L d "1 I WW blad voor de mond rr oc Strijdlustig voorzitter van hartpatientenvereniging 1 J. I B Kritiek Mentale instelling door Hilda van Dijk Luchtbrug Gezanik Ernstige gevolgen Telefoontjes 46 jaar, die geen blad voor zijn mond neemt. „Waarom zou ik, ik heb toch niets te verliezen. Ja, mijn leven, maar dat is dan ook alles’Zijn rechtstreekse uitspraken, harde acties en doorzettingsvermogen hebben er toe geleid dat op 22 juni voor de eerste maal in georganiseerd verband Nederlandse hartpa tiënten naar Houston, Texas, vliegen om daar door dokter Denton Cooley geopereerd te worden. Een operatie, die door een te kleine capaciteit in Nederland vaak te lang op zich laat wachten, met voor vele patiënten, fatale gevolgen. De luchtbrug is Fievet door de regering niet in dank afgenomen. „Nee, natuurlijk werkt de overheid niet mee, want wij werken niet in haar belang. Het is altijd nog goedkoper om patiënten dood te laten gaan, dan om ze te opereren - iW Henk Fievet is een goedlachse, praatgrage Bredanaar van ij Een hart-ongmachine in gebruik tijdens een hartoperatie t. De individuele actie van Fievet lokte bij veel hartpatiënten reacties uit. „We zijn toen allemaal maar eens rond de tafel gaan zitten en spoedig bleek dat niet alleen de lange wachtlijsten een probleem vormden, maar ook de preventie, de reva lidatie en de hartbewaking. Deze gesprek ken resulteerden in de oprichting van de Nederlandse Hartpatiënten Vereniging in februari 1970. In oktober van dat jaar kreeg de vereniging al koninklijke erken- Op 11 mei kwam Henk Fievet terug uit de Verenigde Staten. Tussen 4 en 8 mei voerde hij in Houston besprekingen met dokter Denton Cooley en vanaf die tijd ging het plotseling allemaal erg snel. „De eerste reis is een soort testcase. Staatsse cretaris Hendriks heeft een werkgroep van de Gezondheidsraad ingesteld, die tot Voorlopig gaan in totaal 25 patiënten per maand naar Amerika. Maar dit aantal kan volgens Fievet in de toekomst eventu eel uitgebreid worden. Op dit moment heeft de Hartpatientenvereniging genoeg gegadigden voor zo’n tien vluchten. „Het is nu nog niet zo. dat wij al zeer grote wachtlijsten hebben voor operaties in het buitenland. Wij zouden het zelfs graag zien. wannt*r er nog patiënten zijn, die zich op willen geven, want we kunnen het natuurlijk niet maken dat de vluchten over een tijd gestaakt moeten worden omdat met genoeg patiënten zich hebben opgegeven. En wij kunnen uiteraard niet weten, welke patiënten voor een operatie in aanmerking komen, zij noeten zelf con tact met ons opnemen. De vereniging neemt dan contact op met de behandelend geneesheer, die ons de medische gegevens van de patient verstrekt. Wij hebben geen moeilijkheden met het verkrijgen van die gegevens, omdat onze belangen parallel lopen met die van de chirurgen" taak heeft te controleren of de vluchten aan bepaalde voorwaarden voldoen. De gesprekken die de NHV met deze werk groep heeft gevoerd, verliepen aanvanke lijk niet bijzonder prettig, maar men heeft dan toch het licht uiteindelijk op groen gezet. Mocht de werkgroep ons na de eerste vlucht toch iets in de weg willen leggen, dan gaan we gewoon door. Ver schillende ziekenfondsen en verzekering® maatschappijen hebben toegezegd, dat zij het bedrag van 27.500 gulden per patient zullen betalen, dus financieel zijn wij in ieder geval onafhankelijk van de over heid" Henk Fievet is er zich goed van bewust, dat de luchtbrug zeer kritisch gevolgd zal worden. „Veronderstel dat een van de patiënten die nu vertrekken, sterft. Ik ben er van overtuigd dat de kritiek dan los barst, in de geest van: zie je wel, een van de vijf patiënten sterft in Amerika. Ik geloof niet dat de mensen bereid zijn zo’n honderd vluchten af te wachten, om dan hun conclusie te trekken" ..Er is behoorlijk wat gezanikt over de begeleiding van patiënten, die niet goed zou zijn. Op elke vlucht gaat een speciaal daarvoor opgeleide verpleegkundige mee en onze medisch adviseur dokter P van der Schaar, die ook assisteért bij de ope raties. Daarbij achten wij het zeer belang rijk dat elke patient vergezeld gaat van echtgenoot of echtgenote. Het is niet zo dat dit de allereerste keer is dat hartpa tiënten in het buitenland worden geope reerd. Al eerder lieten Nederlanders zich individueel in Amerika opereren, maar die mogelijkheid bestond niet voor diege nen die de kosten daarvan niet konden dragen. Bovendien kregen die patiënten in het geheel geen begeleiding, terwijl dat nu wel het geval is”. „Ik ben me er wel van bewust dat mijn hart me belemmert in dit werk, maar dat mag nooit in de weg staan voor andere hartpatiënten. Ik ben ook niet van plan om er mee op te houden, dat zou ik een rotstreek vinden. En er is voorlopig nog voldoende werk voor de Nederlandse Hartpatiënten Verenigign. Wij denken in dit verband onder meer aan een soort ombudsman in ziekenhuizen, het beter laten functioneren van het medisch tucht college en de betere nazorg van alle patiënten" Zeer strijdlustig komt er ten slotte uit: „Hartpatiënten worden uit de maatschap pij gewipt. Zij krijgen geen werk meer en hebben geen rechten. Wij zullen bij d» overheid steeds met nieuwe plannen aan kloppen, om dit onrecht te bestrijden”. J bekend of hij geopereerd kan worden. Hij heeft nog steeds geen hartinfarct gekre gen, maar door het lange wachten is hij gewoon moe en mentaal helemaal stuk Sinds vorig jaar staat hij onder behande ling van eèn cardioloog, acht jaar nadat hij ziek werd, dus je kunt wel nagaan. Deze arts heeft nu tegen hem gezegd dat de kans om op de operatietafel te sterven 20 percent is. Kijk, zo worden patiënten voor de gek gehouden, want de statistie ken wijzen uit dat slechts twee percent van de patiënten sterft, net zoveel als bij een galblaasoperatie, en geen 20 percent. Die doktoren denken maar dat ze kunnen vertellen wat ze willen, dat ze tegen onmondige mensen zitten te praten. Ik heb nu tegen die mevrouw gezegd dat ze aan moet dringen op catheterisatie en als haar echtgenoot niet binnen de vastgestel de termijn geopereerd kan worden, dan moet hij maar naar Texas Over de mondigheid van de patient is Fievet zelf ook nog niet helemaal tevre den. „De mensen laten het zich allemaal te gemakkelijk aanleunen, ze gaan van de gedachte uit dat de arts de deskundige is en zij zelf niets weten, dus niets in te brengen hebben. Om een voorbeeld te noemen: de catheterisatie blijft een half jaar geldig. Ben je binnen dat half jaar niet geopereerd dan vervalt de uitslag van dat onderzoek en moet je opnieuw geca- theteriseerd worden. Het hangt dan van je eigen mondigheid af, of je al dan niet weer onderaan de wachtlijst komt te staan" ning, wat nodig was om rechtspersoon lijkheid te bezitten". Hij voegt er snel tussendoor dat Breda in 1970 al de beschikking kreeg over hartambulances, mede dank zij de bemoeienissen van de Nederlandse Hartpatiënten Vereniging. Fievet trekt zijn schouders op en zegt „waarom?" als ik hem vraag of hij het geen angstig idee vindt, om nog de enig levende oprichter van de vereniging te zijn. „Ik vind het helemaal geen angstig idee. Als ik indertijd naar de dokter had geluisterd, was ik nu al dood geweest. Kijk, het gaal om de mentale instelling van de patient. Mensen die berusten in hun ziekte, gaan dood van angst en span ning. Je moet voor jezelf zeggen: ik accep teer het risico en maak zoveel mogelijk van mijn krachten gebruik om te revalide ren. Dat is de enige reden waarom ik er nog ben" „Het gejaagde leven dat wij leiden, het bespuiten van natuurlijke produkten met chemische middelen, de leefwijze die ons door de consumptiemaatschappij opge drongen wordt, het langs elkaar heenle- vep, daar ligt het aan en dat maakt ook dat iedereen zijdelings met ons werk betrokken is, want ieder mens is een potentiële hartpatiënt. Hart- en vaatziek ten zijn doodsoorzaak nummer een in Nederland. Nederland voert trouwens de trieste wereldlijst aan wat betreft het aan tal sterfgevallen aan deze ziekten. Ons werk wordt daarom van nationaal belang Ik bedoel hiermefe niet te zeggen dat de hartchirurgie in ons land kwalitatief niet op een hoog peil zou staan, want dat doet het wel. Wat dokter Cooley in Amerika doet, kan hier ook, maar kwantitatief gezien schiet Nederland erg te kort. De overheid heeft altijd beweerd dat de ope- ratiecapaciteit te laag was door gebrek aan mankracht. Maar wij zijn van mening dat de oorzaak ligt in het gebrek aan geld". Fjevet zegt dat de salariëring van speci alisten in academische ziekenhuizen een van de bottlenecks was. „Hartchirurgen ontvangen, ondanks hun extra opleiding na hun studie algemene chirurgie» geen extra salaris. Datzelfde geldt voor de intensive care en de coronary care ver pleegkundigen. Het is je reinste kolder en ik kan me zeer goed voorstellen dat deze mensen er weinig voor voelen om deze opleidingen te gaan volgen" Fievet duidt het verschil tussen een internist en een cardioloog aan met het verschil tussen een naaister en een kleer maker. „Als je een kledingstuk wil laten verstellen, dan ga je naar een naaister. Maar wil je een maatkostuum laten ver vaardigen, dan stap je naar een kleer maker". De cardioloog stelde vast, dat Fievet geopereerd kon worden en plaatste hem op een wachtlijst. „Na ruim anderhalf jaar vragen en wachten werd mij meege- deeld dat de bouw van het hartchjrur- gisch centrum in het Rotterdamse Dijk- zigtziekenhuis vertraagd was. Dit werd voor hem de tfanleiding om een hartig, woordje te spreken met de regering. „Ik heb een gesprek gehad met Grosheide, die toen staatssecretaris van onderwijs en wetenschappen was, en Kruisinga, staats secretaris van volksgezondheid. Erg pret tig vonden ze mijn actie niet, te meer omdat ik toen ook ging publiceren en verkondigde dat het ministerie mij ter dood had veroordeeld, terwijl de enige misdaad mijn drie hartinfarcten waren. Kruisinga zei dat ik maar beter mijn mond kon houden, omdat ik patiënten verontrustte. Hij heeft me toen een gratis operatie aangeboden, volgens mij met de gedachte dat ik dan inderdaad wel mijn mond zou houden. Dat aanbod kwam op 1 april 1970, ik vergeet het niet meer, het leek eigenlijk wel op een 1-april-mop. Ik heb Kruisinga geantwoord dat ik niet voor mezelf kwam, maar voor alle hartpa tiënten”. gecollecteerd werd. Maar het is toch al te zot, dat het rijk niets deed. Wij betalen tenslotte een behoorlijk bedrag aan socia le lasten, toch konden de patiënten zelf de straat op om geld te vragen. Diezelfde Nederlandse Hartstichting heeft onze ver eniging trouwens verweten aan het vei keerde einde te beginnen. De Stichting wil dat de nadruk meer gelegd wordt op de preventie, nou ja goed, dat willen wij ook wel, maar we kunnen ondertussen die wachtende hartpatiënten toch niet laten sterven". Enkele dagen na ons gesprek maakte de Nederlandse Hartstichting bekend bereid te zijn de reis van de echtgenoten van de hartpatiënten te betalen. De heer Fievet toonde zich in zoverre verheugd, dat hij in deze toezegging een erkenning zag van de Nederlandse Hartpatiënten Vereniging door de Nederlandse Hartstichting. „Dit kan misschien wel een aanzet zijn tot een samenwerking tussen beide, maar we blij ven in ieder geval altijd ons eigen >ad volgen" Op dat moment was nog niet bekend of de Hartstichting het bedrag vooraf zou vergoeden „Maar als ze de reiskosten achteraf betalen, dan hoeft het voor ons niet zo zeer. Laat ik zeggen dat ik op dit moment maar een afwachtende houding aanneem, ik sta niet negatief tegenover deze toezegging en ik wil de Nederlandse Hartstichting de gelegenheid geven ons te steunen" Fievet maakt voor zichzelf een verschil in wat hij noemt „open" en „sluimerende" wachtlijsten. „De open wachtlijst bevat namen van patiënten die in aanmerking komen voor een operatie. Daarnaast is er een groep patiënten van wie het met bekend is of zij geopereerd kunnen wor den, omdat dat nooit onderzocht is. En dat noem ik de sluimerende wachtlijst". Met de werkwijze van de Nederlandse Hartstichting is Fievet het niet altijd eens geweest. Idioot noemt hij het plan dat de stichting ooit heeft gelanceerd met betrek king tot de zogenaamde hartrehwagens, ambulances waarin een eerste operatieve ingreep kon worden gedaan en die bemand werden met cardiologen. „Het is onderhand wel bekend dat er te weinig cardiologen zijn, dus dan zet je ze toch niet op een hartrenwagen Het plan is ook niet goed verlopen, de hartrenwagans zijn naar het buitenland gegaan en daarmee de zes ton die de Nederlandse bevolking voor dit doel bijeen had gebracht". „Grosheide vond het trouwens vroeger heel normaal dat er voor deze doelen In het huis van Fievet in een Bredase nieuwbouwwijk heerst een behoorlijke drukte. Een geweldige dog met in zijn kielzog een miniatuur hondje, loopt door de kamer. Mevrouw Fievet, die samen met twee dochters een cafetaria beheert, is nog druk doende met het opruimen van de kamer. Voortdurend gaat de telefoon. Fie vet blijkt er weinig moeite mee te hebben om zijn aandacht te verdelen tussen ons gesprek, de telefoon, zijn regelmatig bin nenwandelende kinderen en de twee hon den. Met verbazing constateer ik dat hij de ene sigaret na de andere opsteekt. „Het is nog steeds niet bekend of roken een hart infarct kan veroorzaken, dus de artsen hoeven me wat dat betreft geen beperkin gen op te leggen". Zes jaar geleden richtte Fievet de Nederlandse Hartpatiënten Vereniging op. Hij is voorzitter van deze vereniging, waarvan het bestuur wordt uitgemaakt door hartpatiënten. Van de mede oprichters is Henk Fievet de enige die nog in leven is. „Ik was 35 jaar toen ik een knots van een hartinfarct kreeg. Tegen mijn vrouw zeiden de doktoren dat ik wel dood zou gaan. Nou, zoals je ziet, ik ben er nog steeds. Na zes weken werd ik uit het ziekenhuis ontslagen met de boodsohap, dat ik om te beginnen twee uur per dag op mocht en dat ik na zes weken maar eens J terug moest komen". Hij voegt er scham per aan toe dat dat de veelgeprezen patientenbegeleiding is. „Maar ik was al eerder terug, binnen zes weken kreeg ik weer een Infarct en in februari 1968 de- derde. Toen pas stuurde de internist me door naar de cardioloog". Fievet spreekt zelf liever niet over een luchtbrug op Amerika, maar over een noodbrug. „Ik vergelijk deze noodbrug het liefst met de voedselluchtbrug op West-Berlijn indertijd. Het spreekt van zelf dat deze maatregel een tijdelijke moet zijn, net zoals het met onze vereniging is, wij streven ernaar onszelf zo snel moge lijk op te heffen, want dat betekent dat de hartchirurgie in Nederland het aantal patiënten afdoende kan opvangen. Ik merk trouwens wel dat de overheid niet opschrikt door deze actie. De noodbrug bewijst de noodsituatie in Nederland en laat duidelijk zien in welke mate de rege ring tot nu toe te kort is geschoten „Het ministerie van volksgezondheid kan er nu niet meer onderuit om zelf maatregelen te gaan nemen. En dat gebeurt gelukkig ook, zo wordt de open hartchirurgie voor kinderen bevorderd en de bouw van een hartchirurgisch centrum in Eindhoven wordt waarschijnlijk ver sneld. Ik heb de regering met de rugtegen- de muur gezet, men had natuurlijk niet verwacht dat ik mijn dreigement van een luchtbrug op Amerika werkelijk ten uit voer zou brengen” heid van een operatie, de zogenaamde catheterisatie. Dit zijn dus maar liefst 600 mensen per jaar. Dit schandalige feit maakt dat ik gemotiveerd ben om dit werk te doen". De Nederlandse Hartpatiënten Vereni ging heeft ooit de Nederlandse regering gedreigd, haai’ voor het Internationale Gerechtshof te slepen. Zovel' is het nog niet gekomen, maar Fievet zegt zeer nadrukkelijk dat de vereniging niet zal schromen dit wel te doen zodra haai' iets in de weg wordt gelegd. „Dit dreigement is niet loos. De staat is verantwoordelijk voor de gezondheid van zijn inwoners. De Internationale Rechten van de Mens ver plichten de staat daarvoor te waken Met enkele statistische cijfers toont Fie vet aan wat een te kleine capaciteit in Nederland voor gevolgen heeft. „Per jaar sterven 50.000 mensen, van wie 26.000 ten gevolge van hart- en vaatziekten. Van het aantal mensen dat een hartinfarct krijgt, blijft op dit moment twee derde deel in leven". „Officieel wachten per jaar 1400 men sen op een operatie. In werkelijkheid is deze lijst veel langer, omdat er nog een groep mensen is van wie nooit is onder zocht of zij geopereerd kunnen worden maar er beslist wel baat bij zouden heb ben. In totaal wordt het aantal wachten den geschat op 6000 per jaar. Echter door die geringe capaciteit, sterft 10 percent van de patiënten voordat zij geopereerd of zelfs maar onderzocht zijn op de mogelijk- Een telefoontje onderbreekt ons gesprek „Er bellen enorm veel mensen op. om afvies, om een bemoedigend woord wanneer ze in de put zitten en ik moet eerlijk toegeven, dat het me wel eens wat veel wordt", bekent Fievet. Hij vertelt dat hij zojuist een mevrouw aan de tele foon had, voor wie de spanning een beetje te veel werd. „Haar man lijdt al negen jaar aan angina pectoris, maar omdat hij nooit gecatheteriseerd is. is uiteraard ook niet Henk Fievet zet regering met rug tegen de muur A\-ïx ’"TM" -rt-s -• i. ****;.*i 4-.; Infarct ind» voer en zijwand van de linker hartkamer Infarct in het septum (tussenschot) tussen de beide kamers

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1976 | | pagina 15