geko men. Het beste in de show zijn zonder meer de mime-nummers. De scène waarin een hond zijn baas verorbert, is erg grappig, evenals de man die op de wc zijn op dat moment essentiële li chaamsdeel verliest. DEN HAAG. Ton Vorstenbosch heeft zich enige tijd bij de Haagse Comedie kunnen oefenen in het toneel schrijven. Vorig seizoen speelde men daar van hem „De stok”, een aardig debuut over enige mensen in een bejaar denpension die een oude vrouw uit haar lijden verlossen. Het kreeg een zorgvul dige voorstelling. De samenwerking was de Hagenaars zo goed bevallen dat Vor stenbosch dit seizoen de gelegenheid kreeg samen met de spelers te werken aan een tweede stuk. Een prima metho de om het vak te leren. Zo hoort het ook. De Haagse Comedie verdient alle lof geld te steken in de ontwikkeling van eigen schrijvers en daarbij het risico te lopen dat ze mislukken. Alleen to neelgroep Centrum en de Haagse Come die doen zoiets. Een dergelijke onduidelijkheid komt ook voor bij de andere personages, zodat uit niets het standpunt van de schrijver blijkt, noch zijn bedoelingen met dit stuk. Neemt hij deze rare mensen ern stig of maakt hij er zich juist vrolijk over? Ik kom daar niet achter. Regisseur Eddy Brugman is er evenmin in ge slaagd enige duidelijkheid te scheppen. De spelers doen erg hun best hun figu ren geloofwaardig te houden, maar wat mij betreft is dat nergens gelukt. De voorstelling wordt een lachertje en de onpersoonlijke clichétaal, van met na me de arts, valt daardoor des te erger op. Ton Vorstenbosch gaat volgend sei- oude muziek, had de compositie „Du- plum”, in 1970 geschreven door Her mann Schroeder. Maar de combinatie orgel-cembalo kwam er overigens niet minder gunstig door naar voren. Inte gendeel, je kon horen dat Schroeder bij de realisatie van zijn muzikale gedach ten heel bewust is uitgegaan van dit gecombineerd-instrumentale medium, waardoor uitgezóchte kleurnuances in mooie mengklanken het oor passeren. In het Larghetto past de componist heel effectvol het luitregister in het clave- cimbel toe, waartegen dan zachte pastel tinten worden geplaatst in de orgelpar tij. De hoekdelen van dit Duplum zijn fris en ritmisch levendig en werden zo ook helemaal naar hun aard vertolkt. Door het enthousiaste publiek werden Marijke Smit Sibinga en Albert de Klerk nog overgehaald tot het spelen van een toegift. Het werd een fijne fuga van Mozart, die eigenlijk voor pianovier- handig is bedoeld. Met de sopraan en de HAARLEM. Het deed meteen aan als een onderhoudende dialoog, het spel gisteravond van Marijke Smit Sibinga en Albert de Klerk. Een niet-alledaagse combinatie, clavecimbel en orgel en in eerste instantie zou je denken dat bij zulk samenspel de cembalo-klank wel erg in de verdrukking zou raken door het geluid van orgelpijpen. Maar dat viel enorm mee, speciaal ook doordat De Klerk zich niet van het grote Cavaillé- Coll-orgel bediende, maar van het Flen- trop-positief. Zit u graag in mooi leer? Kom dan eens kijken bij SelecpSelect maakt uw keuze in mooi leer veel royaler: zitelementen - hoekkombinaties - bankstellen - fau teuils - enz. Kalfsleer - wildleer - Zuid- amerikaans rundleer - leer verwerkt als patchwork. Dit alles gekombineerd met een ongekend grote keuze in wand- meubelen (o.a. Hülsta Studio) en handgeknoopte, tapijten. Edeleman, die in New York werd geboren, heeft gedurende 21 jaar voor Warner Brothers gewerkt. Naast The jazz singers produceerde hij onder meer The West point story, Hotel Berlin, Whi te Heat, A song to remember en Cowboy from Brooklyn. Als televisieproduktie kwamen onder zijn supervisie Make room voor daddy, Wyatt Earp en The big valley tot stand. Wat klonk dat trouwens direct ook al ontzettend speels, het als openingswerk gekozen Concierto nr. 2 van Soler. Heer lijke rococo-kunst, die terecht aan het einde van dit gemeentelijke concert wéér aan de orde zou komen. Nu was het Soler’s vierde Concierto, dat met dezelfde lichtvoetigheid, sierlijk en hel- dergelijnd werd gepresenteerd. Niet al leen paste alles perfect in elkaar, zoals bij deze instrumentalisten te verwachten was, maar het gezamenlijk musiceren had eveneens de geest van spontane opgetogenheid in het elkaar van repliek dienen. Er waren ook twee solistische speel beurten in het goed opgebouwde pro gramma opgenomen. Marijke Smit Si binga bracht met de clavecimbelmuziek van Sweelinck de in notenbeeld vertaal de renaissancepatronen van de Amster damse grachtenhuizen tot leven, met de overdadige guirlandes van de topgevels. Zo klonken, met overtuigende speelvaar- digheid en op stijlvolle wijze, de Pavana Lachrimae, een Toccata in a en de Variaties over Onder de Linde groen, uiterst rijk aan ornamentiek. En wat een muzikanteske vreugde was te horen in Albert de Klerk’s virtuoze orgelspel bij de solostukken van Kerll; twee Ca priccio’s (de tweede met een gek doorge voerd koekoek-motief) en twee Canzo- na’s, waarvan de laatste met opgewekt fugatisch slot. Een heel ander karakter dan al deze Bart Lohr is af en toe een meester in zijn gelaats-mimiek. Op het ene moment lijkt hij op Karin Oster en op het andere moment zou het Marlon Brando kunnen zijn. Het tekstgedeelte loopt minder soepel. Daar kan de goede arti culatie en het snijdende stemgeluid van Theo Westerduin weinig aan veranderen. Tijdens voorstellingen voor kinderen hebben Westerduin en Lohr vooral ge leerd te improviseren, inspelen op de reacties van het publiek. Dat kan alleen als er publiek is. Het is erg moeilijk geïnspireerd te spelen als de zaal zo goed als leeg is. Het Flatertejater, aan- gekondigd als „een wervelend spekta- kulaire totaalshow met machtige mime” verdient meer. HOE ZAL HERMAN van der Horst, die gisteren overleed, als filmer gewaardeerd blijven in de historie van de Nederlandse film? Als nauwgezette waarne mer van de natuur, waarin hij ongekende schoonheid en myste ries ontdekte met het speurend oog van zijn camera? Als de stoere zeeman die meevoer met de haringvangst en de zee in stormweer liet zien zodat je het zout op je tong proefde? Als de onderzoekingsreiziger die in de bossen van Suriname doordrong en een oerwoud ontdekte vol kleur, vogelkreten en mysteri euze geluiden? Of als de stads mens die met telelens en zoom lens de schoonheid van Amster dam op de toeschouwer liet aan stormen. In ieder geval was Van der Horst een ongewoon talent in de Nederlandse filmerij, ener zijds oer-Hollands met onze spreekwoordelijke nuchterheid, rng 4.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1976 | | pagina 19