Nicole Heesters
al jaren succes
ina
o
door
Peter
Huysman
R
„Van jongsaf is
toneel voor
mij keihard
werken geweest”
Nederlands paspoort
y
4
n,
B-
Discipline
Tv in Zweden
Afhankelijk
Menno
Veel geluk
„Chicago”
Jack
:on-
ge-
iie-
rijf
B-
in Duitsland
tal
Je
3®
Jack van der Voorn
ks
an
je
te
Toen actrice Nicole Heesters, dochter van Johannes
Heesters, van vakantie op de Seychellen paradijselijke
eilandengroep bij Afrika in de Indische Oceaan in haar
woonplaats Hamburg terugkeerde, vond zij in haar brieven
bus de mededeling dat zij door het Hamburgse toneel was
uitgeroepen tot de beste actrice van het seizoen 1975-
1976. Vooral hetfascinerend temperament”, waarmee zij
het publiek voor zich weet te winnen, werd geprezen, maar
ook de kunst en het gemak waarmee zij de ene avond de
hoofdrol in de musical „Sweet Charity” en de andere avond
de titelrol in Friedrich von Schillers Maria Stuart” voor haar,
rekening neemt.
Nicole Heesters, evenals haar vader en
moeder, de voormalige Belgische actrice
Wiske Ghijs, nog altijd in het bezit van een
Nederlands paspoort maar zich, zegt zij
eerlijk, op geen enkele manier meer ver
bonden voelend met Holland, spreekt nog
steeds, zij het niet accentloos, heel vlot
Nederlands. Lachend vertelt ze dat ze bij
het horen van „Juliaantje en Cruijff” toch
nog „traantjes in de ogen” krijgt. „Met
voetballen vooral weet ik nooit op welke
hand ik moet zijn. Maar ik bèn natuurlijk
Duitse. Ik heb hier mijn werk en mijn
gezin. Holland? Ik ken het eigenlijk alleen
van de paar keer dat ik er geweest ben.
Met Pasen was ik er nog, bij mijn schoon
zuster. Zij heeft een geweldig huisje aan
de Egelantiersgracht in de Jordaan. Mijn
vader vond de Jordaan destijds maar
niets. Nu zijn die woningen enorm „in”,
heb ik begrepen. Helaas heeft Jopie, m’n
vader, zijn flat in Zandvoort kortgeleden
verkocht. Jammer, jammer. Hij had een
prachtig uitzicht op het circuit.” En ze
voegt er kwasi-boos aan toe: „Hij heeft ’t
,,Ze is inderdaad ongelooflijk veelzijdig. Een prachtvrouw.
Een zeldzaam actrice die ook nog verschrikkelijk goed kan
Voor het in slaap vallen en het in
bezit hebben van dat apparaat moet
jaarlijks voor zwart-wit 225 gulden
worden betaald; voor kleur komt er
nog 60 gulden extra bij. Regelmatige
bezoekers van de enorme gebouwen
complexen waarover Sveriges Radio
beschikt, verwonderen zich erover hoe
dit enorme apparaat zo’n familiebe
drijf is kunnen worden. De Gooise
Matras is daarbij vergeleken niets.
voor iedereen die niet meteen in slaap
valt voor zijn toestel.
Voor sommige bedrijven is het
natuurlijk een voordeel dat de Zweed
se televisie zo slecht is restaurants,
bioscopen en dergelijke varen er wel
bij. Maar het best wordt de huidige
Nicole, mooi, gevoelig gezicht, dik rood
bruin krullend haar, een verzorgd spijker
pak met witte bloes aan, antwoordt glim
lachend: „Werkelijk ik ben niet beschei
den. Ik weet precies wat ik wil. Vooral op
het gebied van mijn werk. Journalisten
hier in Duitsland weten dat erg goed. Ik
geef zelden of nooit een interview. De
kunst journalistiek in dit land is van een
jammerlijk niveau, in het algemeen. Je
mag ’t best weten: ik haat je meeste colle
ga’s. Ze zijn soms zó stom, zó alleen uit op
roddelverhalen. Tussen 8 en 10 uur, als ik
op de planken sta, mogen ze alles van me
weten en kunnen ze precies zien wat ik
doe. Maar verder: poppetje gezien, kastje
dicht. Zo heeft mijn vader ook altijd
gedaan.”
„Wat ziet hij er nog goed uit hè?” Nicole
laat een kleurenfoto zien, waarop zij met
haar vader en moeder voor de trein in
München, huidig verblijfsoord van Johan-
n(es) en Wiske, staat. Inderdaad maakt
vader. Heesters, die volgens een Duitse
filmencyclopedie (geboren in Amersfoort
5.12.1902) nu 73 is, een bijzonder fieve,
bijna onaantastbare indruk waarop de
ouderdom geen vat schijnt te krijgen. „Hij
heeft nog zó veel succes, mijn vader. In
Wenen heeft hij „Gigi” gespeeld en bin
nenkort gaan ze ermee naar Berlijn. De
mensen applaudisseren nog steeds hard
voor hem. Elk applaus verlengt zijn leven
met enkele uren. Hij is niet belachelijk: ’t
is geen oude man met geverfde haren. Hij
is nog goed. Mij heeft hij altijd voorgehou
den: werk keihard in dit vak, want ’t is een
moeilijk vak. Zijn discipline, zijn hart
voor ’t toneel, is steeds een voorbeeld voor
mij geweest.”
Over Johann Heesters’ oorlogsverleden,
zegt Nicole: „Ja, ik weet dat natuurlijk. Ik
weet dat hij niet meer geaccepteerd werd
in Holland. Toch heeft hij me altijd
bezworen dat hij geen nazi is geweest. Ik
weet dat zelf het beste, zei hij dikwijls
tegen me. Hij was erg teleurgesteld dat hij
na de oorlog geen voet meer in Nederland
aan de grond heeft gekregen. Hij was
dertig toen hij naar Duitsland kwam.
Door zijn werk was hij al snel helemaal
aan dat land verbonden. Misschien had
hij tijdig moeten beslissen naar Neder
land terug te keren Nu, op dit moment,
zeg ik eerlijk: ik weet niet of je dat van
hem als artiest verlangen kon, ik weet niet
of je hem kwalijk kan nemen dat hij
gebleven is. Ik ben blij dat ik leef in een
tijd dat ik niet hoef te beslissen over
zoiets, niet als artiest hoef te kiezen. Ik
weet niet wat ik zou doen. Nee, ik heb niet
geleden onder de verhalen over mijn
vader
and
2 -
Net als veel Europese landbouwers
klagen Zweedse tv-kijkers over een
rampzomer en dat terecht. Voor een
Nederlander die geconfronteerd wordt
met hetgeen er in Zweden doorgaans
op de beeldbuis wordt vertoond, is het
onbegrijpelijk dat niet meer Zweden
hun beeldbuis het raam uitgooien dan
tot dusver het geval is geweest. Dat
was er maar één, die bovendien de
pech had dat het toestel op zijn eigen
auto terecht kwam.
Ze vervolgt: „Ik houd er een normaal
leven op na. Ik heb een man waar ik meer
dan 12 jaar gelukkig mee getrouwd ben,
twee kinderen. Als ik thuis kom van mijn
werk en Saskia vertelt me dat ze een
onvoldoende heeft gekregen, dan vind ik
dat ik onmogelijk iets over het toneel kan
gaan vertellen. Daar heb ik dan ook geen
zin in. Ik weet wat ’t is als een kind treurig
is. Toneel en gezin: dat zijn twee dingen
naast elkaar. Ik hoop niet dat ze me ooit
vragen te kiezen.”
„Ik heb heerlijke ouders. Ze zijn zo
normaal, goed, naïef en gewoon. We zien
elkaar veel. Ze zijn op een leeftijd geko
men, dat ze naar ieder bericht van ons
uitkijken. Van mij en van mijn zuster
Wiesje, die in Wenen woont, die aanvanke
lijk piano speelde en later allerlei beroe
pen heeft gehad: verpleegster, regie
assistente. Nu heeft ze in Joego-Slavië het
:h-
iet
te
nog wel verkocht zonder mijn toestem
ming!”
tie
ire
an
lo
de
ilng
Op een bevolking van acht miljoen
is het onbegrijpelijk dat niet meer
mensen reageren tegen de smurrie die
vrijwel dagelijks wordt aangeboden.
Zweden heeft twee kanalen. Zwart-wit
en kleur op beide netten. De verhou
ding eigen en buitenlandse program
ma’s is ongeveer fifty-fifty, maar voor
de eigen programma's van de Zweedse
omroepstichting Sveriges Radio zor
gen 4288 mensen, die dit jaar de
beschikking hebben over een budget
van ruim 420 miljoen gulden. Wat ze
ermee doen is een volledig raadsel
De NOS zal dit najaar de korte
speelfilm „Wat blijft is genoeg’’ van de
cineast Menno Mennes uit het Drentse
Roden op het scherm brengen. De defi
nitieve datum van uitzending moet
nog worden vastgesteld. Zoals bekend
heeft deze film het afgelopen weekein
de in het Oostenrijkse Baden bij
Wenen op het wereldfilmfestival de
zilveren plak behaald.
Inmiddels hebben zeven landen
besloten „Wat blijft is genoeg” op fes
tivals te brengen.
Nicole Heesters vindt dat ze in haar
leven „ontzettend veel geluk” heeft gehad.
„Dat geluk heb ik vooral bij het ontmoe
ten van mensen. Ik tref kennelijk steeds
de goede, de prettige mensen. Even
afkloppen! Ik heb dat geluk ook nodig.
Want het gaat niet alleen om talent. Er zijn
zou ik ’t net zo goed hier in de kamer
kunnen doen. Ik heb het publiek nodig. En
ik ben ook blij met onze intendant Boy
Gobert, hij is veel in Nederland geweest.”
Terugkomend op Nicole’s prestaties die
zich vanuit Holland nu eenmaal niet zo
gemakkelijk laten beoordelen, vragen wij
of zij nu, mede door haar spel in films en
voor televisie, tot de categorie beroemde
Hamburgse persoonlijkheden moet wor
den gerekend die voortdurend bij het
boodschappen doen door iedereen wordt
herkend en aangeklampt. Zij moet,
menen wij, nu eens niet bescheiden zijn en
een eerlijk zelfportret geven.
situatie in het televisiebedrijf wel
weergegeven dooreen delegatie van de
BBC, die Sveriges Radio na een stu
diebezoek als volgt beschreef: we heb
ben nog nooit zoveel mensen zo weinig
zien doen met zoveel geld. Een gelijk
hebben ze.
Tot 12 september is het Thalia-theater
met vakantie. „Op dit ogenblik”, vertelt
Nicole, niet zoals haar man als lid verbon-'
den aan maar wel politiek zeer geïnteres
seerd in de SPD („als de CDU erg opkomt
word ik alsnog SPD-lid”), „bereid ik mij
voor op een nieuwe rol in een stuk van de
Ier John M. Synge dat „Een ware held”
heet. Tegelijkertijd gaat binnenkort bij
ons de musical „Chicago” in Europese
première, die nu successen oogst op
Broadway Op ’t ogenblik heb ik per week
drie keer balletles en tweemaal zangles.
Moe zingt en danst weer, zeggen m’n kin
deren.
Tegen het eind van het gesprek, pein
zend: „Ik heb geen klagen, ik speel prach
tige rollen. En toch voel ik dat ik binnen
kort weer uit Hamburg weg wil. Naar
München dan bijvoorbeeld. Wat dat
betreft leef ik in Mao: altijd revolutie,
altijd streven naar het nieuwe, het andere,
het onbekende. Daarom ook vond ik die
ervaring in Rusland ook zo heerlijk. Het
theater is daar overigens bij 1920 blijven
stilstaan. Heel ouderwets. Acteurs met
naakt bovenlichaam is heel revolutionair.
Vooral veel Russische jeugd kwam naar
ons kijken. Enorme ovaties gehad! Er
werd met bloemen gegooid! Ongeloof
lijk!”
Sommige van de buitenlandse pro
gramma’s zijn nog te pruimen, maar de
eigen teelt is voor kritische mensen
met hoge bloeddruk levensgevaarlijk.
Enkele uitzonderingen daargelaten,
zoals Bergman-produkties en ook
behoorlijke bewerkingen van de schrij
ver August Strindberg.
Vanzelfsprekend: blij is ze met de
onderscheiding, een kleine 25 jaar nadat
ze in Wenen bij het Theater in der Joseph-
stadt de eerste, aarzelende schreden op de
bühne deed. „O ja, ik vind het reuze leuk.
Dat wordt een lange jurk, bloemen en een
toespraak in oktober, als mij het Zilveren
Masker, want zo heet de prijs, in het
theater wordt uitgereikt.” Maar onderste
boven van de bekroning blijkt zij allesbe
halve. „Toneel is voor mij van jongsaf aan
keihard, gedisciplineerd werken geweest.
Ik heb het geluk gehad heel vaak fantasti
sche rollen te mogen spelen. Ik heb onder
verschillende grote regisseurs gewerkt.
Maar vooral is die verscheidenheid van
rollen voor mij belangrijk geweest. Daar
om heb ik ook geen speciale voorkeur
voor het ene of het andere stuk of schrij
ver. Een hele tijd heb ik ’t prachtig gevon
den Eugene O’Neill te spelen. Nu niet
meer: het is me een beetje „langweilig”
geworden. Het klinkt natuurlijk als een
volmaakt cliché: maar weet je dat Scha-
kespeare nooit verveelt?”
veel actrices- met evenveel talent als ik. Al
die verschillende rollen die ik heb kunnen
spelen: dat is fantastisch! Het is voor een
actrice heerlijk om afwisselend Tsjechov,
Genet, Schiller en in „Sweet Charity” te
spelen. En dan je vraag of ik een bekende
vrouw ben? Och, ik word wel herkend en
gevraagd voor openingen en exposities.
Ze willen wel eens dat ik een gedicht
voordraag op een feestje of zo. Maar dat
doe ik nooit. Verschrikkelijk.!”
In Potsdam, bij Berlijn, werd Nicole
geboren. Direct daarna één jaar Praag.
En dan naar Grundelsee, bij Salzburg, en
wat later Wenen, waar zij naar de toneel
school ging en toetrad tot het Theater in
der Josephstadt. Een tournee door Zuid-
Amerika met dit gezelschap toen zij 18
was, bezorgde haar bijna het eind van
haar pas begonnen carrière: een ernstig
auto-ongeluk in Brazilië verwondde haar
gezicht zo zwaar dat zij verder toneelspe
len dacht te moeten afschrijven.
Nu durft ze te zeggen dat het ongeval
toch „een geluk bij een ongeluk” was. „Ik
had de tijd om een jaar na te denken. Ik
ontmoette de beroemde regisseur Carl-
Heinz Stroux van het Dusseldorfer
Schauspielhaus die me verzekerde dat je
niet mooi hoeft te zijn om een goede
actrice te worden en dat mijn littekens er
niet toe deden. Ik ben 17 jaar .bij hem
gebleven en ik heb in die goede provin
ciestad alles gespeeld en mijn beste leer
tijd gehad. Kleist, Goethe, Ionesco,
O’Neill, Pinter: weinig beroemde schrij-
Over het Thalia-theatergezelschap,
waar Nicole nu zo’n drie jaar aan verbon
den is, merkt ze op dat het in zoverre van
andere theaters in de Bondsrepubliek en
andere delen van West-Europa is te onder
scheiden dat het nauwelijks „geleden”
heeft onder de golven van nieuwe ideeën
en opvattingen over toneel en toneelstruc-
tuur die bijvoorbeeld in ons land leidden
tot de bekende „Tomaat”-acties. Ze zegt:
„Ja, eigenlijk heeft het Thalia-theater
steeds vastgehouden aan een nogal con
ventioneel repertoire. Oude en nieuwe
stukken door elkaar. Niet links en niet
rechts. We worden wel eens van „reactio
nair” theater beticht, omdat we onvol
doende revolutionair, onbekend werk
brengen. Maar één ding is waar: de kwali
teit is altijd goed gebleven. Ons theater is
altijd vol. En ik speel nu eenmaal graag in
een zaal waar mensen in zitten. Anders
Met ingang van deze week zal Jack
van der Voorn als redacteur-
verslaggever werkzaam zijn voor
AVRO’s Sportpanorama. Hij volgt als
zodanig Ruud ter Weijden op en zal
ook diens werk als presentator van
sportprogramma’s overnemen. Jack
trad precies vier jaar geleden in dienst
van de AVRO. Sindsdien was hij pro
ducer op de afdeling Amusement van
de televisiesector. Jack deed onder
meer de shows met Mies Bouwman als
presentatrice. Naast Jack van der
Voorn wordt AVRO’s Sportpanorama
ook gepresenteerd door Wim Jesse, die
na het vertrek van Ter Weijden de
presentatie tijdelijk alleen in handen
had.
vers speelden we niet. Ik heb in Dussel
dorf ook mijn man leren kennen. Hij is er
nu niet, jammer, je had hem moeten mee
maken.
„Zeker, Duitsland, het wordt vaak
gezegd, is een fijn land voor kunstenaars.
Het volk is helemaal niet musisch, niet
cultureel. Maar het doet wèl veel voor de
kunst. Bijna iedere stad heeft z’n eigen
ensemble, zijn eigen prachtige theaters.
Dat maak je zelfs niet mee in Italië en
Frankrijk, landen die juist wel een grote
kunsthistorie hebben. Ons Thalia-theater
is geen staatsgezelschap. Het wordt wel
voor een deel door rijk en gemeente
gesubsidieerd. Ik ben er nu zo’n drie jaar
aan verbonden. Ik heb ’t erg naar mijn
zin.”
zingen en dansen”, zegt een collega van Nicole, de jonge,
zwartharige Werner Opitz, die aan hetzelfde Hamburgse
Thalia-theatergezelschap verbonden is, op een moment
dat Nicole even .de kamer uit is. Hij hoedt zich er voor zijn
enthousiasme te ventileren in haar aanwezigheid, want hij
is ervan overtuigd dat zij het onverbiddelijk zou tegenspre
ken. Werner Opitz heeft gelijk: het gesprek dat wij die
middag in het mooie, statige oude (huur)huis aan de
Hamburgse Abendrothsweg 21 met haar hebben, maakt al
snel duidelijk dat Nicole Heesters, 39 jaar, echtgenote van
free-lance decorbouwer-kunstschilder Piet Fischer, moe
der van Saskia en Johannes, niets met een over het paard
getilde kunstenares van doen heeft, maar alles met een
gewone, prettige, bescheiden en vooral relativerende
vrouw.
LZXLüLLCt
diploma „vrouwelijke stuurman”
behaald. Ik weet dat m’n ouders afhanke
lijk van ons zijn geworden. Dat waren wij
vroeger van hen. Nu is ’t omgekeerd. Zo
loopt dat in t leven.
„Ja, met m’n leeftijd van 39 heb ik
moeite. Ik ben bang om oud te worden.
Het is heerlijk om jong en sterk te zijn. De
jeugd is iets geweldigs. Ik vind het droevig
om te horen: daar komt moeder aan.
Vroeger zij men: goh, heb jij al twee
kinderen. Nu zeggen ze dat niet meer.”
Over televisie vertelt ze: „Voor het eer
ste en tweede programma heb ik dikwijle
stukken gespeeld. Die varieerden van
Brechts „De goede mens van Sezuan” en
zijn liederen tot Tsjechov en Krimi’s.
Maar ik wil zo min mogelijk tv doen. Je
moet oppassen dat het publiek niet te snel
aan je went. TV is maar een deel van je
beroep, dat moet je maar twee keer per
jaar hooguit doen. Toneel op de Bühne is
het enige echte. Een rol voor de Neder
landse tv accepteren? Nee, ik zou 1 niet
doen. Mijn Nederlandse taal is niet goed
genoeg, ’t Is geen onwil.”
Leidt Nicole Heesters een rijk bestaan
in vergelijking tot dat van een eerste-
plans-Nederlandse actrice? Als ze van ons
hoort wat er aan het Nederlandse toneel
in het algemeen verdiend wordt, zegt ze
eerlijk: „O nee, dan krijg ik inderdaad
stukken meer. Ik heb ook met geld altijd
geluk gehad. Ik heb een topgage. Ik ver
dien 7000 DM per maand. Maar ik geef ’t
wel zo weer uit. We leven er royaal van, ik
kan niet sparen. Ik heb wel goede verzeke
ringen voor onze kinderen afgesloten. En
we reizen erg veel. Al klinkt dat makke
lijk: ik zou het ook redden met minder
geld. Ik heb gelukkig nooit om salarisver
hoging hoeven vragen. In Duitsland gaan
de acteursgages periodiek met sprongen
vooruit.”