Woelige voorverkiezingen in VS
leveren
veel verrassingen op
III
II
ij
Presidentskandidaten nog lang geen uitgemaakte zaak
VERKIEZINGSAGENDA:
i
door Ron Brown
«a
In de afgelopen weken zijn
er dramatische ontwikkelin
gen gekomen in de verkie-
zingssituatie in de Verenigde
Staten. Veranderingen die
het in theorie zelfs mogelijk
maken dat president Ford de
nominatie van de republi
keinse partij niet zal krijgen
en dat de presidentskandida
ten voor beide partijen man
nen blijken te zijn die aan
geen enkele voorverkiezing
hebben deelgenomen.
•k
A-
2
A-
18 mei:
Voorverkiezingen in Idaho, Kentucky, Nevada en Oregon.
25 mei:
juni:
De laatste zeven voorverkiezingen.
Rhode Island, Montana en South Dakota.
1 juni:
8 juni:
12 juli:
Democratische Partijconventie in New Vork City.
16 augustus: Republikeinse Partijconventie in Kansas City.
oktober:
2 november:
Nieuwe president wordt ingezworen.
20 januari:
O
tpICA^
3
Hetgeen aanleiding was voor Ford
om tijdens een diner voor de pers
plotseling een grote sombrero („Pana-
ma-hat”) onder de tafel vandaan te
Een Ford-Reagan „ticket” (Ford als
presidentskandidaat met Reagan als
zijn vice-president) lijkt onmogelijk,
vooral omdat Ford zijn concurrent als
een onverantwoordelijk man met wei
nig kennis van zaken heeft afgeschil
derd. Bovendien heeft Reagan nogal
agressieve denkbeelden over buiten
landse politiek; hij zei laatst over ge
neraal Torrijos van Panama: „Ik zou
zelf dit operette-dictatorvriendje van
Fidel Castro vertellen dat wij het (Pa-
nama-Kanaal) gekocht hebben, dat
we er voor betaald hebben en dat we
het zullen behouden.”
kingskracht voor stemmen en veel
republikeinen menen dat de nomina
tie van Reagan een zekere overwin
ning voor de democratische kandi
daat zou betekenen.
Hoogtepunt van de campagnes. Regelmatige verschijningen
op televisie van beide kandidaten.
De uiterst belangrijke voorverkiezing in Californië. Tevens
primaries in Arkansas, New Jersey en Ohio.
De voor Ford van kritiek belang zijnde voorverkiezing in eigen
staat, Michigan. Tevens primary in Maryland
halen, die op te zetten en grijnzend uit
te roepen: „Dit is mijn Panama, ik heb
'm gekocht, ik heb ’m op en niemand
gaat hem van me afnemen!”
Dit alles betekent dan dat er nu
serieus gesproken wordt met mensen
die in aanmerking komen voor com-
promis-kandidaat op de conventie.
Onder de kanshebbers zijn Nelson
Rockefeller (die zichzelf niet beschik
baar stelde als vice-president, maar
niets zei over het presidentschap zelf);
senator Howard Baker (bekend van
de senaatscommissie die de Waterga
te-verhoren hield); senator Charles
Percy en senator Walter Mondale.
Carter had overigens in Nebraska
nauwelijks een campagne gevoerd en
Church was daar twee weken actief
op pad geweest. Feit is wel dat Carter
nu een rivaal heeft gekregen als „Mis
ter Clean” van de Amerikaanse poli
tiek.
1970. Hij wist toen de democratische
partijleiding ertoe te bewegen een
nieuwe baan te creëren die hem in
staat stelde om ogenschijnlijk in
die functie het hele land af te rei
zen om plaatselijke partijvoorzitters
naar hun wensen te vragen, aan te
moedigen en. voor te bereiden op
zijn kandidatuur. Toen hij in een zui
delijke staat een hoofdredacteur van
een plaatselijk blad sprak, zei de jour
nalist dat hij het verfrissend vond om
eens met een politicus van buiten die
staat te spreken omdat die niet vaak
langs kwamen. De hoofdredacteur
vroeg Carter om een uitgebreid inter
view op een later tijdstip. Carter zei:
„In 1976 ben ik drie weken in uw
staat. 'Zoek in die tijd maar een mid
dag uit.” Zó ver was Carters „plan
ning” al gevorderd.
Rockefeller feliciteert Ford na zijn
beëdiging als president
kunnen worden. Het is nog steeds
speculatie, maar bij deze campagne in
het 200ste bestaansjaar van de VS
lijkt alles mogelijk te zijn.
Ronald Reagan, wiens campagne
eerst aan de grond scheen te lopen en
toen door vijf spectaculaire opeen
volgende overwinningen in de voor
verkiezingen weer op volle kracht
kwam, spreekt nu al van een overwin
ning tijdens de eerste stemming op de
republikeinse conventie. Fords advi
seurs hebben haastig de campagne
van de president herzien en aange
past aan de hernieuwde uitdaging van
Reagan.
Carter, tot dusver vrij succesvol heeft
gevoerd, is immers zijn onbekendheid
in Washington. Hij staat ogenschijn
lijk buiten het wereldje van intriges in
de Amerikaanse hoofdstad en was in
de kringen van „insiders” daar een
volslagen vreemdeling.
Nu vraagt men niet langer: „Wie is
die Carter, in ’s hemelsnaam?” Want
Carter roept bij iedere gelegenheid:
„U kunt mij vertrouwen. Ik zal nooit
tegen u liegen. Ik zal u nooit bewust
misleiden”. Het is dan ook een feit dat
zonder Watergate, Carters campagne
minder weerklank bij de kiezers zou
hebben gevonden.
Watergate zal ongetwijfeld ook een
factor zijn geweest bij de opzienba
rende overwinning die senator Frank
Church boekte op zijn partijgenoot
Carter tijdens de voorverkiezing in de
staat Nebraska afgelopen woensdag.
Church is immers de anti-corruptie
man, o.a. bekend van de Lockheed-
affaire. Het zou overdreven zijn in dit
stadium van deze woelige voorverkie
zingen de sensationele overwinning
van Church als een ernstige bedrei
ging voor Carter te zien, hoewel
Church zelf het tevoren een „politiek
mirakel” had genoemd als hij in Ne
braska zou winnen. Zijn campagne is
immers nauwelijks van de grond en
Nebraska was de eerste voorverkie
zing waar hij aan deelnam.
Even heeft het erop geleken dat
Carters vlekkeloze campagne bezoe
deld zou worden. In een toespraak
over huisvesting sprak hij over het
handhaven van de „bevolkingspuur-
heid" in bepaalde wijken. Een storm
van kritiek broeide onder de zwarte
kiezers na die opmerking, maar Car
ter trok de woorden haastig terug, liet
zich vervolgens fotograferen naast de
vader van Martin Luther King en wist
de gemoederen te bedaren.
Niet onbelangrijk was daarbij ook
de steun van Andrew Young (een
zwart lid van het huis van afgevaar
digden) die met Carter bevriend is. Er
is dan ook hier en daar speculatie dat
Young wel eens de vice-
presidentskandidaat van Carter zou
Carter heeft ook nagelaten zich
glashard uit te laten over kwesties als
buitenlands beleid, binnenlandse po
litiek en economische problemen.
Men schetst hem als „fuzzy on the
issues” (schimmig over kwesties). Hij
probeert populair te zijn bij alle groe
pen die de democratische partij vor
men, en die groepen hebben nogal
uiteenlopende en soms tegenstrijdige
belangen. Daarom kan Carter zich
niet veroorloven al te specifiek te zijn
in zijn uitlatingen, althans niet vóór
de conventie.
Theoretisch is het dus ook mogelijk
dat de democratische partij een com
promiskandidaat zal moeten selecte
ren bij een patstelling op de conven
tie; b.v. wanneer de populariteit van
Church die van Carter zou gaan eve
naren. Die man zou dan Hubert
Humphrey kunnen zijn, die de slag in
de voorverkiezingen vermeed maar
zich wel beschikbaar stelde indien de
conventie hem zou oproepen.
Zover is het echter nog niet. Carter
maakt nog steeds een goede kans en
ervaart tot nu toe weinig ernstige con
currentie van de andere mededingers,
Jackson, Udall en Wallace.
Senator Howard Baker: bekend van
de Watergate-verhoren
Ronald Reagan zwaait met een Pana
ma-hoed
De eerste factor die bij deze ontwik
kelingen een rol speelt is de teleurstel
lende steun voor president Ford.
Sinds 1912 heeft een president, die
zich voor een verdere ambtstermijn
kandidaat stelde, niet meer zo veel
tegenslagen te verwerken gekregen in
een verkiezingscampagne. De laatste
keer dat een in functie zijnde presi
dent opnieuw naar de nominatie
streefde en die niet kreeg, was in 1884
toen president Chester Arthur de no
minatie naar James Blaine zag gaan.
Blaine werd daarna door de democra
tische kandidaat. Grover Cleveland,
verslagen.
Verkiezingsdag. Behalve de president worden ook gekozen:
14 gouverneurs van staten,
33 senatoren,
435 afgevaardigden.
13 december: Benoeming van het kabinet en personen in andere belangrijke
functies.
6 september: Labour Day. Oe campagnes van de aangewezen twee presi
dentskandidaten starten.
Senator Frank Church: sensationele
overwinning
Voor de buiten
staander lijkt het
soms of Carter
plotseling uit het
O niet naar voren is
gekomen als een
reële presidents
kandidaat. Het te
gendeel is waar. Carter begon met de
voorbereiding van zijn campagne in
Afgezien van het
feit dat hij vóór
zijn president
schap nooit offici
eel een presidents
kandidaat is ge
weest en dus nooit
aan voorverkiezin-
Een belangrijke
voorverkiezing zal
op 8 juni in Cali
fornië plaatsvin
den, waar alle kan
didaten die
over gebleven zijn
in een recht
streekse strijd aan deel zullen nemen,
en waarbij de winnaar de afvaardi
ging van de staat krijgt (en geen pro
portioneel gedeelte daarvan).
gen heeft meegedaan, is Fords grote
handicap het Watergate-schandaal.
Hij was het die Nixon kwijtschelding
van strafrechtelijke vervolging
schonk. Hij heeft nooit overtuigend
kunnen bewijzen dat er toen geen
„deal”, geen onderlinge overeen
komst was gemaakt. Bovendien zijn
nu met treffende „timing” de film
over Watergate (All The Presidents
Men) en een tweede boek van Wood
ward en Bernstein de Washington
Post „Watergate-verslaggevers”
uitgekomen (The Final Days), die
beide de hele geschiedenis oprakelen
en Fords rol weer vers in het geheu
gen van de kiezers prenten.
Het blijkt nu dus toch dat de Water-
gate-trauma bij de verkiezingen een
rol is blijven spelen. De basis van de
campagne die de koploper van de
democratische kandidaten, Jimmy
Er wordt nu
zelfs door Fords
medewerkers ge
sproken over een
verlies
tijdens de voorver-
-A‘J' kiezing in de staat
Michigan op dins
dag (18 mei) Fords eigen staat. Dat
zou een aanzienlijke klap zijn voor het
prestige van de president. Het is dus
niet uitgesloten dat de republikeinen
naar een compromis-kandidaat moe
ten gaan zoeken. Ford heeft tot dus
ver blijk gegeven van weinig aantrek-
George Wallace is wanhopig aan het
vechten om nog iets te redden van zijn
weinig indrukwekkende resultaten.
„Als de mensen mij op de televisie
zien, dan zien ze alleen een rolstoel!
Ze tellen zelfs de spaken in het wiel!”
heeft Wallace kwaad uitgeroepen. Hij
doelde op het feit dat er van zijn
gezondheidstoestand gebruik wordt
gemaakt om te suggereren dat hij
fysiek niet tegen het presidentschap
opgewassen zou zijn. Sedert de aan
slag die Arthur Bremer op hem pleeg
de is Wallace niet meer in staat om te
lopen, doch artsen zijn in feite van
mening dat Wallace juist ijzersterk
moet zijn om de pijn te verdragen die
hij dagelijks lijdt en om een rigoureus
campagneprogramma vol te houden.
Maar het verschijnsel-Wallace is uit
de tijd, en hier moet de ware reden
voor zijn teleurstellende resultaten
worden gezocht. Dit bleek uit het feit
dat in de voorverkiezing in Alabama
veel Wallace-stemmen overliepen
naar het Reagan-kamp.
De presidentskandidaturen voor
1976 zijn in ieder geval nog lang geen
uitgemaakte zaak. Het feit dat Carter
tóch verslagen blijkt te kunnen wor
den, verhoogt bv. ook weer de kansen
van gouverneur Edmund Brown van
Californië die op 18 mei in de staat
Maryland zijn voorverkiezingsdebuut
maakt. Brown heeft nogal wat werk
gemaakt van Maryland en daar een
goede ontvangst gekregen op politie
ke vergaderingen en van mensen die
naarstig zoeken naar iemand die Car
ter een halt kan toeroepen.
mogelijk
gS
'r
-H