Nationale Ballet met „Ebony Concerto
Amerikaanse trompettist nog altijd technisch perfect
Muziekscholen in nood
over werkloosheid en WAO
Magna Carta
ook zonder
Stuart op hoog
niveau
Keur van solisten op
kamermuziekfestival
Grote contrasten bij
20e eeuwse meesters
Concreet voorbeeld op toneel
VOLGEND BEKEND
95
ECLATANT SUCCES VOOR BONAVENTURA
Zuidvietnam verbiedt
IN TONEELSCHUUR
SATER SPEELT
VOLLE ZALEN VOOR
TWEE CONCERTEN
Onderscheiding voor
Solsjenitsyn
15
r
alle vroegere muziek
„VAN MANEN-RECEPT”
„NIKS AAN DE HAND”
MAANDAG
23
FEBRUARI
KUNST
1976
K)
MENUHIN VIERT 60E VERJAARDAG
I
AMSTERDAM Ongeveer een
maand geleden zei Hans van Manen
in een interview met Het Parool:
„Ik geloof niet dat ik nog in staat
ben slechte dingen te maken. Ik
maak geslaagde of minder geslaagde
balletten, maar ik heb te veel zicht
op het materiaal om echt iets slechts
af te leveren”. Hieruit blijkt, dat
een handig gemaakte choreografie
volgens Hans van Manen een goed
ballet is, althans niet slecht. Wel
nu, volgens deze formule is het
nieuwe werk dat Van Manen vooV
Het Nationale Ballet maakte op het
„Ebony Concerto en een Tango”
HAARLEM Als een erkend
inspirator van de Westcoastjazz uit
de jaren ’50 heeft de Amerikaanse
trompettist Chet Baker voldoende
faam verworven om daar zeker tot
het einde van zijn muzikale loop
baan op voort te kunnen gaan. Het
huidige spel van Baker is door een
aantal (gezondheids)redenen terug
gevallen op een soort gemiddeld
niveau waarnaar het echter nog
steeds aangenaam luisteren is. Al
heeft het revolutionair elan van het
eerste uur plaats moeten maken
voor een spanningsloos blazen dat
doortrekken is van een grote per
fectie.
O
van Igor Stravinsky een goed bal
let, althans niet een slecht ballet.
De muziek swingt lekker en de
vier dansers die in dit werk voor
komen swingen lekker mee.
CONRAD VAN DE WEETERING
Maria Aradi en Zoltan Peter in „Ebony Concerto en een Tango”.
Pianist Danko stimulator
in kwartet Chet Baker
CHET BAKER
CEES STRAUS
TOON VRANKEN
(Van onze kunstredactie)
ri
le
>p
ir,
Zaterdagnacht
fi
er
Is
d,
n-
(Van onze kunstredactie)
ALBERTO LYSY
Het eerste concert, op zondag 25 april,
u-
n-
van een maximum aan klanklicht
het eind.
Sater suggereert dat als je maar van
je werk houdt en de vakbond actiever
zou zijn, werkloosheid voorkomen kan
worden- Dat klopt misschien niet. Maar
het stuk pretendeert ook niet meer dan
een stap in de goede richting. Bovendien
De afgelopen 27 jaar heeft deze parti
culiere stichting jaarlijks onderscheidin
gen toegekend voor „constructieve woor
den en daden die de Amerikaanse prin
cipes ondersteunen, bijdragen tot goed
burgerschap en die oplossingen bieden
voor hedendaagse nationale problemen”.
Zoals bekend is Solsjenitsyn door de
Sovjet-Unie uitgewezen om zijn anti-
Sovjet boeken, waaronder „Goelag Ar
chipel”, het verslag van de gevangen
schap van de auteur die om politiek
afwijkende meningen is veroordeeld.
ie
i.
el-
al
ie.
its
K)
m-
jn-
3Z-
ie.
K)
ir-
00
lie
35
?r-
K)
id-
na
K)
ie.
id-
en
rp
ik
ret
)ie
at
en
uit
Dit ensemble is het huisorkest van de
Academie Internationale de Musique de
Chambre, dat tien jaar geleden door
Alberto Lysy werd opgericht. Het doel
van de Academy, waarvan Yehudi Me
nuhin erevoorzitter is, is jonge musici,
ongeacht hun nationaliteit, helpen met
hun studie van de kamermuziek, waarbij
het accent ligt op zowel het uitvoeren
van de muziek in het openbaar als ook
op het bestuderen van verschillende in
strumentale technieken. En de voor
naamste activiteit van de Academie is
het organiseren van concerten en festi
vals in heel Europa (het is de derde keer
dat zo’n festival in ons land gehouden
VALLEY FORGE (AP). De Russi
sche auteur en Nobelprijswinnaar
Alexander Solsjenitsyn zal een speciale
onderscheiding krijgen van de Freedoms
Foundation in Amerika.
is een galaconcert ter gelegenheid van
Yehudi Menuhin’s zestigste verjaardag.
Menuhin zelf zal dan de solist zijn,
begeleid door de Camerata Lysy.
wordt), waarop aan jonge kunstenaars
dan de unieke kans geboden wordt om
met reeds beroemde musici te werken
en zo op hoog niveau podiumervaring op
te doen. Er zal ook ditmaal worden
mere stukken en af en toe ietwat bias
Technisch gezien is het niettemin zeer
gaaf, maar je hebt voortdurend het ge
voel een prachtige gevel te bewonderen
waarachter de rest allang is wegge
sloopt.
Vooral zo’n romantische ballad waar
mee de eerste set werd geopend, con
fronteert je met volslagen futloos musi
ceren. Zo’n ballade krijgt van Baker te
weinig mee om te kunnen boeien. Waar
schijnlijk was het aan Danko te danken
dat Baker zich in de daaropvolgende
nummers losser ging bewegen. Er volg
den weliswaar nog enkele overbeschaaf
de duetjes met Pelzer, maar in de stuk
ken met meer swing werd Bakers aan
pak puntiger en directer- Dat waren ook
de momenten dat hij afstapte van het
beheerst-technisché en zich bij tijd en
wijle in zeer spannende avonturen stort
te, genoeg in ieder geval om er voldoen
de plezier aan over te kunnen houden.
Het LOM, dat ruim een jaar terug op
initiatief van de oudercommissie- van de
Amersfoortse muziekschool tot stand
kwam, droeg er vorig jaar middels een
handtekeningenactie mede toe bij, dat de
rijkssubsidie voor de muziekscholen van
3,5 tot 5 percent werd verhoogd. Nu
blijkt dat die verhoogde bijdrage de
financiële nood niet heeft doen vermin
deren, omdat steeds meer gemeenten
hun aandeel in de kosten van de mu
ziekscholen bezig zijn of dreigen te ver
minderen. Daardoor zou, zo vreest het
LOM, de hoogte van het lesgeld voor
veel ouders een onoverkomelijke hinder
nis blijven, terwijl ook leerlingenstops
en zelfs opheffing van scholen er het
gevolg van zouden kunnen zijn.
Uit contacten met het Tweede-Kamer-
lid mevrouw Gardeniers-Berendsen
(KVP), die zitting heeft in de vaste
kamercommissie voor CRM, is de zoge
noemde Werkgroep Landelijk Ouderbe-
raad gebleken, dat ook die commissie op
gemusiceerd in diverse formaties, die
barok, romantisch en hedendaags reper
toire laten horen.
is het zo dat de geschoolde Vakman veel
meer van zijn werk houdt dan door
gaans door de spraakmakende gemeente
wordt aangenomen. Het goede van „Niks
aan de hand” is, dat het laat zien dat
gewone mensen erg betrokken zijn bij
het werk en werkloosheid een ernstige
bedreiging is van hun geluk.
Het «tuk zit goed in elkaar. Links op
het speelvlak zien we Walter Soethoudt
-thuis. Rechts spelen zich de scèfes af
van de rechtszitting en de gesprekken
met de bedrijfsarts en de personeelschef.
De rechtzitting is een symbolische, ook
al omdat Sater niet genoeg acteurs heeft
om er een complete rechtszaak van te
maken. De personeelschef krijgt de rol
toebedeeld van officier van justitie, die
het begrip „orde” verwart met „econo
mische orde”. De vakbondsman treedt op
als verdediger.
Wat er (nog) niet goed uitkomt is de
persoonlijke verantwoordelijkheid van
de personeelschef. Deze wordt nogal
schematisch voorgesteld, terwijl alle an
dere karakters (behalve de rechter) ook
een persoonlijke psychologie mee hebben
gekregen. Die vakbondsman bijvoorbeeld
is geen stereotiep van een vrijgestelde,
maar een mannetje aan de basis die
voor de bedrijfsgroep van de vakbond in
zijn vrije tijd werkt. De personeelschef
gaat tijdens de rechtszitting opeens spie-
SAIGON (Reuter). De Zuidvietna-
mese regering heeft .een verbod afgekon-
digd op het spelen van alle muziek die
voor april 1975, datum van de commu
nistische overwinning, op band of plaat
is opgenomen, zo meldde het dagblad
„Gia Phong” zaterdag.
Voorlopig mogen er in Zuid-Vietnam
slechts drie liedboeken onder het volk
circuleren, aldus „Gia Phong”. Het zijn,
„19 Historische ïiedëfen'’r,:ZingvOormn-
ze landgenoten” en „Zin g met onze
landgenoten”, alle drie indertijd uitgege
ven door de Vietcong.
HAARLEM. „Niks aan de hand’’
door toneelgroep Sater gaat over ene
Walter Soethoudt, gediplomeerd meubel
maker die echter tafelpoten moet draai
en op een meubelfabriek. Omdat hij last
■heeft van zijn rug, probeert het bedrijf
hem de WAO in te krijgen. Maar Walter
wil best werken. Na zijn ziekte mag hij
krullen vegen en als z hem dan ook
nog bijrijder willen laten zijn, weigert
hij dat n wordt ontslagen. De vakbond
maakt dat ontslag ongedaan, maar dan
blijkt dat hij wegens reorganisatie de
laan uit moet. Walter Soethoudt kan dat
niet langer pikken en steekt de onver
kochte voorraad van de fabriek in de
fik. „Een terreurdaad’’, roept de perso
neelschef op de rechtszitting. „Een wan
hoopsdaad”, zegt Walter Soethoudt en
betuigt zijn spijt.
Edgard Varèse hierna losbarstte. Uit
gangspunt van het werk is een in het
Spaans vertaald gebed van Maya’s, die
in hun eenzaamheid en ellende hun
góden om hulp smeken. Deze tekst, ge
vonden in een verzameling van legenden
uit de oude Indianencultures van Guate
mala, trof hem zodanig dat het hem
inspireerde tot deze compositie. Om de
verlatenheid te karakteriseren grijpt hij
in zijn instrumentatie naar de Ondes
Martenot, een elektronisch instrument in
1929 door Martenot uitgevonden en hier
bekend geraakt in werken van Messiaen.
Ook modem slagwerk heeft een essen
tiële functie in dit heftig stuk om de
meest emotioneel geladen kern van het
werk, de expressieve kracht van de bas
solo nog te verhevigen. John Bröcheler
verklankte deze partij ongelofelijk fel
en dramatisch in het overrompelend
klankgeweld dat de tekst striemend en
hard begeleidde
Hoe stil en bijna roerloos was het
effect daarna van „Photoptosis” 1968 van
Bemd. Zimmermann, een experiment
dat verklanking van licht op klankkleu
ren nastreeft. (Fotoptosis betekent let
terlijk lichtinval). Inspiratiebron van de
ze monochrome klankstructuur waren
de monochrome wandvlakken in de foy
er van een Duits theater. De bedoelde
kleine reflecties in de vorm van bekende
muziekcitaten kwamen er al« ornament
Het gaat in dit stuk echter niet over
de persoonlijke neergang van een min of
meer toevallig slachtoffer van de om
standigheden. Op een onnadrukkelijke
manier vlecht Sater er een boodschap in,
die de vorm krijgt van een stille wenk-
Men voert een vakbondsman ten tonele
die Walter Soethoudt actief probeert te
krijgen voor de bond. Dat lukt niet,
omdat „vakbonden toch niks uitrichten”.
Walter’s vrouw laat doorschemeren dat
de bond wél wat zou kunnen doen, als
ze bij de bond maar beter en sneller
luisteren naar wat er leeft bij de arbei
ders op de fabriek. Het knappe is dat
Sater de boodschap niet prekerig brengt,
maar tussen neus en lippen en toch heel
duidelijk.
Veel politiek vormingstoneel houdt
zich bezig met het tonen van de struc
tuur van de kapitalistische maatschappij
en komt daardoor al gauw bij de bazen
terecht. Dat leidt meestal tot een hin
derlijk schematische voorstelling van za
ken, die in werkelijkheid veel ingewik
kelder liggen. De arbeider wordt daarin
als slachtoffer voorgesteld, wie een radi-
kaal maar vaag soort solidariteit wordt
aangepraat. Sater gaat’juist in op de
persoonlijke verantwoordelijkheid van
de arbeider, zowel ten opzichte van zijn
werk als ten opzichte van de vakbond.
De arbeider wordt in een heel concrete
situatie getoond. Walter Soethoudt heeft
een vrouw, hij houdt kleurkanaries, hij
gaat op vakantie in het buitenland. Zijn
situatie is niet alleen realistisch, maar
komt me ook nog reëel voor, ook al kan
ik me voorstellen dat de werkelijkheid
vaak nog veel erger is. Menig WAO-er
kan daar over meepraten.
een kwartet, waaraan drummer Tony
Inzalaco ontbrak. Bassist Cameron
Brown stond zodoende voor de ondank
bare taak om alleen de ritme-begelei-
ding voor zijn rekening te nemen. Met
grote technische vaardigheid slaagde hij
daar bijna voortdurend in.
Het kwartet bestond verder uit fluitist
Jacjues Pelzer en pianist Harold Danko.
Twee musici die zich oude rotten in het
vak toonden, elk muzikaal hoogstandje
wisten aan. te durven zonder nochtans in
al te virtuoos spel te geraken. Vooral
Danko was bijzonder expressief en viel
op door zijn genuanceerde en trefzekere
toon die de andere musici een solide
basis - megaf. Hoewel sommige foutjes
miet werden verdoezeld kwam het spel
van Danko degelijk maar tevens fris en
geïnspireerd over.
Fris kan je Bakers optreden niet meer
noemen. Hij klinkt vermoeid (net als
Gerry Mulligan die enkele jaren geleden
op Newport in Rotterdam optrad, speelt
hij zittend), vooral te glad in de langza-
ken als de grote baas, de werkgever. Dat
zou nog kunnen als duidelijk gemaakt
werd waarom die personeelschef, toch
ook een werknemer,zo graag de smoes
jes van de bazen hanteert-
Peter de Baan heeft het stuk heel
helder in scèNE gezet en zijn spelers tot
genuanceerd spel gekregen. De tekst is
door de spelers zelf geïmproviseerd na
dat in samenwerking met schrijvers
Dick Walda en Gerrit Bussink het stra
mien van het stuk was opgesteld. Die
tekst is sober, realistisch en wordt opge
lucht met een paar geestige grappen.
Zodra het vakbondswerk ter sprake
komt wordt de tekst wat houterig.
Jaap Donselaar, Yvonne Petit, Mia
van Roy en Roelof den Ambtman in de
voornaamste rollen spelen met oprechte
eenvoud en warmte. De rollen van per
soneelschef en bedrijfsarts blijven wat
aan de schematische kant, die nog teveel
herinnert aan de vorige produktie van
Sater, „Ja baas, nee baas”. Bij elkaar
een waardevolle voorstelling, waarover
na afloop een zinvolle discussie met het
publiek mogelijk is. Iedereen die betrok
ken is bij WAO en WW of bij vorming
stoneel in het algemeen moet beslist
gaan kijken. Het stuk wordt morgen en
woensdagavond weer gespeeld in de To
neelschuur, Smedestraat 23, Haarlem.
JAC HEIJER
AMSTERDAM. Van 25 april tot en
met 5 mei aanstaande, zal in Amsterdam
het kamermuziekfestival van de Acade
mie Internationale de Musique de
Chambre plaats hebben. Medewerking
aan dit festival, waarvan alle (zeven)
concerten in het Amsterdamse Concert
gebouw worden gegeven, verlenen de
Camerata Lysy en het Quartetto Italia
no. Verder zal in dit kader een keur van
solisten optreden, waaronder Yehudi
Menuhin, viool; George Malcolm, clave-
cimbel, Maurizio Pollini, piano, Abbie de
Quant, fluit, Han de Vries, hobo, alsme
de de violist Alberto Lysy, onder wiens
leiding ook de naar hem genoemde Ca
merata Lysy staat.
Het begint met een al lang bekend
„Van Manen patroon” namelijk de vis-
scholen (enkele dansers lopen in een
bepaalde richting, iedereen keert tegelij
kertijd een kwart of een halve slag om
en loopt dan verder). In het tweede deel
lopen twee paren langzaam achteruit
waarbij ze om beurten met het bovenli
chaam vooruit diep door de knieën zak
ken en weer rechtop gaan staan met het
hoofd achterover. In het derde deel is
vooral interessant het stukje waarin Jo
anne Zimmerman hoog op ëën spits
AMERSFOORT. Het Landelijk Ou-
derberaad Muziekscholen, een overkoep-
ling van de oudercommissies bij deze
scholen, heeft zaterdag tijdens een ver
gadering in Amersfoort een telegram
gezonden aan minister Van Doorn van
CRM, waarin, mede namens de aanwezi
ge vertegenwoordigers van leerlingenra
den, een dringend beroep op de minister
wordt gedaan om ten behoeve van de in
hun bestaan bedreigde muziekscholen
maatregelen te treffen, waardoor de
muzikale vorming van het Nederlandse
volk veilig gesteld kan worden. Die
maatregelen dienen niet alleen van fi
nanciële aard te zijn, hoewel het tele
gram in eerste instantie een gevolg is
van de gesignaleerde precaire financiële
situatie van de muziekscholen, maar ook
van structurele aard.
staande steeds bewust langzaam uit haar
evenwicht valt met daarna het fragment
waarin Maria Aradi opeens het tempo
verdubbelt. Maar echt boeiend wordt het
toch pas in de Tango waarin maria
Aradi met haar hoofd afgewend, haar
wang tegen de schouder van haar part
ner Zoltan Peter legt en in die houding
langzaam met zich laat sollen.
Van het houten kamerscherm op de
achtergrond (licht gekleurd, dus geen
ebbehout zoals de titel van het ballet
eventueel zou doen vermoeden) heb ik
niets begrepen, het is niet decoratief en
voegt voor mijn gevoel niets aan het
ballet toe. Het werk leek me uitstekend
uitgevoerd door de vier dansers waarvan
ik alleen David Loring nog niet heb
genoemd.
Verder stond op het programma een
herinstudering van „Symfonie in C” van
George Balanchine en Georges Bizet. Dit
werk vormt een uitstekende graadmeter
voor de kwaliteit van een balletgroep.
Alles moet zeer muzikaal en snel in
elkaar passen als de radertjes vah een
uurwerk en er zijn niet minder dan vier
solistenparen nodig.
Het Nationale Ballet liet nog tamelijk
veel steken vallen. De uitvoering vond
ik he, algemeen te mechanisch, dat
wil zeggen dat alle passen wel werden
uitgevoerd, maar dat er te weinig echt
gedanst werd. Als opvallende uitzonde
ring daarbij moeten genoemd worden
Maria Aradi en Zoltan Peter, die het
derde deel van deze symfonie op een
heel bijzondere wijze tot leven brachten.
HAARLEM Zaterdagnacht blijkt
een op het laatste moment ingelast
nachtconcert van h et Engelse softfolk-
trio Magna Carta in jeugdcentrum Tioli
nog aardig vol te lopen. Eerder op de
avond ziet een uitverkochte zaal echter
verbaasd dat Glen Stuart ontbreekt.
Glen, zo blijkt bij navraag, gooide
voor zes weken het bijltje bij neer;
toneelaspiraties en muzikale vermoeid
heid waren de hoofdredenen. Het over
gebleven duo Chris Simpson en Tom
Hoy trok de bescheiden bassist Nigel
Smith als vervanger aan en wordt op
deze tournee geconfronteerd met een
uiterst kritisch publiek- Het lijkt er op
dat Magna Carta’s overlevingskansen
zijn toegenomen en dat de groep over
een nieuwe, opener vitaliteit en een
grotere (potentiële) variatie beschikt.
Het begin van hun set, Time for the
Leaving en Midwinter, is oud materiaal,
wat met veel tempo wordt gebracht.
Ook zonder Stuart blijkt vocaal alles in
orde. Eerlij ker ook, minder „would-be”.
De driestemmige harmonieën klinken als
een klok. Daarna volgen elkaar snel op:
de Bob Dyland-song To-morrow is a
Long Time, het mooie, nieuwe The Sun
ain’t going to Rise, de stevige Elmore
James-blues The Sky is crying (adequaat
van timing), en het harmonieuze Prin
cess wat overgaat in Took a Lng Time,
waarin Tom Hoy op mondharmonica
excelleert. De in aanvang iets te rumoe
rige zaal volgt echter met stille eerbied
het klassieke The Bridge at Knaresbo-
rough Town (met een phaser-solo van
zeer hoog niveau), gaat plat voor het
liefdesliedje Elizabethan, waaruit blijkt
dat Simpson en Hoy meer dan ten tijde
van Stuart de zang- en gitaarsoli verde
len en mag tenslotte meezingen met
Down at Barney’s Café, When will I be
loved (Evenly Bros.) en het vrolijke
Putting it back together.
’s Nachts is het een en ander nog
sfeervoller en wordt er nog geconcen
treerder gemusiceerd. Het Tioli-publiek
kan voor een rockafsluiter veel waarde
ring opbrengen en haalt Magna Carta
evenals ’s avonds tweemaal terug. Res
ponse krijgt Magna Carta weer als van
ouds. Als Nigel Smith eenmaal inge
werkt is, heeft deze groep alleen een
goed album nodig om helemaal terug te
komen.
dit moment niet veel voor de muziek
scholen kan doen. In het zaterdag aan
minister- Van Doorn verzonden telegram
wordt om een onderhoud met deze be
windsman gevraagd. Het LOM wenst
een gefaseerd optrekken van de rijks
subsidie voor muziekscholen en een
handhaving van de percentages die ge
meenten en provincies geven.
Daarnaast zou er, met medewerking
van de rijksoverheid, gestreefd moeten
worden naar het bereiken van een
structuur waarin muziekscholen een rol
kunnen spelen bij het geven van alge
mene muzikale vorming op de basisscho
len. Het was het LOM overigens wel
duidelijk, dat er door een door de minis
ter van Onderwijs ingestelde commissie
Modernisering Leerplan muziek aan deze
zaak wordt gewerkt.
AMSTERDAM. Het is een vanzelf
sprekende zaak, dat een concertpro
gramma van de avontuurlijke C-serie in
het Concertgebouw aan wijzigingen
blootstaat. Dit keer wisselden Webern en
Berio van plaats en werd het abonne
mentsconcert van zondagmiddag geopend
met de Nederlandse première van
„Points on the curve to find.voor
piano en instrumenten van Luciano Be
rio. De kern van dit stuk is een toccata
voor piano, een snel gespeelde curve in
de zin van een perpetuum mobile. Het
instrumentaal ensemble omspeelt en
kleurt het met kleine speelse, melodis
che fragmenten.
Het werk beleefde zijn premièRE IN
1974 in Donaueschingen onder leiding
van de componist zelf met medewerking
van de Amerikaanse pianist Anthony dii
Bonaventura. Dezelfde pianist speelde
het zondagmiddag met eclatant succes,
maar nu onder leiding van Hans Zender,
modern Westduits componist en deskun
dig dirigent van een veelzijdig repertoi
re.
Met het changeren van Weberns Opus
6, in eerste opzet van het programma
gevolgd door zijn vijfdelige serie Opus
10, viel deze miniatuurserie (vijf heel
korte delen) als in een vacuum van
stilte. Vier solostrij kers, een kleine bla-
zersgroep, wat slagwerk en enkele in
strumenten als mandoline, gitaar en
harp, konden,-die stilte piet vullen, maar maar nauwelijks uit, evenals het effect
eerder accentueren door‘het spaarzaam van een maximum aan klanklicht aan
klankgebruik dat Webern hun toestaat.
Klankascese tot het uiterste terugge
bracht en precieus als geëtst in klank
omgezet door leden van het Radio Fil
harmonisch Orkest.
Een groter contrast was weer nauwe
lijks denkbaar toen het emotioneel gela
den klankexperiment „Ecuatorial” van
Een talrijk en aandachtig gehoor luis
terde zaterdagavond laatfhet optreden
begon drie kwartier over tijd, een verve
lend verschijnsel waarmee concertorga
nisatoren zich steeds frequenter zien ge
confronteerd) in de Zanderzaal nadr een
Chet Baker, die na zijn zoveelste inzin-
.kingsedertruim .twee jaar .weer volop
actief is.”
Baker kwam naar dit door de stich
ting Cat Jazz verzorgde optreden met
Sa?®