1]
O]
c<
Bert Stuurwold
Als het onrecht naast de deur ligt schrikken we er voor terug
I
■I r*
11
i
-a
i
N
r
U
I
Bil
H
1
I
c
MODDEREN
Taak voor kerk
Vei
BEVRIJDING
door Tony van der Meulen
AAPJES
RUSSEN
Me
In
Vene
groei
imm<
Bij d
zwaa
rust
seizo
Ve
een j
één 1
situa
demi
vorrr
zou t
ontd<
bove
en o]
I
I
in thee en zoetwaren
in rechtvaardigheid
Hebt u nog veel aan die periode?
„Ja, zeker. Ik heb goed geleerd te ver-
„Ik heb toen aan het ministerie van
defensie geschreven, dat ze maar niet
meer op mij moesten rekenen. Ik was toen
nog mobilisabel. Terwijl ik altijd geleefd
woorden hoe je je voelt en wat je wilt. Veel
mensen missen dat apparaat om zich uit
te drukken. Iemand die niet zoveel geleerd
heeft klapt tegenover een iemand die wel
geleerd heeft snel dicht. Ze laten zich snel
bepraten, zijn geneigd meteen al hun
eigen ideeën bij die andere in te leveren.
Ik denk vaak; dat Onderwijssysteem van
ons, dat zit niet goed in elkaar”.
In januari 1966 trad Bert Stuurwold als
directie-assistent in dienst van een grote
combinatie van grossiers in tabakswaren,
koffie en thee. Een half jaar later was hij
directeur. „Ik heb er veel kunnen opbou
wen. Het is nu vierkant tegen mijn princi
pes, maar dit blad, hè, dat Tabaktueel dat
we hebben opgericht is nu wel even het
grootste detailhandelblad van Nederland.
Als het maar voor een ander doel was,
was ik er graag gebleven.
Het werk was met een geweldige gevari
eerdheid. Maar ’s avonds begon ik, ook
vanuit de gereformeerde kerk, allerlei
boekjes te lezen over, zeg maar: de wereld.
Ik werd lid van de wereldwinkel, deed
mee aan de actie: Komplot tegen de
honger”.
Hoe werd daarop gereageerd: een
tabaksdirecteur in de wereldwinkel?
had in het schema van de koude oorlog
Toen de Hervormde Kerk zich uitsprak
tegen de atoombewapening, was ik nog
witheet geweest. Hoe kunnen ze dat nou
doen, zo halen ze de Russen hierheen.
Maar als je dat begint te doorbreken, als
je er achter komt dat oorlog nooit een
oplossing is van conflicten, ga je ook
anders denken over mensen tegen wie
onze bewapening gericht is. Over Russen.
Lang had ik ook allerlei maatregelen
verdedigd die puur egoïstisch waren,
maar wel goed voor Nederland. Maar ik
maak me nu net zo kwaad over dingen die
ver weg gebeuren door ons handelen, dan
over de dingen om mij heen”.
Intussen zat u nog wel steeds in de
tabak en de zoetwaren.
„In het begin had ik dat heel sterk. Het
verhaal klopte dan ook precies. Ik had een
auto van de zaak, en kon daarmee mooi
koffie voor de wereldwinkel uit Amster-
Had u (tf en toe het gevoel dat u, om
uw geweten te sussen, in uw vrije tijd bij
de wereldwinkel was.
dam halen. Ik verdiende erg goed en kon
daarmee voorfinancieren.
Ik denk dat we hier in Nijkerk de
wereldwinkel hebben met de meeste lite
ratuur. En zo voelde ik me best prettig.
Het alibi was: als ik die baan niet meer
heb kan ik dit mooie werk niet meer doen.
Maar het werd steed duidelijker: ik was
blijmoedig in een fuik gezwommen. Het
kon niet meer samengaan.
Dan kun je twee dingen doen: uit het
zakenleven stappen, of het wegredeneren,
wat erg veel gebeurt.
Over die beslissing praat ik eigenlijk
nooit. Het is niet zo bijzonder om eruit te
stappen, het is ook niet iedereen gegeven.
Ik kom veel mannen tegen die zeggen: wat
jij doet, dat heb ik vroeger ook gedaan.
Laat de jeugd het nu maar oppakken. Zo
redeneren zij het weg. Ik heb trouwens
zelf ook gevoeld hoe, als je een jaar of 35
bent, een carrière, het opbouwen van het
leven, aan je gaat trekken.
Ik kon er nog net uit: als je er tien jaar in
vit, ben je met het bedrijfsleven vergroeid
en lukt het niet meer”.
„Nee, eerder een .bevrijding. Ik heb een
lange brief geschreven om de firma uit te
leggen waarom de directeur heen ging.
Toen belde me een vrouw op, die de brief
van haar man te lezen had gekregen. Ze
was helemaal overstuur. Toen wij trouw
den, Zei ze, was het nog heel gewoon: je
wilde niet alleen voor jezelf bezig zijn.
Maar we glijden nu helemaal af. Net een
prachtig nieuw huis. De ene behoefte is
nog niet bevredigd of de volgende komt
alweer opdoemen, het is zo griezelig hoe je
leven verglijdt, zei ze.
Met die reacties was ik blij. Je verwacht
eerder reactie als: je bent hartstikke gek,
en denk maar es aan je kinderen. Die
reacties héb ik trouwens ook gekregen"
„Dat heeft geen problemen gegeven. We
hadden al nooit naar mijn directeurssala-
ris geleefd want ik stopte immers veel
geld in die wereldwinkel.
„Ik ben nu net naar Nairobi geweest.
Als je Ziet in wat voor vieze troep mensen
daar moeten wonen, in op elkaar gestapel
de kartonnen dozen. De Raad van Kerken
doet daar goed werk, en die Raad van
Kerken steunen wij hier in Nijkerk dus
ook.
U verdiende plotseling een stuk
minder.
Het is dus geen verdienste om uit de
zakenwereld te stappen?
,Ja natuurlijk. We zouden daar dan de
hele zaak wel willen renoveren
Je merkt momenteel in de kerk twee
dingen. Aan de ene kant een sterke ver-
rechtsing, aan de andere kant steeds meer
groepen die zich met bewapening, ontwik-
kelingssamenwerk, dat soort zaken bezig
houden. Er is enorm veel behoefte aan
kennis, dat merk ik Mensen willen graag
weten hoe het allemaal in elkaar zit, hoe
alles in de wereld met elkaar te maken
heeft.
Maar die groepen worden wel steeds
meer naar de rand van de kerk gedreven.
Een paar mensen van de diakonie zijn uit
een van mijn groepen weggelopen omdat
Maar nu is hier in Nijkerk een straatje
met nog best aardige huizen. De gemeente
wil ze afbreken, want er moet een wei
landje komen. Ik ben langs de dominees
gegaan om te vragen of ze ook nu een stem
willen geven aan de mensen die geen stem
hebben. Ik heb uitgelegd dat de mensen
die hier in die huizen wonen niet in mooie
bewoordingen kunnen uitleggen wat voor
klap ze krijgen als ze uit hun dorp weg
moeten. Zij beschikken niet over dat soort
mooi taalgebruik.
Bert Stuurwold heeft in Nairobi drie
handgesneden aapjes gekocht die erg
typerend zijn voor de hele situatie. De ene
aap heeft zijn handen Voor de ogen, de
ander zijn vingers in de oren, en de derde
houdt met zijn handen de mond stijf dicht
„Niet willen horen, niet, willen zien, wel
willen zwijgen. Mooie beeldjes”
het zo’n links gepraat was. Als je dat maar
zegt, is het geplaatst, en hoef je je er ook
niet meer mee te bemoeien”.
Het is allemaal politiek, en politiek
hoort niet in de kerk?
„Het moeilijkste punt in mijn werk is
dat een bepaalde maatschappelijke posi
tie mensen verhindert zicht te krijgen op
degenen die onderaan zitten. Ik heb een
werkgroep in Amstelveen met veel profes
sorenvrouwen. Er was één jongen bij die
eenvoudig werk had bij de Nestlé. Binnen
het bedrijf wilde hij over Angola praten.
Hij moest bij de bedrijfsleider komen en
die zei: wat in Angola gebeurt is vreselijk
erg, maar praat er hier maar niet over, je
moet denken aan onze concurrentiepo
sitie.
Die jongen zat daar mee. Wilde er in de
werkgroep over praten. Maar alle verza
melde academici hebben hem mooi alleen
laten modderen. Ten slotte is hij uit de
werkgroep gestapt.
Hulp is mooi, als de eigen rol maar niet
in het geding komt. Armen ver weg zijn
abstract en hebben niks te maken met je
eigen leven”.
„Ja, we maken graag geld over zee over.
Ik zeg wel vaak: denk nou es niet alleen in
geld, doe ook es wat anders. In Amstel
veen staat de fabriek Van Leer die vaten
levert aan het Rhodesische leger. Speciale
vaten voor de opslag van materiaal. Rho-
desië gebruikt ze voor de strijd tegen de
guerrilla.
Maar via de Raad van Kerken steunen
de kerken van Amstelveen deze vrijheids
strijders. Dan zeg ik in zo’n werkgroep:
wat wij doen is toch wel erg omslachtig.
We maken geld over naar Rhodesië om
vrijheidsstrijders te helpen bij de strijd
tegen onder meer de vaten van onze eigen
Van Leer. Waarom zo’n omweg, waarom
stappen we niet gewoon naar Van Leer
toe om uit te leggen dat hij die vaten niet
meer moet maken.
Maar oh nee, dat moet ik dan veel genu
anceerder zien. Het eigen leven komt weer
in het geding”.
De meeste acties eindigen ook in een
gironummer.
Wordt u er niet somber van als u zich
de hele dag met ontwikkelingssamenwer
king bezighoudt?
De
formu
verdei
een h<
nale 1
gewee
Wie
op zii
enorr
bijna
kan
dager
bekij]
ke za
aanta
mens
maar
een p
Ee:
me
Tus
een e
oproe
Bienn
de op
denke
voor
schap
ken h
Ku
werel
er all
same
deel
raak!
meer
sokki
zich
Kuns
omsc
„moe
meer
ties,
uit d
houw
de rn
Ru
ment
Biem
De
waar
dit tl
op gi
body
tectu
kuns
imm<
ingre
de n
geen
Ach
voora’
37e B
profes
orkest
trok v
bundi;
San W
pen vi
gen z
tocht.
Ik heb gezegd: hier hebben julhe als
kerk ook een taak. Maar de ene kerk zei:
het zijn asocialen en steuntrekkers, we
hebben er trouwens ook geen gemeentelid
zitten. De andere kerk zei: Maar dat is
toch geen taak voor ons. Alleen de Her
vormden reageerden aarzelend: gezien
onze pretentie wat we met de hele wereld
willen, moeten wij ook hier wat aan doen.
Al die kerken steunen wel de mensen in
Nairobi. Leg dat nu even naast elkaar.
Veel praten over onrecht, maar als het
naast de deur ligt schrikken we er voor
terug.
Wel Nairobi helpen. Maar de vrouwen in
die sloppen zijn voor 75 procent prostitu
ee, en er zijn veel dieven. Maar daar zegt
de kerk niet: het zijn van die vieze jon
gens, ze trekken nog steun ook en trou
wens: ze zijn geen lid van onze gemeente.
Waarom zeggen ze dat hier dan wel? Die
twee dingen probeer ik aan elkaar te
koppelen. Mensen er op wijzen wat er ook
in hun eigen omgeving gebeurt. Natuur
lijk, zei de gereformeerde dominee, men
sen die geen stem hebben moeten wij een
stem geven. Staat in de bijbel. Maar in dat
straatje hier in Nijkerk, daar ligt toch
geen taak voor ons”.
Hoe voelde u zich op 1 januari 1974.
voor het eerst directeur af?
„Ik liep daar niet mee te koop, ik woon
de hier pas, die jongens wisten, dacht ik.
niet eens wat ik overdag deed.
En maar lezen. Op een bepaald moment
denk je: dr moet toch wat aan gebeuren.
Zoals het nu gaat in de wereld, dat kan
ergens niet”. Hij pakt een exemplaar van
het progressieve gereformeerde blad
Voorlopig. „De goeie mensen in onze kerk
lezen dit niet”. Een artikel tegen de bewa
pening („Nee, nee, nog een nee”) gaf voor
hem de doorslag. „Want hoe kun je vanuit
het Evangelie oorlog voeren. Dezelfde
Jezus die goeddoende op aarde rondliep
kan toch geen bajonet op hét geweer heb
ben? Ik praatte er veel met mijn vrouw en
met vrienden over. In de kerk leren wij
dat je bij alles wat je doet moet vragen:
Here wat wilt gij dat ik doen zal? Dan kun
je toch niet in een B52-bommenwerper
kruipen"
Het
dit ja:
lijk gi
is de
ger in
deelni
punt,
de fa
de ge:
de I
„gew<
doelsl
inhou
kelijk
Was 1
vroeger
doet nu
„Dat wisselt, je maakt soms ook wel iets
positiefs mee. Een leraar uit een van de
groepen gaat nu op zijn school over gas
tarbeiders vertellen. Hij krijgt op zijn don
der omdat gastarbeiders niet bij aar
drijkskunde horen. Maar dat zo’n man het
probeert, daar ben ik toch wel erg blij
om”.
„Maar zelfs de kleinste verandering is
vreselijk moeilijk. Mensen zitten erg vast,
Ze zitten achter een enorme muur die hun
het zich op andere mensen ontneemt. En
je hoeft ook maar heel weinig te bewegen,
of je ligt al uit je eigen groep. In de
werkgroepen over ontwikkelingssamen-
werkingen kom je mensen tegen die met
grote spanningen leven. Hun kennissen
vinden gek wat ze doen. Of ze kunnen er
niet met hun man over praten, want die
interesseert het niks.
Het wordt tijd dat we eens ophouden
met een verrekijken naar verre landen te
kijken, zonder ons zelf in de spiegel te
zien”
Bij het weggaan zegt hij nog: „Ik ben in
de Masai-steppen in Tanzania geweest.
Mooi groen, tot het punt waar de irrigatie-
werkzaamheden plotseling ophielden.
Toen ze zover waren brak in Europa de
oliecrisis uit en dat werd verhaald op de
Derde Wereld. Zoiets, dat zit mij erg
dwars”
Als dat straatje hier in Nijkerk maar
vijfduizend kilometer zuidelijker lag, zou
er allang een speciaal gironummer geo
pend zijn.
„Precies. Maar als iemand zegt: politiek
hoort niet in de kerk, dan bedoelt hij:
jouw politiek hoort niet in de kerk, de
mijne wel. Als de kerk zich over zo’n
straatje hier in Nijkerk niet uitspreekt, is
ook dat een politiek standpunt. Want het
betekent: ga maar mooi door met
afbreken”.
In zijn werkgroepen laat Bert Stuur
wold regelmatig opschrijven wat voor
onrecht er allemaal is. „Over onrecht in de
wereld krijg je dan een hele waslijst. Nati
onale onrechtvaardigheid, dat wordt ook
nog wel een velletje vol. En als je dan
vraagt: wat is hier in het dorp niet goed,
dan komt er niks. Hier is dus alles prima
voor elkaar.
Een punt is dat veel mensen in dit soort
werkgroepen uit de middenklasse komen.
Ze hebben het goed. Als je dan vraagt: hoe
komt het nou dat u in een bungalow zit
met duizend vierkante meter grond erom
heen, en die minimumloner op een zolder
tje, dan krijg je verbaasde gezichten: wij
hebben er toch ook voor gewerkt”.
5
S
i
'c
Op tafel ligt het blad Tabaktueel, het
grootste detailhandelsblad van Neder
land, destijds door directeur Stuurwold
opgericht, want hij was een voortvarend
man. Tussen reclame voor ongematteerde
sigaren en de dochter van de weduwe
wordt in het decembernummer van 1973
gemeld dat directeur Stuurwold in het
„vormingswerk inzake ontwikkelingssa
menwerking” gaat. „Velen zullen dit maar
een vreemde stap vinden". Tabaktueel
beloofde verder te werken in de geest van
de vertrekkende oprichter: „Geen gekan
ker, maar informatie om het beter te doen
en wat verstrooiing”.
Bert Stuurwold nu, ruim twee jaar
later: „Ja, hoe werd ik daar directeur?
Daar kom ik ook niet uit. Ik heb HTS,
maar ik heb nooit in de techniek gezeten.
Ik werd scheepswerkbouwkundige, maar
ik heb nooit gevaren. Ik heb een opleiding
voor bedrijfsmaatschappelijk werker,
maar dat ben ik nooit geweest. Ik heb
altijd iets anders gedaan dan waar ik voor
geleerd had. Ik heb nu sociale pedagogiek
MO. Dat komt voor het eerst aardig in de
buurt.
Na zijn diensttijd werd hij via een baan
tje bij de Raad voor de Kinderbescher
ming assistent van de bedrijfspsycholoog
van Philips in Hilversum. „Mensen testen.
Zeer boeiend werk, dat mag ik wel zeggen.
Maar het vrat ook aan je, want je leefde je
helemaal in die mensen in. Ik ben ermee
gestopt omdat ik merkte dat ik de grote
man was geworden die wel even zou zeg
gen hoe een ander in elkaar zit. Je merkte
het aan kennissen: als je vertelde wat je
deed, gingen ze rechtop zitten. Eerst is het
wel prettig als mensen wat tegen je opkij
ken, maar op den duur is het erg griezelig.
Ik heb es een collega op bezoek gehad
die geweldig goed mensen kon observe
ren. Zelf lette je trouwens ook op alles:
hoe iemand de deur binnen komt, hoe hij
een hand geeft, hoe hij gaat zitten. Je vreet
je helemaal in zo’n man in. Maar die
collega, die ik op visite had, kon met meer
ontspannen praten. Je merkte dat hij ook
in zijn vrije tijd steeds dingen zei om
bepaalde reacties uit te lokken, om er zo
achter te komen hoe iemand is. Als hij dat
zegt, ga ik zo verder, en dan hoort hij zus
te zeggen.
Toen ben ik eruit gestapt, hoewel ik het
werk met hart en ziel deed.^
Het was de bedoeling dat ik er perso
neelschef zou worden. Dat zag ik eerst wel
zitten: voor mensen goeie plaatsen uit
zoeken. Maar ik merkte dat ik als perso
neelschef de mensen steeds zou moeten
inpassen in het bedrijfsbelang. En daar
mee zou ik mijn vrijheid kwijt zijn
Op de psychologische dienst had je die
vrijheid wel. Ik heb es tegen een meisje
dat al bij Philips werkte gezegd: jij kunt
veel beter naar de WV gaan. Haar afde
lingschef witheet, want zij was een goeie
kracht. Maar het kón”.
„Erg lullig natuurlijk Ik viel in een
luchtledig. Ik kreeg een rayon waar ik met
groepen bezig moest zijn, informatie
geven over de knelpunten in de wereld.
Dat is wat anders dan de hele dag snel
reageren, met mensen werken, plannen
bedenken, verkopen. En vergeet niet: als
directeur van een vrij grote onderneming
was ik een belangrijk man. Dat was ik nu
ook niet meer Dat moet wel even
wennen"
Bert Stuurwold (38 jaar): „Het ging niet meer. We verkochten voor vijftien
miljoen aan Douwe Egberts-koffie. Door de week zat ik met een verkoopman van
D.E. te praten over de resultaten. Wie zouden we nog wat kunnen oppeppen? En
op zaterdagmiddag stond ik hier voor de Vivo-winkel met een groot bord: Koop
geen D.E.bloedkoffie. Dat was in de dagen van de Angola-koffie-actie. Je was
een volslagen gespleten leven aan het leiden
Bert Stuurwold werkt nu sinds ruim twee jaar bij het Interkerkelijk Vormings
centrum Ontwikkelings Samenwerking (IKVOS) en begeleidt werkgroepen die
zich bezig houden met de onrechtvaardige verdeling van welvaart en macht.
Daarvóór was hij zes jaar directeur van een commerciële onderneming die meer
dan de helft van de Nederlandse koffie en tabakshandel in handen heeft.
Stuurwold deed ook in zoetwaren en thee. Nu doet hij in onrecht.
„De laatste sigaar die we lanceerden had een reclamecampagne die helemaal
gebaseerd is op psychologische rapporten. Wat is de mentaliteit van de man die
we willen bereiken. Als je dat bekijkt dan blijkt dat je als man een soort
koopmachine bent geworden”.
Hij is op de Unctad-conferentie (over de wereldhandel) in Nairobi geweest.
Daarna reisde hij langs ontwikkelingsprojecten in Tanzania. „Ik kwam daar in een
klein dorpje, en daar hadden ze een bepaald veldje. Dat werd door het hele dorp
bewerkt, de opbrengst was ook voor het dorp. Als je dat bekijkt dan denk je: wat
zijn wij als mensen hier al ver van dat soort dingen afgedwaald”.
„Ja, en dat werd steeds moeilijker.
Regelmatig had ik lunches met de heren
van de Raad van Bestuur, ik legde hun uit
wat ik s avonds deed, gaf hun boekjes uit
de wereldwinkel, en dat vonden ze maar
niks. Er waren ook wel conflicten. Op de
enveloppe van ons maandblad hadden we
altijd een knallende aanbieding staan:
Deze maand etc. Op een gegeven moment
heb ik er alleen de sticker van het Novib
voor de actie „Gast aan tafel” op laten
drukken. Meteen veel vragen. Gelukkig
kon ik toen aantonen dat de WD ook lid
is van het Novib
De problemen werden voor me zelf wel
steeds groter. Het begrip solidariteit ging
steeds meer Voor mij betekenen. Maar ik
had 200 vertegenwoordigers bij de weg, en
die instrueerde ik dat ze zoveel mogelijk
klanten van een ander af moesten snoe
pen, dat ze bikkelhard moesten optreden.
Op den duur lag me dat niet meer. Ik wist
deksels goed hoe ik'dat bedrijf moest
runnen, maar ik kwam er ook steeds meer
achter dat ik in een hele rare situatie zat.
Het is een hele vreemde gewaarwording
dat je enerzijds het vermogen hebt een
commercieel bedrijf te laten bloeien,
maar dat je er aan de andere kant niet
achter staat. Ik heb daar twee jaar mee
rondgelopen”
die ook steun zij het in andere
zin nodig hebben. De kerken.
die graag op de bres staan voor de
armen ginds, onttrekken zich nog-
al eens aan acties ten behoeve
van mensen in eigen omgeving
(omdat ze ..geen lid van de Chris-
telijke gemeente zijn)
x: ‘-W
-
P -
Twee werelden die van het rijke SB
westen en die van de ontwikke-
Jffll lin9s,anden- Maar vaak maken we T
ons drukker om wat ver we9 IS dan H
om de hulp, die we vlak naast de
iRr deur kunnen oeven. aan mensen.
c